browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2024-15a Sprint Triatlon Rotterdam

Posted by on 23 June 2024

Een bijzondere hersteltraining!

‘s Morgens als ik opsta (of wakker wordt) voel ik me niet heel klaar voor een sprint triatlon. Ik heb overal kleine pijntjes. Mijn knieën doen pijn, maar ik weet niet echt of ik links of rechts pijn heb en mijn benen zijn stijfjes. Ik twijfel erg over het hardlopen, want ik wil niets stuk maken. Als ik naar de AH loop ben ik zelfs wat wankel! De bootcamp sla ik sowieso over. Het is niet zo dat ik geen zin heb, integendeel, maar ik zie er wel tegenop, tegen 5 kilometer hardlopen in een sprint. Dat het warm is of ver rijden vind ik niet zo erg. Vincent gaat ook mee, hoewel hij met zijn verkoudheid en net ziek geweest, niet kan starten. Dat is balen. De fiets zit hartstikke snel op de nieuwe auto, ik heb mijn spullen inmiddels ook vaak genoeg verzameld om te weten hoe het moet. In de auto zit ik achterin en ik luister nog maar eens naar online sportpsychologie cursus. Het gaat over confidence (vertrouwen) en selftalk. Dat is wel goed voor mij. Ik heb geen tijd voor zenuwen of stress, ik moet deze wedstrijd gewoon binnen hengelen. Klaar. Als het hardlopen lukt, dan kan ik dat vast wel. Vertrouwen hebben. Rob en Vincent vinden dat ik eigenlijk ook moet winnen, maar ik weet het niet. Ik voel die druk in elk geval niet, er doen 7 vrouwen mee in mijn categorie en ik ken ze niet.
Als we de parkeerplaats op rijden, zien we een oud klasgenoot van Vincent! Die herkent ons niet. Hij is wel geslaagd. Het is een groot grasveld. Ik maak me eigenlijk weinig druk, voor mijn doen zeker. Misschien is dat na dit weekje ellende op, het ‘druk maken’. Ik heb mijn koptelefoon nog op. Het is een komen en gaan van mensen overal. Spulletjes halen en dan mijn fiets wegzetten. Ik zie de oude juf van Vincent en mijn allergrootste insta-oma-heldin. Oudere vrouwen, die me even aanhoren en begrijpen. Ik zet de spullen weg; ik weet hoe het moet. Ik twijfel niet of ik een wetsuit aandoe, natuurlijk! Er heerst een ontspannen sfeer. Dan kom ik Rafi tegen! Nog zo’n held! We zijn allebei in Hamburg een Ironman geworden. Het is een nog lievere man als ik al dacht!

Pak aan, zonnebril zoeken die in het brillenkokertje zit, banaantje eten en plassen. Het is een soort routine. Ik ga bij de rest staan en klets wat. Rafi is wel gespannen. De Yvonnes horen me uit en redden me. Het is voor mij ondenkbaar dat ik hier moeite mee zou moeten hebben.
Als we het water in mogen, vind ik het meteen koud. Een massastart. Dat is een tijd geleden! Eigenlijk in Ierland. Ik vind het best. Ik lig best in het midden. Pang – off we go.

Ik heb nooit idioot veel moeite met de wasmachine en het gestamp, ik doe ontzettend mijn eigen ding en heb geen enkele haast. Eigenlijk vind ik al heel snel mijn ruimte en mijn plek. Ik zwem gewoon door. Ademhalen gaat oke en slagen maken al helemaal. Ik snap de route niet zo heel goed en weet niet al te best waar ik heen moet. Dan zie ik ook nog eens weinig, want mijn brilletje is vies en beslaat. Ik neem een kort moment om schoon te maken. Ik adem 1 kant op en maai gewoon maar door. Kan mij het schelen of het hard gaat of niet! Even denk ik wel laatste te liggen, maar dat is onmogelijk. Ik heb 1 moment last van iemand en dan ga ik onder de brug door.

Ik zie de gele boei, aha, daar moet ik omheen. Het spreekt voor zich eigenlijk. Jammer dat ik maar de helft zie. Om de gele boei heen en wel zo krap mogelijk en gewoon op borstcrawl. Dan adem ik tegen de zon in. Ik zag al niks, maar nu helemaal niet meer. Doorzwemmen dan maar. Ik kom in een comfortzone van lang doorzwemmen en maar gewoon genieten. Het vechten met het water is al heel lang voorbij. Het is eigenlijk best ver en ik ga gewoon langs de rooie boeitjes en achter wat mensen aan.

