browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2021-19

Posted by on 4 July 2021

4 juli Zwemmen ?‍♀️ en een ? halve marathon lopen ?‍♀️ 2️⃣1️⃣⏺1️⃣

We hebben 3 puberjongens op visite die blijven slapen. Nou ja, dat slapen doen ze pas laat… En de kat vind om 5 uur dat hij moet mauwen. Om 8 uur zijn de jongens weer op volle sterkte. Kortom: ik heb langere nachten gekend… Maar ik had gezegd dat ik zou gaan zwemmen als ik vroeg wakker was. Ik heb tot half 11. Dus ik eet snel iets en ga dan naar het zwembad in Almere Stad. In de snelle banen maar.

Ik heb een training. Eerst 100m inzwemmen met achtje. Dan doe ik in baan 5 4 keer 200m. Ik moet op de techniek letten. Breed zwemmen zit er al behoorlijk in. Nu nog diep. Ik zwem alles zonder achtje tegenwoordig. Voor mij is aftellen van banen het meest lastig. Ik moet 5 keer 150m waarvan de eerste, derde en vijfde keer met paddels. Iets harder. Ik verhuis naar baan 6, waar 1 meneer in zit. Die ik niet bijhoud. Maar dat is met twee personen geen enkel probleem. Met paddels en zonder achtje is nog iets zwaarder. Maar de tweede en de vierde keer gaan dan wel weer erg lekker! Daarna moet ik 4 keer 200m doen en dat in de hoge zone. De eerste en derde doe ik met achtje. Ik zwem flink door en dat kost kracht, maar oh, wat is het leuk! Nog even en ik moet echt gaan ontspannen met de vingers. Dan ga ik in 1 keer de hele doorhaal aanpakken. Voor vandaag is dat nog iets te ver weg. Het diep insteken gaat nog lang niet elke keer vanzelf. De Apple Watch telt de banen een heel stuk beter dan de Garmin op deze zondagmorgen.

Aan het einde is baan 5 weer leeg en daar sneak ik snel in om een baan vlinderslag te proberen en op te nemen! Dat is een uitdaging op de Trispiration Bingokaart. Het is een geinige poging, laten we het daar op houden!

‘s Middags breng ik de jongens naar het zwembad de Koploper. Ik heb mijn fietsen schoongemaakt. Als de jongens binnen zijn, heb ik mijn rugzakje op en ga ik door Lelystad zwerven. Ik heb geen route in mijn hoofd en alleen een vaag plan dat ik over de enge bruggen van de Anaconda wil lopen. Het was echt lekker in het begin. Het gaat gemakkelijk en ik kan zomaar mijn eigen tempo oppakken als het maar binnen zone 1/2 blijft. Hartslag van maximaal 150. Maar het is al wel meteen erg warm. Ik zweet me ongans. Door alle commotie ben ik twee dingen vergeten: insmeren (het leek niet zo zonnig) en mijn OV-kaart. Ik zou elke 4km even stoppen om te eten en drinken. Ik zwerf door de straten heen. Het is stil overal. Na de eerste 4km ga ik vooral drinken.

Ik keek even waar ik was en toen kwam ik er uit welke route ik moet volgen naar de Anaconda. Gewoon overheen lopen he. Telefoon in de hand en gaan. Het viel mee.

De brug over het water was iets andere koek, daar moet ik blijven doorlopen, want die vind ik behoorlijk akelig. Al is fietsen enger dan lopen.

Toen naar links, want ik dacht daar verderop de brug weer terug over te gaan, maar eenmaal daar op 8km zag ik op het fietsbord dat ik het natuurpark over kon. Dat dan maar! Ik eet een hele eierkoek en drink weer.

Het natuurpark is lekker in de schaduw en lekker rustig. Ik moest tegen de tien km naar de WC en nieuw water hebben. DE LITER WATER WAS OP. Kan iemand de krant bellen! Bij het centrum bijgevuld, hoera voor de open toiletten en toen kwamen er grote druppels naar beneden. Ik vond het verfrissend, maar het hield alweer op voor ik nat kon worden. Ik ging langs de weg lopen en dat was minder, maar je moet elke keer water over.

Stoplichten en appen met een van de moeders van de knullen. En dan weer langs de grote weg. Ik ga er wel van doorlopen. Weer stoplichten. Ik stopte het horloge ook maar. En dan weer terug richting de Koploper zoeken. Ik ben nu bij de Mac langs de A6 en zit op 13 kilometer. Ik werd het wel wat zat en vergat weer te eten.

Ik besloot over de fietspaden door de stad terug te gaan. Dat motiveerde zo lekker dat het weer een stuk heel goed ging. Ik mijmerde weg en toen begon het te donderen in de verte. Oeps. Opeens kwam er druk van alle kanten: om 5uur moet je terug zijn voor de jongens, over 20 minuten is de twee uur vol, ik wil een halve marathon lopen…. Weg pret. Weg rust.

Ik wandelde langs het water, maar de donder zette niet door. Ik zag een andere loper die vroeg of ik net gestart was, maar ik kon niet zeggen dat ik al op 16km zat. Ik vroeg de weg terug naar de Koploper. Hij was een stuk sneller. Er was ook een meneer zijn hond aan het uitlaten die me zei: probeer maar voor de bui binnen te zijn! Tot zover het vriendelijke volk van Lelystad!

Bruggen over en ik weet niet wat. De routebeschrijving van de loper liet te wensen over, maar ik volgde de bordjes en het tempo liet wat te wensen over. Teveel gedoe met tijden uit elkaar houden. Dan word het echt allemaal lastiger om te denken: halve marathon, 2 uur, 5 uur…. Ineens was ik bij de Koploper en toen was de 2 uur nog niet vol! En de HM al helemaal niet! Dus nog een rondje er aan vast geplakt over de bruggen.

Toen nog blokjes om de Koploper heen en even wachten op de jongens en een beetje cirkelen, want de halve marathon moet er dan toch maar komen. Met moeite 21,12 volgemaakt in 2:12 en werkelijke tijd 2,5 uur. Voor mijn gevoel zat er veel meer pauze in. Weer ‘n halve marathon eruit geperst. En dat zonder zonnebrand én zonder regen! En ohja, zonder genoeg eten….

