browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2022 – 6

Posted by on 13 February 2022

7 februari. Mechanical Failure met de Tacx ???

We eten vroeg, zodat ik kan gaan fietsen om kwart over 6 en ik kan dan om 8 uur weer bij mijn afspraak zijn. Ik ga een uurtje intervallen trappen. Vlakke route. Oei, de benen vinden er iets van, het tempo blijft wat achter, maar de cadans is mooi en ik ga dit gewoon dó´én. Zo simpel is het. Geen afleiding, geen muziek: minfietsen, 10 minuten warmdraaien en dan 3 keer 2 minuten hard, 1 minuut heel hard en 2 minuten hoge cadans in de rust. Schakelfeestje.

Als die benen eenmaal op stoom zijn, doen ze wel mee. En dan weer tien minuten rondjes draaien. En daar ergens gaat het mis. De verbinding met de Tacx valt weg. Dan sta je stil in Zwift. Hoe hard je ook trapt. Soms komt het terug. En nu ook. Eventjes. Dan sta ik weer stil. Ik trap de training zelf gewoon door. In Zwift sta ik stil te dromen. Bah.

Ik hou de training op het horloge aan, die is op hartslag en dat werkt nog. Tempo en cadans niet meer. Ik start Zwift opnieuw op en daar kan ik wel weer verbinding maken met de Tacx. Ga ik nog een rondje in Richmond. Doe ik daar nog een keer de intervallen met minuten hard en harder. Helaas zitten de heuveltjes op de verkeerde plek: de stijging in de rust en de afdalingen in de snelle blokjes. Ach wat, ik maak het nu gewoon af. Het is maar data.

Of ik er even bij stil wil staan dat ik dit gewoon weer kan. Mijn benen kunnen dit, het duurvermogen op orde, het doorzettingsvermogen op peil, de energie in balans. Alleen verder voelt alles een beetje grijzig en mistig. Da’s effe jammer, maar hopelijk één dezer dagen weer voorbij. Uur training is om en ik spring van de fiets de douche in en wandel dan naar de afspraak. Toch even buiten geweest!

8 februari – Vanuit het werk hardlopen ?‍♀️ én weer fietsen ?‍♀️

De collega die de telefoon mee opneemt is met vakantie, de andere collega ziek en er is veel werk te doen op kantoor. De andere collega die ook hardloopt is net weer een beetje klaar met de blessure en loopt weer twee keer per week. En dan vertel ik: 3 uur fietsen en 3 uur lopen in het weekend en een uurtje zwemmen en nog een klein uurtje hardlopen; dat is de planning en was de realiteit van vorige week. Voor mij misschien ‘normaal’, maar een vriendin wijst me er fijntjes op dat de echte wereld anders in elkaar zit!

Om 3 uur ga ik hardlopen. De telefoon zal wel niet meer overgaan hoop ik. Korte mouwen aan, want het is 12 graden en ik kan een rondje om het Kromslootpark lopen. Het begin is goed te doen met blote armen, maar na 2 kilometer weet ik wat vergeten ben: wind. En dat maakt het koel. Het is wel mooi: schaapjes en ik mag lekker rustig lopen.

Ik let op de ademhaling (dé manier om de hartslag omlaag te krijgen!) en het ritme, zowel van mijn eigen voeten als van alles om me heen. Het constante geruis van de snelweg en ook de vogeltjes. Dan draai ik de dijk op.

Wind mee is fijn en de hartslagzone is redelijk vol te houden. Niet easy, want ik wil liever sneller, maar dan gaat mijn hart ook harder en dat is niet de bedoeling. Ik maak foto’s en loop zoveel mogelijk te genieten van de vrijheid en dat ik kan lopen. Ook al had ik beter voor lange mouwen kunnen kiezen. Ik draai de weg op.

