Voordat het nieuwe jaar begint, mag ik nog twee dagen werken. Het is niet druk en we hebben nog een mooi karwei wat prima in deze rustige dagen gedaan kan worden! Het is zelfs wel een beetje ‘gezellig’, als er niet zoveel drukte is. Op maandag 30 december ga ik ‘s avonds nog even op de Tacx TV kijken. Het gaat over MI6 in Londen (het is de serie Londen indeed 😉 )Het boeit me meer dan ik gedacht had en ik hou het een uur vol op de Tacx.
31 December laat ik de laatste wens in vervulling gaan: nu kan het namelijk: van het werk naar huis lopen. Van mijn leuke werkplek waar ik zonder problemen op de laatste dag van het jaar leuk werk mag doen in het laatste zonlicht naar huis lopen. Het is iets verder als in deze mega-lege-rustweek op de planning staat, maar dat is dan jammer. Het is nog steeds een organisatie, want nu moet Rob me brengen en ik moet zorgen dat ik niets mee naar huis hoeft te nemen wat niet in het rugzakje past. Alvast de loopschoenen aan en de hartslagmeter om… We maken de opnames op het werk af en Joyce gaat met me meelopen: wat een extra mooi tintje aan de afsluiting van het jaar! Om 3 uur sta ik buiten en gaan we lopen. Ik heb de eerste stappen behoorlijk last van mijn lies/schaambeen, maar niet te erg om niet te gaan rennen. Het neemt in de loop van de run af. Ik begin tegen Joyce te kletsen. En te kletsen. En we lopen gewoon maar door. Joyce moet de 2400 kilometer vol maken (vierentwintighonderd) en daarom gaan we aan de buitenkant om het Weerwater. We hoeven niet hard. Mijn verhaal duurt even en het lopen gaat bijna vanzelf. Eigenlijk wilde ik deze loop voor mezelf gebruiken om alles op een rijtje te zetten en terug te kijken op dit jaar. Maar gezellig met Joyce lopen is veel en veel leuker! We komen bij de reclame van Pon en maken een foto- en rek-stopje.
Het is mooi met de ondergaande zon over het Weerwater, waar ik zo vaak en graag zwom. Ik sta er zelf even bij stil dat ik hier liep met de halve triathlon, hoe moeilijk ik toen kon genieten en hoe warm het was. Nu is het heerlijk koel loopweer. Ik weet nog dat ik toen doorliep en doorliep. Aan de andere kant weet ik het niet meer precies. Er is weinig van de halve triatlon overgebleven in mijn gedachten. We liepen verder over het fietspad en ik genoot van de 1% die we onverhard liepen, net als bij de triatlon. Er zijn nu wel stukken in mijn herinnering. De voetstappen op het pad, daar stond KvH om mijn bidon over te pakken, het water om te zwemmen en daar verderop het Frysman-tentje.
We kletsen heerlijk verder, ook al gaat het tempo iets omlaag. Maar tussen het gekwebbel door zie ik wel de andere beelden en weet ik waarom ik nog naar de ziekenhuisbrug wil lopen. Vlak voor de ziekenhuisbrug is Joyce klaar. Ze heeft meer dan genoeg gelopen dit jaar en heel, heel knap gepresteerd.
Ik hoeft geen aantallen meer te halen. Of ik 1850 of 1860 kilometer loop, maakt niet meer uit. Maar ik wil naar huis kunnen lopen vanaf mijn werk. Mijn leuke werkplek. Joyce neemt de bus. We hobbelen samen naar de halte en vanaf daar ga ik alleen verder. Het lopen zelf wordt zwaarder, want ik moet mezelf nu aan de gang houden en over de route denken. Ik neem Vincents fietsroute vanaf de school naar huis. Hoeft ik niet meer na te denken over de route, maar moet ik wel over het saaie Spoorbaanpad. Kan ik mijn tijd gebruiken om terug te denken. Aan de heerlijke loopjes met Joyce. Die waren het allermooist: het waren geen prestatie-lopen, maar avonturen. En die gaan we volgend jaar nog meer maken hebben we elkaar beloofd. En dan de triatlons. De halve van Almere heb ik net rond het Weerwater wel een beetje achter me gelaten. Ik had het te druk met een brugklasser en nieuw werk om er van te genieten. Jammer, maar helaas. Dat kon de PR niet verhullen. En dan de wedstrijd in de hitte van Emmeloord. Ik denk terug aan het lopen in die warmte. Dat hield ik ook vol, dus vandaag laat ik me niet uit het veld slaan door oliebollengeurtjes en knallende vuurwerk-kinders. Ik vind de ‘mist’ die blijft hangen juist mooi passen!
