Dinsdag 11 juni
Deze week heb ik maar weinig foto’s. Op maandag had ik een rustdag. Mijn stressmetertje liep op het werk vanzelf wel weer vol. Vandaag was ze ook al weer vol, maar ik ging lekker uitlopen met KH. Rondje om het Weerwater. Blijkletsen over hoe dat met mijn voeding moet. Ik hoefde een half uurtje, maar zij moest een uur, dus we namen een ommetje. Het ging prima, maar het voelde wel wat zwaar.
Woensdag 12 juni
Alleen maar zwemmen. Het zwemmen gaat erg veel beter, nu ik mijn hele lijf gebruik, de doorsteek dichterbij haal en ik langere slagen maak. Ik adem aan twee kanten. Samen met MB zwemmen we om de beurten vooraan.
Donderdag 13 juni
De wekker stond om 6 uur. Geloof het of niet, maar op deze dag doe ik twee trainingen! Eén heel vroeg en één laat op de dag. Tussendoor mag ik werken en proberen de laatste taak voor elkaar te krijgen. Maar eerst energie verzamelen in alle vroegte. Nuchter. Dus zonder ontbijt. Om kwart over 6 begin ik met hardlopen. Nouja, joggen. Snel hoeft niet en mag niet. Lopen op vet. Dat voelt stroperig en zwaar. Ik had niet zozeer trek als wel dat het totaal onsoepel aanvoelde. Wel genoot ik! Dat ik dit kan en doe en dat ik de vogels en de kikkers hoor en de zon zie. Het is stil. Ik loop lekker langs de plassen, heen en weer terug. Ik heb niet veel tijd, maar voel alle tijd die ik heb, ik beleef het intens. Natuurlijk ben ik daar alleen als mens. Om kwart over 7 ben ik thuis en ga ik snel onder de douche.
Als de taak op het werk volbracht is, kan ik ‘s avonds nog een keer de hardloopschoenen aantrekken. Als Vincent op de baan traint, loop ik langs de Vaart. Heen aan de rechterkant tot de witte brug bij de Kemphaan en daar steek ik over. Het gaat gemakkelijker en sneller dan vanmorgen! Ik hou me in, maar de hartslag is toch iets hoger. De lucht ziet er mooi, maar enigszins dreigend uit. En dat blijkt om tien voor 8: de douche wordt buiten aangezet! Ik loop door, want ik moet Vincent ophalen en regen deert me niet zo.
Vrijdag 14 juni
Vandaag wilde ik naar Utrecht fietsen, maar dan moet ik me aan allemaal tijden en afspraken houden en dat zint me niet. Ik ga dus eerst alleen fietsen en rij dan wel richting Utrecht. Dat is beter te controleren. Ik ga alleen. Muziekje op, tijdritfietsje mee en richting het pontje over de Eem. Het is lekker weer: bewolkt en niet te warm. Eerst wind tegen, later zal ik wind mee krijgen. Het fietspad richting de Arkermeederbrug ligt er prima bij en ik kan ook tegen de wind al een lekkere snelheid maken. Als ik de brug over ga, vallen de donkere wolken me al op, maar regen was niet voorspeld! Helaas heeft het weer zo zijn eigen grillen en komt het (weer) met bakken uit de hemel. Ik word niet alleen bekogeld met druppels, maar ook met vliegjes! En de zwarte wolken vliegjes blijven door de regen extra goed plakken. Ik voel me ontzettend smerig. Het tempo is gelukkig super omdat ik wind mee heb! Voorbij de Eemhof zijn de regendruppels en vliegjes verdwenen. Ik besluit dat ik nog best iets langer van het tempo mag genieten en steek pas voorbij de Kemphaan terug. Ik maak nog en ommetje aan de andere kant van de vaart om op 80 kilometer uit te komen in 3 uur. Ik wil douchen en me weer schoon voelen!
