We werken een keer omgekeerd: Ik begin wat ik ‘vandaag’ doe en dan werken we terug tot de laatste keer dat ik je digitaal op de hoogte hield. Eens andersom dus! Nadeel is dat ik niet meer alles weet en dat ik een eind terug moet, maar ja….
Vanmorgen (donderdag 4 juni alweer) heb ik een lekkere wandeling gemaakt door het Kromslootpark met een vriendin. Veel bruggetjes en veel gekletst. Regendruppels zagen we pas toen we in de auto stapten! Het is donderdag en normaal moet ik werken, maar met Pinksteren hadden we toch al een vrije dag en ik moet de dagen voor 1 juli opmaken, dus dit is ook een weekje vrij.
Vanavond ben ik naar de atletiekbaan gegaan. Om Vincent af te zetten. Ik ga zelf een training doen van het schema van de trainer. 20 minuten inlopen in zone 1 en dan 5 keer 1 kilometer hard in zone 4. Inlopen in zone 1 is al moeilijk, maar dat langzame tempo in de regen gaat me nog wel lukken. Het moeilijkste is het om 20 minuten op te zien tegen hard moeten gaan lopen! Maar goed, ik vind van mezelf dat het toch 4 keer moet lukken! En na 15 minuten is zone 1 en 7 minuten per kilometer ook wel eens klaar. Ik ga aan het tellen als afleiding van het zogenaamde hard-lopen. De kilometer duurt best lang eerlijk gezegd.
En voelt best zwaar eerlijk gezegd. De 2,5 minuut wandel-dribbel zijn best welkom eerlijk gezegd. De regen valt mee. De tweede keer gaat het iets beter, maar niet echt veel. Echt superhard zit er niet in. Vandaag. Of tegenwoordig. Ik mopper in mezelf op de trainer. Van al mijn langzame, eigen tempo ben ik niet beter geworden. Ik zit nu iets meer in de buurt met tellen. Kom nu ook onder de 5:30. Maar ik bedenk ook wanhopig dat ik nog niet eens op de helft ben! Waarom wilde ik dit ook weer? Omdat het moet van de trainer! Omdat hij me heeft “uitgedaagd” ook eens één van zijn trainingen te volgen! De derde keer is het zwaarste. Ik heb geen zin (meer). Ik kan dit toch niet. Ik ben geen sprinter, ik ben een diesel. De route is te kort. Zal ik de volgende brug nemen. Ik raak de tel kwijt. En ik maak de snelste kilometer. Duhh- natuurlijk.
En doe ik er dan nog 1 of nog twee? Laat ik het bij vier houden. Ik realiseer me dat het saai is. Ik tel behoorlijk goed. Ik kachel gewoon door. Zin had ik toch al niet. Ik wil wandelen! Alles in mij wil wandelen!! Maar dat doe ik niet. En na de vierde hoeft ik er nog maar 1 te doen. Ik mag de brug af en twee rondjes om de baan en dan is het netjes gedaan. Ik tel niet meer. Dit ram ik er gewoon uit. Dit is een goed trainingsprikkel! Als ik hier dadelijk weer ben, is het klaar. Dan maar weer geen 10 kilometer, het is er goed mee. Zo zonder zorgen over ‘later’ gaat deze kilometer eindelijk een beetje echt snel onder de 5:20. Maar dan ben ik er ook helemaal superklaar mee! En een beetje ietsiepietsie trots dat ik deze inspanning ben aangegaan en mezelf een uitdaging heb gegeven.
