browser icon
You are using an insecure version of your web browser. Please update your browser!
Using an outdated browser makes your computer unsafe. For a safer, faster, more enjoyable user experience, please update your browser today or try a newer browser.

2020-23

Posted by on 10 July 2020

5 juli 2020. Niet dat het echt zomers weer wordt, dat niet. Maar van tijd tot tijd is het droog. Terwijl naar de F1 kijken bijvoorbeeld, terwijl Vincent in het water speelt. En het is droog als we een wandeling maken. Naar het hunebed.

Het is zelfs wat warm! Maar na het avondeten, dan regent het zo nu en dan. En daar word ik onrustig van! Ik wil wel hardlopen. Of niet. Ik wil naar buiten! Of blijf ik lekker binnen? Ik ga zitten, eet koekjes, sta weer op. Ik drentel en dan zegt Rob: “Ga nog even lopen, nu is het droog”. Ik doe mijn spullen aan en vertrek. Als het weer regent voor ik het park af ben ga ik wel weer terug. Maar dat doet het niet. Pas na 3 kilometer voel ik wat druppels. Ik heb een route van 10 kilometer in mijn horloge staan. Die gaat over de wetlanden. Dat is lekker zompig! Ik wil blijven lopen, maar als er een prachtige regenboog verschijnt, is mijn voornemen van de baan.

De donkere lucht, de stilte: het is hier best mooi! Mijn muziek heb ik nog geen seconde gehoord.


Ik loop weer verder en kom op een knooppunt. Het tempo zit er best lekker in, maar mijn benen voelen wat vermoeid aan. Ik ga over het fietspad lopen en dat gaat prima. Rondom de camping zie ik een paar mensen, maar voor de rest is het rust alom. Toch denk ik niet dat ik 10-12 kilometer kan lopen, dat zou niet verstandig zijn. Niet alleen vanwege de koekjes, maar ook omdat ik te laat vertrokken ben en op onbekend terrein in het donker lopen lijkt me niet verstandig. Ik kijk op de telefoon en zoek welk stuk ik kan afsnijden. Het voelt een beetje als ‘valsspelen’. Ik loop te mijmeren. Over MB die niet meer zomaar loopt en zwemt, terwijl ik haar dat gun. Over PL die nu routes loopt in Limburg. Dat ik Strava maar weer eens moet uitzetten, omdat de druk weer wat hoog wordt en ik mezelf opfok dat ik op verschillende terreinen bovenaan in de klassementen moet staan. Ik loop langs de weg van de Kandelaarkerk en de Coop. Dan kom ik weer op een rotonde waar ik kan beslissen of ik nog een ommetje doe of dat ik rechtstreeks terug ga. Ik doe het rondje om het water nog maar. Dat is 2 kilometer om en dan zal het op ongeveer 9 kilometer uitkomen. Dan loop ik het laatste stukje over de weg. Maar eerst moet ik om de huizen heen. En dan kom ik opeens bij een behoorlijk meer dat erbij ligt alsof ik niet in Drenthe, maar in Canada ben! Ik mis alleen de bergen op de achtergrond.

Ondanks het voornemen om rustig door te blijven lopen, móét ik wel even stoppen voor een fotootje. Ik loop onverhard op paadjes die omhoog en omlaag gaan. Er is niemand! Het is groter dan ik had gedacht en ik hobbel er lekker omheen.

Het lijkt elke keer een vleugje Canada. Alleen zonder de enge wilde dieren. Ik zie wel een mevrouw lopen. Het schemert onder de bomen al een beetje. Dat maakt het nog buitenlandser. Ik loop om een soort camping heen. Ik ben blij dat ik dit ommetje nog heb gedaan, maar het is ook wel genoeg nu. Ik moet nog langs de weg lopen naar huis. Ook hier schemert het intussen, dus het is goed dat ik niet verder omgelopen ben. Ik zet een muziekje aan en kijk naar de ondergaande zon.