3 juli Fietsen ?‍♀️ en krachttraining ?️‍♀️

Ik ga lekker op de fiets een stukje rijden. Simpelweg mijn neus achterna. Op het zadel van de tijdritfiets. Een beetje wind mee op de lange rechte weg. En ik ga op de Vogelweg rechtdoor. Geen idee waar ik precies uitkom, of eigenlijk wel zo’n beetje, maar hoe ik daarna zal rijden, geen idee.

Zeewolde, Almere, langs de windmolens in aanbouw. Ik ga gewoon rechtdoor. Dan kom ik langs Oosterwold. Ik ga nu wel de Vogelweg op. Geen idee waarom. Ik ga over de weg richting de golfbaan. Ben ik nog nooit geweest. Ik heb een gewone route, maar net even anders. Ik rij langs de nieuwe teststraat die nog niet in gebruik genomen is. Het ziet wat donker.

Ik ga maar lekker door naar huis. Ik moest 75 minuten fietsen en ik haal daarin 33 kilometer. In de stad gaat het gemiddelde tempo weer hard omlaag. Maar ik ben tevreden! Het kostte niet zoveel moeite en ik heb lekker ongedwongen gefietst.

‘s Avonds doe ik nog een kwartiertje krachttraining. Deze keer heb ik zo min mogelijk aan, want je krijgt het bloedheet van dat gekickt en die oefeningen! Of het daar aan ligt of aan de korte tijd of aan de training zelf of -heel misschien- is het wel dat het ooit went, maar deze keer viel het mee!

2 juli Fietsen en zwemmen en krachttraining

Ik had me ingesteld op alleen fietsen. Vincent voor de laatste dingetjes naar school en Rob werken en Joyce kan deze week ook niet. Maar als ik aan het ontbijt zit, vraag ik Manuel. En die heeft er wel oren naar! Hij moet alleen nog even opstaan en ontbijten. Ik wacht op hem. Omdat ik me had ingesteld op alleen, ben ik niet zo druk aan het kletsen vandaag. Als ik alleen was geweest had ik me netjes aan de zones en de tempoblokken gehouden, maar samen wordt het toch weer meer een duurrit. De Oostvaardersplassen rond. Manuel vertelt lekker over zijn avonturen als trainer. Ik vind dat ik hard moet trappen, maar dat vind ik eigenlijk altijd, haha. We gaan een grote ronde maken.

Het is veel rechttoe-rechtaan. Makkie. Eigenlijk maakt het tempo me niet zoveel uit. Alleen gaat het aan het miezeren in Lelystad. Dat is niet lekker! Dat hadden we niet afgesproken! Het regent niet door, maar de bril en het zicht worden wel naatje.

En hier en daar een beetje glad in het bos. Bij de sluizen op de Knardijk hebben we nog tijd om om de plas heen te gaan. Het miezert iets harder door en we nemen de rechte weg. Manuel vind wind tegen en miezer een slechte combi. Die wind tegen had ik dus niet eens gevoeld!

We rijden door het Kotterbos en daar lijkt het droog, maar het kan ook opgedroogd zijn. Ik maak de 50 kilometer en 2 uur vol.

Ik had me ingesteld op het zwembad. Een duurtraining van 3 keer 900m. Maar eerder deze week had Vincent me beloofd naar een snelle 500m te hazen in het buitenwater. Met wetsuit aan. We gaan dus maar naar dezelfde plek als waar we maandag de triatlon hadden. Ik in wetsuit, Vincent niet. Vincent heeft het koud. Ik niet.

Ik zwem me suf, maar daardoor is het 1 bak onrust. Ik haat het als iets zo ‘moet’. Ik haal Vincent in als we de boei gerond hebben. Te koud voor hem. En te langzaam voor mij. De omstandigheden zijn toch elke keer anders. Ik zwem nog verder.

Naar de boei terug en ik ga nog een boei verder. De tweede keer 500m gaan zelfs nog sneller en net zo snel als in de triatlon. Raar hoor, want ik heb gepauzeerd met Vincent erbij. Nu zal ik de 2000m ook halen ook voor de jaarchallenge van Trispiration! Ik durf zomaar in mijn uppie over de plas te zwemmen.

Vanaf de verre boei laat ik de tijd en snelheid los en ga ik rustig letten op het diep insteken en mijn benen gebruiken. Dat geeft rust en ik zwem opeens heerlijk! Echt fijn. Het gaat misschien niet meer supersnel, maar ik geniet weer van het zwemmen en dat vind ik eigenlijk belangrijker.

Als ik weer bij Vincent ben die in de zon is opgewarmd, ga ik nog een keer de boei rond. Er zijn kinderen op sups en kano’s, niet handig, maar ik cirkel er omheen. Rust bewaren, een beetje opletten en breed en diep in blijven steken. Ik zwem de 2000m vol en voel het een beetje. Misschien kostte het fietsen eerder op de dag al wat energie? Wie zal het zeggen. Ik heb 2000m weggezwommen binnen 50 minuten.

Ik ben vandaag niet van het grote genieten in het sporten. Misschien komt het toch door vermoeidheid of het weer of omdat de woonkamer niet netjes is of… Ik weet het niet. ?‍♀️ Misschien door het verminderen van suiker en eten. Ik val weer af, maar mijn vetpercentage nog niet echt. En dat is ook weer niet goed. Zucht.

‘s Avonds ga ik nog een kwartiertje krachttraining doen. Voor deze trainer doe ik dat blijkbaar, maar ik loop liever 15 kilometer hard! Ik vind het zwaar, zweet me kapot en doe onwijs mijn best. Ik doe dit 3 keer per week een dik kwartier en dan moet ik heel snel onder de douche. 1 Ding weet ik zeker: dit is zo goed voor mij! Ik zal hier zeker sterker van worden. Hopelijk gaat het over een paar weken wat gemakkelijker allemaal. Dus ik probeer het.

1 juli wandelhardlopen precies zoals in het schema staat!

In het schema stond weer 3 dagen achter elkaar hardlopen, maar met de trainer heb ik doorgesproken dat dat toch niet handig is. Dus is het 3 kwartier wandelen geworden. Maar er staat nog hardlopen! Tijdens de training van Vincent ga ik met Rob wandelen. Wij wandelen flink door. Elke kilometer onder de 11 minuten. Het is lekker om samen buiten bij te kletsen. En we gaan even langs alle winkels voor kattebakzakjes. 3 Kwartier worden iets meer.

30 juni 9 Kilometer intervallen voor een badge.