Gisteren, 3 juni, fietste ik nog om het Kromslootpark heen waar ik vandaag heb gewandeld. Het was de laatste zonnige dag. Dat sloot dan een reeks van hele zonnige dagen af. Ik moet het schema een beetje beter volgen en daar stond vandaag een koppeltraining op van fietsen en lopen. Ik wilde ook graag lopen om de Global Running Day-badge van Garmin te halen! En fietsen is ook wel lekker als je je goed insmeert. Ik vroeg Joyce of ze zin had om mee te gaan. Die kiest voor het fietsen. Ik moest wat langer, dus ik fietste het eerste half uurtje een ommetje naar Joyce toe. Ik op de racefiets, Joyce op de ATB. We fietsen achterlangs naar het Beatrixpark. Soms ga ik een stukje racen en dan keer ik om om Joyce weer op te halen. Ik hoeft niet echt ver terug. Ik wil graag door het Beatrixpark. Ik heb daar al zo vaak gelopen, maar nog nooit gefietst! Van daaruit gaan we naar de Noordeplassen. Op het rode fietspad zet ik lekker aan en zo komen we bij het ophaalbrugje. De zon is even weg, maar het is niks koud.
Op de dijk hebben we flink de wind tegen! Ik vind dat niet zo erg, maar het is Joyce’s beurt om er ook nog bij te kletsen. Het tempo kan me vandaag gestolen worden. Ik fiets hier omdat ik fietsen leuk vinden en fietsen samen met Joyce nog veel leuker! En uiteindelijk krijgen we vast ook wind mee Ergens! En dat gebeurt dan aan de andere kant, als we naar Almere Haven fietsen. Ik ga er eventjes alleen vandoor en dat kan lekker hard!
We vinden dat we een ijsje hebben verdiend van Mariola. Dan fietsen we door over de dijken en omdat het zo lekker gaat en omdat het nu nog kan, fietsen we iets verder door richting de heuvel van het Cirkelbos. Ondertussen kletsen wij samen onafgebroken. Vraag me niet waarover precies allemaal, maar het gekwebbel stopt echt geen moment! We gaan terug over het vierbruggenpad, waar tegenwoordig zelfs 5 bruggen in zitten! Ik probeer mijn iets bredere band goed uit door in alle bochten te blijven trappen en dat lukt best goed, al zeg ik zelf.
Al met al ben ik al een heel eindje aan het fietsen en komt het er zelfs van dat ik een stukje dubbel! Dat is niet erg, maar ik zie dan een beetje op tegen hardlopen straks… Uiteindelijk trap ik 57 kilometer weg. Is toch iets langer geworden als op het schema stond… Maar ik neem het er maar van nu het nog kan! Vincent wacht me al op in zijn loopkleren. We zullen 6 kilometer gaan lopen over de bekende route langs de Oostvaardersplassen. Het is nu een stuk warmer, lijkt het. Vincent kletst nu tegen me. Het tempo zit er nog best goed in. We besluiten dat we op de helft een pauze zullen houden.
Mijn schoenen doen het prima en ik eigenlijk ook. Ik moet wel de sleutels in mijn hand houden tegen het rammelen en onderweg heb ik ook wat energie uit de winegums nodig. Dan struikelt Vincent bijna over een kikker. Die lijkt wel dood, zo stil zit hij.
Dan hobbelen we verder naar huis. Van Vincent mag het tempo wel wat lager, maar ik wil graag snel weer thuis zijn! Ik stop mijn horloge op 1 tiende deel van de fietsafstand, maar dan zijn we ook mooi thuis! Blijkt het ook nog World Cycling Day te zijn. Heb ik me toch mooi aan gehouden!
Dinsdag 2 juni. Een dagje rustig aan. Zomaar. Omdat het bloedheet is. En omdat ik moet wachten op mijn nieuwe band. Maar die is er ‘s avonds en ik haal Rob over om mee een klein stukje te gaan uitfietsen. Goed voor hem en voor mij!