Dat ik zomaar 5 kilometer binnen een half uurtje kan lopen. En dan… geloof het of niet- er belt een klant! Ik neem netjes op, hopelijk zonder te hijgen. “Ik stuur je de gegevens zo op, maar ik zit nu even niet op mijn plek”, hihi. Hij moest eens weten….
Ik pak de draad weer op en weet dat ik dadelijk sprintjes moet gaan lopen. Mij om het even, doe ik ook. ‘t Sprintje valt natuurlijk precies gelijk met het viaduct en omhoog lopen. Ik zie een andere hardloper met korte mouwen én korte broek! (volgens mij ken ik hem) Het valt me even iets zwaarder omdat ik naar het toilet moet en er een kramp door mijn buik trekt. Mijn hartslag schiet meteen omhoog tot over de top! Maar het trekt weg en ik haal weer rustig adem. Na precies 8 kilometer sta ik weer bij het kantoor. Gauw een trui aan doen en de mail versturen!

Een paar uur later zit ik weer in de virtuele wereld van Zwift. Ik moet anderhalf uur fietsen. Dat combineert zich prima met Duitse woordjes leren samen met de puber. Het gaat over schmerzen und krank sein und unfall untsoweiter.

Hij leert de woorden aan mij, zodat hij ze ziet. Ik ga de berg over. Niet snel. Lage hartslagzone. Zo hoog mogelijke cadans. Maar vooral nergens druk om maken. Dan fietst iedereen me maar voorbij. Mijn buien zijn de laatste dagen wel erg onvoorspelbaar: het ene moment lopen we te grappen om Duits en even later ben ik extreem sacherijnig of depri. Ik ga ook nog naar de Radiotoren op mijn fiets. Hoogtemeters scoren.

En daarna hard naar beneden fietsen. Het Duits is dan wel klaar. Ik fiets de route vol en de tijd haal ik met gemak. Geen snelheid, betrekkelijk weinig moeite.

9 februari 2022 – Een soort van rustdag ? met enkel zwemmen! ?‍♀️

Ik wandel wel tussen de middag, maar verder is het een dag met ‘slechts’ een uurtje sport. Ik heb ook niet zoveel zin. Behalve de stemmingswisselingen, slaap ik ook niet meer zo best. Dus ik ga me niet inspannen in baan 3 en ik ga lekker in baan 2 meezwemmen. Dat is een misrekening! Dan sturen ze mij voorop, wat ik makkelijk kan, maar dat is ook weer zwaarder. Ik kan in niemands benen hangen en moet zelf het tempo bepalen. Ik zet mijn horloge stil, dat doen anderen ook en dat gaat een stuk harder dan! We doen eerst Arme Benen Arme Benen. ? En dan 4 keer 100 elke 25 meter sneller: dat doe ik met bijleggen dus. Ik neem mijn achtje er zelf zo nu en dan ook maar bij. We doen nog iets met rug en school. En nog 8 keer honderd meter met elke 2:30 vertrekken. Hoe reken ik dat nu weer?! Ohja, met laps en ik doe afwisselend met en zonder achtje. Ik vind opeens heel goed het adempunt (net iets eerder) en het zwemmen zelf wordt soepeler, maar ik moet nu wel meer concentratie opbrengen. En dan word ik moe. Vermoeid. Dan gaat mijn bui helemaal de mist in. Alle vertrouwen zinkt naar de bodem. Gelukkig blijf ik zelf nog net drijven. Uiteindelijk weet ik niet precies hoe snel ik zwom en of ik het horloge wel elke keer heb aangezet. Ik ben blij dat ik naar huis kan. Niks rustigs aan deze zwemtraining!

10 februari – een zelfstandig bedachte piramideloop ?

