Om 9 uur reed ik richting mijn hardloopvriendin. Ik pikte haar op en we reden samen naar een ons onbekend natuurgebied, waar geen van ons eerder was geweest. Op mijn hand stonden de nummers van de fietsroute die we konden volgen voor een tocht van circa 19 kilometer.
We zetten de auto meteen op de parkeerplaats en waren bij nummer 70 om te starten. We volgden eerst de weg die we deelden met een hoop graafmachines, maar al snel draaiden we af het bos in. We kwamen nog 2 mensen tegen en dat was het voorlopig. We hadden het bos voor onszelf. De vogels, de ruisende taken en ons gekwebbel. Want we kletsen de hele tijd!
Er vlogen grote vogels en kleine vogeltjes. We hadden het over de kinderen natuurlijk. En over alles wat we met zijn tweeen maar kunnen bedenken! Het is best stom, maar hele stukken kan ik me niet meer zoveel van herrinneren, vooral bos overal! En rust. We volgden lekker de paden. Ik nam netjes bij elke 5 km een tabletje. We kwamen langs een camping te zien aan de vlaggen.
Het was de hele tijd bewolkt en heerlijk van temperatuur. Mijn hartslag is vanaf de tweede kilometer gedaald en ik liep heerlijk ontspannen. Ik hoefde helemaal niet hard, daar heb ik andere trainingen voor. Deze training zorgt ervoor dat ik mijn lichaam leer om kilometers te maken.
We gingen langs een drukke weg aan de rand van de stad lopen op een heel smal pad. We moesten achter elkaar lopen. Ik ging voorop, maar ik had het idee dat ik elke keer het tempo op wilde voeren. We kwamen langs het golfterrein. Elke bocht hoopten we op een breder pad om verder te kunnen kleppen, maar het duurde wel even. We zagen een meneer die bomen aan het zagen was. En er kwamen twee auto’s langs met aanhanger om mee te gaan helpen. We kwamen langs een kantoor van Staatsbosbeheer en daar werd de weg weer breder. We staken moeiteloos de grote weg over en mijn vriendin had het wat zwaarder. Dus ging het tempo omlaag, maar ik gaf daar niks om, want mijn hartslag ging ook mee omlaag. Ik weet hoe schuldig je je dan kan voelen, want dat heb ik altijd bij mijn andere loopmaatje; maar ik weet nu ook dat het echt geen probleem is. We liepen verkeerd, misten een punt en dus moesten we weer terug. Dat is het enige punt waar we even stil hebben gestaan.
We kregen wind tegen. Dan moet ik altijd zo hard grijnzen, dat het stukken gemakkelijker wordt. Ik vond de zijwind ietsje minder fijn. Van het kalme tempo krijg ik eerder last van mijn knieen en mijn rechtervoet. Niet hinderlijk, maar misschien heb ik gewoon tijd om er op te letten?
We staken de grote weg weer over en we moesten wel even wachten. We gingen het natuurgebied in en ik had echt het idee: zo, we zijn op de terugweg. Ik deelde mijn tabletten. Het was helemaal leeg in het bosgebied. In de verte was een windmolen te zien. Het tempo ging nog verder omlaag, maar ik had alle tijd om heerlijk te genieten van de ruimte, van het soms wat dor uitziende bos en het moerassige gebied.
In de berm lag een vrijend stel, waar we flink lol om hadden. Intussen vlogen de kilometers voorbij. De 19 kilometer zouden we echt wel overschrijden, maar met hoeveel? Ik kwebbelde intussen vrolijk en moeiteloos verder.
Ik had echt nog wel een kilometer of 6 verder kunnen gaan, maar mijn vriendin was er na 21,1 kilometer echt klaar mee en ging over tot wandelen. Mijn horloge is altijd minder rooskleurig: ik moest nog een paar honderd meter doorrennen om de halve marathon compleet te maken. Dat hadden we niet al te snel gedaan: in 2 uur en een kwartier, maar het was wel een goed gevoel! We hebben gemiddeld 9,2 kilometer per uur gelopen. (6:30)
En uitwandelend komen we denk ik rond de 22 kilometer uit. Niet verkeerd hoor. Met een hartslag van 145 ben ik uitermate tevreden! Vorige week gingen we sneller, maar toen was het veel zwaarder. Dan ben ik blijer met een loop zoals deze.
Vrolijk en met een goed gevoel reden we heerlijk binnendoor weer terug naar huis.