2021-37

13 December – De Zwiftberg nog maar eens over ?‍♂️

Er zitten bars op de fiets. Nu ik een Zwift-TT-Bike heb, moeten er ook bars in real life komen. Ik zet de muziek hard aan en ga de berg maar eens een keertje over. Kijken of ik de cadans hoog kan houden.

De hartslag is werkelijk een stuk lager als ik ‘rustig’ kan liggen. Ik ga gewoon mijn eigen tempo en met mijn eigen (hartslag- en cadans-) beperkingen de berg op. Geen idee hoe hard of zacht ik ga, gewoon blijven trappen. En naar Kensington luisteren.

Ik doe er volgens mij langer over dan ooit eerder, maar ik ben dan ook verre van kapot van het omhoog fietsen. De cadans is lekker hoog gebleven. Ik vlieg de berg weer af en dan fiets ik nog een stukje extra, want ik moet anderhalf uur fietsen.

Het rondje moet af en ik zit na dik anderhalf uur op 36 kilometer en ruim 650 hoogtemeters. Echt doodmoe ben ik daar niet van.

14 December Zwemanalyse ? en fietsen ?

Over de zwemanalyse heb ik een speciale blog geschreven. Ik vond het nogal spannend daar weer naar toe te gaan, een half jaar na de eerste afspraak. Onnodige zenuwen, maar dat zit wel in de weg. Onzekerheid. Als ik eenmaal in het bad lig, ga ik maar gewoon rustig zwemmen. En ik doe het goed! Ik steek breed uit en al snel gaat het doorhalen ook goed.

Dan komt een zeer onverwachte tip: ik haal op het verkeerde moment adem! Daardoor druk ik mezelf omlaag en kan ik met de tegengestelde arm van de ademhalingskant niet doorhalen. De uitleg is helder, duidelijk en zeer begrijpelijk. Ik vind het ontzettend knap dat de zweminstructeur zulke dingen kan spotten en bijna wonderbaarlijk dat hij ook nog eens weet wat er aan te doen valt!

Ik moet gaan bijleggen. Kijk, dat kan ik! Dat is een oefening waarbij je beide armen voor je neerlegt en een seconde laat liggen voor je de zwemslag afmaakt. Grappig genoeg deed ik dat heel lang verkeerd. Door bij te leggen en er op te letten dat ik ademhaal als mijn arm stabiel voor mij ligt, kan ik én doorhalen met mijn linkerarm én hoeft mijn hoofd minder ver het water uit én wordt het allemaal wel heel gemakkelijk. Natuurlijk is het tempo een stuk lager. Voor mijn gevoel speel ik vals, het gaat te makkelijk nu.

Ik doe een perfecte bijlegoefening en dan voel ik waar de ademhaling moet zitten. Dit moet ik dus heel, heel vaak gaan oefenen en trainen. Ik word moe en koud. De kou zit er al de hele dag, van de zenuwen en vermoeidheid draagt er aan bij. Met deze tips moet ik aan de slag om nog beter te gaan zwemmen. Ik ben er erg moe van, want ik heb in tijden niet meer zoveel geleerd in een korte tijd. Ik ben er ook van in de war, omdat het erg veel stress heeft opgeleverd in korte tijd. Ook door de zenuwen. Ik schrijf het van me af, maar de middag gaat wel door en zit vol.

Na het avondeten en opschrijven, stap ik node weer op de fiets. Ik moet de ervaring ‘wegfietsen’, maar ik ben ook moe. Toch ga ik voor anderhalf uur fietsen. Er zijn nog intervallen ook! Ik ga naar Neokyo in Zwift en daar heb ik een route. Misschien kan ik vandaag nog level 25 worden! Maar eerst maar eens gewoon liggen en trappen en de hartslag binnen de perken houden.

De apparaten werken weer eens niet samen, dus het horloge is voor de hartslag en Zwift voor de cadans. Kan er ook nog wel bij in mijn vermoeide hoofd… Ondertussen luister ik weer muziek. En dan moet ik in hogere hartslagzones voor een X aantal minuten en rustminuten.

Ergens stopt de hele Rambam weer en sta ik stil voor een paar minuten, terwijl ik hard doorfiets. Kan er ook nog wel bij ? Ik fiets op de een of andere manier toch best hard op een hoge cadans.

Ik cirkel maar door de stad heen. En ik kijk naar het oranje balkje wat vol moet lopen voor level 25. Ik kijk naar de cadans die boven de 75 moet blijven. En ik kijk naar de hartslag. En jawel! Daar is level 25!

Daarna stap ik eigenlijk vrij snel van de fiets af om naar bed te gaan.

15 December 2021 Zwemmen en Bijleggen ?‍♀️

Het is kwart voor 8 ‘s morgens en ik ga het zwembad in. De TVA heeft dan 3 kwartier tijd voor 6 mensen om te zwemmen. Ik doe mijn eigen ding. Bijleggen. Ik zwem even in met een borstcrawl, schoolslag en rugslag en met het achtje. Dan ga ik om de andere zwemmers heen cirkelen. Wachten als zij stoppen. Ik ga bijleggen. Baan na baan na baan. Dan voel ik ontzettend goed dat ik veel makkelijker adem haal als mijn arm voor me ligt. Natuurlijk ga ik rustig! Maar ik leer hier. Na 100 meter bijleggen, pak ik voor ongeveer 200 meter het achtje. Dan kan ik het moment om adem te halen – als mijn arm voor me ligt- ook aardig bepalen. Er is veel om rekening mee te houden op dit vroege tijdstip: andere zwemmers, de kant, de doorhaal, de ademhaling, de rust bewaren. Al met al is het niet simpel. Het horloge weet ook niet zo goed wat ie moet meten en slaat veel banen over. Ik laat het allemaal gebeuren en ik ben alleen bezig met oefenen.

Ik moet gauw naar huis en aan het werk! Er zijn veel telefoontjes. De deskundigen trainer-coaches zijn bijna complimenteus over mijn zwemblog. Dat ik een technisch sterke zwemmer ben. Met soepele schouders. Het klinkt mij wat onwerkelijk toe. Als bij de diëtiste ook nog eens blijkt dat ik heel goed en op de correcte manier ben afgevallen, is mij dat iets teveel van het goede. Waar anderen naast hun schoenen gaan lopen, denk ik dat ‘ze’ mij allemaal voor de gek houden!

16 December 2021 Eindelijk een klein stukje lopen! ?‍♀️

Kensington gaat weer mee en ik heb lage en hele erge lage hartslagzones. Ik loop lekker in het donker door de Eilandenbuurt te dwalen. Mijn voeten doen het, mijn benen huppelen bijna, mijn maag-darmsysteem verwerkt het lekkere magenetron-rommelvoedsel beter dan verwacht en mijn hoofd is blij genoeg. De hartslag hou ik zijdelings in de gaten.

