Elke ochtend meet ik mijn rusthartslag. Die rusthartslag zegt iets over mijn fitheid. Hoe lager mijn rusthartslag, hoe beter ik me voel. Nu voelde ik me gister voornamelijk voorzien van een goede dosis spierpijn, maar ja, je moet toch voelen dat je op de 25 km een dik persoonlijk record hebt gelopen! Als ik mijn hartslag voel voor ik in slaap val, zit ik al snel (ruim) onder de 50 slagen per minuut. Terwijl ik vorig jaar blij was onder de 48 te komen, is dat nu ‘normaal’ geworden. Vanmorgen droomde ik dat Jenson Button en zijn vrouw bij mijn schoonfamilie aan tafel zat en Vincent vroeg net in krom Engels waarom ze daar waren, toen ik wakker werd van Vincent in levende lijve die “goodmorning” zei naast ons bed. 2 Minuten te vroeg zag ik op mijn Fitbit en mijn hartslag lag op… 39 slagen per minuut. Jammer genoeg kom ik nooit meer te weten wat Jenson Button in Hilversum te zoeken had, maar mijn hartslag liep op tot ‘maar liefst’ 41 slagen per minuut toen ik eenmaal wakker was. Met mijn fitheid zit het dus wel goed! De spierpijn was ook nagenoeg weg.
Dus deed ik enige uren later een lange broek aan en nieuwe compressiekousen (die wel wat minder kwalitatief zijn dan de dure) en een regenjasje voor de zekerheid. Ik ging om kwart over 11 weg voor drie kwartiertjes uitlopen. Dan kon ik mijn kind op school ophalen. Ik hoefde me nergens aan te houden en nam een muziekje mee. Even lekker ontspannen, hihi. Rondje om de wijk, rustig tempo. De eerste kilometer ging in 6minuut18. Wacht even, rustig tempo? Ja, want mijn hartslag bleef in zone 1 liggen onder de 130 slagen per minuut. Ik SMSte naar mijn loopmaatje en het werd een heel vaag gesprek waar ik om moest lachen. Dat houdt het lopen leuk. In de tweede kilometer moest ik twee keer mijn schoen strikken. Ik had allemaal kalme muziek en het was warm. In de derde kilometer deed ik het regenjasje uit en om. Intussen kwam het tempo misschien ietsje lager te liggen, maar een zeven-minuten kwam niet in de buurt. Ik liep onder de bomen door, langs de wegen en langs het kinderspeelterrein. Ik ging langs de trainingsgronden van vorige week en toen over het industrieterrein terug. Naast de hartslag hield ik ook de tijd in de gaten. Je moet niet te laat komen op school natuurlijk! Ik bleef me verbazen over de kilometertijden. En het nieuwe bruggetje, wat gelukkig net weer herbouwd is, anders had ik om moeten lopen. Er kwamen een paar spetters uit de lucht, misschien van de bomen af? En ineens had ik nog maar 1 minuut om bij de school te komen en het was nog even aanpoten. Weer een 6:15 op de zevende kilometer, maar nu net in zone 2 met een hartslag van 143 slagen per minuut. Over 7 kilometer doe ik nét geen 45 minuten. Dat is mooi voor mij. Maar nog mooier is dat de gemiddelde hartslag op 135 ligt. Da’s zone 1! Zulke tempo’s liep ik voorheen slechts in zone 3 en dan was ik tevreden. Ik ben van dit dribbelen niet moe geworden!
Ik doe het jasje aan en krijg een lang kwartier de tijd om uit te rusten. Gymspullen, fietssleutel: jongeman was even vergeten dat de lunch iets verder fietsen en vooral lopen is naar huis vanaf deze nieuwe school! Gelukkig kan mama behoorlijk doorrennen en de laatste kilometer met broodjes in de hand en fietsbegeleider met gymtas ging nog in 6:25. Ik werd door een vriendelijke plantsoenmedewerker de hemel in geprezen om mijn sportiviteit. Dus de 50 minuten over de 8 kilometer haal ik net niet helaas. Neemt niet weg dat ik dik tevreden was. Het kilometrage van de maand loopt hard op.
Over hartslagen, een hersteldribbeltje met vage gesprekken en kledingwissels op tempo, en wachten op school.
Posted under Uncategorized
Comments Off on Over hartslagen, een hersteldribbeltje met vage gesprekken en kledingwissels op tempo, en wachten op school.
Comments Off on Over hartslagen, een hersteldribbeltje met vage gesprekken en kledingwissels op tempo, en wachten op school.