browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2020-21

Posted by on 28 June 2020

Maandag 15 en dinsdag 16 juni zijn rustdagen. De maandag is dat eigenlijk al een hele tijd, maar meestal skip ik die. Nu maar eens een keertje niet! En dinsdag kwam het ook niet van sporten.

Woensdag 17 juni. Dat ga ik allemaal op 1 dag inhalen! Ik ga op deze woensdag fietsen, een trail lopen, nog eens fietsen en zwemmen… Ik pak de trailspullen en mijn racefiets. Dat is even sjouwen, maar ik hoeft de trailmeuk maar een paar kilometer mee te zeulen en dan laat ik het achter bij Joyce. Zij rijdt naar Bussum. Net als zondag gaan we een trail uitgezet door PL volgen. Deze keer heeft hij 10km uitgezet, maar ik heb de route verlengd tot 16 kilometer. Eerst daar naartoe trappen! Ik rij vanaf Joyce’ huis tot aan station Almere Muziekwijk achter een scooter met 2 heren erop. Heerlijk moeiteloos 26+ rijden. Dan moet je omrijden in Almere Poort en de brug over. Het ging iets sneller dan ik had gedacht. Ik had lekker een muziekje mee. Nadeel is dat ik het fietscomputertje niet zo goed kan lezen met de zonnebril op. Nu is dat tot Naarden Vesting geen probleem, want dan weet ik de weg wel. Ik maakte een fotootje

En toen moest ik Bussum door. Dat is wel lastig als je de route niet zo goed ziet en die midden door de drukke stad gaat. Vond ik wat minder, maar ik kwam langs de rijke wijken daarna en ik volgde ook mijn instinct naast het fietscomputertje. We hadden om 10 uur afgesproken. Op het einde kwam ik nog door een fijn park en toen was ik er! Precies op tijd. Lekker opgewarmd. Ik hield het singlet aan. De fiets ging in de auto. Met de helm en fietsschoenen erbij. Ik nam het trailrugzakje en even later konden we vertrekken voor de 3 Heides-Route.

Heide + zon = hitte = gelijk aan ‘verbranden’ en dan zeker voor mij als ik me anderhalf uur eerder voor het laatst heb ingesmeerd… Maar daar is niks aan te doen. Ik kan me ergeren, maar het is niet zo benauwd als zondag en ik loop een stuk lekkerder. De route is beter te volgen. De ondergrond is minder stoffig. Het is minder druk op de hei. En we hebben elkaar alweer nieuwe dingen te vertellen. Gek dat het nooit ophoudt tussen ons… Toch vond ik elk boompje en schaduwtje wel welkom! Het ging me echt een stuk beter af dan zondag! Deze keer gingen de kilometers meer vanzelf. Dat je denkt: “zijn het er al vier, dan zijn we al op een kwart”.

De koeien waren echt geweldig! Zo midden op het pad in al hun slomige lodderigheid! We staan dan stil om ze te fotograferen en er van te genieten. Trail. Kan ons het tempo schelen. We hebben de tijd en zijn hier voor onze lol. En als we iets willen drinken of een gel naar binnen moeten werken, stoppen we ook gewoon even. In de schaduw. We staken de weg over en dan ga je het bos in. Heerlijk! Smalle paadjes, op en neer.

En toen raakte ik het spoor kwijt. Het was echt heel erg mooi, maar de route liep anders dan wij. We liepen er in cirkeltjes omheen. Tot we ‘m weer vonden! En weer de hei op. Nu verlaten we de route van PL en gaan we langs wat minder verborgen paden. Langs de Leeuwenkuil richting Hilversum.

En langs het Wasmeer. Het zag er met de drinkende runderen heel on-Hollands uit. Gelukkig ligt de waterzuivering aan de andere kant en is het bankje bezet door een rollator, anders had het ook Noord-Amerika kunnen zijn. En dan komen we in Anna’s Hoeve. Ik ben uitgeklaag…- ehhh… uitgekletst! We gaan de heuveltjes over. Ik denk aan toen ik hier de eerste run-bike-run deed. Het is nog altijd best mooi, dit kleinschalige bosje met de brugjes.

We wandelen langs de snelweg een miniheitje over. En dan komen we achter de berg van Anna’s Hoeve uit en gaan we het bos weer in. Ik dacht echt dat we over de verharde weg zouden lopen, maar het is een mooie bosroute! Langs de Natuurspeeltuin en de Schaapskooi. De kilometers rijgen zich aaneen. We wandelen tussendoor. Soms loop ik een stuk op mijn eigen (maar niet veel snellere) tempo en dan wacht ik daarna wel weer. We gaan over het saaie en ietwat drukke fietspad. Door de zon. Alsof ik die gemist had… En zo komen we bij het Bluk. De hei ligt er prachtig bij. Ik wil persé het lange pad omhoog door de felle zon nemen! Ook al is dat niet precies de route.

Ik geniet daar enorm van! Het is ook wijds en toch heeft het een duidelijk eindpunt wat je dan mist in het bos. Omhoog tot ‘boven’ en de boom aldaar.

Dan steken we terug naar de route. Wandelend. Ik vind het niet erg. Lekker relaxed! Geloof het of niet, maar we ratelen gewoon door. Zouden we na de Trail de Fantomes zijn uitgepraat? Joyce heeft het wat zwaarder. Die mist een stukje training door haar blessure aan het begin van dit jaar. Komt net wat kracht tekort. We wandelen gewoon een kilometer door het bos over de onverharde ondergrond. Dan gaan we kilometer 14 weer hardlopen. Onder het tunneltje door. Boven bij het tunneltje staat Paddestoel Nummer 1. Dus staan we weer stil. Die moet echt bewonderd worden!

