browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

Kromslootpark cross: een toptijd.

Posted by on 8 November 2015

We gingen op de fiets, Manuel en ik. Door de mist. Ongeveer 3 kwartier fietsen zou het zijn, maar we deden er echt wel langer over! Zodoende waren we maar 5 minuten voor Vincents start in het Kromslootpark. Ik vond het fietsen al vermoeiend! Toen nog een beetje op en neer rennen om mijn dappere kind aan te moedigen en met iedereen kletsen: het leek niet optimaal, maar dat was het wel! Ik was namelijk helemaal niet zenuwachtig, ik voelde een beetje spanning en meer niet. Ik zou de eerste ronde in elk geval met iemand meerennen van de hardloopclub. Zo kon ik aan mijn opdracht ‘een beetje met de handrem erop rennen’ voldoen en zij kon samen even wennen aan het crosslopen. Ik had oude schoenen aan en ging op het laatste moment nog naar ‘t toilet en om 12uur15 kon de moddertrapperij beginnen!
Eerst gras en veel drukte. Ik moet echt leren flink naar voren te duwen, maar nu liep ik met iemand anders mee, al voerde ik haar tempo wel op. Ik kon nog prima praten en ging dwars door de modder heen. Dat ik vuil zou worden wist ik en dat ik uit kon glijden ook, maar ik was daar niet bang voor. Mijn telefoon en mijn horloge zaten diep in de fietstassen en ik was bereid het risico op vuiligheid ten volle te nemen! Glad was het wel, maar dan til je gewoon snel je voeten weer op. Smal was het ook hier en daar en soms moest ik even inhouden omdat ik net niet kon inhalen. Het slootje door ging me dit jaar goed af: ik was snel weer boven. Het gras vond ik persoonlijk minder prettig dit jaar. Ik weet niet precies waarom. We moesten ook een balk over. Ik werd ingehaald door een mevrouw in het zwart die ik vaker zie. Ik richtte me op haar, maar ze was me snel ver voor. Ik hield me in voor mijn loopgenoot, maar ik merkte ook dat zij mij niet zou kunnen volgen als ik voluit ging. Aan het einde van de eerste rond keek ik om naar haar en riep zij me door te gaan op mijn eigen tempo. Fijn dat ik me nu op mezelf kon richten. Heuveltjes op: oppassen voor de wortels en blijven rennen met kleine stapjes! Heuvel af is nog leuker. Gewoon gaan en hopen dat er niemand in de weg loopt of glijdt!
En dan de modder weer. Hét moment om een paar mensen voorbij te steken. Ik was elke ronde opnieuw verrast door de route en de bochtjes. De afzonderlijke stukjes kende ik na verloop van tijd wel, maar de volgorde wat er na elkaar kwam, bleef me verrassen. Er gleed iemand in de modder uit. Er stond nog iemand met een hond langs de kant. Ik zag een kilometertijd van 6:29 voorbij komen dacht ik en dat viel me wat tegen. Door het slootje, over het gras, langs de geweldige vrijwilliger. In de verte zag ik mevrouw-in-het-zwart nog wel, maar het gat dichten was voor latere zorg. Heuveltjes over en ik moest een paar stappen wandelen omdat mijn voorganger stopte. Verder heb ik alles gerend, alles! De speaker meldde dat “Anke de Boer” nog een rondje verder ging. Dat hielp me enorm toen ik in de brandnetels greep bij het omhoog klimmen van het glibberige heuveltje. Bos door, modder over en ik koos eens de andere kant, wat nog beter werkte. Ik begon erg blij te worden dat dit niet het laatste rondje was! Nu maar hopen dat de trainer niet meeleest: ik kon hem wel zoenen dat hij me ertoe had aangezet niet voor de 4 of 6 kilometer te gaan, maar voor de acht! Überhaupt verdient hij wel een flinke klapzoen omdat hij ervoor gezorgd heeft dat ik me hier op dit onverharde terrein inmiddels op mijn gemak voel en de angsten achter me heb gelaten. Ik haalde nog wat dames in, maar dan weet je nog niet of dat 6- of 8-kilometerlopers zijn. Ik ging inlopen op de mevrouw-in-het-zwart. Dit rondje wilde ik nog niet voluit gaan, maar het laatste rondje wel en dan moest ik toch in haar buurt zijn als ik haar voorbij wilde. Op het gras haalde ik diverse mensen in en inmiddels werd ik zelf ook voorbij gestoven door snelle kerels. De winnaar had me allang ingehaald. Ik lifte dan heel eventjes mee. Zo spiekte ik Mo’s route door de modder af en haalde ik zomaar 3 mensen in die langs de kant glibberden!