De werkdag is druk en onrustig, mijn hoofd is vol en onrustig en het leven is op dit moment wat chaotisch en onrustig. Ik heb dan geen zin in baantraining met veel mensen in het donker. Ik wil in het licht lopen en op mezelf. Dus ik vertrek om half 5. Geen idee waarheen en wat ik moet doen qua training! In de eerste kilometer voel ik alles na: het voelt goed. Lage hartslag, benen zijn oké en hoofd doet wel weer mee. Ik bedenk meteen mijn eigen training: elke kilometer iets harder, maar dat dan maar 3 keer. De eerste kilometer hou ik in, voor wat speling. 6:15. Mooie bankerlap. Ik ga de Evenaar langs. Ook druk en onrustig met verkeer en mensen helaas. Accepteren en accelereren. Ik kom op 5:50. Nu een kilometer lekker doorlopen! Grote passen, vooruit kijken, rechte rug. Warmpel: net boven de 5 minuten. En nu ga ik in 2 kilometerstappen weer terug. Dus ik moet proberen kilometer 4 rond de 5:50 te lopen. Dat is zo mogelijk nog moeilijker dan versnellen! De brug helpt een beetje, maar niet genoeg.

5:40. En dan moet ik nog trager gaan. Terug naar 6 minuten. Ik loop op de rechte Trekweg en heb wind mee. Ik doe mijn best, maar boven de 6 minuten red ik niet. Ik loop de 5 kilometer zomaar weg binnen 29 minuten. De hartslag is laag. Dan mag ik weer versnellen. Ik ga terug naar 5:30/5:40. Probeer het goed aan te voelen en ik probeer ook op 600m een check uit te voeren. Weer net iets te hard. Lange rechte weg he en wind mee!

Ik ga de volgende laatste snelle kilometer proberen om onder de 5 minuten te lopen. Natuurlijk is dat precies bij het andere viaduct ? maar goed: niks aan te doen, het gaat omhoog en ook weer omlaag! Ik doe mijn stinkende best, ik kijk niet naar het horloge. Ik trek de kilometer er echt doorheen op mijn best. Vier vijf en veertig. 4:45. Dat is voor mij onwijs goed. Ik heb het er warm van.

En dan naar huis toe. Weer rustiger. Ik ben opeens blij met een “sloom” tempo van 5:40. Ik maak nog een ommetje voor de laatste uitloopkilometer. De zon gaat in prachtige kleuren onder. De uitloopkilometer bevat nog lantaarnpalen-sprintjes: die haal ik nog ergens vandaan. Dat zal uit het potje “voldaan” zijn, want ik ben blij met deze training! Lekker zelf bedacht, zelf uitgevoerd en naar eigen tevredenheid ook nog eens! Lopen is weer leuk.

10 februari. Trail met Joyce – 2 keer Heidezicht – hoe 10+14 beter is dan 25

We moeten nog 2 routes doen voor de Triple Trail Marathon vanaf Heidezicht. De route van 10 kilometer en de route van 14 kilometer. Eigenlijk willen we die gewoon in 1 keer doen. Mijn voorkeur heeft het om eerst de 14 te doen, zodat we kunnen stoppen als het niet lekker loopt. Joyce maakt er 1 route van en die begint per ongeluk met de 10 kilometer. Geen man/vrouw overboord, je kunt in Garmin de route omgekeerd volgen. Nou, dat is dus niet helemaal waar… Garmin maakt van een aantal wandelpaden die netjes in de route staan, gewoon rechte lijnen! En daar slinger je dan omheen: van de koers af, op de koers, van de koers af. En ondertussen krijg ik ook nog meldingen van een hartslagbeperking. De eerste kilometers zijn voer voor irritatie! Maar dan leg ik me erbij neer. Leuk gezelschap, lekker weer, prima tempo en ik voel me helemaal goed. Gewoon accepteren en zelf de paden om de rechte lijn zoeken en tussen de modder door. Later in de loop is er ergens een moment dat ik klaar ben met om de modder heen manoeuvreren. Dan ga ik er dwars doorheen!

Er zijn wel herkenningspunten. En vooral veel modder. En we kletsen ons suf. Ik natuurlijk, want ik heb genoeg te roddelen en genoeg zaken om iets van te vinden! Dat reageert lekker af. Ik zit al snel op de 5 kilometer.