Ik loop maar wat, zonder doel en route en vooral enorm ZONDER MOEITE. Aan het einde wel weer wat vermoeid en dan denkt mijn maag: ach, het was toch niet zo lekker al die pesto. Het zijn maar 6 kilometer, maar ze waren -net als veel dingen deze week schijnbaar- wat te makkelijk.

Vreijdag 17 december. En weer zwemmen! ?‍♀️

Weer vroeg! Weer oefenen! Weer bijleggen! Ik moet me van de trainer niks van de andere, snellere triatleten in de baan aantrekken. Ik moet mijn eigen dingen doen. Niet iedereen is het daar mee eens en de kerel die ik niet kan uitstaan, zegt kattig ‘of we allemaal de training doen’ en dan laat ik ze gaan.

Ik wissel superstrak 100m bijleggen af met 200m achtje. Het horloge denkt elke keer na 100m dat ik er 50 heb gedaan. Don’t care. Ik zit nauwelijks iemand in de weg en in mijn achterhoofd spookt het alleen maar “technisch-goede-zwemmer” Het ademhalen met bijleggen is steeds makkelijker.

Aan het einde van de training leg ik al minder strak bij, maar ik merk ook dat ik dan vermoeider en minder scherp wordt. Met achtje is het echt te simpel en dan hou ik ze erg makkelijk bij. Jammer dat ik 1 keer verkeerd op het horloge druk en ik de tijd gestopt heb ? Al met al maakt het allemaal niks uit: ik oefen en oefen en oefen. Na de training vraagt de nare kerel: heb je gedaan wat je wilde doen? Ik heb vriendelijk ja gezegd! Ik ben weer een slagje verbeterd. Jij?

Zaterdag 18 december. De marathon – A Girls Day Out

2013

Het is 8 jaar geleden dat ik in Spijkenisse op 15 december een hele marathon liep voor het eerst van mijn leven. Ik deed daar 4 uur en 42 minuten over. Het was een enorme opgave. Ik at te weinig, had last van mijn knie en vond het bijna onmogelijk.

2020

Vorig jaar, op 19 december, liep ik samen met Joyce een trailmarathon. Het kostte ons bijna 7 uur om de duinen te bedwingen. En dit jaar wilden we eigenlijk ook nog een keer een marathon lopen. We oefenden onverhard, maar Joyce liep niet zo gemakkelijk en lekker als eerdere jaren. Zouden we het door laten gaan? We prikten dit weekend en wachten het weer en de omstandigheden af. Het ziet er allemaal goed uit en Joyce kan thuis een hele dag weg, maar we blijven in de omgeving. We gaan het rondje verhard om het Gooimeer lopen.

Gek genoeg ben ik hier nauwelijks zenuwachtig voor. Rob kan ons komen halen in Huizen als het niet meer lukt. Ik kan lopen, het is verhard, ik ken de weg en we gaan onderweg gewoon vaak stoppen om te eten. Ik kan de hele dag met Joyce blijven kletsen, dus deze dag gaan we doorkomen. Wat kan er misgaan? Ik ga op de fiets naar Joyce en vergeet de handschoenen. Ik kom met koude handen aan. Ik heb 1 shirtje aan met lange mouwen en een shirt met korte er overheen en een lange broek aan. Joyce heeft een dikke jas aan. Ik gok op een zonnetje straks.

We starten bij Joyce’ huis en gaan langs de Vaart aan het lopen. Het plan is om over de eerste 10 kilometer 70 minuten te doen. Ik kan het niet. Ik loop op mijn dooie gemakje 6:30. Dat is voelt voor Joyce anders. Uiteraard spreken we eerst over Corona. Want het is overal rustig, behalve in de teststraat. We lopen naar de Kemphaan en daar zullen we Vincent even aanmoedigen die een 5 kilometer wedstrijd gaat lopen. De route voert ons over de onverharde paden van de Kemphaan, maar ik zie er tegenop om met natte voeten te gaan lopen. We kiezen dus voor het asfalt en een breed verhard pad.

Ik blijf een soort van huppelpasje houden, zo makkelijk als het me gaat. Joyce heeft wel last van zenuwen, want het is zo ver nog. Ik heb dat totaal niet: het zijn een paar keer tien kilometertjes, we hebben de tijd. Helaas kan ik haar zenuwen ook niet wegnemen.

Bij de Kemphaan stoppen we de tijd even en we zwaaien naar mensen die daar nog zenuwachtiger staan te wezen. We kijken verderop naar Vincent die hard voorbij loopt en dan gaan wij weer verder met onze tocht. Joyce vertelt van haar doel voor 2022. Mooie challenge! We vertragen ietsje en de tijd komt op 6:40 te liggen. Voor mij nog steeds geen uitdaging! Het is somber weer, grijs, mistig en vochtig. Echt koud vind ik het niet. Ik mis de handschoenen geen moment. Ik heb mijn fijne witte schoenen aan.

Terwijl we door het Cirkelbos lopen, roddelen we over de usual subjects. We stoppen weer op de dijk en aan de overkant zien we niks. Het is te mistig. Ook de brug zien we niet liggen.

De route naar de brug is wel kil. Zowel letterlijk als figuurlijk. Nu kletsen we over F1. Tja. We nemen niet het trapje, maar het hele ommetje. Dat is wel wat extra. Ik blijf gewoon bij Joyce lopen. Gelukkig heeft ze de zenuwen laten liggen bij de luitjes die een wedstrijdje lopen. Vincent is klaar in 21 minuten. We komen boven op de Stichtse Brug. We moeten even omdraaien. Ik moet links lopen, Joyce rechts.

We lopen naar beneden en gaan via het sluisje. Het mooie van de weg kennen is dat je soms net even anders kunt lopen. Bij het sluisje is weer een stop- en eet-moment. Ik heb al twee gels op en begin aan een halve reep. Ik drink er elke keer veel bij.

Dan komt een waterig zonnetje door. Prachtig. Alles krijgt een warme geeltint. De zwanen op het water lijken licht te geven. De overkant is vaag afgetekend. Ik geniet intens. Het is echt erg mooi en niet vast te leggen op een foto.

We lopen langs de stranden van Huizen. En over het ophaalbrugje. Helaas zet de zon niet door. Nergens in mijn hoofd ben ik echt bezig met hoe ver we nog moeten. Ik zit heel keurig in het moment met een lage hartslag. Dat we langs de huizen/ flats lopen vind ik leuk.

De haven van Huizen vind ik minder mooi en rommelig. Het wordt ook drukker overal. Ik ben blij dat we verhard lopen. Het kost een stuk minder moeite. We lopen gewoon maar door en door. Behalve voor het voeden stoppen we totaal niet. Voorbij de haven, bij Coronel voor de deur, zitten we op de helft. Weer een stopmoment.