Dat vind ik hartstikke leuk. We gaan de hei weer op voor de laatste oversteek. Ik eet en drink deze keer weer goed. Nu heb ik meer sportdrank bij me. Het zal wel meer dan 16 kilometer worden. We rennen weer een stuk over de smalle heidepaadjes, want nu zitten we weer op de route van PL. Ik vind het heerlijk om zo vrij te voelen als een vogel, terwijl we over de doodstille heide lopen!

Als we in de verte het einddoel zien liggen, gaan we nog even lekker op een bankje zitten om van het uitzicht, de zon en de rust te genieten. Het enige wat mij stoort is, dat ik op 16,9 ga uitkomen. Ik loop dus een stukje om. Op de heide blijf je elkaar toch wel zien. Joyce heeft een aanvaring met een hond. Ligt niet aan het beest, maar aan de begeleidster. En dan zijn we er. Rondje over de parkeerplaats en de 17 kilometer zitten erop. Ja, ik ben een beetje vermoeid, maar tevredenheid overheerst veel meer!

We gaan lekker een dikke dubbele boterham eten op het terras. Netjes volgens de corona-regels. En dan ga ik weer naar huis fietsen.

Helaas heb ik nu wel wind tegen. Maar ik heb geen haast. Ik moet niks. Ik navigeer op gevoel en op herinnering Bussum door. Ik volg iemand Naarden Vesting in, maar raak hem dan kwijt. Gek genoeg, als je Naarden Vesting dan uit rijdt, dan voelt het alsof je er bijna bent. Is nog niet zo, maar als het bekend is, voelt het korter. Langs de golfbaan over het on-Nederlandse fietspad en ik luister ondertussen lekker naar de muziek. De brug op speelt er wel wat vermoeidheid op. Als ik het saaie stuk Poort door ga, vliegt er een steekbeestje mijn mond in en meteen weer uit, maar er lijkt wel een prikje te zijn. Het voelt een aantal kilometers vreemd aan. Dan over het Spoorbaanpad. Ik begon het echt wel zwaar te vinden en bedacht me dat er geen enkele reden was om ook nog te gaan zwemmen. Door de Stad en dan naar Joyce’s huis om de spullen weer op te halen. Intussen is het ook best wel heel warm geworden! Het laatste stukje is echt even doorbijten en de wind tegen en de rugzak maken dat het nog zwaarder voelt. Maar ik kom thuis!

Douchen. Even rusten. En dan… gaat zwemmen eigenlijk ook wel weer. Dus ik ga naar het zwembad in Poort. Er is een plekje in baan 1/2. We zijn met zijn viertjes, dus als ik rustig aan doe, heeft niemand daar last van! Ik begin dan en dan bedenk ik wat ik wil doen. Vandaag wordt het 4x500m. Met zoveel mogelijk 1 op 3 ademen. Het gaat wel. Gewoon doorzwemmen. Ik hoeft niets anders te doen. Even wat water drinken en dan weer zwemmen. Ik klets even na 1,5 kilometer en dan nog 500m zwemmen. Ik doe nog 100m schoolslag en dan is het wel genoeg geweest!

Donderdag 18 juni
Een dag werken op kantoor vergt toch iets meer dan thuis werken. En misschien – héél misschien…- zijn mijn benen ook een beetje moe van gisteren. Maar ik ga tijdens de training van Vincent op de baan toch maar een stukje lopen. Geen intervallen, daar ben ik te moe voor. Als we naar de baan rijden, blijk ik mijn horloge vergeten! Wat (een) dom-per. Gelukkig is daar Strava die ook kan opnemen. Ik ga naar de sluis en dan niet te ver om, zodat ik terug kan of kan stoppen wanneer ik wil. Het is warm. En ik voel allemaal spieren die protesteren. Eigenlijk heb ik twee protesterende onderdanen. Gelukkig hoor ik ze niet door de muziek. Ik heb nog nooit zo kilometertje voor kilometertje geteld. Dan denk ik: als het niet lukt, blijf dan 2 kilometer hardlopen. En dan over de onverharde paden… Als ik bij twee ben, rek ik het op naar drie.

Het protest wordt niet minder. Ik ga over de brug en het asfalt is nog warmer. Het voelt echt als slepend. Vier kilometer…. Ik denk dat als ik stop ik helemaal niet meer start! Ik wil 6 kilometer lopen, maar het is (weer) iets verder. Bij de 6km ga ik een steigertje op. Strava uitzetten en een foto maken.

Om verder te hobbelen valt inderdaad niet mee… En dan ook nog de brug over… Men, wat heavy. Ik loop nog een rondje om de baan heen, omdat ik nog even tijd heb. En dan zie ik dat ik Strava niet opnieuw heb aangezet! Godvvv… De enige die klopt is de Apple Watch. En dat is ruim 7,5 kilometer. Strava zijn er maar 6 dus. Ik voer het in Garmin maar handmatig in.

Vrijdag 19 juni

We gaan swimrunnen. Met de meiden in Amsterdam – en een paar heren, waaronder Vincent. Die vindt het leuk. Ik vind het heel erg spannend. Hoe moet je dan zwemmen met schoenen aan? Welke schoenen moet Vincent aan? Hoe moet je rennen met wetsuit? Ik vind dat veel te warm! Maar alleen met een trisuit aan…. Is dat niet te koud? Hoe neem ik een boei mee? En waar laat ik de autosleutel? Ik heb meer vragen dan zin in zoiets. De enige reden om het wel te doen is, dat iedereen het heel leuk lijkt te vinden.