Garmin heeft elk kwartaal een badge als je 505 kilometer hardloopt. Ik heb de eerste gemakkelijk gehaald en nu wil ik de tweede ook. Maar ik kom nog 9,2 kilometer te kort. Als ik kan gaan tijdens de training van Vincent regent het. Natuurlijk. Niet hard. Ik ga een rondje om Almere Poort. Mijn telefoon draag ik altijd om mijn linkerarm, maar daar zitten nu de sleutels, dus ik moet even een balans vinden. Eerst rustig inlopen in zone 1. Na 10 minuten ga ik 5 minuten versnellen. Niet te gek, gewoon zone 2/3. Dat gaat helemaal heerlijk! De regen is ook weg en er is genoeg zuurstof in de lucht. Ik moet 2 minuten rusten en dat is na 1 minuut al klaar.

Daarna moet ik 10 minuten ‘hard’. Ik tel zoveel mogelijk. Dat leidt me af en ik krijg mijn ademhaling onder controle. Dan maak ik me nergens zorgen over en als de gedachten afdwalen, tel ik gewoon door. En anders pak ik het na 5 minuten weer op. Ik ga de wijk in langs. Hier en daar ruikt het lekker naar eten. De rust is weer 2 minuten wandelen, maar na 1 minuut dribbel ik. Dan moet ik 15 minuten in zone 2/3 doorbrengen. Dat valt wat meer tegen. Ik raak wat vermoeid, ga iets minder hard en krijg het tellen niet voor elkaar. Tot overmaat van ramp klopt mijn bedachte route ook niet meer. Ik ga gewoon route te kort komen! Daar baal ik dan van, hoe stom ook. 2 Minuten rust en ik ga alweer terug.

Ik ga tien minuten hardlopen door het park. Het valt niet meer mee. Mijn benen vinden het welletjes, ik haal de 9 kilometer echt wel en ik tel een beetje lusteloos. Ik heb veel te weinig route en ga maar naar rechts. Dwalen kan er ook nog wel bij zeg… Ik wijk met het tellen maar 10 seconden af. Dat is netjes. Ineens moet ik 2 minuten echt totale rust houden in zone 0. Ik zit op 9 kilometer, de badge is binnen!

Ik weet alleen niet meer waar ik ben en ik heb nog maar 10 minuten. Dus ik ga de laatste 5 minuten door de Ierlandstraat, de Schotlandstraat en de Nederlandstraat in de hoop dat het goed komt. Het tempo ligt hoog, de hartslag iets hoger en ik word er nu eindelijk ook moe van. Ik haal 10 kilometer in iets van 61-62 minuten. Daar is met de wandelpauzes en de lage zones niks mis mee. Kijk, ik ben dan geen pro of elite triatleet, maar ik loop 2 dagen na een sprintje alweer supergemakkelijk de kilometers vol! Kan ik toch iets goed: herstellen. Ik hobbel het laatste stukje uit. Het worden 11,12 kilometers, terwijl ik op 11,11 mikte. En het is een leuk figuurtje geworden! Maar ik heb de badge gehaald! Zo halverwege het jaar zit ik op 1042 kilometer hardlopen.

29 juni Rustig uitlopen met nul foto’s

Even mijn hoofd leegmaken na een nacht met vier uur slaap. Ik kan mijn aandacht niet echt ergens bij houden. Gewoon lekker lopen helpt dan het beste. De overbekende route langs de Oostvaardersplassen en een muziekje op. Gewoon in zone 1 en tien minuutjes in zone 2. Het is nogal gemakkelijk. Ik loop behoorlijk moeiteloos 7 kilometer achter elkaar door. Dat kan deze oude taart dan weer wel. Met veel sjacherein. Ik ben dan ook eindelijk begonnen met echt op het eten letten. Ik schrijf alles op en ik smokkel tussendoor geen koekjes of chips meer. Wellicht heb ik daar ook een beetje last van.

28 juni NPW sprint triatlon De age-grouper tussen de elite

Laat ik eens bij het eind beginnen: ik heb nog nooit zo hard en lekker gezwommen zonder wetsuit, ik heb zo hard gefietst als ik kon en de kerel achter me kon me niet goed volgen, ik heb gemiddeld 5:12 gelopen en toch sta ik op de 24ste plek van de 30 deelnemers. Mannen en vrouwen. Het zou toch laagdrempelig zijn? Ik had het gevoel dat ik in de verkeerde groep was gestart. En dat maakte het eigenlijk helemaal niet echt leuk. Dat Vincent ver voor me eindigt is zijn goed recht, maar als ik alles maximaliseer, dan ben ik toch niet zo sloompjes? Noot van een paar dagen later: nee, echt langzaam was ik zeer zeker niet! Anderen doen enige dagen later een sprinttriatlon op een andere locatie en daar zou ik ook in de top 5 hebben gestaan. Vanaf boven geteld wel te verstaan. Bij de vrouwen. Het is dus net welk kader je aanhoudt. Vandaag was niet de mijne.

Terug naar het begin: alle groten deden hun wetsuit aan. “Anders loop ik teveel vertraging op bij het zwemmen.” Ik had mijn wetsuit niet eens bij me! Ik ben lekker in mijn trisuit van Trispiration. Oranje past mooi bij mijn fiets. Ik wil zwemmen en voelen of ik dat kan. Het water is toch zeker warm genoeg? Ik wil weten of ik verbeterd ben. We gaan 500m zwemmen en ik hoop dat het ook echt 500m zijn. Ik heb een halve bidon sportdrank leeg en macaroni gegeten.

Ik spring maar snel het water in. Het is totaal niet koud. Het water voelt zo totaal anders als ooit tevoren. Het is nog gewoon nat, maar het hele idee dat ik daar ter plekke zou kunnen verdrinken is totaal verleden tijd. Heel ver weg gedreven. Ik ga gewoon lekker zwemmen!

Om precies 7 uur starten we. Al snel merk ik dat ik niks meer zie door het brilletje. Ik zwem iemand omver! En ik hou iemand bij. Ik maak hele lange en rustige slagen. Lastig dat ik niks zie, maar ik ben toch niet de voorste. Het enige wat ik denk is dat ik breed moet zwemmen. Mijn hand kan ik nu toch niet controleren.

Ik kan je niet uitleggen hoe totaal nieuw de gewaarwording is dat ik gewoon superrustig zwem zonder gevecht en moeite. Ik adem 1 op 2, maar ik heb ook veel meer rust aan alle kanten. Ik baal bijna dat het maar 500m zijn! Ik moet wel even turen voor de boei, waar ik al bekant ben. Bij de boei maak ik 1 brilleglaasje schoon.