Maandag 1 juni. Het is Pinksteren. Het is goed weer en ik heb weer een triatlon staan. Voor Trispiration. Ik heb zaterdag met Vincent de korte afstand gedaan en vandaag moet ik ‘alleen’ de lange afstand doen. Alsof het een echte triatlon is: eerst 1500m zwemmen, dan 40 kilometer fietsen en tot slot 10 kilometer hardlopen. Vincent blijft op de kant als ik ga zwemmen. En zal me op de stadsfiets begeleiden als ik loop. Ik weet niet of ik dit vandaag in deze hitte wel ga kunnen, maar ongeacht de omstandigheden vind ik altijd wel twijfels! Ik sta om 10 uur aan de waterkant. Zwemmen heb ik wel zin in! Maar ik zie er ook tegenop, want dit is de slechtste dag van de maand om te zwemmen. Maar ja, als er een wedstrijd is moet er ook een stop op en gaan, dus dat doe ik nu ook maar.
Ik zal van boei naar boei gaan. Gelukkig is het zowel op het strandje als op het water nog niet druk. Ik heb nog nooit alleen gezwommen. Wat een enorme vooruitgang: 3 jaar geleden zwom ik amper buiten, nu ga ik alleen met mijn boei en oranje badmuts anderhalve kilometer zwemmen zonder angst! Ik vind het wel lekker dat ik nergens rekening mee hoeft te houden als met mezelf. Mijn navigatie, mijn slagen, mijn tempo. Ik zwem gewoon lekker. Niet supersnel en ook geen horloge wat de afstanden overhoop haalt. Als ik terugzwem richting het strandje, kom ik er qua ademhaling helemaal in en geniet ik enorm van het zwemmen. Dat mij dit lukt, dat ik dit kan, dat ik dit al triatlonnent heb bereikt. Na 35 minuten kom ik het water uit.
De wissel gaat lekker lang duren. Dat mag ook. Die tijd hoeft je niet mee te tellen. Ik kleed me bij de auto om naar fietskleding. Ik rij naar huis en daar kan ik naar de WC. Dan stap ik op de fiets voor een groot rondje Oostvaardersplassen. Ik vind fietsen in mijn eentje met een startnummer op raar. Op de bekende paden en toch een wedstrijd doen is gek voor me. Toch merk ik dat iets meer mijn best doe! Ook al zal ik niet zo snel zijn, ik doe dit toch maar zo’n beetje achter elkaar en op mijn eigen best! Omdat dit niet echt een officiële wedstrijd is, neem ik lekker mijn muziek mee. Ter compensatie van de bandjes langs de route zullen we maar zeggen 🙂
Ik rij eerst tegen de wind in, zodat ik straks op de dijk wind mee heb. Op mijn eigen best vlieg ik naar de sluizen op de Knardijk. Ik zit maar heel even vast achter een wielrenner en handbiker. Na de sluizen ga ik het bos in. Ik ben blij met de verkoeling, maar niet blij met de bochtjes en het smalle pad. Dat ligt mij niet zo best. Toch hou ik mijn hoge tempo goed vol. Ik kom maar weinig mensen tegen. Ik kies op het laatst toch maar even voor de weg in plaats van het stukje langs de camping. Eenmaal op de Knardijk speel ik even ‘vals’: ik stop zowel mijn fiets als mijn horloge. Ik moet namelijk even wat eten. En er zijn geen posten, dus ik permitteer me deze vrijheid.
Ik app Vincent of mij me tegemoet wil fietsen op de Oostvaardersdijk. Ik denk dat hij een minuut of 20/30 heeft voor ik bij onze eigen afslag ben. En ik zal 1 afslag verder moeten om de 40 kilometer te halen. Op de dijk draait de wind met me mee en word ik een snelheidsmonstertje! De dagjesmensen zijn weinig partij, maar wel leuke inhaaldoelen. Ik haal ook de handbiker nog een keer in. Ik ga hard. De hele tijd. En ik geniet daarvan. Ik doe echt mijn best, want dit is het stuk waarop ik me mag uitleven! Ik fiets tien kilometer binnen 17 minuten. Als je bedenkt dat de dijk 13 kilometer is en het tempo niet omlaag gaat, kun je op je vingers natellen dat Vincent er nog niet is! Ik ga niet op hem wachten, ik fiets eerst een afslag verder en kom dadelijk weer terug. Ik ga door het bos onder de dijk langs en nu het tempo er eenmaal inzit, laat ik het lekker niet meer los! Ik zie Vincent nog niet en ga terug richting de dijk, maar het tempo blijft boven de dertig liggen. Ik knal het brugje over en dan komt Vincent me tegemoet. Tijd voor uitleg neem ik niet, ik heb nu 37 kilometer gefietst en de laatste 3 ga ik niet inhouden!