Dan gaan we de Wolfskamer in. We lopen langs de skibaan, langs de hondentraining en dan het bos in. Het is een beetje een onverhard pad. Na 22 kilometer slaat de moeite bij Joyce toe en moeten we over in wandelpas. Het boeit mij niks. We hebben nog 4 uur voor het donker wordt, dus al wandelen we de rest uit, het maakt mij niet uit. We kletsen over de kinderen en andere hardlopers. We steken het bos in. Dat is een stuk mooier als omgefietst worden door mountainbikers, maar ook meteen een pak zwaarder. En dat merkt Joyce vooral. Dan maar wat minder hard de tweede helft van de marathon lopen! We doen een korte plaspauze en komen dan weer bijna terug op de plek waar we het bos in gingen.

We nemen nog wat onverhard mee en dan komen we op goed begaanbare paden. Langs het oude kinderpretpark en dan zijn we de Wolfskamer door. In mijn gevoel weer een vinkje. Door naar Naarden! Dan gaan we omhoog over het dijkje naar de A1.

Ik kijk en app met SG die een halve marathon in een supertijd heeft gelopen. Voorbij de A1 doen we nog een stop. Rob vraagt me of we dit gaan afmaken. Jazeker wel! Voor Joyce zal het nog een hele opgave zijn, maar ik huppel gewoon lekker verder. We gaan de ster van Naarden lopen en daar verheug ik me op.

Ik vertel over piano spelen, terwijl we een heel stuk blijven hardlopen. Joyce hoeft dan alleen maar te luisteren. Ik merk elke keer dat ik gevoed heb en daar kracht uit haal. Dat maakt me blij. Iets wat ik geleerd heb! Ik maak me een beetje zorgen dat ik water te kort ga komen, al zou dat de eerste keer zijn.

Naarden ligt er mooi bij in de mist, al gaat het ook een heel klein beetje miezeren. Dan zitten we op 30 kilometer. Joyce heeft het niet gemakkelijk. Ik heb het te gemakkelijk. Ik sleep haar er wel doorheen. We gaan weer naar de A1 en daar onderdoor. In mijn hoofd weer een vinkje om een stuk af te strepen. We eten nu wandelend. Dan stappen we flink door. Nog maar tien kilometer te gaan! Ik blijf ondertussen vreselijk alert en zak niet weg in een dip na 30 kilometer. Het hondje en de schapen vind ik leuk bij de havens in Naarden. Hoe we hier een paar maanden geleden nog liepen…. We gaan het Naarderbos door. Ook mooi.

Ik ben werkelijk verbaasd dat ik totaal niet trots op mezelf kan zijn dat ik hier nog steeds moeiteloos loop. Het was teveel van het goede (letterlijk) de afgelopen week: gewicht op orde, zwemmen oke, opvoeding gelukt, werk loopt lekker, ik krijg er iets voor terug dat ik me kwetsbaar durf op te stellen en ik werk naar een groter doel toe. Ik vraag me vooral af waar ik dat aan verdien. Ik ben wel trots op SG die een PR loopt op de halve, ik ben trots op Vincent die 5 kilometer in 21 minuten volbrengt, ik ben heel trots op Joyce die naast mij doorzet om die hele marathon voor elkaar te boksen die ze niet kado krijgt. Maar trots op mezelf? Ik weet niet hoe.

Het Naarderbos is zo voorbij. We wandelen een stuk en Joyce vertelt. Het is alsof we nooit uitgepraat raken! Ik zie op tegen de brug. Na de bocht gaan we hardlopend naar boven. Zwijgend. Het is de herrie van de snelweg die het mij moeilijk maakt. Intussen is het ook echt somber en bewolkt. En de trein die er tussendoor raast. Ik ga lopen malen, maar ik probeer elke keer weer aan leuke dingen te denken en dat gaat me behoorlijk goed af gelukkig. Joyce houdt dit goed vol. We wandelen maar een klein stukje.

En dan naar beneden. Ook niet met veel woorden. Krijg ik het dan toch nog even moeilijk? Nou, nee. Ik weet alleen niet hoe ver het nog precies is. We lopen tot in het Kromslootpark. Dan zitten we op 37 kilometer. Nog 5. Joyce drinkt cola, ik eet een aquareep. Ik heb nog steeds veel plezier in alles. Mijn tenen doen een beetje pijn. Als ik dan toch iets moet hebben… Maar ik ben nog helder, ik heb geen last van de tunnelvisie, geen moeite, geen pijn ergens.

In het Kromslootpark verveel ik Joyce met een uitgebreide verhandeling over het zwemmen. We wisselen hardlopen en flink doorwandelen af. Tussen de schapen door die daar liggen. En langs het moeras.

Ik heb er nog zoveel schik in, dat ik het nodig vindt Joyce op te jutten om de marathon nog binnen 5 uur (zonder stops) af te maken, maar ik weet dat het onrealistisch is. Van haar mag ik het doen, maar nee- we doen dit samen. Of eigenlijk doe ik dit voor haar, dus ik blijf er gewoon langs lopen. Hoe lang het ook duurt en hoe simpel het ook voor me is.

Zou ik nog 50 kilometer kunnen lopen? Ja, dat zou me lukken. Maar… dan moet ik dat alleen doen. En ook dat hebben we getraind. Maar ik vind het goed zo. Er is geen reden om in mijn eentje nog 8 kilometer langer te lopen. Vind ik niet leuk. Ik regel intussen wel een lift naar huis. Want overstappen met de bus vind ik helemaal niks. Joyce telt vanaf 40 flink de kilometers af.

En dan, nog voor het Oor zit ik op 42,2 kilometer. Joyce moet nog iets van 100 meter verder. Ik ga ietsiepietsie verder door tot er 42,42 op mijn horloge staat. Uit en thuis hebben we daar minder dan 6 uur over gedaan. Netto tijd ligt net boven de 5 uur. En dat zonder support, zonder publiek, zonder druk.

Joyce is blij, trots en moe. Ik ben nog steeds blij. En trots op Joyce. Maar niet moe. Niet vies. Niet kapot. We zetten Joyce thuis af. Ik rij met Rob mee. Thuis kleed ik me snel om en dan gaan we samen wandelen als Vincent bij de zwemtraining is. ‘tuurlijk! We lopen niet zo hard als anders. Maar mijn benen lopen gewoon. Een klein beetje protest is op zijn plek. Na 3 kwartier word ik wel moe. Gelukkig maar! Is er tenminste nog iets!

We lopen 5 kilometer. In een uur. Daarna volgt de welverdiende hamburger! Ik kan de trappen gewoon op en af. Moeiteloos. Ik ga ‘s avonds lekker in bad. En op tijd naar bed.

Wat een verschil met 8 jaar geleden. Het contrast is bijna te groot. Als ik niet af hoeft te zien, is het in mijn ogen geen prestatie. Hoeveel mensen ook jubelen dat we zomaar een marathon hebben gelopen! Voor mij voelde dit als ‘te simpel’. Een hele goede training. Van 42 kilometer.

