browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

De Zeven Heuvelen Loop

Posted by on 15 November 2015

Begin oktober was onze financiële adviseur E er, toen hij hoorde dat ik een marathon ging lopen. Hij loopt zelf ook hard en nodigde mij spontaan uit om deel uit te maken van zijn tien personen tellende team voor de Zevenheuvelenloop. Dat wilde ik wel eens proberen! Een klassieker. Dus vanmorgen reed ik samen met 3 heren richting Nijmegen.

Verzopen katjes wachten vol goede moed op de trein! Links P, rechts F (E maakt de foto)


Op weg naar het station Nijmegen-Lent goot het. Het stormde ook al. Echt mijn weer! Van de trainer mocht ik ‘los’.
Ik had drie doelen voor deze wedstrijd: 1) Ik wilde eens echt ongespaard hard durven 2) Ik wilde de race goed indelen en aan het einde harder gaan als aan het begin. Volgens de trainer kon dat best, omdat het laatste deel heuvel-af is. 3) Ik wilde de zenuwen voor de wedstrijd in bedwang krijgen. Expres had ik de druk hoog liggen met een richttijd van 1:20:30, die E voor mij had opgegeven. Meer dan gniffelen deed ik niet toen E aangaf veel van me te verwachten. Ik voelde amper druk en was simpelweg niet zenuwachtig. Het ontbrak gewoon! Ik voelde me fysiek in staat de scherpe tijd te halen en twijfelde eens een keer niet zoveel. Winst voordat ik überhaupt in de buurt van de startstreep was!
Toen we in Nijmegen naar de verzamellokatie in het ROC liepen, was het droog. En warm. Korte broekenweer! Snel een groepsfoto maken en de 4 snelle jongemannen gingen gauw naar hun startvak om een uur voor ons te starten. Bij de 3 heren die ik al in de auto had ontmoet sloten zich nog een man en zijn vrouw aan. E wilde dat we bij elkaar bleven lopen, maar ik wist dat nog niet zo zeker. Ik hield de mogelijkheid open om met de man F, die elke km in 5 minuten wilde lopen, bij te houden.
Het was een eindje wandelen naar startvak rood en in het vak hebben we ook nog zeker 20 minuten gewacht. Maar van zenuwen geen sprake! E kwetterde meer en meer en dat vond ik grappig. Ik kletste met F en hoorde hoe Jip Vastenburg al finishte. De rest ging nog langs een dixie, maar ik was al drie keer gegaan! Ineens was daar de start. Uit tegengestelde richting kwamen al drommen mensen binnen. Ik schoot weg. Onmiddelijk wist ik: dit is mijn race, dit doe ik alleen; sorry teammates, gedag.
Heel veel gedachten tijdens de race. Dat gaat ongeveer zo: (foto’s volgen)
Wat veel mensen! / Tjeempie die zijn er al daar links, daar kom ik straks ook / Zou loopmaatje er al zijn? / Het gaat alleen maar omlaag, blijft dat zo? / Ik ga hard, maar dit gaat / Nistelrooij staat op haar shirt, fijn tempo, volgen / Enorm veel mensen / Ho, Nistelrooij volgen, daar gaat ze / Ligt het tempo nog goed? Ja, doorgaan / ah! We gaan omhoog, eindelijk / Tjeetje, die loopt er fris bij, waarom is die in rood gestart? / Tjeetje, die loopt er slecht bij, waarom is die in rood gestart? / Nu al een kilometer? Mooie tijd / Gaaf huis / Wat veel mensen / Weer dalen / Het Africa-museum! / Ik blijf mensen inhalen / Loop op de wegrand / Nistelrooij volgen / Ik dacht echt dat het meer stijgen zou zijn / Ik heb wind mee! / Daar loopt P! / Ik ben Nistelrooij kwijt opeens / Zoveel mensen / Tempo zoeken / Ik moest van E van de omgeving genieten; oh mooi dan en door! / 5 km al! 26 minuten? / Doorgaan / Ik blijf maar inhalen / App van loopmaatje, maar ik zie de tijd niet precies / Nog wat stijging / Drinkpost? Leave it! / En dan ineens zijn we boven en hier is het mooi zo rond de golfvelden / Wind mee! / Inhalen / Als het niet goedschiks