Ik ga langs de kassen om de dagjesmensen te vermijden. Vincent zal zijn best moeten doen om mij in te halen, maar hij is jong en fris. Ik blijf boven de 30 fietsen en dan ineens verschijnt de knul naast me. Mijn fiets voelt niet meer oke. 39 Kilometer. Ik wil binnen 1 uur 20 nu, dus ik hou vast. En dan is mijn band lek. Tubeless lek. Ik fiets de laatste kilometer vol en stop onmiddellijk daarna. Ik ben bij de kruising achter de ATB-kas. Mijn band is op 3 plekken lek en 2 plaatsen kan de band aan, maar de derde niet. Vincent is erbij gelukkig. We bellen Rob en die zegt dat ik de band moet oppompen en dan maar rustig naar huis komen. Weer een lange wissel dus!
Rustig en voorzichtig fiets ik naar huis met Vincent naast me. Thuis kleed ik me om naar hardloopkleren en neem ik nog een gel. De nieuwe stralend witte hardloopschoenen gaan aan en Vincent pakt de bidons met water. Hij moet me op 4 en 8 kilometer een gel aanpraten. Op voor 10 kilometer binnen een uurtje. In 25 graden plus. Ik wil een route met schaduw, dus ik ga richting Kotterbos.
Gewoon maar accepteren dat het heet is, er zit niks anders op. Vincent fietst rustig naast me. De zon brandt. Het asfalt is heet. Ik hoopte op 5:40 te kunnen lopen, maar het wordt 5:45. Dat is in deze omstandigheden voor mij echt maximaal. Op de Evenaar word ik bijna aangereden door een meneer op een fiets, maar hij maakt het goed door hard “sorry Anke, hup, hup” te roepen. ‘Ken je hem?’ vraagt Vincent. ‘Nee’, zeg ik, ‘mijn startnummer!’ Dat geeft energie, onbekend publiek! Ondertussen denk ik aan de andere mensen die vandaag hebben uitgekozen om te ploeteren. En ik denk aan hoe fijn de schoenen weer zitten. Ik denk dat ik dit maar gewoon moet doen. Vincent geeft me bidons aan. In het bos is het redelijk druk, maar te doen en ik ga gewoon door. De schaduw ontbreekt. Aan de ene kant is Vincents aanwezigheid heel prettig, aan de andere kant voel ik me opgejaagd als hij naast me fietst. Ik stuur hem naar de 4 kilometer, dat hij een gel kan pakken. Ik ga wel iets verderop in de schaduw staan! Weer permitteer ik me een korte stop. Op de Trekweg zal ik ook al geen schaduw hebben. Maar wel wind mee! Als dat nog helpt… Ik ben er allemaal best moe van. Na een kilometer of 6 besef ik dat ik de gel eerder nodig heb en Vincent zal me bij het Schanullekesluisje voorzien. Hij gooit ondertussen water over mij heen of ik doe dat zelf als hij de bidon aangeeft. Ik hou het tempo zo hoog als ik kan en dat lukt me redelijk. De gedacht hier-heb-ik-voor-getraind geeft me houvast.
