browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2022-39

Posted by on 13 November 2022

Maandag 7 november – Rust

Door goede nachtrust en een dag rust is mijn hersteltijd verbeterd!

Garmin is trots op mij, omdat ik slechts twee keer een korte wandeling heb gemaakt en verder niks. Denkt dat ding. Ik werk me een slag in de ronde zonder echt resultaat, ben wat meer gestresst en ik ben moe. Maar dat kan Garmin niet zien! De kleine kat houdt me op de bank, want ze zit op mijn schoot en wijkt niet van haar plek.

Dinsdag 8 november – Rennen en zwemmen

Ik heb een dag vrij van het werk, maar moet wel de hele ochtend weg. Daarna ga ik even op de bank zitten en meteen word ik klemgezet door anderhalve kilo poes. Ik wik en weeg en ik twijfel en kom er niet uit wat ik wil. We houden dat bankzitten een tijdje vol, maar ik moet ook nog rennen vandaag, kleintje-poes! Ik pak een muziekje en zakdoekjes en expres drink ik een bidon leeg met sportdrank. Voor ik ga, zit ik nog op de WC voor een nummer2. Korte broek kan nog net zo in november. Ik ga gewoon hobbelen, niks meer en niks minder. Ik moest zone 2 aanhouden en dat ging prima. Maar ik had gewild dat het tempo wat hoger zou liggen inmiddels. Het blijft een beetje steken rond de 6:00 minuten per kilometer.

Binnen 5 kilometer merk ik dat ik toch weer moet. Dus ik ga de bosjes in, maar het komt niet echt. Ik hobbel weer verder. Het is best warm. Ik wijk uit voor tractoren en ik stop een keer om een foto te maken.

Langzaam aan komen mijn gedachten tot rust en orden ik ze. Wat ik krijg, pak ik aan en anders niet. Maar het geeft wel onrust. Heb ik mezelf op de hals gehaald! Overal ruikt het naar herfst.

De laatste kilometer zet ik nog wat aan, omdat het kan.
Morgen zit aardig vol en ik ga naar de sportdietiste, dus dat is altijd gedoe met zwemmen. Daarom ga ik op de late dinsdagavond. inzwemmen en dan doen we heel veel korte dingen. 50 metertjes en 100 metertjes. Ik vind dat niks. In een overvolle baan met een man/vrouw of 8 is dat gewoon best lastig. Ik kom niet in een ritme en ook qua ademhaling ben ik weinig consistent.

Ik vind het wel grappig dat de trainer de training op een kartonnetje van de chocolade muesli heeft geschreven. De insteek is de insteek van deze training, maar ik let meer op de doorhaal. Een zin die je alleen snapt als je ook zwemt!

9 November – lunchrun met Manuel

We gaan niet snel, want dat kan Manuel ook. Gewoon even lekker bijpraten en rennen tussen de telefoontjes, overleggen, mails en opdrachten door. In het begin een beetje regen, een heel klein beetje. Verder veel wind. En vooral heerlijk ontspannen! Mijn hoofd tenminste.

Mijn benen vinden het deze keer eens niks. Ze trekken. En slepen. En ze mopperen wat. Mijn benen moeten namelijk een zwaar hoofd tillen. Ze doen het 6 kilometer lang.

10 November – Lopen op wilskracht zonder wil en zonder kracht

Deze donderdag is hopeloos: chocoladetaart, een lunch met de manager, werk wat nauwelijks afkomt en gezeur. Ik ga het niet redden om naar de baan te gaan en extra te lopen. Dat willen mijn benen niet en mijn hoofd ook niet. Ik zou 18km moeten lopen. Maar ik bedenk zelf dat het er 15 kunnen worden. Alle straten door. Dat heb ik lang niet gedaan en lijkt me uitstekend passen bij mijn stemming van niks.
Al na 2 kilometer wil ik terug naar de bank! Ik ben het al snel zat. Het donker, de ongelijke stoepen en de malende gedachten die de muziek niet kan overstemmen. Het tempo is laag. Op 4 kilometer dacht ik: laat ik de 5 kilometer dan maar volmaken. Nu ben ik toch bezig. Ook toen ging ik niet naar huis. En dan gaat het eigenlijk steeds minder goed. Het rare is dat ik niet omdraai en naar huis wandel.

