En hoe ik gestart ben: Ik heb me ingeschreven voor de halve triatlon in Almere op 8 september! Let’s do it again.
Beetje beter leren zwemmen (working on that), beter leren fietsen (voor in de bochten) en andere sportvoeding gaan gebruiken.
Op 1 januari begon ik weer met hardlopen na 4 dagen geen beweging (tenzij bed-bank telt). Een keer lekker overdag. Om de champagne en oliebollen te compenseren. Het ging maar traag. Ik mocht versnellen in de tweede helft, maar ik was blij dat ik het tempo vast kon houden. laten we het positief bekijken: het blijft toch mooi zo langs de plassen (getuige de vele nieuwjaarswandelaars) en het kan dit jaar alleen maar beter worden! (he, dat schreef ik vorig jaar ook 🙂
Dinsdagavond 2 januari ging ik weer zwemmen. Ik ben snipverkouden. Ik moet afwachten of dit lukt, maar het gaat wonderwel goed. Ik adem geen 1 op 5, maar ik hou het vol en zwem lekker mee. We hebben voortaan op dinsdag een andere trainer. Maakt niet uit, ik blijf lekker in baan 2. En met mijn achtje kan ik me redden in het zwembad.
Woensdag 3 januari. Ik werk en haal Vincent op en we zijn net op tijd in het zwembad. Weer lig ik in baan 2. Gewoon lekker meezwemmen. En met paddels als dat mag. Gek genoeg twijfel ik toch of ik zaterdag wel 100m kan zwemmen.
Donderdag 4 januari. Ik ga weer naar de training. Is het verstandig? Dat weet ik niet. Heb ik er zin in? Natuurlijk niet. We zijn met 1 groep volwassenen en het inlooptempo is al hoog. Ik trek het wel, maar ik zie het niet zitten. op de baan gaan we 800tjes lopen. Er zitten versnellingen in, maar die sla ik over. Ik loop gewoon. En dribbel. En loop. En dribbel. Kilometer na kilometer in mijn eigen tempo. Soms is doen meer waard dan hoe. Tegen de wind in geniet ik enorm! Dat vind ik erg leuk. Als ik de tien km vol maak, krijgt Vincent zijn eigen trainer. Die is heel blij en gaat er vol voor dit jaar.
Vrijdag 5 januari. Ik hoest de hele nacht door. Het houdt mij (en Rob) wakker en het is vreselijk vermoeiend. We zouden gaan hardlopen op Soesterberg, maar wederom moet ik afzeggen. Ik ga het niet kunnen. Vincent gaat met Manuel een half uurtje lopen en ik ga fietsen. Op de stadsfiets nog wel! Maar ook dat is vreselijk vermoeiend. Ik kom lucht en energie tekort. Het begint niet erg lekker zo!
Op zaterdag 6 januari heb ik de zwemanalyse. Ik kan inzwemmen. Ook zonder achtje. Spannend hoor. Ik hoest nog steeds en ben niet heel fit. De trainster filmt ons en bespreekt dat. Ik lig weinig stabiel. We gaan oefeningen doen voor de doorhaal. Ik heb veel aan het laddertje waar je je zogenaamd aan optrekt. Het voelt erg ongelijk aan: links en rechts tegelijk lukt me niet om te bedenken. Ik moet aan veel dingen tegelijk denken! De zoomers die we aan onze voeten krijgen, hinderen me meer dan ze me helpen. Insteken valt nog mee, maar… ik steek veel te ver voor mijn hoofd in! Hoe breed ik ook denk, het is veel te krap. De twee uur vliegen voorbij. We maken nog een filmpje en dan is het alweer voorbij. Het is een wonder dat ik de halve triatlon heb kunnen zwemmen, zoveel valt er nog te verbeteren! Maar ik ga er graag voor. Ik ga naar de training om het uit te proberen. Ik merk dat ik moe ben. Ik ga niet de hele les. Ik voel goed waar ik mijn spieren moet versterken. Dit wordt een lang en leuk proces! Zwemmen 2.0: here we come!
Zondag 7 januari. Weer een slechte nacht. Ik zou moeten fietsen, maar ik besluit dat hardlopen in de korte tijd die ik heb leuker is. Ik vergeet dat ik meteen na het ontbijt vertrek. Het gaat niet. De hartslag blijft laag, maar het tempo is nog lager dan laag. Ik kan niet genieten van de blauwe lucht, de fluitende vogels en de onverharde paadjes. Het gaat gewoon niet, maar ik geef niet op. Ik help het buurmeisje naar huis en ga elke kilometer langzamer! Gelukkig waren het er maar 4. Maar die heb ik niet eens in een half uur gered.