kan, dan kwaadschiks en gewoon door de waterplas, ik ga er echt niet omheen zeg / Nog een heuvel, dit is de derde pas volgens mij / Aha, zo voelt kramp dus aan, ik ben bijna boven dus ik ga door / Leuk bord voor overstekende golfkarretjes /Kijk eens hoeveel wandelaars, waarom doe je dit dan? / Ik volg de meneer vol tattoeages / Alle straten zijn zo vol / Fotograaf / Bocht. Ik heb geen idee van het parcours / Nu komen er echt heuvels – blijf rennen / We zijn op de helft / Ik ga nog hard / Ik begin er even genoeg van te krijgen / Het is zo druk / Onbelangrijke mail / Ik zie niet waar we heen gaan / Hard doorgaan, dan ben ik er sneller vanaf / Hoe loopt de route? / Tatoeages kwijt / Hier is vast een parkeerplaats, want er is weer publiek / Ik zet de hartslag uit en tel even hoe ver ik al gekomen ben in welke tijd / Lukt niet, ik verwissel een 7 en een 8 denk ik / Oma is van d’r rollator gedonderd, arme oma / Als je wandelt kom je er ook hoor, maar ik doe niet mee, dat laat ik aan veel anderen over / Zou ik de 1:15 halen, wat ga ik hard zeg! / Ach, vandaag mag het! / Meneer met oorbelletje volgen / Leuk hier met dat bos / Jammer dat het zo druk is / Berg en Dal, volgens mij is dit dal alweer / Ik ga gewoon echt zo hard mogelijk naar beneden, hoe kunnen er mensen zijn die zich inhouden? / Bocht! / Welk dom dorp denkt dat Sinterklaas hier vandaag aankomt? / Veel publiek, die staan hier toch maar met dit rotweer / Ik heb het wel heet! / 10 Kilometer in 52 minuten, lijkt me niet snel genoeg / Ik kan nu best een stuk wandelen en de 1:25 halen, maar dat is slechts theoretisch / Oorbelletje ingehaald / Als je mij nu nog inhaalt, dan kun je snel hoor, wat heb je het afgelopen uur dan gedaan? / Als je nu moet wandelen heb je de afstand onderschat / Kom op, het is maar 15 kilometer / Gek genoeg blijf ik wind mee voelen / Ik drink nu wel twee slokken, maar stilstaan doe ik niet / UIT de WEG, welke morron staat er in het midden stil om te drinken?! / Gaat het nu alleen nog naar beneden / Ga ik al versnellen? / Dan zie ik F naast me, hoe is het mogelijk / “Nu blijf ik bij je” zeg ik hem, maar hij zwaait alleen maar vooruit / Hij geeft me energie / Maar dan ben ik hem kwijt / Ik ga nog versnellen, ik weet het zeker: NU / Nog 3 kilometer, da’s niks / Het daalt /  Sjips, ik heb even trek / Doorrennen, dan zijn we er eerder / JUICHKREET: we mogen een stukje onverhard / Brandweer is met de boom bezig en wij mogen onverhard / Nu zet ik pas echt de pas erin en ik jaag hele volksstammen voorbij / Vrijwilliger voor bankje / Nijmegen in / ‘Nog anderhalve kilometer’, roept een vrouw: de trut: het zijn er nog 2,5 en dat scheelt misschien niet als je daar staat, maar als je hier loopt wel / Iemand roept mijn naam! Wat een lieve man / Nu ga ik dieper als ik ooit gegaan ben / Het gaat me lukken / Morgen draag ik de gevolgen wel / Ik herstel snel altijd / Allemaal aan de kant nu voor mij / Begon die kilometertijd nou echt met een 4? Oh Hell / Ik ben alleen maar aan het aftellen / Bocht / Nog een kilometer / Wat is die lang / Hier liep ik daarstraks ook / GODVERDOMME (xcuse me), wat een ontzettend slecht moment voor regen / Nog 500 meter en ik baal als een stekker dat ik nog net nat wordt / Dit is loodzwaar / Loop ik wel aan de goede kant? / Blijven lopen / Hoe ver is het nog??? / De energie raakt op / 1:15 is niet meer haalbaar, 1:16 wordt het / En dan ben ik er / Ik juich heel eventjes en zet mijn horloge uit. (achteraf op de seconde nauwkeurig!)