Iets anders: ik moet vooral veel drinken. Ik heb vooraf al een groot deel van de bidon met water opgemaakt en nu moet de drinkzak leeg. Op 5 kilometer neem ik een gel en deze keer valt het prima. Gelukkig maar! We hebben een lekker zonnetje en prima temperatuur. Soms ergens wat veel koele wind. Het is dwalen en in het moment blijven en kilometers rijgen. Heel simpel. Lekker laag tempo. Opeens zijn we al bij de Sijsjesberg.

Eerst 14 kilometer is compleet overzichtelijk. Die kan je aftellen en dan zijn we weer bij de auto. Nadeel van in het moment zijn is dat er weinig echt blijft hangen.

Heide, bos, modder, nog meer bos en soms een stukje teruglopen, wilde koeien op de route en best veel andere mensen. We komen bij de volgende berg.

Het is 25 kilometer naar Amsterdam. Dat kunnen we dus hardlopen. Joyce heeft het minder gemakkelijk dan ik het heb, maar het is ook wel eens zwaarder geweest voor haar heb ik het idee. We lopen de natuurbrug weer terug op. Ik neem mini-marsjes en ik drink veel! Goed he. We komen bij Het Bankje. Hier moeten we altijd even zitten. Samen met “Heb het Leven Lief” – Hanneke.

Dan terug over de hei naar de auto. Het gaat me belachelijk gemakkelijk af eigenlijk. Ik kan versnellen en loop erg te genieten van alles. Wat mij betreft komen de extra tien kilometer er ook! Joyce gaat haar colaatje drinken en ik drink het water uit de bidon op.

Dan blijkt dat we iets geks hebben gedaan met de route. Ergens zijn we al overgegaan op de tien kilometer route. We volgen de hei dus weer omgekeerd. Ah joh, het gaat om de kilometers en dat we hier kunnen lopen en andersom ziet het er net weer anders uit!

Met nog 8 kilometer te gaan trekt er een kramp door mijn buik. Aj, dan is het nog best lang… Maar het zet niet door. We voeren nu iets meer wandelmoment in. Niet denken aan hoe ver we nog moeten, maar in het moment blijven. Ik ben degene die de tijd volpraat. Joyce mag straks in de wandelkilometer! Maar eerst die halve marathon bij elkaar schrapen. Mijn Apple Watch laat ik altijd doorlopen. Ook als we op het bankje zitten of bij de auto staan. Uiteindelijk halen we de halve trailmarathon in 2 uur en 50 minuten. Er waren tijden (in de waterleidingduinen) dat we echt onwijs ons best moesten doen om binnen 3 uur te komen! Ik eet nog wat minimarsjes en dan is het water op!

We moesten weer ergens terugsteken voor de route, maar het ging al met al nog behoorlijk goed! We wandelen een kilometer zodat Joyce kan vertellen. Mij deert het niet, want met het zonnetje erbij krijgen we het toch niet koud. En ik loop te genieten. Dan de hei weer op voor het laatste stukje.

Ik kon nog rustig verder draven en proberen door te laten dringen dat ik dit moeiteloos volbreng. Nog net niet in huppelpas, maar het lijkt er wel op. na afloop halen we een welverdiende chocomelk of chai dinges bij Heidezicht. Ik heb 25 kilometer trail hardgelopen en de schade die ik daarvan heb is – NIHIL. Een heel klein beetje vermoeid misschien. Maar veel meer tevreden.