Vincent krijgt oude schoenen van mij en gaat in wetsuit en ik ga in trisuit met een constructie voor mij achtje. Met een (beetje berg) buikpijn rijden we naar Amsterdam, naar het Nieuwe Diep. We zijn met een man/vrouw of tien en de meesten zijn wat nerveus. Ik ben de enige in enkel een trisuit! De rest heeft swimsuits of wetsuits aan.

JB legt uit dat het allemaal niet snel hoeft. Ik heb de boei en Vincent moet bij mij blijven. Ik heb gedreigd dat hij anders naar huis moet lopen! We gaan hardlopen en die eerste 250m lukt me nog wel.

Dan het water in. Ik doe het maar snel en de temperatuur valt mee. Het valt allemaal mee! Ik kan zwemmen met schoenen en achtje en Vincent zwemt rechts van me. Elke keer als ik opkijk, zie ik een stralend gezicht.

Ik vind het ook wel spannend. Ik gebruik mijn benen nooit met zwemmen en nu ook niet, dus ik schop mezelf niet. Vincent trapt mijn brilletje om, maar ik kan ‘m rechtzetten. Heb ik dat ook eens meegemaakt! Ik kan 1 op 4 ademen afwisselen met 1 op 2. Het is niks koud en ik geniet ervan! Vincent steekt zijn duimpje op. We zwemmen een behoorlijk eind, iets van 400m.

Dan zet ik mijn horloge stil en ik wissel van sport. We gaan lopen. Benieuwd hoe me dat nu weer af zal gaan…. Ik heb het heel even koud als we het water uitgaan, maar eenmaal aan het lopen, is dat alweer weg. Ik schuif het achtje naar mijn dijbeen en laat de boei leeglopen en haak die aan de startnummerband.

Ik loop met JB moeiteloos vooraan. Vincent wil met de andere man meelopen en kletsen. De verschillen zijn groot, maar we wachten op elkaar.

We lopen door het park en ik ben blij dat ik niemand ken hier… We gaan het water weer in. Lekker koel!

Ik vind de stukjes allemaal best kort zo. Vincent en ik gaan weer samen zwemmen. We hebben halverwege een discussie waar we precies heen moeten. We komen weer op dezelfde plek. Ik vind het echt geweldig.

We gaan weer lopen langs het kanaal, onverhard. Dat lopen gaat prima en ik ga nu met MV kletsen. Veel te snel gaan we het water weer in. Vincent en ik vertrekken laat en dan wil hij met achtje proberen. Ik zwem dus zonder achtje en met schoenen aan en dat is best heavy! Moet ik toch nog even mijn best doen… Maar het lukt ook.

We verzamelen en 1 van de lieverds maakt met de onderwatercamera nog mooie beelden van ons.

Dan joggen we terug naar de auto’s. Het was geweldig! Echt erg, erg leuk. En zo fijn dat Vincent ook genoot! Hij wil alleen ook met achtje zwemmen voortaan. Volgende week doen we het voor de wedstrijd. Maar eigenlijk willen we morgen weer….

Zaterdag 20 juni

Het wordt weer warm. Ik wil misschien wel hardlopen, maar wanneer dan… Als Vincent zwemt, kan het niet, want dan spring ik wel heel bezweet het zwembad in. Dus ik ga alleen maar zwemmen. In het zwembad. Lekker saai. Baan 1/2. 300m Met achtje, 300m zonder achtje. Het gaat wel. Ik keer maar twee keer vervroegd om en de rustige zwemmers wachten netjes. Als ik met achtje zwem adem ik 1 op 3. Dan raak je dat zo gewend dat ik het zonder achtje ook een hele tijd volhou. Ik zwem tot de bel gaat. Bijna 6 keer gelukt om 300m te zwemmen.

Zondag 21 juni.

Verslag van Vincent: “hihihihi. Waar moet ik beginnen? hahahaha.” (AdB: zo leuk was het nou ook weer niet, maar goed) “We beginnen opnieuw. hahaha.” (AdB vraagt zich af of we nog gaan starten) “Oke. Hahahaha.”

Vincent: “Zondagochtend half 8. Opstaan en eten. Tijd om vandaag lekker een keer te gaan fietsen. Ons plan is om om 8 uur te vertrekken, maar met een beetje uitstel vertrekken we pas om kwart voor 9. We gaan vandaag het rondje Challenge fietsen, met 5 kilometer meer. Het rondje Challenge is het rondje van de triatlon en is 90 kilometer lang. Of eigenlijk iets meer dus. We fietsen eerst naar de Oostvaardersdijk toe. Het is nog lekker rustig in de Oostvaardersplassen. (AdB En er is heel erg weinig wind gelukkig!) Op de dijk gingen we naar Lelystad zoals afgesproken naar de Knardijk. Wij haalden fietsers in (AdB: ik zeg nog: die meneer op de dijk kunnen we niet inhalen, maar jawel hoor) en wij werden ook ingehaald. (AdB: maar het ging niet om de snelheid vandaag) Op de Knardijk was het gezellig en we hadden afgesproken dat we de eerste stop op de Praambult zouden houden. We waren niet eens de enige met dat plan, want er stopte nog iemand met de racefiets!