Als ik klaar ben in Utrecht en de sportpsycholoog me heeft verteld hoe ik met de duiveltjes voor de wedstrijd om moet gaan (feitelijk moet ik ze negeren!), laat Manuel weten dat hij nog een stukje gaat fietsen. Ik ga graag mee. Niet zo snel meer, maar fietsen lukt me best. Denk ik. Eerlijk gezegd moet ik daar tijdens de rit een beetje op terugkomen. Ik heb niet zoveel gegeten tussen het halen van afspraken door en dat voel ik. Het wil niet zo. De wind werkt me voornamelijk tegen. Ik ben ook niet zo spraakzaam als anders. Mijn tijdritfiets is vanmorgen ook vies geworden en rammelt: dat irriteert me. Ik eet een gel en die helpt me er wel doorheen. Maar 40 kilometer hoeven niet van me, na 38 ben ik thuis en er klaar mee.
Zaterdag 15 juni
Heel rustig de benen loslopen. Dat is nou net wat ik moeilijk vind! Wat is nou heel rustig… Dat is sloom met de handrem erop. Geen ge-hol aan. Ik moet nog wat boodschapjes doen en ga dat maar combineren. Ik hobbel naar het centrum van Almere Buiten. Koop gelsnoepjes en ik hobbel weer terug naar huis. De rest van de middag zitten we lekker op een verjaardag.
Zondag 16 juni: De OD van Zandvoort krijgt een eigen blogje!
Zie: OD Zandvoort
Maandag 17 juni
Ik wil meer buiten zwemmen! Vanavond gaat RW mee, de dochter van Joyce. Zij is een hele sterke zwemster, technisch gezien en ik heb de conditie. Ze heeft nog weinig buitenwater-ervaring, maar we hebben allebei al in de zee gezwommen: zij om Ibiza, ik bij Zandvoort. We gaan naar het Weerwater en zullen wel eens zien! Mijn pak vertoont wat kleine beschadigingen en die baren me wat zorgen. Het pak moet nog een paar weken heel blijven! RW en ik blijven bij elkaar en ik heb een fijne slag te pakken. Gestaag en lekker in mijn ademhaling. Als ik dit vergelijk met een jaar geleden ben ik ENORM vooruit gegaan. We zwemmen van boei naar boei en kletsen onderweg. Het is niet warm, maar ik ga echt lekker. De weg terug met wat golven tegen is nog iets meer mijn ding. We zwemmen een stukje extra om de 2000m te halen. Mooi begin van nog een heftige trainingsweek!
Dinsdag 18 juni
Al snel wordt de fijne trainingsweek rommelig. Ik heb moeite om alles met Vincents trainingen te combineren. Ik haal hem over om vanavond mee te gaan fietsen in plaats van hardlopen. Het is lang licht en warm. Kalm, gestaag en zonder haast fietsen we een rondje om de Noorderplassen heen. Wind mee op de dijk en lekker kletsen. Het is bijna saai, zo gewoontjes als het is.
Woensdag 19 juni.
Nog 1 grote training. Lang en zwaar wordt het vandaag. Ik heb het uitgekiend: ik heb vrij en om 2 uur verwacht het weerbericht de zware buien pas. MBB gaat een stukje meefietsen, ik ga rondjes lopen van 45 minuten en een kwartier fietsen daarna. En dat dan 4 keer. Ik begin alleen na een bord pap met een rondje langs de plassen. Ik neem een ommetje door het Kotterbos en hou het tempo en de hartslag laag. Ik geniet er van,
maar MBB appt me dat er veel regen aan zal komen. Ik zie de donkere lucht ook al, maar heb nog een paar uur de tijd. Zij zal niet meefietsen als het regent. Bij elke stap die ik doe, eigen er honderd vlindertjes op. Het lijkt wel een sprookje! Het is echt prachtig en ik moet lachen om al die breekbare vleugeltjes. Ik voel een paar druppels en besluit alleen de rondjes te gaan doen. Zonder MBB. Gewoon 4 keer 7 kilometer hetzelfde rondje en het omgekeerde rondje op de fiets. Lekker overzichtelijk! Tijdens het fietsen druppelt het. Als het hierbij blijft, kan ik het fietsen nog skippen en thuis bij-eten voor ik aan de volgende loopronde begin. Ik hoop er toch zeker 3 te halen! Na 4 km lopen neem ik een gel en op de fiets een Twix. Ik begin aan de tweede ronde en de lucht wordt donkerder. In de verte hoor ik het gedonder aankomen. Ik baal er van. Met onweer ga ik niet verder! Regen kan me wat, maar dat is met al dat gewisseld ook al lastig. De bliksem komt dichterbij, maar ik kan nog gemakkelijk tot 12 tellen. Er vallen al druppels, maar dat vind ik niet erg. Ik hoop het spoor te halen. Daar voel ik me veiliger.