Ik werk de gel snel naar binnen en tel af dat het wel zal lukken, maar niet gemakkelijk. Dat maakt het toch echt wel een wedstrijd! Vincent moedigt me aan met hup-mama, maar gek genoeg voel ik me niet mama, maar Anke. We lopen het mooie-meisjes-pad af, maar ik zie of constateer weinig meer om me heen. We gaan aan de schaduwkant de Evenaar langs, zodat ik op de stoep uit de zon kan lopen. De laatste kilometer zal flink ploeteren worden, ook al weet ik wel dat ik het haal binnen een uur. Voor de één zal dat een snelheidsrecord zijn, voor de andere deelnemer een langzame duurloop, maar voor mij is dit wel maximaal haalbaar. We moeten nog om via de huisartsen en ik neem even het nieuwe pad. Ik ga wel langzamer en mijn hartslag verhoogt, maar ik kom niet boven de 6 minuten uit. Uiteindelijk heb ik 58 minuten nodig voor de 10 kilometer. Al met al rond ik de OD triatlon af binnen 3 uur. 2:57 als je de wisseltijden op 2 minuten zet. Dat is voor mijn doen echt oke! Zeker voor een tweede triatlon in 1 weekend.
31 mei. Het was weer een warme dag. Ik voel me vandaag een beetje sloom, maar ik wil wel graag even naar buiten. Ik heb nieuwe hardloopschoenen gekocht. Precies dezelfde als ik had, van Ascis. Maar deze zijn weer oorspronkelijk wit en hebben nog zolen er onder zitten. Toch is hardlopen vandaag even niet zo verstandig, dat moet morgen toch weer. Vincent is nog moe van zijn langste triatlon ooit en verder wil of kan er niemand mee, dus ik ga maar alleen fietsen. Mag ik het fietscomputertje ook meenemen. Ik ga maar proberen om de route om de grenzen van Almere heen te fietsen. Vincent zet de route voor me klaar, wat niet moeilijk is, want er is er maar 1. Dacht ik. Ik ga gewoon rustig aan doen. Toch klopt de route niet. Ik dacht echt dat ik de Paradijsvogelweg af zou moeten, maar het computertje is het totaal oneens met mij. Ik doe lekker mijn eigen ding. Ik kom er achter dat ik de wind niet heb nagekeken en dat deze vanmiddag gedraaid is. Dus ik moet maar niet over de dijken terug gaan! Ik ga eerst richting Almere Haven. Met mijn muziekje op. Op de dijk bij Haven gaat het lekker met wind mee. Halverwege gun ik mezelf een pauze.
Ik zit lekker heel even op het bankje en flits dan weer verder langs Almere Haven en het drukke surfstrandje. Ik zal terugrijden door het Kromslootpark en door de stad. Dan heb ik wind tegen. Dat merk ik meteen als ik in het Kromslootpark fiets! Goed dat ik de dijk niet over hoeft. Ik neem een keer de brug over de A6 die ik nog niet eerder heb genomen. Ik ga een stukje langs het Weerwater en dan onder de hoogspanningsmasten door. Het is een beetje zoeken naar de weg en luisteren naar de muziek en bij het stoplicht drink ik zowaar mijn bidon met sportdrank leeg! Dan is het tijd om terug naar huis te gaan. Al met al toch weer een tochtje van 46 kilometertjes.
30 mei
We gingen saampjes een triatlon doen: Vincent en ik. Gelukkig kan ik vandaag nog zwemmen en voel ik me beter dan gisteren. Eigenlijk kwam ik er pas gisterenavond achter dat deze achtste triatlon de langste is die Vincent gaat doen! Hij doet normaal een tiende en nu moet hij het dubbele zwemmen, 2 kilometer meer fietsen en 800 meter langer lopen. Ik denk dat hem dat wel lukt. We gaan bij een collega van Rob uit de tuin, die woont in de Noorderplassen, vlak bij het water. Ik was vergeten hoeveel spullen je ook alweer mee moest nemen!
En dan staan de fietsen er nog niet bij… het zonnetje kregen we er gratis bij en een beetje zenuwen ook. Rob zijn collega is ontzettend aardig. Die vond het wel apart en stelde voor dat we iets verderop het water in zouden gaan en dan terugzwemmen naar het ophaalbrugje. Rob zou ons afzetten en ons opwachten met de fietsen. Vincent zag er erg tegenop, maar ik niet zo.