Het helpt iets, maar ik heb toch geen flauw idee waar ik heen moet haha! Ik zie wat boten en een hoop zwemmers voor me en die volg ik maar lekker. Als het maar 500m worden voor de meting van Trispiration. Dat worden het en ik heb de steiger in het vizier. Door dat brilletje kan ik niet zien hoe lang ik er over heb gedaan. Het trapje is al bezet en ik zie op het trapje iets staan met 12 minuten. Zelfs dat is al sneller dan 13 minuten, dus het is top! Ik heb heerlijk gezwommen en ben superblij. Wat een overwinning dat ik dit zonder wetsuit heb aangedurfd en gedaan! Ik doe slippertjes aan. Dat rent ook niet lekker, maar de steiger is ook glad. Ik wissel kalm en krijg de fietsschoenen lastig aan.

Dan stap ik op de fiets. Het fietspad op en eigenlijk denk ik binnen een kilometer al: ik heb geen zin in fietsen en ik haat fietsen nogal. Tja, wat dan. Dan ga ik maar zo hard mogelijk, dan ben ik er eerder vanaf. Ik ga liggen en boven de dertig rijden. Ik ga mensen inhalen. Simpel zat. Best wel een paar eigenlijk. En al snel. Ik snap niet dat iedereen nog veel harder gezwommen heeft. Ik haal wel een man en vrouw of 3, 4 tamelijk moeiteloos in.

1 Meneer gaat me bijhouden, maar tegen de wind in (het hele kleine beetje wat er lijkt te zijn) laat ik hem weer achter. Ik lig en trap. En ik ben pissig omdat ik geen zin heb. Niet dat ik er 1 seconden over denk om te stoppen, maar ik heb vandaag besloten dat ik fietsen niet leuk vind en daar hou ik me dan aan. Mijn fiets is wel top. Die luistert naar me en helpt me mee om snel te zijn. Alles gaat sneller dan 30 kilometer per uur. Behalve de bochten. Dat zijn er een paar en dan kan de meneer achter me weer bijkomen. De rotonde is een ramp voor mij. De rechte weg een zegening. Het gaat me ook irriteren dat iedereen voor mij fietst. Ik lijk wel stil te staan! Het gevoel dat ik hier totaal niet goed genoeg voor ben bekruipt me en laat me niet meer los.

Ik kom Vincent tegen die met een hele groep al dik in de volgende ronde zit. We komen weer bij de wisselzone en mogen nog een rondje. Nou ja, moeten in mijn geval. Ik zie een helikopter. Ik zing een liedje. Ik zie in de verte nog 1 iemand. Ik trap heel hard door. De meneer achtervolgt me. Profiteur! Ik vind het niet erg. Bij de rotonde haalt de meneer achter me mij bij en hij zegt: wat fiets jij gruwelijk hard! Ik ontken. En laat hem even voor, maar ik heb GN voor ons gezien en die wil ik nog wel inhalen. Zij loopt sneller, maar het is toch leuk. Dus ik ga weer voor.

Tot het laatste stukje. Dan mag de meneer mij trekken. Ik vond het al niet leuk en ik ga binnen 3 kwartier de ruime 24 kilometer fietsen. Dat is voor mij top. Ik weet niet of het lopen nog wel lukt nu. Ik heb spijt dat ik geen sportdrank heb meegenomen. Ik zet mijn fiets rustig tegen die van Vincent aan en moet even naar mijn loopschoenen zoeken. Ik neem een gel en heb geen water. Ik doe geen sokken aan. Ik ga maar gewoon. Lopen kan ik wel.

Dacht ik. Maar ik loop achteraan. En ik kan wel hard lopen, maar ik sta stil in vergelijking met de rest. Het is allemaal asfalt en saai en warm. Het zullen dan wel ‘maar’ 5 kilometer zijn, maar ik ga ze aftellen! De eerste gaat in iets van 5:08. Stilstaan dus echt niet! Maar iedereen zit in een ander rondje. Het is mij te onoverzichtelijk. Er is wel wat publiek, maar onrust kan ik niet meer hebben. Gewoon maar doorlopen dan. Het is ook simpel. Ook de tweede kilometer gaat gewoon hard. Ik weet verder weinig meer van de ronde. Gewoon saai en recht. Ik kom Joyce nog even tegen. Ik heb het warm. Vlak voor het eerste rondje loop ik achter een man, maar die zal zo toch zeker wel klaar zijn. Niet dus. Ik haal hem in. Het is net als het fietsen: gewoon maar doorgaan, dan ben ik er het snelst vanaf.

De dames langs de kant roepen me na: de laatste ronde, maar ik roep van niet. “We wachten op je hoor!”, de schatten. Ik ken haar, maar hoe heet ze ook weer. Het is de vrouw van… Ik pieker over haar naam. AA staat bij de brug en ik vraag haar of ze toch niet mee wilde doen. En weer door. De meneer van het fietsen loopt weer om me heen. Ik haal MS in. De kilometertijd blijft ongeveer gelijk en ik vind het eigenlijk wel goed als het maar onder de 5:30 blijft. Absurd. Dat is hier een wandelingetje.

Rob is al weg en dat is goed nieuws, want dan gaat Vincent als een malle. Ik moet nog een rondje. De trainer support in elk geval wel iedereen, maar ik kan net zo goed zonder publiek. Het is eindelijk stil op het rondje, maar ik ben nog verre van alleen. Net niet genoeg mensen om me op te richten en het zal me ook wat. Ik kan de vierde kilometer best wat langzamer, maar dan duurt het langer. Eigenlijk hoeft het simpelweg niet meer voor mij. Ik denk niet dat ik een sprinter ben. In dit gezelschap is mijn allerbest een beetje te minnetjes. Ik loop 5 kilometer in 26 minuten. De meneer van het fietsen komt langs me lopen. Ga me maar voorbij hoor. En de stevige mevrouw ook. Hij wil liever niet: “jij hebt zo hard gewerkt”, maar ik zeg hem te gaan. Leuk dat ze nog over hebben, ik hoeft dat niet. Ik eindig binnen anderhalf uur. Voor mij maximaal. In de achterhoede.