We hebben wel drie treinen gezien. (AdB: ondertussen dronken we iets en Vincent at winegums) Daarna zijn we de A6 overgestoken richting de Ibisweg. Het was nog steeds reuze gezellig. We besloten op de Dodaarsweg in het Engels ‘raad de persoon’ te doen. Het spelletje was heel gezellig en we waren zo afgeleid dat we niet eens doorhadden dat we aan het fietsen waren! We besloten om het nog een keertje op de Winkelweg te doen. hahahahaHAHAHAHAHA HAHAHAHAHA *lachen-gieren* mahahaham (AdB hihihihi). Okay, weer verder met het verslag: Als we bij het bruggetje aankomen, komt er een man achter ons aan stayeren. Daar ben ik nog een beetje boos over (AdB profiteur op een lastig stukje). Alleen gaan wij met een scherpe bocht naar rechts en hij gaat naar links. Doei… Op de Winkelweg doen we nog een keer “Guess Who”. Ik heb een erg moeilijk persoon gekozen en mama heeft er heel lang over na moeten denken wie het nou ook alweer was. Toen hebben we een pauzetje gehouden. We zaten al op 61 (AdB nietes, 51) kilometer.

We zagen een stoere auto langsrijden en we dronken nog wat water (AdB en sportdrank die daarna verder ging met lekken). Nu nog het stuk naar de dijk. We kunnen niet over de weg fietsen, dus moeten we een stukje omfietsen. Als we na 2 oversteken eindelijk op de dijk komen, hebben we volle wind mee en besluiten we naar het kasteel en terug te fietsen, zodat we de afstand halen – de honderd kilometer. Als we naar het kasteel en terug zijn gefietst gaan we een ijsje halen bij Mariola. Ik denk dat we weer op 61 kilometer zitten (AdB Maar het zijn er bijna 70). Ik besluit om een keertje 2 smaken te nemen, ik dacht erover om witte chocolade en vanille te halen. Alleen was er geen witte chocolade, dus dan maar weer ‘s vanille 😉

Het ijsje is zo lekker, dat ik besluit nog een ijsje te halen! Toen we na alle ijsjes weer weggingen, over alle dijken naar huis, besluiten we dat we als we bij de Gooimeerdijk en Oostvaardersdijk overgaan in elkaar een stop te houden. Als we in Duin aankomen, blijkt mama haar horloge vergeten weer aangezet te hebben. (AdB: en daar was ik héél sjachereinig van) Dat was even minder gezellig.

We waren wel heel snel Duin door! Na Duin werden we weer gezelliger en gingen we verder met kwebbelen. We hadden wind mee op de dijk. (AdB en toen konden we veel harder dan we gedacht hadden. Dat hielp ook voor de sfeer) Daarom sloegen we de pauzes over bij de Gooimeer-Oostvaardersdijk. Bij het Bloq van Kuffeler ging ik nog een pauze houden.

Mama wou weer terugfietsen en de honderd kilometer halen. (AdB maar dat was duidelijk niet zo gezellig met wind tegen) Ohja! Van mama moest ik sportdrank drinken en dan hoefde ik geen gelletje. Dus ik krijg de bidon dus ik neem een slok en ik besef: hier zit water in…. Die kan ik wel leegdrinken…. hihihi. Toen mama terug kwam van het extra fietsen, was zij er ook achter gekomen dat zij de sportdrank had meegenomen. Ach, wat jammer…. (not) De laatste 10 kilometer nog naar huis. We gaan goed! Ik had al sinds Almere Haven trek, maar nu kreeg ik echt zin in tosti’s. Mama wilde wentelteefjes. (AdB we hadden nog steeds wind mee en de wind was zelfs aangetrokken, gelukkig. Daardoor bleven we tamelijk moeiteloos 30+ rijden!) Als we er af gaan van de dijk, bij de Oostvaardersplassen besluiten we om de Oostvaardersplassen te vermijden vanwege de drukte. Dus fietsen we om via de kassen. Als we het laatste bruggetje op fietsen, zien we dat ik de afstand niet ga halen, dus moeten we nog meer fietsen. Joepie. Gniffel. (AdB ‘papa’s’ metertje is er als eerste, die heeft de extra 5 km ook meegefietst, maar die zet ik mooi stil!) Door vermoeidheid weet ik het niet meer heel erg goed, maar na een stukje omfietsen, haal ik ook de 100 kilometer!!

Als we thuis zijn en we gaan lunchen ben ik wel verbrand, maar verder heb ik nergens last van! (AdB: tot je morgen naar school moet fietsen…..) Ik vind het een grote prestatie van mezelf en ik vond het erg gezellig.” Aldus Vincent.

Maandag 22 juni. Een onrustige dag met een halve dag kantoor en veel warmte. Een rustdag, maar Rob gaat lekker mee fietsen. Heerlijk rustig aan! Het is druk buiten. Ik heb geen enkele moeite met het lage tempo! Het voelt zelfs soms alsof ik flink moet aanzetten. Rondje door het Kotterbos en achter langs de Sieradenbuurt. Een half uurtje. Nog geen 12 kilometer. Ik heb geen last van spierpijn of zadelpijn, maar ik ben erg moe.

Dinsdag 23 juni. Ik ga met Vincent fietsen. Zwemmen zit er niet in vandaag en ik had zin in een rondje om de Oostvaardersplassen. Gewoon rustigjes aan, geen enkele haast. Dan moet ik heel lang wachten tot Vincent ook klaar is en dat is wel irritant. We gingen door het Kotterbos en dan naar de Praamweg. Het was best rustig en we hadden wind tegen. Er waren wel redelijk wat vliegjes. We namen de weg langs het Oostvaardersveld. Het was nog best warm. Na het Oostvaarderscentrum bij Lelystad besloten we dat we maar eens moesten proberen om een vrij bankje te vinden om van het uitzicht te genieten. Dat lukte.