De waarheid haalt me in: ineens dondert en bliksemt het tegelijk en voor mijn gevoel naast me! Ik sta midden tussen de plassen!! Al mijn haartjes staan overeind en zone 1 is ineens ver weg. Ik vind het maar wat akelig! Ik loop naar het fietspad. Bij het spoor regent het flink door en om mij heen rommelt het. Ik loop naar huis en zal de training afbreken. Balen, maar het zal wel moeten. Ik loop zoveel mogelijk tussen de wijken door terwijl het flitst en dondert om me heen. Ik ben blij als ik thuis ben! Als ik onder de overkapping zit uit te druppen en uit te hijgen, knalt het zo hard dat alle glazen er van trillen. Ik ben blij dat ik niet buiten ben! En tegelijk baal ik dat ik de training niet heb kunnen afmaken. In de loop van de middag verdwijnt het slechte weer, maar ik kan de training niet oppakken. Ik hoop dat er van het weekend iemand meegaat. Er blijft een beetje een kribbig gevoel over, want nu moet ik de training er een andere keer tussen proppen en dat bevalt me niets.
We gaan nog wel naar het zwembad. Samen met MB zwem ik moeiteloos vooraan. Met achtje, maar ook zonder achtje. Ik let een beetje op de techniek en hoor nog steeds de aanwijzingen: insteken-ringetje-ver vooruit-onder het lichaam doorhalen en 1 op drie of vier ademen. De zwemcursus was echt goed besteed!
Donderdag 20 juni
Vincent kon met iemand meerijden naar de baantraining, dus ik kon volgens schema op de fiets stappen. Muziekje erbij. Tijdritfiets wordt mijn vriend. Groot rondje Oostvaardersplassen. Een mindere ervaring: het TVAtrisuit zit niet lekker. Onderaan zeg maar. Het zit niet lekker op het zadel, hoe ik ook hobbel en schuif. Dat maak ik voor het eerst mee! Voor de rest trap ik heerlijk door. Andere fietsers zie ik nauwelijks. Ik blijf langs de Vaart trappen, want eigenlijk wil ik de 60 kilometer wel halen. Ik twijfel of ik ook nog langs het Wilgenbos ga, maar zie er van af. Ik heb het tegen half tien wel gehad met fietsen.
Vrijdag 21 juni
Ik verzet een afspraak om te kunnen gaan sporten. Om kwart voor 9 spring ik samen met KH in het Gooimeer. Ik wilde golfjes. Die kreeg ik. Niet heel erg, maar we begonnen met wind tegen. Ik hoefde niet zo hard, gewoon lang. In het begin vond ik het lastig, ik weet niet waarom. We gingen langs boeitjes zwemmen. En toen verder. KH zwemt (een stuk) harder dan ik, maar ze moest er even inkomen. Door naar de eerste flat. We moesten uitwijken voor een bootje. Dat vond ik zo stoer, dat er een bootje LANGS vaart. Toen begonnen de plantjes. Hele bossen. Tot vlak onder de oppervlakte. Dat maakte het zwemmen zo ongemakkelijk! Ik vind het niet eng of zo, maar lastig. En het was echt veel. Ergens vind ik die plantestaakjes wel spannend: je ziet niet wat er tussen zit en ik denk niet aan vissen, maar aan zeemeerminnenkastelen. Maar voor de slagen liggen ze toch in de weg! KH was ver voor me uit. Ze had me haar plan gegeven: we zwemmen 40 minuten heen en 38 minuten terug. Het duurde een tijdje voor ik had uitgeteld dat mijn 75 minuten dan net te kort zijn! En het duurde ook even voor ik haar dat kon vertellen, terwijl zij (op een open plek) lag te dobberen tot ik er ook was. We gingen terug zwemmen. Wind mee en dat merk je toch. Ik zou het verst ooit gaan zwemmen. Niet dat ik al aan de 4 kilometer zit, maar toch… Ik ging liggen mijmeren en bleef gewoon slagen maken. Veel anders doe je toch niet. Beetje de goede richting op en dóór! KH wachtte me weer ergens op. Toen was het terug naar de boeitjes, die stiekem skippyballen waren met een gezichtje erop en terug naar het strandje. De planten waren weer weg en het werd een stuk simpeler, alhoewel vermoeidheid nu ook mee ging spelen. Ik voelde aan mijn trillende horloge dat ik 3000m had gezwommen. Wow. Ik heb anderhalf uur in het water gelegen. Uiteindelijk werden het 3200m. Dat geeft een goed gevoel!