11 februari. De Alp du Zwift en zwemmen

Om kwart voor tien zit ik weer op de Tacx-fietsen. Buiten is het koud, maar ik start op de vulkaan vanmorgen. Van daaruit fiets ik tot in de sneeuw boven op de Alp du Zwift. De Alp du Zwift is een exacte kopie van de Alpe d’Huez in Frankrijk qua aantal haarspeldbochten en stijgingspercentages. Ik moet vandaag voldoende vocht tot me nemen. Ik heb twee bidons klaarstaan en ik weeg me voor ik op de fiets stap. Ik drink alleen maar, dus ik kan naderhand meten hoeveel vocht ik kwijtgeraakt ben. Vandaag staat er 2 uur en 3 kwartier fietsen op het schema. Gelukkig ga ik niet “alleen” fietsen. Ik bel met mijn zusje die zo’n 150 kilometer zuidelijker ook op een hometrainer aan het fietsen is. Kunnen we even bijkletsen!

Die berg op gaat traag. Ik bedoel: de eerste 10 van de 25 kilometer doe ik in een half uurtje en dan heb ik nog 2 uur de tijd om 15 kilometer af te leggen. Hoge cadans houden en vooral blijven zitten op de fiets. Het is echt een zegen dat mijn benen niet kunnen denken!

Na een dik uur stapt mijn zus van haar fiets af en leggen we de telefoon op. Dan komt Vincent naast me zitten met zijn Engelse woordjes. Hij gaat mij alle woordjes leren. De intervallen laat ik op de Alp d’Zwift achterwege. Ik ploeter gewoon door naar boven.

Ik denk dat we wel zo’n 100 Engelse woorden kunnen leren en dan doe ik de laatste 2 kilometer met nog ruim 100 hoogtemeters erin, zelf. Rob komt even kletsen en vertellen over de vorderingen met DI2 in mijn tijdritfiets. Die tijdritfiets staat nu heel naakt in delen boven te wachten tot Rob er kabeltjes in stopt, waardoor ik nog veel gemakkelijker kan schakelen en fietsen.

Ik kom boven! Binnen 2 uur vanaf de voet van de berg. Geen geweldige prestatie, maar ik vind het stoer dat ik het weer heb gehaald! Ik race nog heel hard naar beneden zonder de remmen voor de virtuele bochten.

Ik maak bijna 3 uur op de Tacx vol en daar heb ik dan 40 kilometer in afgelegd. Maar wel twaalfhonderd (1200) hoogtemeters! De bidons zijn allebei leeg. Ik stap weer op de weegschaal. Wat denk je? Er is geen gram af. Ben ik nu geslaagd? Ik ben in elk geval wel vermoeid.

Ik lig even lekker een paar uurtjes niks te doen. Engelse woordjes herhalen en snoepjes schuiven op de bank. Er ontwikkelt zich geen enkele zin in zwemmen.

Maar toch ga ik – totaal zinloos. Voor mijn gevoel op alle vlakken, maar voornamelijk letterlijk. Ik ga in het uurtje van de kinderen waarin een baan voor de volwassenen vrij is. Er zwemt nog een stel. Ik ga me niet al teveel inspannen en ik heb eigenlijk geen idee. Vooral met achtje wil ik zwemmen, om mijn benen te vriend te houden. Ik begin met 150 meter met achtje: 50 meter normaal, 50 meter bijleggen, 50 meter normaal. En dan 150m hetzelfde zonder achtje. En dan weer met achtje. En zonder achtje. Met achtje. Zonder achtje. Met. Zonder. Tot ik 1200m gezwommen heb. Dan ben ik klaar met bijleggen. Ik let er ook op dat ik mijn hoofd niet teveel uit het water haal. Dat kan eigenlijk best als je maar op het goede moment adem haalt. En ik maak lange slagen. Ik heb minder slagen nodig om aan de overkant te komen. Da’s best opvallend. Ik ga met achtje 500m zwemmen. Dat gaat best lekker eigenlijk. En dan ga ik nog 300m zonder achtje zwemmen. Ook dat gaat. Ik hoef niet eens zoveel uit te ademen om 1 op 4 te kunnen ademhalen. Eerst de stabiele ligging maar eens echt onder de knie krijgen. Ik doe nog 100m schoolslag en dan heb ik netjes 50 minuten gezwommen.