Na een paar minuten hebben we het wel gezien en na een plas gaan we weer verder. We komen op de Oostvaardersdijk en hebben dan wind mee. Dat gaat lekker, maar halverwege heb ik totaal geen zin meer. Niks niet. Ik zeg Vincent ook: “ik heb geen zin meer” Vincent verzint tegenwerpingen: ” kijk hoe mooi het hier is”, maar ik mopper alleen maar dat ik geen zin meer heb. Er zitten echt twee stemmetjes: “kijk een mooie boom” – “ik heb geen zin meer” – “wat leuk om hier te fietsen” – “IK HEB GEEN ZIN” – “ik ken hier alles al” – “weer een boom“… Vincent ligt dubbel, maar ik krijg er niet meer zin van als ik op zoek moet naar rode bloemen of auto’s moet gaan kijken. Dan bedenkt Vincent dat we wel een dierenslang kunnen maken in het Engels. Dat is flink nadenken en puzzelen. Het leidde totaal af van de geen-zin en het was dolle pret. We zaten elke keer vast. En dat maakte het zeer hilarisch. Fietste een man ons voorbij, riep ik dat dat alleen mocht als hij een dier in het Engels met een E wist. Zegt die man: “merci”. We waren extreem hard en veel aan het lachen. En zo vergat ik helemaal om geen-zin meer te hebben. Maar een dier met de E is het Engels blijft lastig…..

24 juni. Een middag vrij. Een bloedhete middag niks te doen. Ik zou gaan hardlopen met Joyce, maar die heeft gisteren een eind gefietst en doet vandaag rustig aan. Verstandig, gezien de hitte. Maar ik ben slecht in rustig aan. Ik drentel rond. Verveel me. Niet dat er niks te doen is, maar ik heb geen zin. Vincent wil niet mee swimrunnen en ik kan eigenlijk ook niet swimmen. Dan maar weer fietsen. Ik ga alleen en zorg dat ik onder de zonnebrand zit. Muziek hard aan en ik ga een rondje Noorderplassen doen. Het valt heel erg mee met de drukte. Blijkbaar blijft iedereen in de schaduw. Het gaat heel goed met fietsen. Ik kom op de dijk en heb wind mee en dan ga ik echt hard aan het fietsen. Dat gaat gemakkelijk. Leuk! Ik weet wel dat ik straks terug moet met wind tegen, maar dat heb ik er voor over. Ik geniet nu van 37 kilometer per uur. Bij het Da Vincipad moet ik wachten op de oversteek. Snel een fotootje nemen.

Er komt een meneer bij me staan op zijn stadsfiets voor een kletspraatje over het weer en de hitte. “je moet nu wel deze kant op, met de wind” Ik moet nog terug, denk ik bij mezelf. En dan vlieg ik er vandoor als ik hem een fijne rit toewens. Ik ben binnen een half uurtje bij Polder Love and Garden. Dan nog even een stukje wat sneller, maar op het hobbelfietspad krijg ik toch wind tegen. Ik trap gewoon hard door. Ik drink flink veel. Zeker voor mijn doen. Als ik langs het strandje fiets, ben ik blij dat ik daar niet ben: drukte alom! Ik bedacht dat ik nu toch moest proberen hoe dat hardlopen in de hitte voelt. Gewoon rustig en een klein stukje. Toen ik achter in de wijk onder de bomen door fietste en het koud had, wist ik het zeker: nog een half uurtje lopen er achteraan!

Thuis dronk ik de bidon leeg en met mijn fietsbroek aan ging ik. De buurman van no5 zei me dat ik net te laat was, want dat hij al gelopen had. Ik pakte mijn kans en we hadden een gesprek over hardlopen! Hij rent (flink) veel harder dan ik en 3 keer in de week. 2 Keer hetzelfde rondje en 1 keer 12 kilometer: hetzelfde rondje maar dan iets langer. Ik vond dit zo verrassend dat ik er vandoor schoot! De eerste kilometer ging lekker en veel te hard. Na anderhalve kilometer was ik onder de bomen en was het toch heet en toen was ik al een beetje op. Joyce appte mee en op 2 kilometer zette ik mijn horloge uit en appte ik terug.

Toen de volgende kilometer. Na elke kilometer stond ik even stil in de schaduw en zette ik het horloge ook uit. Na 3,5 kilometer ging het niet meer zo goed. Ik liep in de volle zon op de Evenaar en ik wankelde eventjes. Ik wist dus dat ik me niet goed voelde en ik kon niet beslissen of ik onmiddellijk moest stoppen, maar de wil om de kilometer vol te maken was sterker. Ik liep wel naar huis. De arbeiders die in de schaduw zaten uit te puffen vonden mij een held, maar ik was net iets te wazig. Thuis zaten de vier kilometer erop. Maar ik wilde er vijf doen. De buurvrouw van no7 zei me dat het te warm was. Ik was net iets te ver weg om te reageren. In mijn hoofd zat 5 kilometer, dus ik ging nog een keer rennen. Ik wilde 5 kilometer in 30 minuten lopen. Ik moest nog even iets inhouden en ik vond het zwaar, maar ik moest en zou het afmaken. De buurvrouw zei dat ze trots op me was. Ik ben niet trots op mezelf, maar ik heb het wel gedaan! Binnen 30 minuten volgens Garmin.

Maar ik vind dat niet zo eerlijk, als mensen dat zo doen. Dus ik heb als aanklacht op Facebook gezet dat ik er eigenlijk 34 minuten over heb gedaan. En weet je wat: dat vind ik reuze meevallen! Ik heb de hitte getrotseerd en dat voelt beter dan binnen zitten.