Mijn meeste gedachten gaan als vanzelf naar de hele triatlon in Friesland. Naar het ongelooflijk zware zwemmen, maar daar heb ik vaak genoeg aan gedacht. En de marathon ook. Alles is zo vaak gepasseerd in mijn gedachten, op 1 moment na: de finish. Ik heb weinig stilgestaan dat ik een Frysman ben geworden. Een triatleet. Vandaag heb ik expres mijn Frysman t-shirt aan en als ik de Vaarten over ben en mezelf een stukje wandelen toesta bij de supermarkt, dringt het tot me door dat het niet uitmaakt hoe lang het duurde, maar dat ik echt karakter heb getoond en een heuse Frysman ben. Een vrouw met ballen die kan zwemmen tot ze er net niet bij neervalt, die lekker kan fietsen en die daarna alles uit de kast haalt voor een marathon op karakter.
Ik wandel even, want vandaag maakt het niet uit. Ik heb al 12 kilometer gelopen en ik ga gewoon door tot ik thuis ben. Het licht van 2019 dooft langzaam weg. uit de serie ‘sommige-dingen-leer-ik-nooit’ heb ik niet genoeg voeding gehad of bij me. Ik voel het niet, maar weet het. Als ik door het centrum van Almere Buiten loop, mag ik weer wandelen van mezelf, maar ik sla het over. Ik wil zo snel mogelijk thuis bij de oliebollen, familie en in het licht zijn. De kleuren buiten zijn prachtig en ik hoeft nergens snel voor te zijn. Het enige wat ik hoeft te doen is blijven lopen. Zoals zo vaak. Doorzetten. Het lijkt of ik dat niet opgebruikt krijg! Ik loop de wijk in en realiseer me dat ik 14 kilometer heb gelopen. Ik zie dat als twee rondjes. De Frysmanronde trekt nog 1 keer aan me voorbij , want sinds ik triatlons doe zijn looprondes 7 kilometer. Ik heb dit jaar zoveel kilometers gesport dat ik zwemmend-wandelend-rennend-fietsend naar de evenaar kan, diep in Afrika. Ik kan hardlopend met gemak naar Pompeii en dan pak ik de fiets, zwem ik naar Albanie en ga ik fietsend via Moskou weer naar Almere terug. Meer dan 5500 kilometer gefietst en 1860 kilometer hardgelopen. In 2013 en 2015 liep ik meer (toen zwom en fietste ik er nog niet bij) 230 Kilometer gezwommen. Ik heb ook bijna 200 kilometer gewandeld. Alles bij elkaar 7800 kilometer gesport. 566 uren aan besteed verdeeld over 550 activiteiten: dat is 3,5 week onafgebroken sporten (24 uur per dag). Nog nooit eerder in mijn leven heb ik zoveel gesport. Het is mijn hobby, mijn passie en aan het begin van het jaar was het mijn uitlaatklep, maar nu heb ik dat niet meer zo nodig. Als ik thuiskom wordt ik verwelkomd door de buren en vuurwerk. Ik heb het jaar goed afgesloten en ga liever naar huis dan de 15 kilometer vol te maken. Ik maak een mooie collage van mijn sportjaar:
Ik wilde ‘m op Facebook zetten met een mooi verhaal over dit jaar, maar het komt er niet van. Ik doe liever mee spelletjes, eet me ziek aan de oliebollen en drink me draaierig aan de champagne. Vorig wenste ik mee een sportief jaar toe zoals ik nu achter de rug heb. Dat besef ik me maar al te goed als ik naar het vuurwerk kijk.
2020 wordt een stuk rustiger!