9 Kilometer die mijn onrust hebben opgelost.

6 Juli. Een jaar na de Frysman. Ik denk er wel aan, maar het beïnvloedt mijn dag niet. Alleen ‘s avonds denk ik er aan, als het 8 uur is. Ik weet nog goed hoe 8 uur ‘s avonds tijdens de Frysman aanvoelde: toen duurde het nog even. Blijkbaar werkt het weer op 6 juli vaker niet mee. Het weer trekt nog niet echt aan, het blijft van tijd tot regenen en het waait hard. We bezoeken Zuidlaren vandaag en we kunnen buiten zitten. Er zijn stevige buien, maar in de zon en uit de wind op ons terrasje is het lekker. Vincent moet voor de TVA-competitie een kilometer zo hard als hij kan lopen. Ik ga met hem mee op de fiets. We vertrekken na de middag. Ik moet omfietsen, want ik mag niet door de boerderij heen. Vincent loopt rustig in. We doen hetzelfde rondje als eerder van de week. Hij doet de oefeningen en dan gaan we 500m naar links, zodat hij 1 kilometer terug kan lopen. In die 500 meter regent het kei-hard. Dikke grote druppels. Niet prettig. Maar als we omkeren, dan is het weer droog. Ik moedig Vincent aan. Zeg hem dat hij harder moet, waar hij is en dat hij door moet lopen. Op de fiets lukt me dat wel!

Hij loopt zijn kilometer onder de 4 minuten! Dat is best hard en zal mij nooit meer overkomen, vrees ik. Ik fiets met hem mee als hij rustig uitloopt en dan regent het nog een keer, maar niet meer zo hard. Vincent gaat naar het huisje terug en ik fiets door. Mijn neus achterna voor onbepaalde tijd. Ik ga naar het zuiden geloof ik. Bij knooppunt 82 kijk ik op de borden.

Ik kan twee nummertjes vooruit onthouden. Dus ik rijd naar nummer 17 en nummer 45. Dan steek ik terug naar Taarlo is het idee. Ik fiets lekker, heb wind mee en deze fietsnummertjesconstructie ligt me wel. Eigenlijk is Drenthe saai. Het lijkt op Brabant: het slingert, is authentiek, maar het zou net zo goed Denemarken kunnen zijn. Ik kom bij de Vaart bij nummer 45 en ga dan toch maar verder naar nummer 11. Ben ik toch bij Assen. Zomaar. Van nummer 11 door naar nummer 68 en 67. Daar krijg ik nog een keer een bui over me heen. Ik was net droog. Die kleine dorpjes zijn wel echt Drents: een grasveld in een driehoekje met schapen erin en rietgedekte huisjes er omheen. De fietspaden slingeren. Na Loon kom ik dan toch op een soort van heidevlakte.

Het fietspad slingert door het bos. Mijn tempo is gewoontjes. Net als de rest. Ik ga maar 1 keertje mis: dan sta ik op een onverhard pad naast de molen en een veld vol met ooievaars.

Zo is er weer even zon. Als ik even later over de hei rij en een bord tegenkom met de waarschuwing: “Let op, water op fietspad”, mis ik het water op het fietspad, maar het komt ineens in stralen de hemel uit! Dit lijkt me wel genoeg. Ik fiets gewoon door, terwijl de elektrische dagjesfietsers proberen te schuilen onder een boom.

In het bos word ik ingehaald door een oudere wielrenner. Ik fiets wel lekker, maar ik vind er niks speciaals aan. Ik zal blij zijn als ik er strakjes weer ben. Ik zie het meteen als ik ‘rond’ ben en knooppunt 82 weer bijna nader. Tussen knooppunt 82 en 85 – die voor het vakantiepark ligt- vindt het weer dat ik toch nog maar een keer nat moet worden. Ik fiets 32 kilometer.

Als ik later op de avond iemand zie zwemmen, ben ik soort van onredelijk jaloers. Als ik nu ook wil zwemmen en het kan in het meer voor de deur: dan moet ik dat toch maar doen! Rob zegt dat het niet koud is, het water. Vincent zal me helpen als ik er uit kom. Ik ga in trisuit met achtje. Als ik in het water ga, sta ik lang te treuzelen. Het is écht wel zeker killer dan zaterdag!! Maar goed, diep ademhalen en ik ga.

De heren kunnen me volgen met de telescoop! Ik ga oriënteren oefenen. Eerst naar het witte springkussen. Dan door naar een witte boei. Echt warm is het niet, maar het is wel te doen. Ik zwem gewoon door. Om de betonboei heen. Ik ga even iets verder en dan naar de regenboogpunt.