25 juni. Vincent heeft een koppeltraining: ze gaan de wissels oefenen, dus hij moet zijn fiets meenemen naar de baan (en ook zijn zwembrilletje trouwens). Dan gaan we maar weer op de fiets. Het is rond de dertig graden vandaag, dus een dikke laag zonnebrand is een must. Ik weet niet zeker of ik wel zin heb in wéér fietsen… We gaan lekker rustig naar de baan en ik heb een kwartiertje langer voor ze terug zullen zijn. Ik ga naar de dijk, want ik heb gezien dat ik dan het meeste wind mee heb. De wind werkt verkoelend en het is eigenlijk best prettig zo! Ik kom bij het Bloq van Kuffeler de dijk op en voor het eerst zie ik de ophaalbrug open staan!

Ik fiets lekker, ik ga niet racen ofzo, ik heb de tijd. Ik ga door tot Duin. Ik denk wel dat ik dat haal. Ik heb een klok voor mijn neus, dus ik heb niet zo’n idee hoe hard of zacht ik fiets. Op de stranden is het druk. Ik ga door naar het Kromslootpark. Met fietsers is het niet erg druk. Ook tegen de wind in gaat het nog redelijk. Ik drink veel, voor mijn doen dan! Ik ga langs het Weerwater en dan moet ik echt even denken hoe ik ook alweer naar de atletiekbaan moet rijden. Intussen ga ik me afvragen of de 50 kilometer op een avondje zomaar kan halen. Het Lumierestrand is overvol.

Ik scheur langs de Leeghwaterplas terug via het Noorderplassenstrandje, waar het natuurlijk ook druk is. De kids zijn al weg. Ik kom om 20:12 bij de baan aan en ze zijn al even klaar en alweer opgedroogd. Ik fiets rustig samen met Vincent terug. En weet je: het fietsen was niet vervelend ofzo, maar ik vind 45 kilometer genoeg.

26 juni

‘s Ochtends verveel ik me een beetje. Het is warm en benauwd. Manuel gaat fietsen, maar ik ga niet mee. Ik ga later vandaag nog een swimrunnen en dan is het misschien niet erg handig om al moe te zijn van het fietsen. Ik hang op de bank en achter de PC. Ik hang in de tuin en zie op tegen een race in de bloedhitte. Ik ben op tijd bij SG, want we vertrekken vanuit haar huis. Zij heeft lekker veel water in de buurt. KH en haar zoon NH komen ook.

Dit is de laatste wedstrijd van de Trispiration Competitie.Voor mij is het al lang geen wedstrijd meer, want ik ben niet de snelste of de beste of degene die het voor zichzelf het gemakkelijkste maakt om eerste te worden. KH wel, die gaat lekker knallen samen met haar zoon. Knallen en dertig graden is geen combinatie voor mij. SG is het daarmee eens, totdat we onderweg zijn! Dan lopen ze met 5:20 weg! Het is maar een kilometer, maar wel een zware vind ik. Over asfalt, terwijl de school uitgaat en het vol is met kindertjes op de fiets. Na een kilometer stoppen ze en dat verwart me dan weer, want we zijn nog niet bij het water. Daar hobbelen we heen, waardoor we wat meer lopen. Ik stop de tijd, blaas de boei op en dan gaan we het water in. Heerlijk koel! Het zwemmen lukt me wel, maar SG en KH verdwijnen snel voor me uit. Mijn brilletje beslaat en ik zie weinig. NH zwemt ook niet zo heel hard. Dan bedenk ik me dat ik de sport niet goed heb omgezet! Ik doe het alsnog en zwem lekker verder. We zijn weer klaar en gaan 1 kilometer hardlopen. Dat gaat ook op een flink tempo. Het is hier ook druk bij het water. Ik ploeg me er doorheen. Meer kan ik er niet van maken: ik vind 5:30 meer dan hard genoeg. SG loopt met mij mee, KH en NH voor ons uit. We zijn weer bij het water. Ik zet nu eerst de sport om en dan druk ik op stop. Weer het water in is wel erg lekker! We zwemmen nu iets verder en er zijn erg veel planten. Onder de brug door en dan weer een steigertje op. Daar maakt een aardig meisje een fotootje van ons.

We gaan nu een flink stuk hardlopen. In de felle zon. Met natte voeten. Ik hoeft niet te winnen! De andere drie hollen voor me uit. Als we op weg zijn, merk ik dat ik weer aan het zwemmen ben blijven plakken op mijn horloge. Ik zet het snel om en ontwikkel dan een tempo. Door het natte pak ben je niet zo oververhit. Ik ga op 5:35/5:40 lopen en haal langzaam SG in. Ik ga gewoon door. Om hier maar zo snel mogelijk vanaf te zijn eerlijk gezegd. Ik zet de blik op oneindig en ga door, ook als KH en NH stoppen omdat zij 3km hebben. Ze halen me nog maar een keer in. Ik ga door tot bij het brugje en wildrooster. Dan heb ik pas 3,75km gelopen, maar ik vind het best. Ik blaas de boei op en het is onwijs druk op de vaarroute die we willen oversteken. Leuk, ik heb me hier op verheugd! Voor NH is het een hele afstand en ook een heel aangaan. Die moet in mijn buurt blijven, want ik heb een boei en zij niet.