Ik haal ook mensen in, maar dat is vast omdat zij te snel begonnen zijn en niet omdat ik sneller ga zwemmen. Ik doe gewoon mijn ding. En dat is best leuk zo. Nog een boei om en dan ga ik richting het trapje. Daar zie ik dan even tegenop, maar deze zijn erg fijn. Ik huppel het water uit.

Dat gaat lekker, roep ik tegen Vincent. Ik zie het, roept Vincent terug. Ik hijs mijn pak uit en zwaai naar Rob. Geen idee hoe lang ik bezig was, maar ik jog gewoon lekker de wisselzone in. Het valt me even op dat er nog meer dan genoeg fietsen staan. Pak ophangen, helm op, slok drinken: allemaal op routine zonder gekkigheden. Dan komt de volgende er pas aan. Ik trek mijn enkelbandje nog even wat strakker en ga de wisselzone uit. Opstappen, fietscomputertje aan en gaan met die banaan!

Ik ga heel snel al liggen. Hier moet ik tijd winnen voor het hardlopen straks. Ik zit al heel erg snel in mijn element. Het horloge pakt het allemaal keurig op en is naar fietsen gewisseld. Er zijn wat bochten waarin ik mijn verlies maar neem. Ik ga aan het inhalen. En niet zomaar een beetje, het lijkt wel alsof ik vlieg! Dit zijn mensen die 3 kwartier eerder zijn gestart en die de rookie race doen. Chicane, de brug op en af, dan soort van wind tegen en nog een bocht, weer een brug op en af en dan rechtdoor met wind tegen. Dat is een ding voor mij: normaal zou ik niet durven te blijven liggen met windvlagen die ik voel, maar vandaag heb ik er vertrouwen in. Ik moet dit even leren. Niet rechtop gaan zitten als ik iemand inhaal, maar gewoon even ruimte nemen. Er is genoeg ruimte. Er zijn ganzen en iemand gaat bellen, hoe grappig! Ik hou m boven de 30.

Dan nog een brug en een scherpe bocht en daarna even wind mee, maar net te kort om echt vaart te maken. Nog een bocht en dan kom je in publieksarea. Wat een mooie fiets, hoor ik. Ik kom langs Rob en Vincent en het gaat dus echt ontzettend goed. Ik voel me uitstekend en sterk en over het algemeen ook een beetje boos. Ik ga snoeihard op het eerste rechte stuk, al ietsje harder door de chicane. De brug op blijft wat behoudend, maar daarna pacman ik weer verder, soms roepend: pas op. Ik zie de andere dames en roep ze toe. Sorry, ik ben het racemonster vandaag. Bochtjes, wind tegen valt mee en dan het rechte stuk ‘wind tegen’ weer. Ik ga snel liggen en hard trappen. Soms zijn de dingen simpel! Ik ben al op de helft joh. Het gaat alleen maar harder! En ik heb er hartstikke lol in. Ik heb wel een beetje dorst. Een enorm goed gebouwde triatlete met een dicht wiel passeert me en is klaar, maar ik snap niet wat zij doet bij de amateurs. Het NK is al geweest. De tweede ronde zit er al weer op als ik naar Rob en Vincent zwaai.

Ik de derde ronde ga ik echt helemaal los. Ik passeer de meiden en Rafi alsof ze stil staan, laat de vrachtwagen netjes door en ik durf in een paar bochten al te trappen en de meeste hoef ik niet meer bij te remmen. Het is rustiger. Ik word ingehaald door een dicht wiel, net voor de scherpe bocht. Zelfs hij trap niet door. Op het rechte stuk loop hij langzaam uit, maar ik doe mijn eigen ding en ik maak me nergens zorgen om. Ik heb het loopparcours gezien en dat is felle zon en saai en recht. In de vierde ronde zal ik ietsje langzamer gaan, maar het hoeft niet en het is leeg. Ik tik de 40 aan met wind mee en alle ruimte. Ik word er niet eens moe van, van dit. Ik heb ook geen negatieve gedachten en denk: ach, vanaf hier kan ik rennend met de fiets naar de wisselzone op 18km. De laatste bochten gaan eigenlijk hartstikke goed, maar het parkoers is inmiddels ook best leeg. Op naar het rennen!