Ik baal. Het regent steeds harder. Ik loop door. En dan ben ik alleen. Er zijn duizenden mensen om me heen, maar ik voel me in mijn uppie. Ik app naar het loopmaatje en die heren hebben natuurlijk allemaal veel sneller gelopen dan ik. Mijn tijd is 1:16:35 volgens de SMS die ik krijg voor ik de medaille vast heb. AA-drink die ik meteen openmaak. De medaille hang ik om. Ik kijk en zoek anderen, maar er is alleen die regen. Ik koel nu te snel af en moet terug naar het ROC. Maar waarheen is dat nu precies?! Appen lukt niet meer omdat de telefoon nat wordt. Ik ga aan het dribbelen en laat me een uitslover noemen, maar in dit t-shirt en deze korte broek krijg ik het anders te koud. De zenuwen die vooraf ontbreken zijn op dit moment omgeslagen in grote zorgen. Ik vind het ROC natuurlijk best snel en eenmaal binnen is alles goed. Ik zie mensen uit Almere! Naast onze tafel nog wel! In mijn beleving heb ik sloom gelopen als al deze mensen al ruimschoots gedoucht en gefinisht zijn. Ik eet de appel onmiddellijk op en wil omkleden. De rest komt ook. F heeft me tot kilometer 12 gevolgd en toen kon hij mijn versnelling niet meer volgen. Van ons groepje van 6 was ik de snelste. F is in de laatste 3 kilometer een minuut op me verloren! Het doet me helemaal niks. Ik heb gelopen wat ik waard ben. Niet meer en niet minder. Ik ga met de andere vrouw de douche zoeken (een heel karwei) en luister naar haar heldenstory als moeder van 4 kinderen (een drieling!) waarvan er 2 aan topsport doen, met 2 halve banen, waarvan 1 onregelmatig in de zorg als kraamverzorgster en dan nog in 1:20 15 kilometer kunnen lopen op een zondag! Kijk, dan kun je iets. Ik eet een banaan en in het ROC halen we nog een broodje. De drukte neemt af. Eindelijk. Wat een enorme berg hardlopers. We delen ervaringen. Het is gezellig met zijn allen. We halen nog een t-shirt en hoewel E de langzaamste was van ons, heeft hij alweer volop praatjes. Hij heeft zijn tijd van vorig jaar ook met 7 minuten verbeterd! Ik ben moe, maar voel nog niks aan mijn lijf. In de trein. Auto. Ik neem wel en niet deel aan de gesprekken en werk de social media bij. Er zijn toch veel bekenden met langzamere tijden dan ik. Ik ben van de 1235 vrouwen in mijn categorie 110de geworden. En kijk, dan wordt het wat, dan dringt het door: ik kan best hard. Voor een vrouw van 42 loop ik de jonkies eruit en een flink aantal kerels ook! Ik rij naar huis en eet gretig mijn welverdiende heerlijke hamburger op. De teamuitslag komt binnen en dan is het duidelijk: er zijn wel vier heren die sneller hebben gelopen dan ik, maar… als je mijn leeftijd meerekent en meeneemt dat ik een vrouw ben, heb ik relatief de derde plaats gehaald van onze tien deelnemers. Het meest trots ben ik echter niet op de tijd, maar op het feit dat ik elke 5 km sneller ben gaan lopen: de eerste 5 in 26:10; de tweede 5 km in 25:26 en de laatste 5 km in 24:59. Kan het mij schelen dat de laatste kilometers de meeste daling in zich hadden! Kilometer 11 was zelfs de langzaamste. De tijden met 4 minuten klopten ook.
Ik heb alle drie de doelstellingen gehaald: Ik ging gewoon eens lekker ongestraft hard. Omdat er verder niks op de planning staat, kon dat gewoon en ik genoot ervan. Ik heb alle remmen los gegooid en ging gewoon. Nergens heb ik gedacht dat ik het niet zou kunnen. De andere doelstelling om de race goed in te delen is me ook gelukt: steeds sneller lopen. En het laatste doel was veruit het belangrijkste: ik was nauwelijks gespannen. In elk geval was er niks blokkerends of overdreven aan. Dat maakte de hele beleving stukken gemakkelijker. Leuker, lichter. Gemakkelijker.

Comments are closed.