Het water is lekker diep en best even koel. Mijn horloge wilde de satellieten weer eens niet vinden. Toen Vincent er ook in lag, gingen we aan het zwemmen.
Ik ging al snel overheerlijk! Plantjes onder me, zon boven me en Vincent naast me. Beter kan het wat mij betreft niet worden! Vincent vond de plantjes echter niks. En het leek allemaal zo ver. Dus ging hij vaak over op schoolslag. Daardoor hoefde ik dan weer niet zo hard! Onder de brugjes hadden we telkens even overleg. Ik vind de plantjes leuk om naar te kijken. In tegenstelling tot Vincent raak ik er dan ook niet in verstrikt. Misschien doe ik toch iets verkeerd nog… De 750 meter zaten er al op voor we de ophaalbrug in de gaten kregen. Ik zwom (door de missing satelites) weer eens heel snel de kilometer! En toen onder de ophaalbrug door. Dat was echt genieten. En Vincent maar roepen: ik doe dit zo rustig, dan kan ik er extra lang van genieten!
Rob en zijn collega stonden ons op te wachten met de fietsen. Ik was vergeten de handdoeken erbij te leggen, maar gelukkig telden wisseltijden niet mee. Ik nam ook nog de moeite me in te smeren. Startnummers op en gaan! Eerst binnendoor en dan zo lang mogelijk over de dijk met wind mee. Ik genoot echt met volle teugen van dat gevoel droog te waaien en nat op de fiets te zitten met een startnummer in de weg. En snelheid maken! Maar ook grappig om dat samen te doen en te kletsen onderweg en de enigen die je kunt inhalen zijn dagjesmensen. Dat doen we dan ook vol overgave! Ik probeer er wel een beetje tempo in te brengen, omdat het toch een beetje een wedstrijd is en dat is anders dan een traininkje. Als we de dijk op gaan, gaan we los. Vincent mag van mij voor op de dijk, maar ik hou hem bij en ik voel ook dat ik dat wil! Ik heb geen zin om te stoppen voor een foto. We zien onze basis liggen links van ons. En halen weer een groepje mensen in. Het is wel even uitkijken met oversteken, maar dan op hoog tempo weer door! Tot aan de afslag naar het kunstwerk, maar ook daarna houden we ons niet aan de maximum snelheid van 30 die er opgegeven staat, hihi! We nemen het tweede fietspad naar links en dat is niet handig, want dat is een hobbelpad. Als loper merk je dat niet, maar op de fiets worden we nog even door elkaar geschut. Over het Rode Fietspad gaan we weer hard. Naast ons rijdt een bruine Mercedes C-klasse (dat moet ik van Vincent vermelden!!) Cabrio met open dakje. Ik zeg tegen Vincent: Je weet hoe die auto is met drempels, wij kunnen harder!! Met een brede grijns halen we de Mercedes (met gemak) in! En dan over het bruggetje: “daar zwommen we net nog”. We zijn intussen helemaal opgedroogd. En we hebben wel wat vocht nodig! We komen na 20 kilometer fietsen met een gemiddelde van 29 kilometer per uur weer aan in de ‘wisselzone’. Tot grote verbazing van de collega, gaan we in deze hitte ook nog 5 kilometer hardlopen. Eerst een bidon leegdrinken en ik neem een gel. Vincent zit eventjes op een stoel in de wisselzone! Dat is ook nieuw, maar echt lang duurt het niet. We lopen in de volle zon, dat is onvermijdelijk. Ik hou het goed vol. We lopen weer over de dijk en moeten de fietsers nu ontwijken.
Vincent wordt herkend in zijn rode TVA pakje. We lopen het Da Vinci Pad op. Onverhard schelpenpad. Ik vind het niet erg qua ondergrond, maar de zon vind ik wel heftig! Vincent vindt de zon prima, maar de ondergrond minder. Het tempo blijft iets hoger liggen dan ik gewend ben, rond de 5:35. het hoeft niet, maar het kan gewoon.