19 December. Uitfietsen. ?‍♀️ om niks

Nee, er is niks aan de hand. Mijn voeten zijn weer oke, ik voel geen enkele spier, ik ben nog maar een heel klein beetje extra vermoeid, maar ik heb wel lekker veel trek. Dus mijn benen kunnen me prima op en neer naar de snoepkast dragen! 🙂

Ik moet uitfietsen. Niet dat ik daar moeite mee heb, maar ik heb weinig zin. Er is weinig eer aan te behalen. Ik heb een route in Watopia die ik nog niet heb gedaan: Legends en Lava. Expres even geen andere afleiding als een muziekje.

Mijn benen vinden er toch wel iets van. Niet dat ze de rondjes niet draaien, maar niet zo hard. De hartslag is regelmatig wat hoger en de cadans ligt niet met gemak boven de 75. Ik kijk om me heen alsof ik echt tussen de dino’s door rij.

En ik rij naar de vulkaan. Daar omhoog fietsen, kost moeite. Maar opgeven komt niet in me op. De route moet af, het uur moet vol. Hoeveel van al die fietsers die mij nu zomaar inhalen, zouden een marathon hebben gelopen gisteren? In mijn optiek zou de helft dat toch zeker makkelijk kunnen!

Ik baal van weer een lockdown. Weer onrust. Weer een puber thuis met extra vakantie. Weer gezanik met winkels. Weer de angst om ziek te worden. Weer onzekerheid. Na 66 minuten fietsen ben ik op de top van de vulkaan en zijn de frikandellenbroodjes klaar. Ik ben nog nooit zo rustig naar boven gefietst.

Voor mij is dit een rustdag. ‘s Middags hoeft ik enkel al het wasgoed weg te werken (2 trappen op en af) en de blog af te maken. Ik zie erg op tegen de laatste weken van het jaar. Omdat ik niet kan zwemmen, daar baal ik onwijs van. En omdat er als hoofdopdracht Actieve Rust staat. Waar ik maar slecht tegen kan. Ik wil nog hardlopen. En lekker lang binnen fietsen op de dagen die vrij zijn. En de vrije dagen zijn er veel! Ik zie er meer tegenop dan tegen het lopen van een marathon.

Categories: Geen categorie | Leave a comment

Protected: 2021-37a Zwemanalyse

This content is password protected. To view it please enter your password below:

Categories: Geen categorie | Enter your password to view comments.

2021-36

Maandag 29 november – Een “herstelrit”op de Tacx die dat absoluut niet was! ?

Van het hardlopen moet ik volgens mijn schema herstellen. Leuk en aardig allemaal, maar het tempo van gisteren geeft mij daar niet echt aanleiding toe. Op het schema staat ook nog: ‘we gaan proberen de hartslag laag te houden en een cadans boven de 85 te halen‘. Ik word daar niet blij van: hoezo, “we“? Dat zal ik toch echt zelf moeten doen en willen en aan kunnen gaan en het enige wat de coach bij zou kunnen dragen is een beetje motivatie. Die motivatie ontbreekt van zijn kant in ieder geval. Gelukkig was het loopmaatje gisteren op de Tacx gaan zitten en die liet een tempo zien en een cadans die ik nooit zal redden. Tenminste niet bij de lage hartslag die ik aan moet houden om te herstellen. Ik dacht met een vriendin te gaan bellen. Dus ik doe vast mijn oortjes in en zet een muziekje op tot ik hoor of zij er ook klaar voor is. Goed idee, maar… dat zijn iets teveel bleutooth-apparaten van het goede. De hartslagmeter delft het onderspit.

Daar zit ik dan: in virtueel Frankrijk waar het druk is, met een training op basis van hartslag en waar ik op de cadans moet gaan letten, zonder hartslagmeter. Ik kan de hele zooi opnieuw opstarten, maar daar heb ik geen zin in. Dus moet ik er maar een hoge-cadans training van maken. Iedereen rijdt mij als een dolle voorbij. Ik kan denken dat ik gisteren nog hard gesport heb, maar het is totaal niet motiverend. De vriendin moet eerst met haar kind dealen en belt me daarna wel. Kortom: de zin is na tien minuten al ver weg. Net zo ver als Zuid Frankrijk.

Maar de cadans is hoog! En de sprintjes ga ik dan maar lekker wel aan als trainingsprikkel! En als ik me niets aantrek van iedereen die me inhaalt en blijkbaar 40 fietst, is het tempo net zo netjes als dat van het loopmaatje gisteren! Ik zet de muziek wat harder en trap door. Herstellen is er niet meer bij en het is wellicht goed dat de hartslagmeter het niet doet!

Misschien moet ik de maandag maar uitroepen tot die-on-the-bike-monday en het hele begrip ‘herstellen’ net zo hard door het putje spoelen als de hartslagzones. Ik zet een tandje bij, hou de cadans hoog en voel mijn benen. Voor bellen heb ik nu even geen tijd, ik moet 30 kilometer rijden binnen een uur! Motivatie uit mezelf is waardevoller dan de coach. Ik moet de cadans boven de 80 houden! Dat moet van mezelf en van niemand anders. Ik haal het makkelijk, 30 kilometer binnen een uur. Sterker nog, er zijn nog een kleine 7 minuten van het uur over.

Vriendin gaat niet meer bellen. Dan zal ik de 75 minuten training maar vol maken ook. 40 Kilometer is wat veel gevraagd, maar als ik er gemotiveerd van raak: why not? Ik kom met Mats te rijden uit Zweden als ik de tweede ronde in ga. We hebben hetzelfde tempo. Rij ik daar zomaar met een Zweedse meneer door de Franse velden! En weet je wat: ik zit er zo lekker in, dat nauwelijks niemand mij nog inhaalt! Sterker nog: ik ben zelf die irritante fietser die voorbij raast. Zelfs Mats haakt af als hij op 30 kilometer zit. Ik zweet me echt kapot! Na 68 minuten fiets ik de helling bij het aquaduct op en warempel: ik kom in de top-10 bij de dames!

Ik fiets nog even door tot de afslag verderop. Tempo en cadans blijven hoog. De hartslag is gelukkig de grote afwezige, maar dit heeft absoluut niets te maken met herstellen! Dat doe ik straks onder de douche wel. Ik fiets 42 kilometer in 1 uur en een kwartier. Met bijna 200 hoogtemeters. Daar moet ik even van… herstellen!

Dinsdag 30 november Zwemmen ?‍♀️ en vollopen ?‍♀️

Lockdown versie zoveel: we mogen niet meer sporten na 17:00 uur. Of het Corona virus zich ook aan de klok houdt, betwijfel ik. Maar het betekent dat alle zwemuren bij de club en ook de baantraining bij de club, komen te vervallen. Precies de reden dat ik bij de triatlonclub was gegaan! Dikke balen. Gelukkig heb ik een zwemkaart en een (min of meer) vrije dinsdagmiddag. De rij staat tot buiten (anderhalve meter afstand) en ik zie het somber in. Maar ik kleed me snel om en ben al op 300 van de 400 meter inzwemmen als de derde persoon er in de baan bij komt! De rustige banen zijn vol, maar uiteindelijk komen er 5 mensen in de baan bij mij bij. Die allemaal totaal verschillende tempo’s en rustpauzes houden, dus ik heb nauwelijks last van de anderen. Na het inzwemmen doe ik 3 keer 400 meter. Ik zwem gewoon door en zal later wel kijken naar de tijd, maar die schijnt rond de 2:25 te moeten zitten. Rustig aan dus. Maar het gaat lekker en iets minder rustig aan. Na de tweede serie moet ik er even aan geloven: voor andere mensen is dit geen training maar een ontmoetingsmoment en de mevrouw in mijn baan wil graag even een praatje maken. Ze snapt er niks van, dat ik een training heb en honderden meters zwem. Ze kan me even volgen. De series duren rond de 9 minuten.