En dan -bij 6 km- voel ik dat het brood toch te laat was of ik er te kort op ben gaan lopen. Ik moet weer. En dat is midden in de wijk onhandig. Ik wandel een stukje in de hoop dat het voorbij gaat en ik app een vriendin die hier in de wijk woont. Ik dribbel tot kilometer 8. Dan val ik stil. Er is toch iets geks aan de hand: het gaat niet, maar ik stop ook niet. De wil is groter om al die straten vol te maken en tien kilometer te rennen dan de kracht om te stoppen. Het gaat tergend langzaam en traag en moeizaam. Ik heb het koud en warm en ik moet goed opletten voor overstekende auto’s. Maar ik ga de laatste straat ook door! En dan ga ik terug. Blijven rennen lukt al lang niet meer. Ik denk zelfs: ik kan gewoon op stop drukken en naar huis wandelen, maar dat doe ik dus niet. Het zit er niet in. Ik ren, jog, hobbel, wandel, duw, trek, korte stukken. En voor de deur moeten zelfs eerst de 12 kilometer vol, voor ik naar binnen sprint. Net op tijd. Het duurde een eeuwigheid, die 12 kilometer. En dan nog zijn het er bij lange na geen 15 of 18.

11 November – Boek lezen en nieuwe gebieden verkennen in Zwift

2 uurtjes fietsen: ik weet niet of ik het ga halen, maar er zijn twee pluspunten: 1) Er is een nieuwe wereld open bij de Makuri Islands en 2) ik kan lekker mijn boek lezen. Drinken en eten erbij.

En trappen maar. Ik hoef niks, gewoon een rondje uitgezocht van 40km, wat toevallig na 20km een nieuwe route is ook nog! En precies op 20km krijg ik een telefoontje waar ik op zat te wachten. Ik stap even af en verwerk ‘t rustig en netjes.

En dan het nieuwe gedeelte in! Ik vind de grotten mooi. Ook de vliegers en het zand vind ik een leuke aanvulling. Zwift doet alles zo ‘netjes’. De bergen kloppen (Mount Fuji), de mix van mystiek en modern en het water stroomt. We komen ook langs een soort grote industrie. En door jungle. Over strand en langs hekken die stuk zijn. Bruggen. En het wordt avond.

Ik lees en kijk tegelijkertijd. Ik ben ook eventjes ergens eerste! Het is niet druk in Zwift. Inmiddels heb ik iets belangrijks geleerd: ik hou de cadans hoog. Dat is intussen helemaal niet meer vermoeiend en juist relaxed! Na 40km heb ik de route af en er gebeurt iets wat me nog nooit overkomen is: Zwift crasht! Ik moet opnieuw opstarten en hoop maar dat de route bewaard is.

Ik kan verder fietsen en mijn boek is nog niet uit (ik ben mooi bij het deel ‘onderweg’), dus ik ga nog even verder. Het gaat lekker nu.

Ik rij 50 kilometer vol, net niet in 2 uur (maar eigenlijk ook weer wel). Helaas neemt Zwift de laatste tien kilometer niet meer op. Dus ook de tijd niet. Jammer voor de statistieken.

12 November – mijn verjaardag zoals ik die wil vieren.
Als mama het had geweten 49 jaar geleden, had ze me teruggeduwd! Vandaag wil ik hardlopen. Het heeft even geduurd, maar dat is gewoon het liefste wat ik wil doen op ‘mijn’ dag. Geen gedoe aan mijn hoofd. Joyce gaat met me mee op de fiets als ik het hele rondje Oostvaardersplassen ga rennen. Het gaat niet om het tempo, het gaat vooral om het testen van de voeding als voorbereiding op de marathon. Vooraf goed eten, veel water drinken en de rugzak inpakken. Lange broek aan en lange mouwen. Ik moet 10 gels met water gaan wegwerken.
9:13 uur – Km 1-2 doe ik alleen. Met een bidon vol water die straks in de fietstas van Joyce kan. Ik app nog even en dadelijk zet ik mijn telefoon uit. Ik moet even wachten op Joyce bij het Oostvaarderscentrum.

km 3-5 Joyce fietst naast me en de eerste kilometer mag ik even klagen! Over dunner wordend haar en over mensen die alleen maar eten op Instagram zetten. Na ruim 3 kilometer moet ik al aan de gel. Ik wandel erbij. Het lijkt zo snel! Ik loop onverhard door de mist. Het is erg mooi.