Dat staat me tegen. Het zou toch laagdrempelig zijn? Maar de drempel is wel een trapje hoger. Vincent is net zo min eerste geworden als ik laatste ben. Hij heeft snoeihard gezwommen. Ik dus niet. Hij heeft snoeihard gefietst. Ik dus ook niet meer. Hij heeft ontzettend hard gelopen. Ik voor mijn doen ook. Maar het helpt niet echt. Ik denk dat ik niet zo op wedstrijdjes gebouwd ben. De zegeningen? Dat ik zomaar even 5 kilometer wegloop in 26 minuten. Dat mijn cadans op 80 ligt. En vooral dat zwemmen! Dat vond ik echt geweldig. Al was ik de sloomste van dit stel. Hoe dan?! Ik moet alles nog opruimen en afmaken. Mother’s life. Ik slaap enorm slecht. Misschien is een trainingsweek van 14 uur en een wedstrijdje iets teveel gevraagd nu. Voor de trainer geen beste start. Maar wel een uitdaging. Het duurt een hele, hele tijd voor ik toch bedenk dat ik weer mee kan doen in augustus, dan ben ík mijn enige tegenstander. Op precies hetzelfde parcours. Dan kan ik zien of zijn schema beter is.

27 juni Oefenen in een overdekt zwembad – da’s lang geleden!

Ik ga naar Almere Poort en koop een kaartje voor het bakenzwemmen. In mijn horloge staat de opdracht: 3x 500m (ik ga niet voor de 750m- dat red ik echt niet), waarvan 1 keer met paddels en 6 keer 25m techniek en 25m borstcrawl terug. Mijn enige opdracht is: breed insteken en naar mijn hand kijken en voelen of het soepeler gaat. Het zwembad is overweldigend: er is ook een oefenuur voor de kindertjes, allemaal mensen bij elkaar en een drukkende herrie. Ik zal wel de enige zijn, maar dit is na anderhalf jaar weer even wennen! Ik weet niet welke baan ik moet kiezen: doorzwemmers of turbo. Ik kies de turbo, want de doorzwemmers doen schoolslag.

Ik haal diep adem en spring voor de eerste 500m het water in met achtje. Wat een verademing dat ik mijn hand kan zien! Als vanzelf steek ik al vanaf het begin breder in. Het gaat gemakkelijk. Ik zwem zo ongeveer het snelste van de turbo baan. En dat is een nieuwe ervaring. Ik heb wel meer slagen nodig. Ik moet 1 keer sorry zeggen omdat ik iemand raak. Mijn horloge laat van zich horen en ik denk dat ik er ongeveer 500m op heb zitten, maar ik weet het niet zeker. Ik rust even en doe de paddels aan. Het horloge kan ik niet volgen. Ik ga 500m met paddels zwemmen. Dat is nog beter voor mijn insteek. Maar ho ‘s effe: zonder achtje! En dat kan! Dat lukt mij! Op de Apple Watch zie ik het als ik 1000m heb gezwommen. Ik doe de paddels uit en ga voor 500m zonder hulpmiddelen. En dat lukt ook! Nog beter zelfs! Ritme, rust en zo nu en dan een controle. Ik adem 1 op 2. Maar mijn hoofd komt al minder het water uit. Ik gebruik mijn benen erbij en ik bewaar de rust. Niet dat ik niet moe wordt of dat het helemaal vanzelf gaat, maar het grenst er wel aan. Na 1500m ben ik klaar voor techniekjes. Ik doe de heup-tik-aan, oksel aantikken, bijleggen. En vooral bijleggen lukt me gewoon! Echt! En alles zonder achtje. Het achtje gebruik ik voor benen en daarna voor alleen armen. Tot slot wrik ik nog 25m vrijwillig en dan vind ik het mooi. Ik zwem rustig de 2000m vol.

Ben ik klaar? Voor de training wel, maar ik zie niet wat mijn horloge doet en ik wil er niet aan zitten. Ik ga een kilometer zwemmen. Zonder hulpmiddelen. En dan zie ik wel of ik echt sneller ben geworden. De kinderen verlaten het bad, het wordt rustiger en ik krijg de baan zelfs voor mezelf alleen. Het is moeilijk de afstand te zien. Uiteraard ben ik al wat vermoeid. Na 800m ben ik er helemaal klaar mee. Helemaal. Ik moet plassen en ik wil niet meer. Ik stop. Uiteindelijk pak ik het achtje en doe ik de laatste 200m. Dan ben ik er echt klaar mee. Ik heb 3000m gezwommen in 75 minuten. Niet veel sneller dan anders. Maar mijn zwemscore is wel degelijk verbeterd. En mijn snelste 100m staan nu echt. Een topzwemmer word ik niet meer, maar dit is voor mij een enorme verbetering.

‘s Avonds gaan Vincent en ik fietsen. Een hele rustige (uit)fietsactie. We gaan richting de plassen bij de Haje. Op de Trekweg hebben we wind tegen, maar dat is logisch. Vincent fietst een stukje wat harder. Ik ben wat vermoeid. Niet gek na een week van zo’n 13 a 15 uur. We komen onder de snelweg door en daar is een leuke brug. Even een fotootje.

Als we omkeren zien we de donkere wolken die zich samenpakken. De kleuren zijn mooi, maar de dreiging is ook groot. We fietsen langs het water en ik geniet van de kleuren. Op de Ibisweg ziet het er somber uit voor ons. We hebben even wind mee, maar de wind draait volledig om in een paar minuten. Een slecht teken! Vincent is bang dat we nat worden. We fietsen naar de brug terug en als we weer aan de andere kant van de snelweg zijn voel ik me wat veiliger. Soms een paar druppels, maar het regent niet door. We fietsen flink door en treuzelen niet meer. We gaan door de stripheldenbuurt en op de Laan der VOC worden de druppels opeens wel groot. We racen naar huis en de hagel barst pas echt los als de fietsen net in de schuur staan. Ik vind zelfs 22,95km op de teller goed! Het onweert als we in de huiskamer staan.

Een drukke sportweek. En gewerkt. En de wassen gedraaid. 70 Franse woordjes geleerd. En zoveel mogelijk naar de nieuwe trainer geluisterd. Maar we moeten wel even praten of dit voor mij vol te houden is.

26 juni Meijendel in de tropische hitte en Kijfhoek: wandelen op de plek waar hardlopen onder verboden sporten valt .

