browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2019-6

Posted by on 3 March 2019

Zondag 24 februari. Eerst handel ik alle karweitjes af en wacht tot een uur na het eten. Dan komt de koppel-brick training. Ik ga eerst 35 minuten hardlopen, dan fietsen en dan nog een keer hardlopen. Oorspronkelijk nog een keer fietsen en hardlopen, maar dan ga ik deze week wel heel erg over de tijdslimiet heen. Ik doe een driekwart broek aan en toch maar lange mouwen, ondanks het zonnige en lekkere weertje. En daar ga ik weer langs de Oostvaardersplassen! Het is druk op deze zondag en ik ga de hartslag onder de 150 proberen te houden. Dat is zone 2. Dat loopt een stuk prettiger. Het tempo is beter en het voelt gemakkelijker. Ik lach om de snaterende eendjes, de peuter die bijna in het water dondert en ik help een paar mensen op de fiets op weg. Goed voor de hartslag! Ik app als ik bij de Ferarri ben dat ik er aan kom. Vincent en Rob gaan mee fietsen. Ik ga naar de WC en neem een gel. Voor mij is het fietsen vooral bijvoeden. Blijft toch lastig. Vincent en ik nemen allebei een cadansmetertje. We fietsen in hoge cadans. Soms gaat Rob er vandoor met Vincent en soms doe ik een stukje iets harder. Ik span me niet al teveel in: dit is mijn ‘rust’. Thuis ga ik weer naar de WC (heb ik dan genoeg gedronken?) en nog een keer hardlopen. Dit gaat nog beter qua tempo. De hartslag ligt dan ook iets hoger. Ik doe precies hetzelfde rondje. Net waren het 6 kilometer en nu ook. En 12 kilometer gefietst. De dag van de zessen. Na een kilometer of vier wordt het wat zwaarder. In de zin van dat ik me vermoeid voel en dat ik iets meer in mezelf keer. Ik loop op het mantra dat de hartslag omlaag moet, maar mijn benen blijven te blij met dit tempo. Ik ben een minuut sneller. En het is nog zulk lekker weer, dus ik neem alvast wat hersteldrank en ga dan op Robs racefiets uitfietsen. Alleen, lekker op mijn dooie gemakje. Vincent heeft een snelle run gekoppeld en staat toch in de douche. Ik vergeet de fietsbroek helaas. Robs fiets past me prima, maar het zadel niet. Ik besluit ook hetzelfde fietsrondje te doen, maar dan niet te letten op tempo of cadans. Het gaat niet verkeerd. Ik drink de bidon leeg. Uiteindelijk ben ik zelfs ietsje sneller. Ik ben blij dat ik niet nog een keer hoeft te rennen, zoals oorspronkelijk in het schema stond, maar dat waren maar kwartiertjes fietsen en niet twee keer een half uur. Dit past beter bij vandaag. Ik ben blij dat ik weer opkrabbel en voel me weer ouderwets energiek. Al met al heb ik de afgelopen week 12 uur getraind; om in de zessen te blijven! Dat komt er van als je traag bent 🙂

Ojee! Als ik dit schrijf, loop ik inmiddels wel heel ver achter…. Een week of twee moet ik even ‘bijwerken’…
Snel maar eens doen dan!