Op Manuels advies lette ik maar eens op de arminzet en ik voelde nog steeds dat ik hartstikke soepel liep. We moesten een balkje over en ik heb er 4 keer sierlijk overheen gesprongen. Vorig jaar durfde ik dat niet, nu was het een leuke onderbreking. Het zand daarna stemde me ook keer op keer tevreden: even niet glad. Natuurlijk waren er steeds meer mensen binnen, maar ik jubelde in mezelf: ik hoeft nog niet, ik mag nog een rondje. Bij de laatste heuveltjes liep ik vlak achter de mevrouw-in-het-zwart en dan maar hopen dat ze niet voor de 6km gaat. Gelukkig niet en ik haalde haar in en liet haar vervolgens achter me. Het gaf me net een beetje extra energie. Ook het feit dat het parcours nu aanzienlijk leger was, maakte dat dit een soepel lopend rondje werd. En ik mocht van mezelf: ik kon ook nog gemakkelijk versnellen. Lekker nog even door de slurpende modder, tot ik bedacht dat het niet nodig was en ik koos de zijkant: maar die was veel gladder! Ik haalde een meneer in en ging op naar de volgende dame. Hoewel ik nog steeds de bochten niet telde, voelde ik aan dat ik haar ging inhalen op het gras na het slootje. Op het bospad versnelde ik aanzienlijk en het ging ook heerlijk. Ik besefte goed dat mijn benen geen problemen hadden met het tempo, maar dat mijn hoofd amper kon geloven wat er gebeurde: ik zag een kilometertijd van 5:45. En dat was kilometer 8. Dus het was nog een stuk verder ook! Niks hield me tegen en ik haalde de volgende dame ook in. Ik had zelfs nog tijd de vriendelijke vrijwilliger te bedanken en te high-fiven!
Op het laatste stuk gras kreeg ik het wat zwaarder, maar hé: ik geef nu dus niet meer op! Even dacht ik te voelen dat mijn bovenbenen verkrampten, maar het was voorbij voor het echt doordrong. Mijn knie was wat gevoelig, maar meer dan een constatering was dat nou ook weer niet. Voor me liep nog een mevrouw in het lichtblauw en ik moest echt flink aanzetten om haar in te halen. Heuvelop kon ik niet veel harder meer omdat ik de concentratie wat verloor en dan zijn de uitstekende wortels gevaarlijk. Ik haalde de heer tussen ons nog in, maar de mevrouw ging net even voor me over de finish. Ondanks mijn eindsprint die me nog goed afging, omdat ik op techniek liep: hogere knie-inzet en groter aanzetten. Onder de 55 minuten op mijn horloge. 54:54 Maar het was dan ook 9 kilometer! Negen kilometer onverharde grond, modder en een paar heuveltjes en dat met 10 kilometer per uur en een hartslag van 167; wees daar maar trots op! Ik was vooral Happy. Blij. Gelukkig.
Als dit de andere kant van het hardlopen is, dan overtreft het de marathon. Snel een jasje aan en water drinken en ik kon alweer meekwebbelen. Ik stak het vaantje in mijn jaszak. Eén fotograaf maakte een foto van me: ‘jij ziet er zo tevreden uit’, zei hij. Die foto moet meer zeggen dan alle woorden hierboven, want zo voelde ik me precies. Ik straalde van geluk en blijdschap! Ik huppelde er bijna van. De meneer op blote voeten had gewonnen. Terugfietsen ging nu wel wat minder gehaast, maar wederom verdwaalden we in Almere Haven door een omleiding en waren we een uur onderweg. Ik had intussen grote trek en at eerst drie boterhammen. Nee mams, toen waren mijn bemodderde schoenen nog buiten, dus de vloer is nog schoon! Alleen mijn vaantje is niet ongeschonden uit de strijd gekomen: die was niet opgewassen tegen de wasmachine!
Vincent en ik hebben in vergelijking met de anderen geen toptijd gelopen (beide halverwege onze categorie), maar allebei hebben we een toptijd gehad. Hoeveel waardevoller is dat?!

Comments are closed.