We zitten al op 3 kilometer! We nemen een fietspad eerder en ik merk dat ik even inzak, maar nu houdt Vincent mij aan het tempo. Ik krijg serieus trek. We moeten nog 1 kilometer over het rode fietspad. Mijn tekst is een beetje op. Ik maak het vol en wil dan nog langs het bruggetje lopen. We lopen de 5 kilometer binnen 28 minuten. Even uitpuffen en op de foto bij het witte ophaalbruggetje waar alles een beetje omheen draaide vanmorgen!
We lopen heel erg rustig terug naar de tuin van de collega. Op naar een glas water met ijsblokjes! Wij hebben dit naar beste vermogen gedaan en Vincent heeft zomaar eventjes zijn allerlangste triatlon ooit gedaan!
Zijn we niet stoer als de Rode Brigade?
Als we uitgepuft zijn, pakken we alle spullen weer bij elkaar. Ik worstel nog even met het idee dat ik dit nog een keer moet doen over twee dagen met een dubbele afstand. We slaan het zwemmen in het zwembad vandaag eventjes over….
29 mei
We zouden vanavond onze triatlon gaan doen. Ik zit er de hele dag tegenaan te hikken, want ik ben een beetje sloom en down vandaag. Maar dan belt de collega van Rob dat het hem niet uitkomt en of we ook op een ander moment kunnen. Ik weet dat niet zeker, maar als we vanavond niet gaan, dan vind ik dat niet erg! Maar ik wil wel even naar buiten. Dus trek ik (die arme) Vincent mee voor een fietstochtje. “tje” Ik wil eens de andere kant op en de Grote Trap helemaal over. We zullen ook over de Knardijk gaan. Van haast is geen sprake! We fietsen naar de sluizen op de Knardijk.
Het wordt pas vreemd als dat aanvoelt als een ‘klein stukje’. Dan gaan we de Knardijk op. Vincent fietst duidelijk voor me uit, maar ik hou me gewoon rustig. Ik wijs hem op de werkeilanden. Er is ergens een enorm vuur met rookontwikkeling. We komen vrijwel niemand tegen. Tot we bij de volgende sluizen komen: daar stikt het van… de schapen! Ik moet me inhouden om een lammetje niet om te rijden. Het geblaat is niet van de lucht en overal te horen. Zo schattig!
We houden een stop bij de sluizen. Dan gaan we langs één van de Vaarten fietsen. Dat gaat lekker, want we hebben wind mee! Ik kom op een stuk van het fietspad wat ik nog nooit heb gedaan, maar het ligt er goed bij. We zijn al een aardig eind op weg eigenlijk. Dan komen we bij de Grote Trap. Op kilometer 33. Het is er best mooi en apart, maar ook nog steeds een beetje kaal, zo lijkt het. Het is wel mooi met de ondergaande zon.
We houden een stopje om even iets te drinken en even de beentjes te strekken. Het zal toch wel stiekem weer 40+ kilometer worden….
We hebben nog wind mee op de Ibisweg en maken daar flink gebruik van! Uiteindelijk fietsen we op deze avond bijna 2 uurtjes. En 47 kilometer. Het is een saai vierkant rondje om te zien op de kaart, maar de schaapjes en de ondergaande zon maakten het zeer de moeite waard.
28 mei
Vincent ging mee trainen op de baan. Jeugd mag dat weer, maar volwassenen nog niet. Dan ga ik ondertussen zelf maar een rondje lopen. Ik ben een beetje onrustig, want er komen nog werkappjes binnen. Ik ga het rondje Rode Ophaalbrug, het Bloq en door het Wilgenbos weer eens doen. Verder geen opdracht. Gewoon lopen. Ik mis de Rode Brug omdat ik dan aan het appen ben voor het werk. Dat maakt het er niet beter op, maar ik kan er nu toch niet naar kijken!