Dan stroomt het bad weer leeg na 3 kwartier. Figuurlijk dan. De mensen gaan weer naar huis. Ik zwem nog een serie van 400m uit. Dan heb ik de baan voor mezelf. Omdat Garmin hier en daar stom rekent, plak ik er nog 100m achteraan, zodat ik zeker 2000m heb gezwommen. Ik verlaat als laatste het bad.

Tja. Ik heb de afgelopen maand 196,5 kilometer hardgelopen. Dat kan natuurlijk niet. Niet omdat het veel is, maar het is net te weinig. Tweehonderd is toch beter? Dus ik trek (na een half uurtje rust op de bank en een uurtje werken) de hardloopschoentjes aan.

Geen gezeur, gaan! Geen gemiep met hartslagzones, geen gezanik met tempo’s, geen rare ondergrond. Ik ga de straten door van de wijk. Heen en weer. Niet te lang nadenken. Gewoon 3,5 kilometer hardlopen. Punt. Is niks aan. Is niet moeilijk. Een heel klein beetje kijken naar kerstlampjes en wat om auto’s op de stoep heen slingeren. Een beetje koel en ik weet niet eens of het miezert. Ik verveel me zo dat ik opmeet of elke straat even lang is- ja, ongeveer 500m. Ik loop het vormpje af en 4 kilometer vol. 200 Kilometer hardgelopen in een maand! Natuurlijk waren er vroeger wel eens maanden waarin ik meer hardliep. Toen ik nog niet aan triatlon deed. Maar deze maand heb ik ook 400 kilometer gefietst. En ruim 20 kilometer gezwommen. Ik denk dat het off-season voorbij is! Op naar meer… Ik hou wel van veel hardlopen.

Woensdag 1 december. Tegen alle zin in ?‍♂️ ?

Buiten is het somber, kil en extra vroeg donker. Ik voel me kil, vervelend, moe en lastig. Tegenwoordig schuif ik lekker zelf met mijn schema (heerlijk) en ik had het hardlopen van morgen op de baan naar vandaag gezet. Maar ik kan de energie niet opbrengen om de natte, donkere avond in te gaan. Ook niet met een podcast, want de teamleaderrun is verlengd. Dus ik schuif het fietsen weer terug. Een uurtje op de Tacx op hoge cadans en lage hartslag. Alle systemen werken. Helaas.
HET IS NIET LEUK

Ik vind er na tien minuten heel veel rondjes trappen en alleen maar kijken naar de hartslag die laag moet blijven al welletjes geweest. Ik wilde dat ik buiten in de regen kou had lopen leiden! Ik doe nog liever een krachttraining! Dit vind ik helemaal, helemaal niks. Er zit geen tempo in, het voelt als een straffe martelgang. Al een kwartier. Ik tel de minuten af. Het moeten er minstens 48 worden. Iedereen haalt me in. En ik maar kijken naar dat getalletje achter de cadans en die boven de 90 proberen te houden. En kijken naar de hartslag ernaast die onder de 108 moet blijven, al tel ik 110 ook goed.

Na een half uur heb ik de route gedaan. Dat is een pluspuntje. Maar het wordt er niet leuker van. Nu moet de coach maar eens iets gaan bedenken, want dit staat me zo tegen dat ik dit echt niet de hele winter blijf proberen. Fietsen vind ik al het minst leuke onderdeel en dit is één grote ellende. Volgende keer ga ik muziek luisteren en sluit ik in elk geval de hartslagband af. ? Liever nooit een volgende keer. Na 45 minuten denk ik: nog maar drie! Ik maak uiteindelijk het rondje af op 20 kilometer en dan nog een keer door de arcadehal. Gaandeweg is het tempo in elk geval verbeterd, maar ik heb aan de 52 minuten die ik heb gefietst geen plezier beleefd. Daarna een klein minuutje wel: een hartslag van gemiddeld 108, een cadans van 89 (negen-en-tachtig ja) en een tempo van een redelijke 24,3. Daar ben ik totaal niet moe van geworden. Maar dat was ik al.

2 December. Een virtuele race in plaats van de baantraining ?‍♀️ ?

Vincent heeft een soort van training vanuit iemands huis in Verzetswijk in Almere. Ik heb nog een virtuele race liggen van Teamleader (je weet wel, dat CRM programma van mijn werk) van 10 kilometer. Ik heb uitgezocht hoe ver ik dan om kan lopen en waar ik heen moet. Twee weken terug deed ik dezelfde soort race, maar dan over 5 kilometer. De tips en alles waren echt leuk en boeiend, dus ik herhaal dit gewoon, maar dan in het donker! Ik twijfel nog even of ik niet gewoon lekker Kensington wil luisteren, maar het wordt de Teamleaderheroesrun!

Schoentjes aan, fotograferen en dan ga ik weg uit de wijk waar ik werkelijk nooit kom. Ik loop over het donkere fietspad te luisteren naar een meneer die vertelt over weerbaarheid. Tja, ik weet wel dat bewegen goed voor je is! Maar zo in het donker in de kou voelt dat een beetje twijfelachtig. En ik moet ook nog maar eens wat tempo maken, want het is toch een soort van wedstrijd! De handschoentjes die ik van ‘Sinterklaas’ heb gekregen doen hun warme werk gelukkig. En de voeten doen het hardloopwerk. Ik loop door het centrum te luisteren naar dokter Jurriaan. Klinkt als een fout TV programma, maar… superinteressant!

Van Dokter Jurriaan mag ik onzeker zijn! Als tegenwicht voor al die controle en zekerheid blijkt onzekerheid voor de balans te zorgen. Een echte eye-opener die voor een snelle en vooral soepele kilometer zorgt! Als ik richting het Beatrixpark loop, luister ik naar een zeilster die het heeft over voeding. Ach, intussen weet ik daar wel genoeg over! Inmiddels ben ik zelf al 2 weken heel goed bezig met niet-snoepen en is mijn rusthartslag weer flink gedaald. Ik loop richting de Noorderplassen met een slechte alternatieve Dam tot Damloop in gedachten. Tussen de sprekers in is het elke keer even stil. Mijn tempo ligt rond de 5:40, zoals ik bedacht had.