We moeten er eventjes inklauteren over de gladde stenen. Mijn boei, badmuts en bril zitten niet goed. Ik doe mijn bril af en dan schiet mijn glaasje los! Er zitten glaasjes in op sterkte. Dat ding zinkt naar de bodem en daar sta ik dan. Mijn zin is net zo verdwenen als het glaasje. Sjit! Een drukke vaargeul over in waterpolo-slag! En ik ben al best vermoeid. Maar oke, dan gaan we maar! Ik hou de slag goed vol, maar mijn badmuts kruipt omhoog. Het is eigenlijk wel fijn om goed zicht te hebben. Mijn armen hebben het erg zwaar. NH blijft in mijn buurt en KH zwemt ook niet ver voor haar kind uit, want die vindt de bootjes die langsrazen ook niet zo lekker. SG wacht verderop, maar ik wil alleen maar door om er zo snel mogelijk vanaf te zijn! We komen op een overvol strandje en moeten de 600m vol zwemmen. Tjeempie: ik ben even kwijt waarom ik swimrunnen leuk vond. We laveren tussen de mensen door. Tussen alle grote kerels en halfnaakte dames staat een klein meisje van een jaar of 6. Ze ziet ons voorbij stappen en als ik als laatste langs haar loop, steekt ze een duimpje op en trekt een bewonderd gezicht. Die lieve schat maakt de dag! We moeten nog 2 kilometer hardlopen. “Ik ga niet hard meer hoor” zegt SG. Zodra ik begin met lopen, denk ik dat het nog maar 2 kilometer is en dan is het klaar. Ik ga nu gewoon door en dat gaat best goed. Over het schelpenpaadje. Ik hou KH en NH een beetje bij en pak gewoon het tempo weer op. Op het asfalt lopen ze op me uit. Ik zal hoe dan ook de 9,3 kilometer volmaken en dan stop ik!

Ik ben erg blij dat het erop zit en van mij hoeven we niet nog een stukje extra te doen. We wandelen terug naar SG’s huis. Ik heb alle wedstrijden van Trispiration gedaan!! joepie! Ik heb grenzen verlegd en nieuwe dingen gedaan en ik ben absoluut niet de snelste, maar ik heb wel alles netjes volgens de regeltjes gedaan. Ik baal van het brilletje, dat is wel zonde, maar het is niet anders.

Als ik naar het weer kijk, denk ik dat Vincent en ik vandaag ook de korte afstand moeten doen. Ik kan niet goed beslissen hoe en waar we dat moeten doen, maar morgenochtend met onweer lijkt me niet verstandig. Ik ga naar huis en we eten pannenkoeken. Veel pannenkoeken. Dan pakt Vincent zijn spullen en ga ik nog een keer mee voor de volgende ronde.

Met de auto naar de Noorderplassen. Vincent staat te trappelen, hij heeft er zin in. Ik voel me licht gestoord dat ik dit weer ga doen.

We gaan over het Plassenpad lopen langs de schaapjes. Het gaat me niet gemakkelijk af. Na een kilometer zijn we op de parkeerplaats bij het Boathouse. Het is nog steeds razend druk op het strandje. Het voelt raar om daar gewoon tussen de zandkasteeltjes en kleuters met je schoenen aan en een boei het water in te stappen. Ik heb mijn oude blauwe brilletje. We gaan achter de balkenlijn en daarna gaan we zwemmen. Ineens snap ik waarom ik nooit kon navigeren: ik zie niks door de bril! Nauwelijks iets! We gaan om het bord heen en dan tussen de bootjes door. Het zwemmen lukt wel, maar zonder zicht is hopeloos. En dan heb ik 100m gemist omdat mijn horloge niet aanstond. Grrrrr. We zwemmen naar het volgende bord. Dan ga ik nog op en neer. Vincent doet wat aanbevolen is: spelen en genieten! Maar ik denk: ja, het is ook een wedstrijd he! We gaan er rustig uit en dan gaan we weer lopen. Vincent blijft netjes bij me. Ik doe mijn best en loop flink door. De natte voeten wennen. Vincent went niet aan het achtje wat afzakt en moppert en sleept wat af. We lopen langs de auto en de vele bbq’ende mensen. Het is overal soort van gezellig druk. Ik vind 2 kilometer best als veel aanvoelen nu. Echt afgekoeld is het namelijk nog niet! We gaan richting de camping en kijken waar we eruit kunnen. Als we nog iets van 200m te gaan hebben. Er zijn een paar jongens aan het spelen en Vincent hoort ze roepen: “Broeders, die triatleten komen hier zwemmen, dat zijn echte sporters!” We komen aan de waterkant. Er ligt veel slib. Ik let goed op dat ik het horloge correct omzet. Lekker zwemmen dan voor 100 metertjes. We gaan iets verder, omdat we naar de kant terugmoeten. Door het slib er weer uit.

Nu gaan we een kilometer lopen. Terug langs de barbecues en de grote dure auto’s. Vincent houdt de moed erin. Kwebbelt over Pokemons en auto’s. We komen weer bij de Noorderplas en nu weet Vincent waar we erin moeten. Nog 300m. Nog een keer weinig kunnen zien. Gewoon rechtdoor zwemmen naar het strandje. Ik ben best wel een beetje moe aan het worden, maar ik zwem door en door. Ik ga over op 1 op 3 en dat lukt me. Heb ik ook ietsje meer zicht. Dat gaat beter en strakker. Halverwege het strandje gaan we het wel halen en gaan we terug. Mijn horloge blijft steken op 298 meter. Ik vind het best. Nog 2 kilometer hardlopen en ik ben helemaal klaar met de Trispiration Competitie! Op meerdere vlakken.. Er zit niet veel tempo meer in mij. We doen hetzelfde rondje als de eerste kilometer. Als we weer bij het Plassenpad zijn, zeg ik Vincent dat hij zijn eigen tempo maar moet gaan lopen. En weg is ie. Ik kan hem alleen maar tevreden nakijken. Ik loop ook door, maar gewoon niet zo hard. Dag schaapjes, dag mevrouw met fototoestel, dag mooie lucht, dag nu-lege-vaargeul…