Toen kleden we ons langzaam om. Het was kouder dan ik had gedacht. Ik zag een beetje op tegen het zadel met mijn zadelpijn. En alles was nat… Het was bewolkt. We gingen richting de Hollandse Brug en er vielen zelfs wat druppels! De zadelpijn viel mee. Vanwege de druppels en de wolken richting Amsterdam, bedachten we het rondje Oostvaardersplassen te doen. lekker wind mee op de dijk. We gingen aan het kletsen, roddelen, vertellen, praten en de kilometers gingen goed. Zeker op de dijk. Het is raar als je na 25 kilometer naar huis zou kunnen. Op de Knardijk trok ik het karretje. Wind van opzij. Ik haalde de 27 en hoorde dat het voor KH net iets te langzaam was. We gingen langs de Vaart door het bos, dan valt wind tegen mee. Toen we op de lange vogelweg kwamen na de Praambult, mocht KH voorop. Zij is enorm sterk. Wat een onwijze power!! Ik hoefde er alleen maar achter te blijven hangen en zone 1 was even zoek!
Zij houdt ‘m -wind-tegen- dus voortdurend boven de dertig. Zo knap. Ik genoot er van en hield het bij. Tot de viaducten. Dan heeft zij nog power over om boven te komen en ik niet. Ze ziet er niet uit als een superslanke triatleet, maar ondertussen zit in KH meer power dan in menig eredivisie poppetje. We reden door Nobelhorst. Ik moest een beetje bijkomen. Dan langs de Kemphaan. KH zou me na 1 ronde verlaten, want zij moest ‘s middags nog van alles doen. Ik zou doorgaan tot thuis en dan later de auto ophalen. Maar we hadden er pas 65 kilometer op zitten, dus dan is 25km eigenlijk niet genoeg. Ik ging proberen alleen het tempo ook zo hoog te houden, maar het lukte me niet zo goed! Ik hield wel 27/28 aan en dat is voor mij nog altijd oké. De wind was wat gedraaid en aangetrokken, zodat ik ‘m iets langer tegen had. Ik wilde én de honderd halen én moest 4 uur volmaken. Dus nu erg het nog gekker: Ik nam onze eigen afslag en bedacht dat het vanuit huis ongeveer 10 kilometer was terug naar Haven. Dan zijn de honderd kilometer (zeker) vol en kan ik zelf de auto thuisbrengen. Het is helemaal raar om op nog geen 2 km van huis langs te rijden. Ik nam de route naar de vogelweg. In mijn eentje hield ik ‘maar’ 27km aan. In mijn uppie was Nobelhorst nog saaier. Ik vond het een stuk verder allemaal toen ik alleen was. Het tempo hield ik wel aardig hoog en ik zat weer keurig in zone 2. Ik heb denk ik net iets te weinig gedronken. De honderd kilometer haalde ik met gemak! Als ik in 4 uur de 110 zou halen, zo telde ik (in een kilometer of drie) uit dat ik dan gemiddeld 27,5 had gefietst. Dat is hard voor mijn doen. Ik rekende buiten de wind tegen op de dijk richting Almere. Die gaf nu echt wel zichtbare golfjes. Ik moest dus nog aanpoten om het tempo hoog te houden en in zone 2. Na honderentien kilometer in 4 uur was ik ook klaar. Ik was er vermoeid van. Niet verbrand, dankzij het t-shirtje met korte mouwtjes. Het was echt heerlijk weer geweest!