Km6-8 Het Kotterbos door. De zon komt erdoor. Als ik weer een gel moet, zien we een paar mensen zoeken en ik wijs ze de weg naar de natuurbrug. En dan weer verder. Joyce maakt een prachtige foto.

Km8-13 Het gaat niet zo snel als ik had gehoopt. De hartslag ligt ook wat hoger dan ik zou verwachten. 10 Kilometer in 63 minuten (zonder de stops wachten en uitleg) Maar ik hoef niet, geen aandrang!! Dat is erg fijn. Ik neem op tien kilometer een gel deze keer. Goh, 3 keer in een uur is wel erg vaak wat mij betreft. Joyce kletst over haar nieuwe huis. Heerlijk! Op de Praamweg heb ik het niet makkelijk. De herrie van auto’s, meer onrust en veel zon. Bij het Oostvaardersveld weer een gelstop.

Km 13-15 De lastigste. Ik kijk uit naar het Oostvaarderscentrum aan de andere kant voor de WC. Toch wel. Niet pijnlijk hoor, maar wellicht toch het brood ofzo. Ik zet het horloge weer uit en ren door naar de toilet waar ik heel veel achterlaat ๐Ÿ˜€ En ik vul water bij. Een aardige ruil. Het voelt wel een beetje als valsspelen, want in de marathon stop ik natuurlijk ook niet, zeker het horloge niet! De Knardijk op.

Km15-18 De Knardijk. Ze vallen me zwaar. Het is mooi hoor, maar ik heb er altijd moeite mee om door de 10 engelse mijl heen te komen. Ik weet niet of Joyce het echt merkt, die kwebbelt lekker verder. Maar ik bedenk me ook hoe ver het nog is en dat ik pas op de helft ben. En dat ik weer zo’n gel moet wegwerken. Elke keer als ik in een ritme zit is het wandelen-gel pakken-opslurpen-knoeien-water drinken-gel wegdoen. En dan is het ritme weer weg en moet ik opnieuw oppakken en de langzame kilometer accepteren. Irritant. Maar dan kan ik wel weer door.

10:50 Km 18,5 – 30,5 – De Oostvaardersdijk. Op 18,5 km beginnen de lange 12 kilometer rechtdoor. De zon schijnt volop en ik ga me eerst naar de halve marathon vechten. Volgens mijn horloge in 2 uur en een kwartier, maar ik heb bijna een kwartier pauze gehouden. Joyce zou in beide gevallen willen ruilen met die tijd en er zijn mensen die in die tijd een hele marathon lopen. Maar ik doe nu eenmaal dit. Een mevrouw die we tegenkomen, snapt me: “Geweldig, zet ‘m op!”. Eresupporter. Ik zie ook andere mensen op de racefiets die ik wel ken en die moeten ook weten dat als ik daar loop, ik nog ver te gaan heb!

Joyce moet water bijvullen en fietst vooruit. Ik loop een stukje alleen na nog een gel op kilometer 22. Ik hou dan lekker het tempo erin. De eerste parkeerplaats ligt best ver weg, maar ik kan mooi kijken naar waar we gezwommen hebben!

Joyce vertelt lekker verder en ik weet niet eens meer waarover. Ik denk dat we even mopperen (of heet dat roddelen). Ik neem nog een gel – de achtste inmiddels en ik word er nu echt gek van! Het wandelen is wel even fijn, maar dat het ritme en de tijd weer naar de kl*te is, daar baal ik van. Ik weet nu dat ik het ga halen – hoe dan ook. Dat geeft me rust. Ik besluit ook naar huis door te rennen. Geen stop bij het Oostvaarderscentrum voor de lunch: ik wil naar huis. Vlak voor we de dijk af gaan, neem ik een gewone gel. Ik heb 8 slow release gels op, waar de suikerafgifte gelijdelijk gaat. Die zijn minder belastend voor het maag-darmsysteem en dat merk ik. Elke keer weer veel erbij drinken. En dan de dijk af op weg naar huis. Nog ‘maar’ 5 kilometer.

Km31-33 Of het van de gewone gel komt of omdat ik dit ken of omdat ik me realiseer dat ik dit ga halen en de marathon dus ook vast wel: het kan iets harder! Deze twee kilometer loop ik binnen 12 minuten. Ik SMS Vincent om ook te komen. Maar na kilometer 32 raakt het snel op. Ik moet nog een gel, maar ik wil echt niet meer! Dus ik doe het lekker niet. En dat wreekt zich. “Neem ‘m gewoon, ook voor die laatste 3 kilometer”, zegt Joyce; “nu kan je het testen.” Ik neem ‘m en ga ook nog even plassen, want dat moet ook.