Mijn schoenen zijn eigenlijk op. En het is eigenlijk ook behoorlijk warm. En ik wil eigenlijk misschien wel iets teveel vandaag. Na 4 dagen werken. Kortom: ik kom niet echt tot rust en niet echt in het lopen. Ik ken de weg eigenlijk wel. Het is groen.
En water. Er zit ook niet echt snelheid in. in het bos voel ik de wilgendruppels. Ik moet toch echt zoeken waar dat nou precies vandaan komt. Ik zie de boten. En bedenk weer iets wat ik eigenlijk even moet nakijken. En ik moet straks toch even nakijken voor het werk of niet iets doms heb gedaan… Zo loop ik dan voort. Van de ene pieker in de volgende. Ohja, ik moet een foto maken! Mooi licht. Maar net te weinig voor een foto. Ga ik de ronde eigenlijk wel halen? Hopelijk is het rustig bij de sluisjes, misschien is het wel eens leuk als ze open zijn, dan kan ik rusten. Dat zijn ze niet, maar zo gaan mijn gedachten alle kanten op. Ik bedenk me dat ik het ga halen. En dat ik maar gewoon doorloop en direct stop als ik er ben. Ik hoeft geen rond getal, geen tien kilometer: ik moet blij zijn als ik weer aan de atletiekbaan sta. En als ik daar ben, ga ik ook meteen zitten. Op gepaste afstand, blij dat ik er ben. Voordeel: hartslag is ook binnen de perken gebleven.
27 mei. Werken en binnen zitten. Op deze prachtige, warme dag. Dat kan ik alleen maar als ik mezelf beloof dat er vanavond nog meer dan genoeg tijd is om te zwemmen! En Vincent gaat lekker met me mee. Naar de Noorderplassen. Omdat het daar zo lekker ondiep begint. Het is druk op het strandje. Maar het is niet koud in het water!
We gaan naar de boei zwemmen. Dat is goed voor het navigeren zullen we maar zeggen. Ik blijf lekker bij Vincent in de buurt, maar mijn horloge vind toch dat ik een stuk harder zwem! Het gaat wel lekker. Ik vind dat we best snel bij de boei zijn. Vincent heeft iets meer contact nodig onderweg. Niet erg hoor, wel gezellig juist. En dan weer terug. We hebben wind mee nu, maar veel is het niet. En dan ineens krijg ik kramp. In mijn maagstreek. Het is zeer onprettig en een beetje misselijkmakend, maar ik zwem gewoon door. Wat moet ik anders?! Misschien even iets langzamer, maar ik zal toch terug naar de kant moeten, hoe dan ook. Vincent zwemt gewoon door gelukkig. En even later trekt het ook weer weg. Vincent heeft nog niet helemaal een kilometer gezwommen, terwijl ik al over de 1500 meter zit. De waarheid ligt ergens in het midden.
We hebben een heel lekker half uurtje gezwommen!
Dinsdag 26 mei. We gaan vandaag aan het einde van de werkdag maar weer eens een stukje fietsen. Rondje Oostvaardersplassen. We gaan over de weg eens een keertje naar de Knardijk toe. Eigenlijk wilde Vincent niet echt een heel rondje, maar ik beloof hem dat we dan wind mee hebben op de dijk en dat we genoeg tijd hebben. Hij stemt een beetje onwillig toe. We kletsen. Op de dijk gaat het lekker. We blijven gewoon fietsen zonder ook maar 1 foto te maken! Vincent fietst 25 kilometer per uur met zijn horloge en met zijn fietscomputertje, ik fiets maar 24,9. We fietsen 33,56 of 33,60 of 33,90 afhankelijk van het apparaat waar je naar kijkt.
Maandag 25 mei. Verjaardag en werkdag. Alles is gewoon zoals de Coronatijd met thuiswerken gewoon aan het worden is. Maar met een verjaardagsrandje. En rust. Mijn beentjes zijn ook wel eens een beetje moe. Wel gaan we wandelen. Heerlijk bij de ondergaande zon in het bos!