Daarna in een rechte lijn naar het witte blok. Ik zie er dingen in het water liggen ver onder me, voor de duikers vermoed ik. Ik adem 1 op 4 of 1 op 2. Wat me uitkomt. Dit is geen wedstrijd, dit is gewoon een potje zwemmen. Omdat het kan! Ik kom iets te dicht aan de kant. Links natuurlijk, want ik adem eigenlijk voornamelijk rechts. De plantjes zijn dichtbij, dus ik moet corrigeren. Ik zwem het kommetje rond. Daar is het niet erg diep, maar het is wel meer privé-terrein bij de huisjes. Grappig genoeg is het stukje naar de steiger voor mijn gevoel het langst! Dat is niet zo, maar het voelt zo. Ik ga me afvragen hoeveel sneller ik zou zijn als ik mijn benen ga gebruiken. Ze zeggen dat het 20% oplevert. Ik krijg niet uitgerekend hoeveel dat is van mijn 2:12 op de 100m. Dan wind mee langs ons huisje.

Ik zwaai naar Vincent en zie Rob staan. Maar hiervoor adem ik dus eigenlijk aan de verkeerde kant. Dan haal ik mijn hoofd veel te ver uit het water. Ik navigeer naar het kleine peuterglijbaantje. Dan zie ik dat Vincent er net niet zal zijn, dus ik ga nog iets omzwemmen. Over de kilometer doe ik 21:45. Nogmaals doe ik een poging om te bedenken hoeveel 20% harder zou zijn, maar ik kom er niet uit. Ik zwem terug als ik Vincent zie staan.

Ik heb lekker gezwommen. Meteen doe ik een truitje aan, maar de kou valt mee. In het huisje ga ik in een lekker warm bad. Was toch weer een geinig dagje.

7 juli. Ik slaap hier niet zo best. Lig dan uren wakker midden in de nacht en slaap lang in de ochtend. Vandaag een rustig dagje. Het weer is matig, maar met een droge middag zijn we al blij tegenwoordig! We wachten de bui af terwijl Vincent lekkere muffins maakt voor ons. Dan stappen we alledrie op de fiets. Rob gaat de eerste 13 kilometer mee en daarna gaan Vincent en ik nog 17 kilometer verder. Als we net het park af zijn, merk ik al dat het wat moeizamer is vandaag. Misschien hebben we wind tegen? Er is veel ander verkeer, waar we voor moeten inhouden en weer samen gaan fietsen. Vincent is master van de route. We volgen zijn computertje en de fietsroutenummers. We moeten vaak het spoor over of oversteken. Dat geeft ook onrust. En vlak windkracht 5 niet uit!

Het regent gelukkig niet. Rob is 3 kwartier later weer binnen. Vincent en ik fietsen verder over het pad waar hij gisteren hardliep. We gaan het spoor weer over en dan hebben we een lange weg heel veel wind tegen. Niet leuk meer. We kunnen niet echt iets vinden in Drente wat heel spannend is. De A28 aan de ene kant, het spoor aan de andere kant en saaie velden er tussenin. En windkracht 5 tegen. We komen bij de Willemsvaart. Met een scheve ophaalbrug. En dan weer door naar punt 08 en 09. We zijn vlakbij het vliegveld en horen een vliegtuig landen. We zitten weer op een Drents fietspad en voor mijn gevoel hebben we nog steeds wind tegen! We rijden door een dorpje, maar de brievenbus ontbreekt. Dan hebben we eindelijk wind mee! Feit is dat dat altijd veel korter duurt dan wind tegen. We gaan het kanaal weer terug over natuurlijk.

Dan komen we in Tynaarlo, op een soort van industrieterrein. En warempel, daar is de plaatselijke brievenbus! We gaan weer terug naar punt 79. Na 30 kilometer staan we weer op het vakantiepark. Eerlijk gezegd ben ik er blij om! Voor zwemmen of lopen kan ik vandaag geen fut meer opbrengen.

8 juli. Het goede weer in Nederland is wel een beetje voorbij. Zul je precies zien! Als wij met vakantie zijn, staan er meer wolkjes en regendruppels op het weerbericht dan zonnetjes. Welk bericht we ook opzoeken! Maar goed, vanmiddag is het nog droog. Dan gaan wij dus mooi een stuk wandelen. En niet zomaar een stukje, nee, we gaan geocachen!

Rob en ik kennen dat al en Vincent heeft ook wel eens iets gedaan, maar nu kan hij zijn eigen telefoon gebruiken. We lopen naar de parkeerplek en dan door het bos naar het Hunebed 06. Daar liggen enkelvoudige geocaches. Om er even in te komen.