Km33-35 Vincent komt erbij en ik krijg weer energie. Het is dus toch de gel. Goed dat ik nu goed voel hoe het werkt. Ik beloof dat ik me aan het voedingsplan zal houden. Ik ga om via het Oostvaarderscentrum, de ronde moet ook echt ROND zijn. Vincent en Joyce fietsen naar de brug.

13:11 Rond! Ruim 34 kilometer.
Onverhard alleen rennen en het trapje vind ik nog best lastig. Ik voel het wel! Mijn voeten doen pijn: iets met blaren. Niet stuk, maar zeer gevoelig.

Kilometer 36. En dan nog rustig naar huis. Ik blijf rennen en ik kan nog versnellen. Die kracht heb ik nog wel! Niet heel snel, maar wel ietsje.
36 kilometer – volgens het horloge in 3 uur en 54 minuten. Uit- thuis tijd is 4 uur en 9 minuten. Mijn benen zijn moe. Ik heb geen extreme honger. Chocomelk! Kaarten kijken. Ik krijg van Joyce een prachtig kade, maar dat ze haar ochtend met mij, naast mij en voor mij heeft opgeofferd is een onbetaalbaar groot kado!

En dan ga ik even zitten en lunchen. Ik wil uitzwemmen. Een tijdlang heb ik getwijfeld of ik op mijn geboortetijd zou zwemmen, maar dan is de volwassenenles en moet ik me verantwoorden en dat wil ik niet. En dan komen we in de knoei met eten en het werken van Vincent. Dus ik ga om 4 uur in het kinderuurtje zwemmen. Een half uurtje. Met achtje! Ademhaling is rustig 1 op 3 en ik zwem alleen maar op en neer. Met 4 mensen in een baan gaat dat prima. “Ben je jarig?” vraagt de man met wie ik de geboorteplaats deel. Het moment om verder te zwemmen ๐Ÿ˜‰ Maar ik zeg later netjes ja. Garmin is wat positief over de afstand, maar dat zie ik als een digitaal presentje. ๐Ÿ˜€

Tijdens het zwemmen heb ik bedacht dat ik nou toch bezig ben en ik dan ook wel kan fietsen. Om 49 kilometer vol te maken. Lijkt me beter dan wandelen. Er is een route van 11,3 km door het nieuwe gedeelte op Zwift. Precies wat ik nodig heb! Ik voel mijn benen best een beetje. Wat stijfjes. Mijn voeten zijn weer bijgetrokken. Ik zit nog even op de bank en dan ga ik fietsen.

Is dat raar? Het is in elk geval niet wat ik tien, twintig of 40 jaar geleden had kunnen bedenken. Op geen enkele manier. Mijn verjaardag sportend doorbrengen.
Het fietstempo boeit me niet, en de cadans hou ik weer hoog. Ik zorg dat ik er niet moe van word. Ik kijk heel goed naar de omgeving. Er zit erg veel variatie in.

En een beetje tel ik de kilometers ook af! Maar ik haal er 11,3 en maak er voor de zekerheid ietsje meer van.

49 kilometer op mijn 49ste geboortedag.

13 November – uitfietsen.
Ik ben vandaag een beetje lui. Mijn benen zijn wat stijfjes en ik voel me echt een jaartje ouder! Dat is een nadeel van het maken van een sportdag van je verjaardag ๐Ÿ™‚
Buiten is het heerlijk weer. Vincent moet een 3 kilometer test rennen. Hij vroeg gister al of ik met hem mee wilde en dat doe ik dan. Loopt hij 2 kilometer in op een tempo waar ik al heel blij mee zou zijn. Als hij zijn 3 kilometer loopt is het drukker als ik dacht, met paarden notabene! Hij loopt de 5km nog altijd binnen 23 minuten. Haha. Hij hobbelt naar huis en ik ga nog een uurtje fietsen.