Op 25 februari had ik weer borstcrawlcursus. Ik ging in baan 3/4. Het is zo prettig dat het bij de cursus niet gaat om hard, om de groep bijhouden, om zwemmen tussen de lijnen. Het gaat om goed opletten wat je doet. Dat je met flippers zwemt, zodat je de insteek met de armen vooral goed kunt oefenen. Er zijn geen lijnen, er is geen tempo van de voorste waar je aan moet voldoen. Deze keer gingen we de benen onder de loep nemen. Gek genoeg gingen we watertrappelen daarvoor! En opeens had ik het wel door. Soepeltjes, dat er kracht uit de voeten komt. Kijk, daarvoor ga ik naar de cursus, niet om 2000m in een uur te zwemmen of achter MB, IS of wie-dan-ook te gaan hangen.
Een dagje later, op dinsdag ben ik laat thuis van mijn werk. Ik rijd doodmoe door naar de looptraining van Vincent om met Rob te gaan wandelen. Zo heel nu en dan is een wandeling genoeg. Dan bestempel ik dit meteen als mijn rustdag!
Woensdag 27 februari haal ik het weer in. Het is een mooie dag en ik ga onder werktijd met Joyce een stukje lopen. Het is zo walgelijk druk op het werk, ik moet vanavond ook aan de bak en ik haal dat uur met gemak in. Maar het duurt ik voor ik lekker loop, zonder schuldgevoel. Joyce en ik hebben zoveel te kletsen: we zouden met gemak een ultra kunnen lopen! Het is prachtig weer. Zonnig, warme en in korte broek!! De Oostvaardersplassen lijken wel in de Spaanse zon te liggen. Ik doe 1 rondje en haal Vincent op van school.
Na de lunch zet ik weer al het werk opzij: buiten fietsen nu het kan! Vincent gaat met me mee, ik op de tijdritfiets, hij op de racefiets. Net als vanmorgen trek ik me niks aan van een tempo of een opdracht op het schema: ik ga nu omdat het kan, omdat het mooi weer is. we fietsen naar de Kemphaan en dan om de Kemphaan heen. Langs de woonboten. Op het fietspad van het Challenge-parkoers gaan we lekker even hard. We rijden niet door naar de dijk, maar gaan terug richting Stichting Aap. En dan zijn we de Kemphaan rond en blijven we aan de andere kant van de Vaart tot het spoorbaanpad om weer naar huis te gaan. Het was echt enorm genieten van het weer!

Als ik dit schrijf, regent het alleen maar. Het regent al de hele week. Sinds die veelbelovend lente-achtige woensdag heeft het alleen maar geregend geloof ik. Dus ik ben blij dat ik er toen toch gebruik van heb gemaakt!

