De knie is hard aangepakt door de fysio (dat zal je leren!) en blijft de hele dinsdag beurs voelen. Het maakt dat ik me oud en krakkemikkig voel en daardoor vergaat de zin in hardlopen me. Als het elke keer pijnlijk is, waarom zou ik niet stoppen met dat geren dan? Waarom zou ik dan zondag een 10 kilometer wedstrijd gaan lopen? Om te kijken hoe mijn knie zich houdt en omdat het van de fysio mag, komt mijn loopmaatje mij om half 9 ‘s avonds ophalen. Dan doet mijn knie al veel minder pijn, want ik kan moeiteloos de stofzuiger de trap opsjouwen. Het lijkt dus niet echt aan de pijntjes te liggen.
Mijn telefoonprogrammaatje doet het niet. ohnee! Mijn horloge gelukkig wel. We besluiten het bos in te gaan, hoewel het inmiddels hartstikke donker is. In mijn eentje zou ik dat nooit durven! Maar ik ben gelukkig niet alleen, anders zou ik waarschijnlijk niet eens buiten zijn geweest! Weer voel ik me de eerste twee kilometers een oude vrouw die wat voorthobbelt. Daarna komen we kletsend in het bos uit en het volgen van het zilveren fietspad en luisteren naar ons geklets vergt genoeg aandacht. Ik heb regelmatig zin om gewoon te stoppen, maar dan loop ik in mijn eentje in het donkere bos, dus da’s geen optie.
Nog steeds ongeïnspireerd, maar inmiddels wel volledig pijnloos lopen we door het donker. Dan zie je het beter als met lampje. Zou het komen omdat ik inmiddels uitgedaan ben en me bijna ga vervelen en er niks is om me druk over te maken? Ik kijk niet eens naar de tijden die we lopen: het voelt aan alsof ik over elke kilometer 8 minuten doe. In werkelijkheid valt het mee.
Hoe minder zin, hoe sneller we gaan! Ik voel me ook helemaal niet geroepen om harder of verder te gaan lopen. Gewoon de overbekende fietspaden graag. Ik heb nog geen idee waarom ik er maar niet lekker inkom. Het is niet ongezellig of saai, maar ik voel me echt een sloom ezeltje. Mijn pasjes zijn klein en dat werkt blijkbaar verwarrend. Na een kilometer of 8 heb ik eindelijk het gevoel dat het wel goed gaat, maar dan is de meeste energie al opgesoupeerd.
In het park daagt het me opeens, we hebben bijna de 10 kilometer gehaald en dan snap ik het van mezelf waarom ik blokkeer: ik ben gewoon doodsbang voor de wedstrijd van zondag! 10 Kilometer op snelheid moeten lopen durf ik niet meer. Ik ben toch niet meer zo snel als eerder, ik hoeft het ‘maar’ in 50 minuten te doen en toch heb ik nu al wedstrijdvrees…. Bang om weer een blessure op te lopen of juist te zacht te gaan en mezelf teleur te stellen. Alle pijn uit mijn knieën en enkels vloeit weg en mijn passen worden groter en zelfverzekerder. En dan piept het horloge dat ik 10 kilometer heb gehaald. Dik een uur. Het is goed geweest. Ik heb nog een paar dagen de tijd om mezelf moed in te praten:
Het maakt niet uit als je 50 minuten over de 10 kilometer doet – Je moet gewoon niet geblesseerd raken – Ook al loop je een halve marathon in 2 uur, da’s ook goed!
Meer kan ik er nu niet verzinnen en misschien zegt dat wel genoeg.