Daarna doen we een cache met meerder punten en tellen van boomstammen en brugdelen. Dat is nog meer “wack” – of hoe die moderne taal ook gaat, volgens Vincent. Tja, dan hebben we lekker gewandeld en dat was super leuk! Maar ik ben hier (ook) om te zwemmen. En mijn boek is uit, dus dat gedeelte vakantie is me al gelukt. Ik zie meisjes in het water spelen en dan durf ik het ook. “Het water is afgekoeld, hoor”, zegt Rob. Dat gaan we dan maar zien! Ik doe er nog langer over om in het water te gaan, maar het is niet kouder. En dan ga ik zwemmen. Naar de witte betonboei, door naar de gele bol, terug naar de regenboogboei en dan naar het witte betonblok. Het gaat niet minder dan uitstekend! Ik ga gewoon lekker, het is niet koud, het gaat supergemakkelijk en ik hoeft niet snel. Gewoon lekker lange, slome slagen maken.

Gezien door de telescoop zwem ik naar de regenboogboei.

Het water voelen, lekker 1 op 3 ademhalen en diep omlaag kijken. Het gaat echt lekker. Dan naar het andere deel van het water. Niet te dicht langs de kant, want daar zaten veel planten. Ik ga nu naar de steiger en weer is het verder als het lijkt! Daarna door het ondiepe water en dat is zelfs wárm. Dan steek ik terug richting ons huisje, maar ik heb nog meer dan genoeg energie en zin en nu lig ik toch in het water! Ik ga dus nog een keer naar de regenboogboei. Zie ik het ook eens van de andere kant. Het blijft lekker en gemakkelijk gaan.

Hoewel het mijn doel niet is, ga ik toch best snel. Omdat ik van die lange (in mijn ogen ‘slome’) slagen maak. En dan ga ik de laatste 500m mijn benen gebruiken. Ik ga eens gewoon actief meeflipperen. De snelheid verbaast mij zelfs! Ik schiet echt het water door! Het ligt lekker strak. Ik zwem dan ook onder de 2 minuten op de honderd meter. Dan heb ik 2000 m gezwommen.

Het was echt heerlijk! Ik heb simpelweg genoten en ik ben opgetogen dat uit de data blijkt dat benen gebruiken echt iets oplevert. Misschien moet ik dat toch maar leren dan?

Na het avondeten vraag ik Vincent om mee te gaan fietsen. Hij heeft nog een route van ongeveer 26 kilometer liggen. Let’s do so! We gaan aan het kletsen over zijn vrienden. We komen bij een leuke brug

En daarna is het pad onverhard! Leuk voor de electrische fietsen, maar minder geslaagd voor racefietsbandjes. Ik zit dan wat verkrampt. Maar de omgeving is wel een stuk landelijker! Het tempo ligt een stuk lager. Dubbel tijd om te genieten dus.

We komen langs dorpjes met van die Drentse dorpspleintjes en langs veel campings. En dan ineens zijn we in Zuidlaren. We fietsen op een paar kilometer van het vakantiepark, maar we zijn pas op de helft! We fietsen door het centrum van Zuidlaren waar het nu lekker stil is en dan door de ‘achter-af-buurten’. Geen idee waar we blijven, maar de paden zijn weer onverhard 🙁 Dan kunnen we niet verder kletsen omdat we achter elkaar moeten fietsen. Vincent heeft de route en ik hoeft alleen maar mee te fietsen.

Dit geeft wel meer gevoel van Drenthe dan waar we eerder fietsten. Pas richting Zeegse krijg ik weer wat feeling met waar we zijn. We doen nog een stopje om naar de koeien te kijken, maar die willen liever niet in beeld lopen. Daar hebben we veel lol om!

We fietsen bijna anderhalf uur. Door al dat onverharde terrein moet je extra goed opletten.

9 juli. En dan is de sportweek afgelopen. Het regent. En regent. En motregent. De hele dag regent het onafgebroken. Leuk om lekker spelletjes te spelen! En om op de bank te hangen en tot rust te komen. Dat wel. Maar ik wil graag naar buiten. We hebben nu het geocachen ontdekt en in de avond gaan we nog een keer een rondje wandelen om het meer waar ik eerder deze week was. Het is veel zoekwerk en heel veel druppels.

Maar het is wel lekker om buiten te zijn met zijn drietjes! Door de onafgebroken regen wil ik het liefst naar huis. Alles is nat en rommelig en kil en somber. Op vrijdag voor tienen zijn we weg. Terwijl het blijft regenen. Tot we in Almere zijn! Als de was gedaan is en het droog blijft, doen we nog een geocache in de buurt in combinatie met een supermarktbezoek. We hebben het geocachen herontdekt!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

11 − three =