Maar de woensdag was nog niet voorbij: ik moest toch iets doen van het schema en er stond een uurtje zwemmen op. Hoewel dat gelijk zou vallen met de grote release op het werk, kon ik wel een half uurtje gemist worden. Het werd een goede zwemtraining: niet zozeer vanwege de oefeningen, maar ik voelde me gespannen voor de release. Had de hele tijd de neiging het bad uit te rennen om mee te gaan kijken. Ik voelde overal de spanning zitten en dat belemmert het zwemmen. Ik deed keurig mee en niet eens zo heel slecht, maar het voelde aan alsof ik onder hoogspanning stond. En dat is precies wat ik ervaar als ik aan een wedstrijd begin. Dus het was goed om er doorheen te denken: rustig tellen, uitdrijven, kalme slagen blijven maken. Toen de les voorbij was, zat ik al op de telefoon mee te kijken in de app. En dat heb ik tot en uur 11 ‘s avonds gedaan. En hard gewerkt en fijn getraind: een afwisselende dag!
Donderdag 28 februari heb ik me weer eens voorgesteld bij de baantraining. Ik was nog steeds volkomen hyper van het werk en kwam er maar moeilijk in bij het inlopen buiten de baan. De groep was te groot en te divers: we liepen met alle volwassenen samen. Eenmaal op de baan viel het wel uiteen en we moesten 800tjes lopen. 600 matig tempo, 200 wandel/dribbel. En dat vijf keer. Ik liep eerst een beetje achterop, toen mijn tempo en toen een rondje met YS om met haar te kletsen. Maar dat was een andersoortig rondje, ander tempo. Toen deed ik een rondje alleen op weer een wat hoger tempo. Uiteindelijk deed ik d 5 rondes ook, maar dan net even anders. Wie maalt er ook om? Na een uur was ik de werkstress helemaal kwijt.
En ze was februari voorbij en werd het 1 maart. Een droge, maar sombere en kille dag. Op het schema stond fietsen. Een hele tijd fietsen met verschillende cadansen. Manuel ging mee op de mountainbike. We deden een luizenrondje: eerst het Schanullekesluisje in Almere Buiten, dan naar de sluizen op de Knardijk, over de Knardijk naar de sluizen aan de andere kant en dan terug door de polder naar huis. Nu wilde het geval dat we wind mee hadden op de Knardijk. Dan is het heel erg fijn om de wieken van de windmolens te horen suizen. Ik was nog nooit eerder zo ver de Knardijk afgefietst. Leuk om een keer iets nieuws te doen! Wat me wel ergerde was dat ik tussen de 85 en 95 rondjes per minuut moest draaien. Dat is best veel. En ik wist al dat ik daarna tien minuten nog meer rondjes moest gaan draaien en dat we dan geen wind mee meer hadden! Ook langs de Vaart op deze plek, was ik nog niet eerder geweest. Ik vond het niet leuk om zo hard mijn benen rond te moeten draaien, zonder dat daar tempo uit kwam. Maar ik deed het wel netjes elke keer. Het werd pas echt irritant toen we ook nog wind tegen kregen! Uiteindelijk duurde het meer dan een uur voor we een auto zagen die ons inhaalde. Manuel had de pee in van de wind. Die vind ik niet zo erg, maar dat de cadans dan zo hoog moet zijn, vind ik niet leuk. We gingen terug door het Kotterbos. Zo scharrelden we toch 50 kilometer bij elkaar. In 2 en een half uur. Voor mijn gevoel had ik overdreven veel getrapt!
Op zaterdag 2 maart was er veel te doen: schilderen van de salontafel, opruimen, schoonmaken, wassen. Het was nog een keertje lekker weer en ik zat er op te wachten om te gaan fietsen. Uiteindelijk bleef er heel weinig tijd over. Ik sprong ietwat gefrustreerd op Robs zijn fiets en knalde een half uurtje over de dijk. Daar had ik wind tegen en ik draaide om om te voelen hoe wind-mee dan aanvoelt. Toen door het bos met wind tegen weer terug. Op het zijpad viel de zijwind tegen, dus ging ik over het industrieterrein langs de kassen met wind-mee weer terug. Daarna pakten Vincent en ik snel de zwemspullen. Ik wilde niet meezwemmen in het kinderuurtje. Ik wilde gewoon even rustig zwemmen in baan 1. Dus ik ging hardlopen in het uurtje dat Vincent zwom. Gewoon door het Beatrixpark. Nog altijd een beetje gefrustreerd, had ik geen zin in een opdracht. Ik liep rustig in en eenmaal in het park ging ik op de skatebaan versnellen. Ik nam de berg mee en het ging lekker. Even geen gemier met een lage hartslag, gewoon lopen-lopen-lopen. Drie rondjes lang. Even lekker lopen, maar niet te hard (ik moet nog zwemmen hierna). Toen was alle sjacherein verdwenen en kon ik rustig gaan zwemmen. In baan 1. Omdat ik dan rustig kan oefenen en ik hoeft niet perse snel/snel in baan 2. Gingen we heel veel benen doen… Maar dat was een mooie oefening na maandag en het gaat echt beter. We deden ook veel lange slag. Ik vond het prettig dat ik niet hoefde te jagen. En zo had ik toch weer een sportdagje erop zitten.
Zondag 3 maart. Ik ga niet overdrijven, dus ik doe ietsje minder dan de lange 3 urige training vandaag. Ik vind de afwisseling lopen en fietsen erg fijn, dus dat is wel goed. Zo ga ik eerst een half uurtje lopen in zone 1. Dat is zo’n gerem de hele tijd, dat doe ik wel alleen. Ik nam de berg maar weer eens mee. Het regende. En waaide. Ik zag op tegen het fietsen wat ik hierna moet doen. Rennen in de regen is tot daar aan toe, maar fietsen is mijn ding niet. En dan ben je al nat en vies. Nee, ik zat er niet zo lekker in. Thuis drinken pakken en op de MTB springen. Node. Maar het ging lekker eigenlijk! Ik had geen last van de regen en het was maar een klein blokje. Ik slingerde wat en eerlijk gezegd vond ik het zelfs leuker als rennen in zone 1. Ik ben al naar het noorden en naar het westen gegaan, nu naar het oosten voor een boodschap bij de winkel. In zone 2 deze keer. Dat is een stuk beter! De regen merk ik al niet meer op. Dat de winkel dicht is, stoort me wel, nu moet ik gaan zoeken bij de Action. Dat kost veel tijd en ik krijg het er koud van. En dan weer terug naar huis hobbelen. We gaan naar het zuiden vanmiddag voor een verjaardag. Met de auto. En als ik de wandeling op de rustdag meetel, zit er weer bijna 12 uur sporten in de week. Tezamen met een paar uur overwerk. Gek he, dat het bloggen er dan een beetje bij inschiet? 🙂

Comments are closed.