Joyce en ik reden naar de Wassenaarse Slag. Het zag er uit als een lekkere dag hardlopen: beetje bewolkt en net weer droog. Niets was minder waar! Het was een vreselijke dag! Benauwd. Hele hoge vochtigheidsgraad. Plakweer. Een dekentje over je heen en moeite met ademhalen. We liepen eerst een ommetje door de duinen naar een mooi uitzichtpunt. Het was meteen al veel zand, veel hoogteverschil en ongewoon zwaar. We stonden te kijken op het uitzichtpunt.

Toen liepen we een stukje terug en we gingen naar het strand en de zee. Meestal geniet ik daarvan en gaat het als vanzelf, maar nu moest ik na 4 kilometer al constateren dat dat vandaag niet zo was. Verre van. Die dag waar je altijd bang voor bent: de dag dat het niet lukt. Wat prettig was, is dat de dag van Joyce en van mij samenviel. Door de dikke, zware lucht. Ik hield het lopen iets langer vol, maar niet met enig gemak. We stopten regelmatig. Echt stilstaan met een stilstaand horloge erbij. Dan leek het mee te vallen.

Maar ga je weer lopen, dan is het een soort gevecht tegen het luchtledige. Het zicht op de Pier van Scheveningen was gaaf, net Watopia. En de rollende golven waren lekker. Het zand was goed te doen. Maar ik vond niks meer leuk. Niks. Ik baalde zo. Het voelde zo zwaar aan. Dat vind ik niet leuk. Van mij hoefde het geen 30 kilometer te worden. Als we dat strand maar af mochten, hopelijk was de lucht daarachter beter.

We gingen een trap op en boven bekenden we elkaar dat dit een lange tocht zou worden. Met wandelelementen te over. Dan zetten we een stuk aan en leek het even mee te vallen en dan kwam het dekentje er weer overheen te liggen en verdween de energie. Tot overmaat van ramp werkten mijn darmen niet echt lekker mee. We kwamen op een stuk waar we niet in mochten. Dan maar rechtstreeks naar de watertoren toe. Daar was een waterpunt. En die mooie watertoren.

Raar idee dat je dan dus vlak bij de stad zit. We wilden naar de radarbol. Maar daar staat een groot hek omheen. Zo dicht bij de stad is de lucht ook dik en zwaar. We hadden wel een schelpenpad om het hek heen. En we hoorden ze schieten. Voor de rest schoot het niet op. Het was echt kilometers sprokkelen.

We liepen langs de NATO-gebouwen. Den Haag heeft altijd iets van een sjieke dame. Toen kwamen we bij de Waalsdorper Vlakte en ook daar was een welkom waterpunt. Mijn darmen deden rustiger aan. Net als het tempo. Op de vlakte die verre van vlak is, gingen we weer rennen. En toen naar de bel toe, die dus best klein is.

We gingen naar het monument. Dat was ook kleiner dan ik altijd had gedacht, maar wel sereen. En toen gebeurde er iets wat me echt nog niet eerder is overkomen: we gingen op een bankje zitten en ik vond het wel prima. We zaten op 14 kilometer en ik wilde gewoon zo snel mogelijk terug naar de auto. Joyce vond dat ook goed en we keken naar een verkorting van de route. Daarna gingen we weer verder; er is maar 1 manier om weer bij de auto te komen: hardlopend. Afgewisseld met wandelen.

Ik ging tussen kilometer 15 en 16 nog hardlopen, maar gek genoeg was het toen wel echt op. We kwamen bij een uitzichtspunt. Van alle punten viel dit een beetje tegen. Eigenlijk.

Na het punt moesten we ergens naar links. We zagen het juiste pad. En het bord verboden toegang. Tja, dan lopen we toch maar het natuurgebied Kijfhoek en Bierlap in. Joyce had er dagkaarten voor. We keken nog even op de kaart. Hopelijk kunnen we er aan de andere kant uit. Het gebied is werkelijk adembenemend.

Prachtige duinmeren. Vergezichten. Single track paden. Heel veel zand. We zetten het op een wandelen. We waren gewoon moe. Doodmoe. Daar helpt weinig eten meer aan. Lekker flink wandelen en adem overhouden om te kletsen. Al was soms dat zelfs best lastig! We volgden groene paaltjes.

Heel soms, als het naar beneden ging, voegden we een klein hardloopelementje toe. Na 21 kilometer in een ellenlange tijd, kwamen we op een verharde weg. Van kleine ongelijke steentjes. We kwamen zowaar 2 andere mensen tegen! Na overleg besloten we de verharde weg te volgen en zo af te snijden. We moesten terug naar de auto. Ja, er stond een bordje verboden toegang, maar wij konden weer een stukje hardlopen!

Ik zeg nog: als de boswachter nu komt, vragen we een lift naar Wassenaar en toen kwam de duinwachter er ook aan. Een jongeman en een dame. Joyce vertelde meteen dat we wisten dat we daar niet mochten lopen, maar dat we te moe waren en het terrein af wilden. Gek genoeg was dat niet onze grootste overtreding. Onze grootste fout was dat we hardliepen. Sporten is daar verboden en hardlopen valt daar zeer zeker onder. Joyce liet de dagkaarten zien. Daar stond het in kleine letters op. Ironisch maar waar, hebben we eigenlijk alleen maar gewandeld in dat natuurpark en waren we nauwelijks in overtreding! Hij gaf ons niet de boete van 109 euro en begreep dat we dit niet expres deden. Hij zou voor ons het hek opendoen en dan konden we naar links het gebied uit. Links? Wij wilden naar rechts! Toen we vertelden dat we bij de Wassenaarse Slag stonden en via de Watertoren waren gekomen, begreep de duinwachter pas echt dat we al heel ver waren. We wandelden door het hek heen dat weer dicht ging achter ons. We waren moe en beduusd, maar toen het doordrong dat we een boete hadden kunnen inlijsten voor hetgeen we juist nauwelijks meer konden: hardlopen, lagen we dubbel van het lachen!

We zaten op 23 kilometer en hadden 5 kilometer afgesneden. Achteraf bezien had de Kijfhoek maar 1 ingang. We hadden dus ook nog 3 kilometer verder kunnen rennen en dan er achter komen dat er geen andere uitgang was. Daarom wees de duinwachter ons naar links, naar de enige ingang. Dan hadden we terug gemoeten én nog veel langer en verder moeten lopen. Nu waren de hardloopelementen echt zeer schaars geworden. We wilden de 25 kilometer halen en daarmee basta. We liepen zelfs nog een stukje om, omdat we een verkeerd weggetje namen. Op de parkeerplaats zat er 25 kilometer op. In uit- en thuistijd van 4 uur en 50 minuten! Looptijd was 3 uur en 35 minuten. Ongewoon moe waren we. De eerste regendruppels vielen. En het onweer begon achter ons. In het gebied waar wij nog hadden gezeten als we niet in overtreding waren gegaan met hardlopen op het enige stukje verharde weg.