22 juni
Mijn stuitje doet een beetje zeer, ik ben een beetje moe. Vandaag alleen maar een uur zwemmen. En dan bedoel ik: een uur onafgebroken zwemmen. Ik deelde een baantje met een snelle meid: zij de ene kant, ik de andere. Een zwembad heeft geen plantjes, maar schoon is het ook absoluut niet. Baan na baan na baan met achtje doorploegen. Tot ik me realiseerde dat ik nog geen drie jaar geleden voor het eerst ging zwemmen. Dat voelde onmogelijk raar. Hier sta ik dan: klaar voor het destijds ondenkbare. Slag na slag na slag na slag. Ik begon met niks: nog geen 25 meter. Zoveel kan er in een paar jaar tijd veranderen: baan en zwemmen. …. En door: letten op de ademhaling, de slag, de rand. Ik zwom 57 minuten onafgebroken door en haalde 2650 meter: destijds ondenkbaar.
23 juni
De training van woensdag moest nog worden afgemaakt…. Maar vandaag wordt het bloedheet. Dus het moet vroeg. Om 6 uur ben ik al wakker en ik bedenk me dat ik niet met Vincent het rondje om de Oostvaardersplassen moet gaan doen. Uren op de dijk in de volle zon is zinloos en onverstandig. Ik ga 4 keer proberen het 7 kilometer rondje te doen langs de plas. Kan ik tussendoor thuis bijdrinken en ook hetzelfde rondje in een kwartier fietsen. Voor de verandering is er bij Vincent geen teleurstelling te bemerken 😉 Hij zal wel voor me klaarstaan, vanachter zijn schermpje. Om kwart voor 8 vertrek ik voor het eerste blokje zone 1 van drie kwartier. Het is nog rustig en nog niet heel heet. De vlinders zijn er weer en de dooie vissen die door een vogel zijn gedropt. Ik zie een paar mensen met hun hond, verder is de wereld op dit tijdstip op zondagmorgen van mij! Ik ga niet hard, hou het niet eens onder de 7 minuten. Maar de hartslag blijft wel laag en dat vind ik het belangrijkste vandaag. Op 4km netjes een gel.
Ik moet naar de WC en sommeer Vincent tijdig naar beneden om dit trisuit open te maken. Dan ga ik fietsen op de racefiets. Hetzelfde rondje, maar dan over de fietspaden. Een uitwaaien. En driekwart bidon sportdrank leegdrinken. Tsjakka. Door voor de tweede ronde. Nog steeds die akelige zone 1 die me de hele tijd terugpiept. Te hard ga ik niet, maar ik druppel wel leeg. Het wordt al warmer. Nauwelijks nog drukker, want het is pas 9 uur. Fatsoenlijke mensen liggen nog lekker in bed te zweten! Ik zweet tussen de eendjes, vlindertjes en vliegjes. Ik kom nu ook een paar andere hardlopers tegen. De meeste zijn mij wat te snel af. Ik loop de ronde nu in tegengestelde richting. Dat bevalt me beter, want de zon schijnt op mijn rug nu.