Het is hartstikke donker op de weg die ik heb uitgezocht. Ik ben niet bang in het donker, want waarom zou ik op deze plek nu wel bang zijn en in de maand juli niet? Het is iets beter opletten waar je je voeten neerzet, vooral op de gladde brugjes. Ik kijk naar de sterren en luister naar een meneer die vertelt over mantra’s. Dat kan ik ook wel onthouden! Als ik maar vaak denk: ik ben een goede triatleet, dan geloven mijn hersenen dat. 🙂 Ik loop langs de huizen en daar is het weer licht. Ik ben al over de helft en heb de eerste 5 kilometer in iets van 28 minuten gelopen. Best tevreden over! Ik loop langs het strandje. Daar spreekt een vrouw van mom-in-balance, maar daar had ik meer van verwacht dan de geijkte tips die ik intussen wel ken. Eigenlijk is het overal maar stil en rustig; ik zie bijna niemand! Ik kom weer op een onverwacht donker deel, maar ik ga nu echt lekker. Ik heb het niet meer koud en hou een wat hoger tempo vast. Niet vanzelf, maar ik kan het opbrengen. Ik kom langs de Vaart te lopen en denk aan mijn eigen doelen die me motiveren. En dan komt Sofie aan het woord. Een Belgische triatlete die Hawaii heeft gefinisht.

Ik ben vanaf nu fan van Sofie, die mijn gedachten over motivatie en doelen en volhouden verwoord. Het doet me wat! Zorg voor een doel en een plan. Nou, het ligt klaar voor mij! En dan nog een kilometer die wordt gevuld met ademhaling tips. Alsof ik in die laatste kilometer nog rustig kan ademhalen! Ik trek nog wat aan en wil nog ietsje harder. Ik loop maar even rechtdoor, want ik weet niet precies meer hoe ik terugkom bij de auto. Eerst de tien kilometer volmaken! Ik doe er 55 minuten over. Snel een selfie en de app afsluiten. Hopelijk win ik nu de conditietest! Ik loop de wijk door richting de auto en maak screenshots.

En dan begint de ellende… Ik blijk nog een end van de auto af te zitten en aan de andere kant van de wijk te moeten zijn en dan begin ik te dwalen. Ik wil niet meer hardlopen, dus het is een beetje joggen om op tijd te zijn terwijl ik toch al te laat ben en ik blijk moe. Ik zie de kinderen wel lopen in de verte, maar kan ze niet bijhouden. Ik moet omlopen en dan kom ik weer in een stuk wijk waar ik niet moet wezen. Ik dwaal echt een heel stuk om. Achteraf was het een andere loopgroep. Ik kom koud, ietwat gedesoriënteerd, moe en een kwartier te laat om Vincent weer op te pikken.

Ik ben 17de van 120 deelnemers geworden. Voor mij iets van 15 mannen. ik ben wel tevreden met mijn tijd!

Vrijdag 3 december – 30km veluwetrail in de kou, weer half solo.

Ik ben een beetje dromerig de laatste dagen. Ik slaap wat onrustig en alles is wat ‘donker’ voor mijn gevoel, maar ik ben van binnen wel blij. De dag begint goed met een passende beloning voor weer een week zonder snoep en eet-verleidingen. Weer een paar honderd gram minder! Vandaag staat er nog een lange duurloop op het programma, waar ik de hele dag voor heb uitgetrokken! Joyce gaat weer lekker met me mee lopen. Joyce en ik reden apart van elkaar. Om half 11 waren we bij het airbornemonument.

Het is koud. Erg koud. Ik vertrok bijna zonder trailschoenen aan (wel hele oude hardloopschoenen zonder profiel). Wat was het koud! Joyce kletste de eerste 3 kilometer vol. Het ging lekker. Door het bos, wat modder en rustig opwarmen. Langs een kuil van onbekende origine, maar ik wilde even doorlopen om warm te worden. Meer bos als ik me kon herrinneren van de eerste keer dat ik met PL liep. Ik liep met hem in de sneeuw in januari op deze route. Het ziet er nu met alle gevallen bladeren en de zwaar bewolkt lucht totaal anders uit. De eerste 3 kilometer gingen echt soepel. Een kort eetmomentje. Toen onder de snelweg door en de heide op. Bij het monument een stop- en eetmoment.

Ik had het niet moeilijk, maar Joyce vond de kou zwaarder. We kwamen bij de duiker en ik vond dat best langer en wat minder dan toen ik hier de eerste keer liep.

Er is veel snelweg in de buurt de hele tijd. Dan komt het hele mooie stuk met de dalen, de schommel en de slingerpaden. En dan de brugjes. Veel rustige wandel-momenten onderweg. Er was bijna niemand.

En toen bij de Wodans Eiken. Nog een eetstop. We zitten op 10 kilometer en ik heb het even niet gemakkelijk als ik denk dat dit pas een derde is. Het valt niet mee om in het moment te blijven. Joyce had het nog minder gemakkelijk. Haar lijf heeft de laatste tijd de overhand genomen op haar hoofd. Ik liep elke keer een stukje vooruit en dan even rustig aan om Joyce bij te laten komen. We komen bij de Papiermolenbeek. Ik wist niet dat dit al zo vroeg allemaal zat! Het brugje blijft fotogeniek.

Het koelt opeens weer af en ik pak de handschoenen er maar weer bij. Ik heb me ergens verwond aan braamstruiken of prikkels en mijn hand bloedt. Geen pijn, maar ik kijk wel iets beter uit voor de planten naast het pad! Over het ecoduct, wat ik saai vond en dan weer een hei over waar het koud is. Een a-sociale fietser knalde het hekje voor onze neus weer dicht. Ergens tussen de 13de en 15de kilometer wandelden we een heel stuk samen op en besloten we weer uit elkaar te gaan. Joyce gaat de 30 niet volmaken. Zij voelt zich een blok aan mijn been, maar dat is het niet. Het is gewoon niet zo gemakkelijk dat we verder uit elkaar liggen qua loopkracht. Ik kan het lopen wat langer volhouden. Even denk ik dat ik ook mee kan gaan met Joyce en gewoon maar iets van 22 kilometer lopen en dan nog een uurtje werken haal, maar ik wil gewoon 30 kilometer halen, daar ben ik vandaag op ingesteld! Ook al is dat misschien niet nodig als we de plannen voor dit jaar laten varen.

Ik ga links tegen de wind en kou in, Joyce gaat naar rechts. Het is niet vervelend om in mijn eentje mijn eigen ding te doen. In het begin is het even wennen dat ik nu alles zelf op moet lossen en dat er dus niks ‘mis’ mag gaan, maar ik wind me niet op. Alleen de route volgen is minder handig, maar ik kan gewoon zelf rennen zo lang ik wil en wandelen als ik dat aanvoel. Weer veel bos en wat modder. Ik loop te mijmeren. Dat lukt me erg goed de laatste dagen!

Ik kom langs de kaboutertjes en daarna over de vlonders. Dat vond ik echt leuk! En de stapstenen.