Deze loop heeft erg veel energie gekost. Het weer maakte het echt heel erg zwaar. Daardoor voelt het erg slecht aan en ik voelde het echt als falen. Goede punten zijn: als je na 5 kilometer al weet dat het ‘m niet wordt en wij toch 25 kilometer gaan én… koop altijd een dagkaart!

‘s Avonds doe ik nog een keer 20 minuten krachttraining met een filmpje mee. Is zwaar vanwege het zweterige en plakkerige weer. Maar ik doe het wel netjes!

25 juni Keep on cycling en keep on swimming

Samen met Manuel ging ik fietsen. We gingen de 3 waters van Almere rond: eerst het Weerwater, daarna de Noorderplassen en tot slot de Oostvaardersplassen. Iedereen fietst altijd gruwelijk hard, maar ik kan dat niet. Ik maak eigenlijk meer een tourtocht, zeker als we zo samen gaan. We gingen langs de manege en langs het tennispark. Het waren best wel nieuwe stukken en allemaal stad. Dat schiet niet op. Toen moesten we omrijden, want het rondje Weerwater is nog steeds afgesloten. Dan heb je stoplichten en nog meer stad. Toen we eindelijk het Weerwater zagen, waren we al heel Stedenwijk doorgeslingerd. En dat komt het tempo absoluut niet ten goede! We reden door het Beatrixpark. Het water daar hebben we beter gezien dan het Weerwater. Bij de Noorderplassen deden we een kort stopmoment omdat ik even moest bellen, maar daarna konden we weer door! Eindelijk kwamen we dan op de dijk met een gemiddelde van 23 kilometer per uur. Dat is echt heel sloompjes als ik kijk. naar al die anderen die met gemak 25 of 26 kilometer per uur halen. Maar nu was er wind mee en konden we gaan liggen op de fietsen. Nog een paar gas-terug-momenten bij de oversteken en dan helemaal doorfietsen en het gemiddelde ophalen. Manuel zag al op tegen de Knardijk met wind tegen. Maar tegen die tijd ben ik ‘warmgedraaid’ en ga ik weer op mijn fiets liggen en doorstappen. Wind of niet. Mag Manuel lekker op de weg langs het Oostvaardersveld… Na driekwart neem ik het over. We hogen het gemiddelde op tot 25 en Manuel vertelt hoe je dat zo houdt: uitzetten voor je de wijk weer in rijdt. Niks voor mij. Uiteindelijk fietsen we ruim 55 kilometer (56) en dat in twee uur en een kwartier. Het gemiddelde in Strava zit op 25, maar daar heb ik hard voor moeten werken en dan heb ik me nog niet eens aan de tempoblokjes gehouden. Mijn gemiddelde zit op 24,8.

‘s Avonds gaan we met (een paar van) de meiden van Trispiration zwemmen. JB heeft ons uitgenodigd om een rondje om Steigereiland te zwemmen. Dat wil ze graag een keer. We zijn met z’n zevenen. Ik vind het best spannend: zwem ik wel goed genoeg? Het regent een beetje. Ik heb mijn halve wetsuit al aan en ben op tijd klaar. Het water is helemaal niet koud. Ik zal met CT en M mee zwemmen. JB en haar vriend voorop, MV en DvM zwemmen minder hard. De eerste tegenvaller is dat ik in het vieze water mijn hand moeilijk kan beoordelen. Dat is jammer. Dan moet ik maar blijven denken in breed en diep. Het tweede punt is dat ik moeilijk navigeer en alleen maar achter de gele boei aan kan zwemmen. We gaan onder de brug door. De beha-brug. Erg leuk.

Ik heb de GoPro aangezet. Zie wel wat er van komt. En ondertussen zwem en denk ik. JB en haar vriend wachten op ons en zeggen ons tot de groene boei te zwemmen en dan naar rechts te gaan. Ik ga vast, ze halen me wel in. De groene boei kan ik weer zien. Ik ga de hoek om en kom in een heerlijk ritme. Ik hoeft alleen nog maar aan het breed te denken. Gewoon alles in kleine stappen doen. En ik kan zien dat ik van de kant af blijf op gelijke hoogte met de huizen. Lekker doorzwemmen naar een andere groene boei in de verte.

Tegen de tijd dat ik daar ben, moeten we naar rechts. Schreeuwt JB tegen me. Wonderlijk genoeg zwommen ze allemaal achter mij. Blijkbaar. Ik ga naar rechts en merk wat vermoeidheid. Nu zwemmen ze mij maar lekker voorbij! Ik vind het onrustig hier met huizen en boten.

We gaan samen onder de brug door, maar mijn GoPro filmt helaas niet meer. Ik vind het wel best eigenlijk intussen, maar ik zwem gewoon door. Het is zaak om ook dan op te blijven letten op mijn slag en breed te bijven insteken. Mijn armen doen er een beetje pijn van. Ik ga mijn benen nog maar meer gebruiken en kom dan weer in de slag. We komen opeens bij de bekende boei en dan vind ik het weer jammer. Ik vertraag wat om nog even van het water te genieten. Ik zwem een klein stukje door om de 3000m te halen. Gelukt!

24 juni Intervallen in de hitte

Ik had er niet zoveel zin in. Voor de derde dag achter elkaar hardlopen. En nu nog intervallen ook. Het zijn maar 25 minuten en het is zone 1 en zone 3 werk, maar ik kijk er niet naar uit. Ik blijf langs de baan staan te kletsen. En dan ga ik toch maar. Eerst 10 minuutjes inlopen. Nu heb ik mijn tijd verkletst en kan ik niet meer bij Joyce langs. Ik zit al snel heel hoog in zone 1-2. Hoeft niet! En dan moet ik 10 keer 150 seconden zone 2-3. Dat is lekker tellen. Bij de tweede keer merk ik dat volkoren brood een uur voor het sporten een slechte keuze is. Ik moet! Dan ga ik toch maar even langs bij Joyce, want een WC hebben ze daar nog net. Het lucht op, maar dan weer terug de hitte in en nog 6 of 7 keer intervallen is niet bepaald makkelijk. In de rust wandel ik echt. Ik ga langs de woonboten.