Ik begin sommen te bedenken om me af te leiden. Daardoor merk ik pas bij 4,5 km op dat ik de gel moet nemen. Een welkome afwisseling. Op het onverharde pad tussen het Oostvaarderscentrum en de bult is het al benauwend heet. Nog een rondje om het huis en iedereen is wakker in huize De Boer. Ik ga fietsen en drinken. Ik ben bang dat ik mijn sleutels ben verloren, maar ik heb ze thuis laten liggen gelukkig. Vincent bereidt nieuwe sportdrank en helpt me met insmeren voor de tweede keer. Nog een rondje. Het wordt wel zwaarder en de temperatuur is van 16 naar 21 graden gestegen. Ik mag nu in zone 2 lopen. Dat is iets minder gepiep en voelt minder lastig. Na het fietsen kom ik prima aan het lopen en de eerste kilometers vallen wel mee. Pas tussen de 3 en 5 kilometer wordt het lastig en zwaarder. Ik bedenk sommen zoals 38×14, maar voor ik het antwoord heb bedacht, ben ik de som vergeten! Het is een mooie afleiding voor het zweet wat in mijn ogen loopt en de hitte die harder loopt dan mijn tempo. Het tempo blijft ook in zone 2 achter, maar dat vind ik niet erg. Ik bedenk elke keer dat ik de marathon met 7:30 per kilometer ook haal. En dit is een training: nu moest ik nog maar niet stuk gaan. Dat is een mooie som: 42 keer 7,5…
Ik bedenk me dat voor het laatste rondje het verantwoord is als Vincent meefietst. Voor als ik de hitte niet meer trek. Ik sommeer hem als ik thuiskom en dan fiets ik nog een stukje. Het fietsstukje is elke keer hetzelfde. Lekker verkoelend, walgelijk rustig en veel drinken. Ik heb vooral de sportdrank nodig. Ik ga nog een keer plassen en dan gaat Vincent mee. Ik ben niet meer spraakzaam. Het rondje tegen de richting in weer. Zone 2. De eerste kilometers gaan hard in 6:30…. Duhhh: voor vandaag dan. We hebben weer een som! Vincent kijkt ‘m op de telefoon na.
Na 3 kilometer komt het onverharde, onbeschaduwde stuk. Ik weet dat het tempo onderuit zal gaan en ja hoor: weer boven de 7 minuten. De som is 22×68 en ik heb er grote moeite mee. Vincent geeft me water aan. Ik hobbel door. Na 4 kilometer wordt het erg zwaar. Dan moet ik het bloedhete pad nog over. Vincent mag er niet fietsen van een tuthola, gelukkig trekt hij zich er niks van aan en ik gooi water over me heen. Het verkoelt nog een beetje.
Ik probeer maar te rekenen. Het tempo gaat hard onderuit: dit gaat om volhouden. Ik ben de 25 kilometer gepasseerd. We komen JL tegen, die roept ons vrolijk toe: zij is net weg duidelijk! Dan de brug nog een keer op en we zien AD, die vooral Vincent vrolijk groet. Vincent vindt het moeilijk en wil het liefst papa bellen dat mama ‘in zichzelf praat’. Maar mama rekent. Op de brug gok ik dat de uitkomst tussen de 1475 en 1490 ligt, maar als Vincent zegt dat ik in de buurt zit, weet ik dat het 1496 is. Ik ga door het park. Ik heb nu alle keren hetzelfde rondje gerend: dat stukje onverhard kan er ook nog wel bij. Als ik terugdenk, is 75% van mijn rondje onverhard. Komt het tempo niet ten goede. In het park gaat het de verkeerde kant op: zone 2 wordt nu zone 3 en ik voel dat het heel erg zwaar wordt. Vincent moedigt me aan. Ik moet en zal het halen! Thuis wacht een koude douche en melk! Ik ga nog even uitfietsen en de melk pept me aardig op. Mijn schaamstreek doet nog steeds een beetje pijn, maar op de racefiets merk ik het minder.
Ik fiets iets harder, want hierna gaat Vincent nog lopen in de hitte en mag ik meefietsen. Dat bevalt mij een stuk beter, haha! Het ventje loopt snoeihard: boven de 13 kilometer per uur. Ik moedig hem aan, irriteer hem en film hem zelfs. Het is maar een klein stukje, ik heb 25km meer gelopen. Maar niet in de buurt van zijn tempo, nog geen 10 seconden! Om kwart voor 1 ben ik klaar met de opdracht. In de douche ontdek ik een bult in mijn schaamstreek, waarvan ik niet hoop dat die ernstig is.
Ik heb deze week (met de wandeling erbij) 19 uur gesport. Dit was de topweek. Ik kan 3 kilometer zwemmen, ik kan meer dan honderd kilometer fietsen en ik kan lopen als het bloedheet is. De week deed me goed, nu nog hopen dat een paar externe factoren meewerken: minder warm weer op raceday please, de vrouwelijke cyclus mg meewerken (al kan ik die beïnvloeden) en dat nare bultje moet even (vanzelf) weg.