Ik zit inmiddels tegen de halve marathon aan. Mijn horloge stopt de hele tijd als ik stilsta, dus de tijd is wat fictief en ik weet niet hoe lang ik in het echt onderweg was. Het boeit me ook niet zo. Ik doe de halve marathon zonder de pauzes maar iets langzamer als twee weken geleden en dat verbaast me, want het lijkt allemaal veel langer.

Mijn benen zijn ondertussen ook gewoon vermoeid. Die benen geven het ietsje eerder op dan het hoofd vandaag! Ik loop langs de thee en de paarden. En dan een slingerpad op langs de beken. Het gaat niet meer zo hard. Mijn bovenbenen zijn de tempobrekers van de dag. Ik hoef alleen maar 30km vol te maken. Mijn gels, reep en het water zijn op!! Als ik alleen ben, tel ik de kilometers veel meer. Ik wissel hardlopen en wandelen gewoon af en zoek mijn weg door het bos. Het ene stukje is erg mooi met brugjes en helder water, het andere stuk saai.

Ik moet naar de WC voor een grote boodschap en zoek een plek. Als ik klaar ben, lopen er iets lager mensen langs! Net op tijd. Dat loopt een stuk lekkerder. Ik ga het spoor weer over en ben de mojo en het gemak kwijt. Het is een beetje dagdromen, aftellen en doorlopen. Het enige wat me zorgen baart is mijn horloge: die heeft nog maar weinig accu over. Daar staat de route op en met de kou is het blijkbaar zwaarder voor mij, maar ook voor de accu.

Ik ga nog een keer door een prachtig beschilderde tunnel en dan de hei weer op. De route is weer iets korter dan 30 kilometer en ik kwam al een beetje te kort door het bevel stoppen. De Apple Watch is al een kilometer verder! Die blijft lopen. Er is zand en modder op de hei en ik voel me moe. Net voorbij de 29 kilometer is de route ‘op’. Oriënteren waar ik precies naar toe moet is even lastig. Ik maak nog een ommetje en het is een heel klein beetje gaan druppelen en op de hei waait het: het is ijzig koud. Dat kan er nog wel bij! Nog even doorploeteren naar Joyce met de chocomelk!

Bij het Airbornemonument zitten de 30 kilometer erop. Ik ben meer dan 4 uur onderweg geweest, maar zit zonder de pauzes onder de 4 uur. Mijn Apple Watch heeft 31 kilometer geklokt. Ik vind het mooi! Ik heb toch maar weer 30 kilometer in de benen. Joyce heeft er ook nog altijd 25 gelopen. De chocomelk smaakt me prima en ik ben wel weer redelijk uitgerust als ik in mijn eigen auto stap om naar huis te rijden. Of komt dat door het mailtje van de trainer? Ik zag tijdens het lopen de kop van de mail en de eerste regel over een samenwerking, maar met wie of wat kan ik niet lezen in het bos. Ik heb lopen dromen wat de ideale samenwerking zou zijn als je het mij vraagt, maar dat is wel echt een droom! Als ik in de auto de mail open, kan het natuurlijk alleen maar tegenvallen en daar hou ik rekening mee. Tot mijn grote geluk komen dromen soms uit! Dit is een samenwerking waar ik heel blij van word! Als ik al lang en breed thuis ben, plaatst de trainer een duurloop in het schema voor vandaag. Volkomen zinloos natuurlijk.

Ik voel dat ik 30 kilometer gelopen heb: mijn benen zijn zwaar, de trap kost moeite en ik eet heel veel pannenkoeken!

4 December Zwemmen, wandelen en fietsen – weer drie sporten op een rij ?‍♀️ ? ?‍♀️

In de ochtend doe ik vooral rustig aan. Uitslapen, beetje niks doen. Het is somber buiten en regenachtig en donker. Na de lunch pak ik mijn zwemspullen en ga ik naar het zwembad in Almere Poort. Tijdens het kinderuurtje mag ik niet meezwemmen, dus ik ga maar weer in het gewone banenzwemmen. Ik vermoed dat het druk zal zijn, dus ik ben op tijd. Er is wel triatlonjeugd aan het zwemmen. Ik spring samen met iemand anders in de borstcrawlbaan. Geen turbobaan voor mij vandaag, ik beschouw dit maar als uitzwemmen na de loop van gisteren. Ik pak mijn achtje er ook bij. Al na 2 banen denk ik: dit wordt gewoon endurance zwemmen. Ik ga twee keer een kilometer. Hoe tel ik dat af? Nou, 100m 1op4 ademen en 100m 1op3 ademen. Dat gaat een tijd goed. De andere man in de baan doet schoolslag afgewisseld met borstcrawl. Verder komt er nog een meisje bij, maar die kletst net zoveel als ze zwemt, dus het blijft heerlijk rustig in de baan. Ergens raak ik de tel kwijt. Mijn brilletje beslaat en de wereld wordt hartstikke klein. Ik zie de klok, degene die net voor me zwemt en meer niet. Dus ik zwem gewoon maar door tot er 3 kwartier om zijn en dan kijk ik wel hoe ver ik kom en of ik 2000m gehaald heb. Ergens vertraag ik even omdat mijn oor plopt en verder zwem en zwem en zwem ik. Voor mijn gevoel gaat het hard. Soms de meneer schoolslag inhalen en even versnellen, maar grotendeels gestaag doorgaan, baan na baan na baan. Ook wel rustgevend ergens. Na 3 kwartier kijk ik: 1975m gezwommen! Onbegrijpelijk hoe je in een 25m bad aan de ene kant kunt starten en aan dezelfde kant eindigt en dan toch op een ongelijk getal uitkomt, maar goed. Ik ga nog even verder tot ik er voor mijn gevoel klaar mee ben en ik doe ook nog een baan schoolslag als ik de baan voor mezelf heb. Ik wil op tijd weg om rustig mijn haren te kunnen wassen. Uiteindelijk valt de snelheid me tegen met 2:19 op de honderd meter. Maar ik heb wel 2250m gezwommen. Eerlijk gezegd denk ik dat ik ook 2000m in 3 kwartier heb gezwommen, dat het pas telt als ik gekeerd ben.

Waarom het zwemmen matig ging (en toch ook weer niet, want ik kan dus zomaar 50 minuten non-stop zwemmen) blijkt een uurtje later als krampen zich aandienen. Redelijk netjes op tijd, geen extra week om spanningen en depressies op te bouwen en niet al te heftig. Mijn rusthartslag gaf geen indicatie! Of het ligt aan de extra vitamines die ik neem of aan het gezonde eten weet ik niet. Ik voel me meteen wat lichter en gemakkelijker en wil dan ook gaan wandelen met Rob als Vincent zwemt. We moeten naar de Praxis. Rob zoekt de route, een rondje. Het is nat en kil en donker. Maar ik ben blij en we stappen behoorlijk flink door. We kletsen en lopen door onbekende wijken. Rob gaat bij de Praxis naar binnen en daarna lopen we via het centrum weer terug. Een dikke 5 kilometer passen er in mijn beentjes bij. Langzaam aan beginnen die benen toch een beetje te protesteren: ze trekken her en der wat. Maar er is geen excuus: de belangrijkste training staat nog op het programma: 2 uur fietsen. Binnen natuurlijk. Zwift. Na het avondeten stap ik maar weer in de klikpedalen. Innsbruck poging 3 met de route Lutscher CCW: twee keer de berg op. Ik moet op de cadans letten en op de hartslag. Vandaag is dat weer gescheiden (je weet nooit waarom; met machines zoals de Tacx en programma’s zoals Garmin). Ik was eigenlijk op twee dingen net niet goed bedacht: verveling (twee uur is weer lang) en hoe die berg elke keer weer tegenvalt. Ik probeer de cadans boven de 70 te houden.