Thuis vraag ik Rob of hij mee gaat wandelen in de hoop dat hij nee zegt. Helaas zegt ie ja en het is goed voor hem en ik vind het ook fijn om buiten te zijn. Wandelen we nog 3 kilometer een blokje om de wijk heen. Mijn eigen trage triatlon van vandaag: omhoog fietsen, trainingszwemmen en wandelen.

13 februari – een tempoloopje om de week af te sluiten

Vandaag is na 29 dagen eindelijk het tij weer gekeerd. Dat geeft weer wat rust. In de middag staat nog een tempoloopje op de planning. Vincent gaat mee, want die moet ook 3 kwartier, maar dan in zone 1. Dat betekent dat we de eerste 5 minuten samen kunnen lopen. Als ik inhobbel met eindelijk een werkende hartslagmeter. Als ik doorga naar zone 2 zit ik al lekker rond de 5:40 en dat redt Vincent niet meer in zone 1. We zijn allebei braaf, we pakken de standaard route, dus ik ga voor hem uit. Aparte gewaarwording. Wetend dat hij sneller is, loop ik toch harder op dit moment!

Langs de kassen ga ik al versnellen. 3 Minuten lang zone 4. Ik heb het al snel warm en ik buffel door. Tempo ligt boven de 12 kilometer per uur. Na 3 minuten moet ik boven wedstrijdhartslag gaan lopen. Gelukkig maar 1 minuut. Ik haal de hartslag niet, maar mijn benen maken flinke passen en ik zit echt aan de bovenkant van mijn ‘kunnen’! 4:30. Ikke 🙂 De rust wandel ik echt! Ik moet dit 3 keer doen. De tweede keer is het zwaarste gek genoeg. Mijn hartslag gaat nu wel degelijk omhoog. Ik mis weer de schapen. Drie minuten lang ben ik alleen maar bezig met keihard lopen. En dan een minuut zo hard lopen als ik kan. Of ietsje harder. Pfoei. Ik wandel net het fietspad op naar links en ik keer om. Ga ik even Vincent tegemoet. Nog 3 minuten wind mee buffelen.

Ik voel nu wel alles trekken, pijn in mijn benen, verzuring en verhoogde ademhaling en de grens van de hartslag. Vincent loopt te chillen en verveelt zich en heeft tijd om me te filmen. Na 150 tellen keer ik om en haal ik hem nog een keer in. Dan nog een hele zware minuut op het fietspad zo hard lopen als ik nog kan. Onwijs aftellen. Vincent wandelt een minuut mee. Hij maakt een vlog onderweg, zo erg verveelt hij zich in zone 1!

Hij grapt en grolt en stuitert en ik loop te puffen en bij te komen. Maar nog altijd net iets te hard voor zijn zone 1. Ik mag tien minuten in zone 2. Die zijn wel langzamer dan net, dat wel.

Vincent roept iedereen gedag. Mijn benen protesteren nu eens een keer. Ze vinden mij echt niet meer leuk! Vincent kiest zelfs nog een stukje bosbeleving uit. De 3 kwartier zitten er op voor ons beide. Mogen we eindelijk lekker lopen. Ik stuur Vincent er nog een paar keer op uit om te kijken waar zijn hartslagzones zo’n beetje liggen, want ik heb het idee dat het echt te laag is ingeschaald. Zijn hartslagmeter valt uit tot 2 keer toe op het moment dat hij voluit gaat. Loopt het mannetje 2:50 in de sprint! Met een paar rondjes om het huis loop ik tien kilometer vol binnen 59 minuten. Jo.

De afgelopen week heb ik ruim 50 kilometer hardgelopen. En bijna 100 kilometer gefietst. Ik heb alles bij elkaar zowat 16 uur gesport. Als ik de drie basissporten tel zit ik op een aanzienlijke 13 uur. Dat is helemaal niet slecht!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

16 − thirteen =