Ik loop de verkeerde rij in. Maar er is plek zat, dus ik kan met fiets en al onder het rek door en daar heeft niemand last van. Ik drink en zet mijn spullen aan de kant. Routinewerk. Ik doe geen sokken aan en schuif (voor de laatste keer nu echt?) in de witte schoenen die vol babypoeder zitten. Nog meer drinken en dan ga ik de wisselzone uit. Ik merk meteen dat het lopen goed gaat. Geen pijntjes. Nog 5 kilometer doodgaan, roep Vincent. Die is van de opbeurende teksten vandaag. Maar ik lach er wel om. En dan ga ik maar. Ik zet kleine stapjes en het gaat zoals het gaat en ik weet dat het niet eens heel slecht is, maar dit is het begin pas. Ik loop gewoon lekker door in mijn eigen ritme.

Even achter een meneer, maar die verlaat ik omdat ik ietsje harder ga. Op de post neem ik weer drinken aan, maar dat blijkt sportdrank te zijn, zie ik aan de kleur. Ik drink het toch, maar het valt niet goed. Het is bloedheet op het fietspad, maar dat deert mij gek genoeg helemaal niet. De eerste kilometer gaat simpelweg hard. En moeiteloos. Dat verbaast mezelf nog het allermeest. Ik denk even dat dit toch herstel moet zijn, maar het gaat zo lekker! Ik blijf gewoon rennen. Keren en dan weer terug. Iets met wind tegen, maar dat vind ik wel lekker, een beetje verkoeling. Het tempo blijft hoog liggen. Ik kijk naar de andere mensen. En blijf gewoon maar rennen. Ik begin me af te vragen waar ik lig eigenlijk. Ik neem nu wel water en giet het over me heen. Ik ga mezelf niet over de kop rennen, blijf gewoon doen wat ik doe. Ik vraag aan Rob hoe ik ga en wat ik kan verliezen, maar hij zegt me dat ik 28ste lig ofzo. Stom antwoord.

Kilometer 3 gaat nog ietsje harder. Een deelnemer vraagt bij de post hoeveel rondjes hij moet lopen. 2 Zegt de vrijwilliger, maar als je er 3 loopt, krijg je gratis drinken van me. Smile. Ik kijk en moedig de anderen aan. Vind ik lastig, dat ik ze zo gemakkelijk inhaal. Toch begin ik het nu ook een beetje te voelen. Niet dat ik denk dat ik moet wandelen ofzo, maar gewoon iets minder op het gemakje. Dan tel ik hoe lang het nog duurt en dat is niet zoveel. Het tempo blijft gewoon echt dik hoog en die laatste kilometer ga ik ook redden. Ik vraag me echt wel af waar ik lig en hoe lang ik bezig ben enzo. Eventjes. Nog een stukje verder en dan weet ik het. Ik lach om mezelf, dat ik twee dingen goed kan: een beetje rennen na het fietsen en Candy Crushen! Wat een talenten zeg….. Het publiek is nu wel uitgedund.

Hup, ik ga hard en juichend de finish over. Dat was het dan. Ik kijk meteen en zie dat ik eerste 50+er ben in een tijd van 1:24 nog wat. Is dat goed? Vincent staat te juichen. Ik ben alweer bij joh. Even afkoelen en wat water drinken. Ik heb nergens last van. Ongelooflijk maar waar: helemaal niks geen pijntjes. Ik ben gewoon erg blij en ook dat ik heel ruim eerste ben geworden. Ik ben verbijsterd dat ik zelfs 4de ben bij de vrouwen. Van alle vrouwen die de sprint hebben gedaan he! Ik snoep het één en ander en zelfs een stukje kersenvlaai. We moeten wachten op de prijsuitreiking. De medailles zijn helaas wel op. Maar ik krijg een beker. De uitslagen zal ik later wel bekijken. Ik blijf nog even voor de andere dames en klets wat met mensen. Dan op het hoogte podium springen en ook dat is goed te doen.

Ik geef mijn bloemen door aan YV. Ik vind haar zo’n leuk mens. Ik pak mijn spullen en alles en dan kunnen we weer naar huis. We moeten omrijden via Schiphol. Ik snoep veel en het is laat inmiddels. We halen nog een hamburger. Annemarie is gelukkig niet ‘boos’ dat deze hersteltraining ietsje anders uitpakte….. Ik zie dat ik dik boven de 30 heb gefietst en 26 minuten heb hardgelopen. En netjes gezwommen onder de 2 minuten per 100 meter. Daar mag ik heel blij mee zijn. Na een week zoals ik die heb gehad en 30 kilometer hardlopen op vrijdag. Het is ook ongelooflijk. Ik ruim ook nog alles op. Maar opscheppen verzuim ik. Even kort op Instagram.

HOE KAN IK NERGENS MOEITE MEE HEBBEN

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

2 × four =