En dan weer een keer tot 150 tellen. Eigenlijk wilde ik aan de andere kant van de Vaart teruglopen, maar dat zal misschien net te veel worden. Ik zit nu met de balans tussen de tijd dat Vincent klaar is met trainen en de lengte van mijn training die niet meer overeen komen. Ik heb te weinig tijd om de training af te maken! Dan zie ik een pad en bruggetje naar links en besluit ik daar eens te gaan kijken. Een leuk schelpenpad langs water. Tellen tot 150.

Ik ga de busbaan over en dan ga ik daar weer terug. De intervallen haal ik wel zo ongeveer allemaal, maar dan het uitlopen maar niet. De hoeveelheid kilometers zal ook niet echt om over naar huis te schrijven zijn. Ik pak nog een schelpenpad mee. Niet heel verstandig, want dat kost meer kracht, meer hartslagen dus en een lager tempo. Maar het is wel leuker!

Ik kom weer bijna bij Joyce haar huis langs. Nog maar een paar intervallen. En ach, het went ook. Een lieve meid zegt me vrolijk gedag en zet-m-op en dat doet me erg goed! Mijn hoofd is zo rood als het shirtje. De laatste interval doe ik lekker hoog in zone 4 en daar hoort ook een fijn tempo bij. Tja, ik moet toch op tijd weer bij de atletiekbaan zijn, is het excuus. Ik loop een rondje om de baan heen uit. Dan is er nog niemand, dus ik plak er nog een rondje aan vast. En dan kan ik warempel zowel de training afmaken van 55 minuten als ook nog eens precies tegelijk met Vincent klaar zijn! Dit was geen koekie.

Woensdag 23 juni. Naar het strand bij Almere

Vincent bedacht dat ik tijdens zijn zwemtraining wel naar het strand kon lopen. Welk strand? Ik ben in Almere Poort en daar zijn meerdere stranden. Maar toen stapte Vincent uit en ging hij zwemmen. Ik mag en moet rustig vandaag. Een uur. Geen rugzakje mee dus. Geen verwachtingen. Als het niet gaat, is wandelen een optie. Maar het lukt wonderwel goed! Ik heb een muziekje op en ik moet niks, dus ik kan alles. Ik hobbel naar het strandje onder de snelweg door. En over het strand.

Dan ga ik het verharde pad verder volgen in plaats van op de geijkte plek onder de snelweg door. Ik ben verbijsterd dat je hier ook onder de brug door kunt, zo vlak langs het water! Het is groots en ik heb dit echt nog nooit gezien. Ik kom op een stuk waar ik ooit een crosscup liep. Dat lijkt een eeuwigheid geleden! Ik denk er weemoedig aan terug. Het sneeuwde en ik vond het niet zo leuk, maar ik was in top-conditie. Ik kom weer op een strand en daar moet ik helemaal overheen.

Voor het tempo is dit niet fijn. Helemaal niet. Maar dat ik dapper doorren, doet mij wel weer goed. Ik loop door naar de strandstoel, want dat heb ik Vincent ook beloofd, al wist hij toen niet waar ik bedoelde.

En dan ben ik bij Duin Marina. Maak ik ook nog snel een fotootje. Nu weer terug. Ik hobbel langs de duinhuisjes en dan wil ik onder de Hogering door. Ik zwerf Almere Poort in. Ik heb nog tijd en nu wil ik ook nog wel langs de orthodontist. Dat was in eerste instantie de bedoeling. Ik weet eigenlijk niet precies waar die zit… Ik hobbel vrolijk door in een soort van ritme. Ik kom op plekken die helemaal nieuw voor me zijn.

Dan heb ik nog tien minuutjes en weet ik niet meer hoe ik terug moet naar het Topsportcentrum. Ik pak mijn kaart erbij en de orthodontist blijkt niet haalbaar. Dan maar rustig teruglopen. Ik maak er 9 kilometer van en ben blij dat het zoveel beter ging als gisteren!

Dinsdag 22 juni. Het gaat voor geen METER, met een Dixie op de goede plek

Volgens het schema van de nieuwe trainer moet ik vandaag anderhalf uur hardlopen. Een half uur in zone 1, een half uur in zone 2 en een half uur in zone 3. Is niet echt moeilijk, maar 90 minuten is best wel lang. Eigenlijk. Ik heb hard gewerkt overdag, ben niet op mijn best en voel er niet zoveel voor. Ik zet maar een muziekje op en ik ga naar de manege lopen en dan terug. Niet de meest geïnspireerde route, maar dat sluit dan heel goed aan bij het tempo en hoe ik me voel. Aan de ene kant wil ik het goed doen, aan de andere kant hoeft het even niet. Ik ga natuurlijk veel te hard voor zone 1.

Het is niet leuk, het gaat niet, het gaat niet gemakkelijk en ik heb er weinig lol in vandaag. Het rugzakje is te zwaar en zit in de weg en ik zit mezelf in de weg. Nog voor de manege zit zone 1 er al op. Door naar zone 2, maar het tempo wijzigt niet of nauwelijks. Brug over en dan de volgende brug weer op en binnen een paar kilometer 2 snelwegen over. Echt, als het al niet goed gaat is deze route misschien wel het allerdomst. Ik begin me af te vragen of ik niet gewoon naar huis zal lopen en dan moet ik naar de plee. Voor een grote boodschap. Alsof het nog niet shit genoeg is! Ik hobbel het fietspad af. Vincent loopt ook, maar korter en ergens anders en hij appt me. Kan ik mooi even wandelen! Tot mijn grote verbazing staat aan de waterkant de verlossing:

Tja, daar maak ik dan maar gebruik van. Vies, vuil en goor kan er ook nog wel bij, maar er is zelfs papier. Ik hoop dat ik zone 3 dan nog iets kan oppakken. Toch nog maar niet naar huis via de kortste weg. Het tempo is zelfs in zone 3 nog verre van enige goede bedoeling, maar ik loop tenminste nog! Hoewel het helemaal ruk is. Ik dacht op 12 kilometer uit te komen in anderhalf uur, maar ik loop de anderhalf uur vol en het worden zelfs 13 kilometers. Wat ben ik blij dat dit erop zit! Nu werk ik weer met kleuren aan de trainingen en goede trainingen (lees: die de goede tijdsduur hebben) zijn groen. Dit was een groene training. Met een bruin randje.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

twelve − two =