Langs het strandje is het rustiger. Ik denk even aan afsnijden, maar ik doe het niet. Ik wilde twee afstanden doen en dan doe ik ze ook helemaal ook! De zon is nog best sterk en mijn benen zijn dat dat niet meer zo. Maar van opgeven weten ze niet. Dan komt Vincent mij weer tegemoet. “We gaan samen finishen, mama”. Dat is toch echt teamspirit he?! Hij pakt mijn hand en midden op het fietspad staan wij te juichen bij de ondergaande zon en rode lucht. My Hero.

We maken nog foto’s en hemeltje, wat ben ik blij dat het erop zit. Ik heb op een tropische dag 14 kilometer hardgelopen en 2000m gezwommen. Je blijft koel door de afwisseling, maar eenvoudig is het bepaalt niet. Ik heb er niet heel erg van genoten, omdat het door de wedstrijd aanvoelde als een soort ‘sneller’ moeten en ‘precies’ goed doen. Spontane swimruns gaan we vaker doen!

Zaterdag 27 juni is een welverdiende rustdag. Ik doe even helemaal niks aan sport. Het weer is onstabiel en we gaan lekker weer eens naar Veldhoven.

Zondag 28 juni ga ik weer met Joyce trailen. Ik slaap niet zo best, maar gelukkig hebben we pas om half 11 afgesproken. Ik vergeet bijna mijn hardloopschoenen aan te doen en sta al op sokken buiten als ik het merk! Ik heb een akkefietje met de auto en bel met mijn trainer en zo onrustig kom ik aan om voor de derde keer de trail Polder Garden of Love and Fire te gaan lopen.

Al binnen een kilometer is mij duidelijk dat mijn lijf nog niet echt uitgerust is van de swimruns. Het gaat gewoon niet zo snel. Hoewel het heerlijk weer is: lekker koel en veel wind. Het bos is mooi en door het gras kletsen wij gewoon maar door. Ik wil eigenlijk een paar kilometer lang alleen maar lopen, maar bij het water staan we toch al stil. Dat kleine poeltje dat onopvallend in het groen ligt.

We lopen twee rondjes om de heuveltjes te oefenen. Ik geniet ervan! Eventjes voel ik me helemaal vrij. Dan vervolgen we de tocht van PL door het bos. Ondanks dat ik voldoende drink, het prettige gezelschap en het fijne weer voelt het allemaal een beetje trekkerig. We slaan het heen-en-weertje over omdat ik denk dat het bruggetje verderop niet meer zal bestaan. En dan moeten we omlopen. We hobbelen en kletsen vrolijk verder terwijl we door Almere Pampushout slingeren.

Van tijd tot tijd wandelen we een klein stukje en we zijn alleen maar stil als de paden te smal zijn. Ik vind het stukje langs de weg altijd heel mooi. En dan door het bos. Daarna komen we een pad tegen dat te begroeid is inmiddels. We lopen naar het fietspad en steken terug. Daar is een smal pad waar het fietspad eindigt in het niks. Dat pad loopt langs de velden en is een grote massa van kriebelplantjes. We komen op een veld en daar lopen we vast. We gaan de verkeerde kant op en lopen het hele veld rond. Dan komen we weer op de goede plek bij de uitgang en steken we het fietspad weer over het bos in waar we het mini-hertje zagen, Vincent en ik. Nu lopen we langs de boot-opgraafplaats.

We hobbelen verder. Bos en bos. Ik ben de afstand en tijd een beetje kwijt geraakt. Het gaat niet snel. We komen bij het rustpunt. Ik vind het zonnig en neem een gel. Dan weer verder! Langs de velden en de bossen tegen de wind in. We komen bij het bruggetje. Wat ik al vreesde is waar: het bruggetje is niet meer.

We lopen om. Niet dat ik er niet op had gerekend, maar het is toch een kilometertje (of meer) om. We vinden een heel mooi brugje.

En dan naar de dijk. Op de dijk zullen we wind mee hebben. Als ik daarboven sta, en ik zie de golven wil ik dolgraag in het water springen om over de golven-windkracht-5 te trotseren! Er zijn veel bootjes en veel golven. Nu gaan we over het (warme) asfalt lopen.

Ik wijs Joyce nog een keer op de enorme golven en dan pak ik mijn eigen tempo. Voorzover dat er (nog) is. Gewoon even drie kilometer je verliezen in een lang, recht, saai pad en luisteren naar de golven en zo nu en dan nasprayen van een golf. Ondertussen wind mee en aftellen. Ik zal op 15 kilometer zitten als ik bij het begin van de IJmeerdijk ben en tot die tijd doe ik niets anders dan doorlopen. En Vincent appen dat hij frikandellenbroodjes moet maken.

We kijken naar de golven en de surfers. Ik vind het erg mooi en zal moeite moeten doen om de laatste kilometer nog af te leggen.

Over het einde van de Oostvaardersdijk en dan oversteken. We zijn er bijna, maar het worden meer dan 16 kilometer en dat voel ik overal. Door het bos komen we achter het kunstwerk uit en dan zijn we rond!

We hebben er heerlijk lang van genoten! De twee gels zijn op en van de sportdrank heb ik zeker een dikke liter gedronken.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

1 × three =