Het is dertien november en ik rij op de racefiets!!!!!!!!
Gister heb ik de Tacx als standaard aangezet en nu ben ik buiten op de racefiets. Ongelooflijk. Op de dijk heb ik een beetje wind mee, schijnt het zonnetje en is het helder en koel. Het gaat echt heerlijk! De cadans hoog, het tempo hoog. Het gemiddelde is toch al laag, dus ik heb geen enkele ‘verplichting’. Alleen dit leuk vinden! Dat is makkelijk.

Ik ga binnendoor terug en bedenk net iets te laat dat daar bos is tot de rode ophaalbrug. Ik heb geen haast met inhalen, maar de mensen met de lieve hond laten me passeren. Het bos valt mee en ik stop even voor tegenliggers en om wandelaars in te halen. De rode ophaalbrug is mooi.
De stad weer in vind ik ook geen straf. De herfstbomen bekijken vanaf de racefiets. Ik besef hoe uniek het is.
En dan heb ik weer een week met 12 uur sporten doorstaan. Met 65 hardloopkilometers. Vijfenzestig! Da’s veel hoor. En ik heb ook bijna 90 kilometer gefietst. En ruim 3,5 kilometer gezwommen. Ik heb 13 uur gesport. Naast 24 uur werken (een half dagje vrij is fijn!), heel erg veel stress en onrust rondom het werk. De was ligt allemaal netjes in de kast, de vaatwasser is leeg en de administratie is bijgewerkt. En jarig geweest!

Er zijn mensen die van november in de stress raken, zo melden ze op de Social media. Iemand die geen baan heeft. Moeite met het hoog houden van de ballen gezin en sport. Ze raakt in de stress van het doel dat ze in september volgend jaar heeft: de hele triatlon. Ze wil alles doen wat ze leuk vindt! Ik begrijp het niet. Wil ze aandacht, advies? Of wil ze medelijden? Moet iedereen roepen hoe goed ze is? Dit gaat volledig aan mij voorbij.
Alles wat ik doe en wil is gepland, bedacht en moet uitgevoerd worden. Sommige weken staat het gezin op 1, vaak staat de sport bovenaan. Dat weten ze bij mij thuis. Die doelen die groot zijn, streef ik na. Ook als ik -net als donderdag- even geen zin heb of het niet goed gaat omdat mijn hoofd vol zit. Dat doel heb ik voor ogen als ik op de bank lig niks te doen en bewust rust neem en Candy Crash speel.
Kan ik iets, wat anderen niet kunnen en wat ‘plannen en organiseren’ heet? Dat is gewoon mijn natuur denk ik. Daar hoef ik niet mee te koop te lopen, geen aandacht voor, geen aai over mijn bol, geen feestje. Ik moet combineren: de kattenbakken gaan overal tussendoor, strijken tijdens het F1 kijken en Lego bouwen met Rob is de halve rustdag die ik verdien!
Ben ik een voorbeeld? Van die gedachte schrik ik terug. Een voorbeeld… Zo zie ik mezelf niet!
Of erger: misschien denken mensen wel dat ik dat ‘met gemak’ doe. En dat is zรณ niet waar!! Ook mijn benen van 49 jaar oud doen pijn. Ook ik denk wel eens: ik wil gewoon alles eten wat ik wil en het kan me niet schelen als ik een dik tonnetje word! Van de diรซtist naar de pedicure rennen kost mij ook geld en moeite en tijd. En oh-wee als ik veel stress heb op mijn werk met een bazin die vanalles vraagt van me, dan merk ik dat in mijn armen die niet willen zwemmen en in mijn ademhaling die hoog zit. Ik ben gewoon een vrouw die ongesteld moet worden, moodswings heeft en van chocolade houdt. Omdat ik alles doe en ingepland krijg, wil niet zeggen dat het vanzelf gaat. Ik voel me schuldig als Rob thuis zit en ik fiets. Ik voel me slecht als Vincent zonder mij moet leren omdat ik ga hardlopen. Ik haat mezelf als het tempo tegenvalt. Ik vind het niet leuk dat ik te weinig tijd heb om piano te spelen.
Soms zou ik dat wel eens met hoofdletters op de Social media willen zetten: HET GAAT NIET VANZELF. Maar ik hoef geen medelijden, geen aandacht, geen advies en ik hoef vooral niet te horen hoe goed ik ben- wat niet zo is, want dat kan niemand anders voor mij bepalen. De trainer Merijn van vroeger zei altijd: ‘Be the best you can be’. En dat probeer ik. Niet meer of minder.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

5 × three =