Maar dan komt Vincent van wie ik Frans ga overhoren. Dat haalt de aandacht weg bij de cadans, maar ook bij de pijnlijke beentjes. Ik ga dus door woorden heen als argent, le magasin en payer. Vincent heeft maar een uurtje van mijn tijd nodig. Ik ben de eerste keer boven in een nieuw PR, maar het is hartstikke zwaar. Vooral voor mijn benen.

Als Vincent boven gaat gamen, ga ik verder met muziek luisteren van Kensington. Ik ben naar beneden geracet en ga nog een keer omhoog trappen. Ik laat de cadans los. Dan blijft de hartslag lager. Mijn benen vinden het echt minder prettig: mijn kuiten, bovenbenen en knieën doen pijn. Maar ik ga nog een keer naar boven. Hele stukken met mijn ogen dicht, de muziek hard aan en alleen maar trappen. De omgeving boeit me niet zo. Ik wil boven komen en naar beneden kunnen racen en 30 kilometer kunnen halen. Dan ben ik voor de jaarchallenge van Trispiration alweer heel ver op weg. Trappen, trappen, trappen.

Deze keer ben ik niet sneller boven, maar ik kom er wel! Route eindelijk afgerond. Meer dan 800 hoogtemeters. En vermoeide benen. Meer dan van 30 kilometer hardlopen. Ik ga nog naar beneden en maak de 30 kilometer vol. De 2 uur haal ik net niet helemaal, ik ben het echt zat. En mijn benen helemaal.

De trainer heeft pech: ik doe wat ik zelf wil. Ik kijk naar het schema, maar ik maak alle keuzes en pak alle ruimte die er is om te doen wat mij uitkomt. Geen gezeur meer over de cadans (die is te laag). Op een clou hoe ik daar aan kan werken, wacht ik al vier dagen. De trainer is wat mij betreft maar weinig betrokken, hoe hij er zelf ook over mag denken. Zeker in het weekend is het erg weinig en als ik op dinsdag om een training vraag, maar hij die vrijdag nadat ik gelopen heb pas plaatst, voel ik dat niet alsof het hem interesseert. Ik durf geen aandacht meer te vragen; stel geen vragen meer, hou hem niet op de hoogte. Wat mij betreft zijn we de communicatie zo goed als kwijt, maar blijkbaar denkt hij daar anders over. Hij houdt zich op de achtergrond. In dit (sinterklaas)weekend hoeft ik helemaal niet op enige connectie of reactie te rekenen! Daar maak ik mis/ge-bruik van. Ik laat geen verklaringen achter en dat is prima zo, want dan hoeft hij ook niks te doen.

5 December Waterleidingduinen en zee met Vincent ? ?‍♀️ ?‍♂️

Lekker uitslapen (ik slaap wel weer onrustig) en rustig wakker worden: dat is het voordeel als je afspreekt met iemand die in hetzelfde huis woont: je hoeft geen tijd aan te houden, je kunt gaan als je allebei klaar bent. We rijden naar Zandvoort en het parkeren daar is zowat het lastigst! De parkeerplaats is lastig te vinden, je ziet ‘m wel, maar je komt er niet. Om half 12 zijn de trailschoenen en handschoenen aan, loopt mijn hartslag-training en de route en wij lopen ook.

Ik heb Vincent gewed dat we herten zullen zien, maar hij wil me niet laten winnen. We zien dus een heleboel struiken-met-geweien en bewegende-struiken-met-een-gewei, maar geen herten! Mijn benen doen het: die lopen weer. Ondanks wat spierpijn in de bovenbenen vanmorgen, draaien ze nu gewoon het programma weer af. Over glooiende onverharde paden. Na wat een paar minuten lijkt, merkt Vincent op dat we al anderhalve kilometer hebben gerend! Het gaat te snel voorbij op deze manier! We zien een paar reeen, zo ver wil Vincent net gaan. Maar het zijn geen herten. Hooguit een ree met een gewei. We dollen en hebben lol onderweg. Hoe hard we gaan, maakt niks uit.

Eindelijk gaan we weer onverhard boven langs het water. Door het bos. Na drie kilometer wandelen we een stukje omhoog, omdat het kan. Omdat we al op een kwart zijn!

We zwerven door het bos en uiteindelijk geeft Vincent toe 1 hert te zien. Omdat de herten anders net zo virtueel blijven als de mini-marsjes die ik in mijn rugtas heb. 1 Hert voor 1 marsje op 5 kilometer. Ik eet een halve reep. Omdat ik een training heb, lopen mijn kilometers niet meer zo mee. Vincent neemt de route over. Mijn hartslag zit meestal namelijk hartstikke goed binnen de lijnen en die leidt niet af. We zitten nog op de route! Roept Vincent de eerste 5 minuten minstens 15 keer.

We hebben best veel verharde paadjes. En het is best druk op deze zondagochtend. We hobbelen gewoon verder en dan zitten we al op de helft! In mijn training zitten 3 sprintjes van 20 seconden. We doen ze nog ook! Vincent roept ja en ik tel hardop 20 seconden af. Onverhard onverwacht hard! Ik vind ze slopend en de minuut wandelen tussendoor is ook te kort. Het haalt de dynamiek uit de trail. Mijn benen vinden er helemaal wat van en dat begint op geen enkele manier met “oke”, wathefuk is een betere omschrijving. Niet te pijnlijk op enige plek, maar zwaar en vermoeiend past ze zeker. We komen opeens op het veld. Langs van die beesten die geen-hert zijn. Anders-geiten.

En Vincent meld meer dan eens dat we nog steeds op de route zitten. Dan komen we bij het water. Het onnatuurlijke water, noemt Vincent het. Het water is kraakhelder en je ziet de bodem. Het is onecht, zegt Vincent. We slingeren er tussendoor. Tot bij het sluisje. Maar iets verderop is een geweldig brugje! We lopen er voor om, nu we hier toch zijn.

In het gebied van de overal opduikende reeen-die-geiten-zijn-met-een-gewei, onecht water en vol met rare duinen. Op 9 kilometer zijn we bij het huisje van de Wester. We mogen er binnen kijken. De trap is een nachtmerrie voor mijn benen, maar het uitzicht is prachtig.

Vincent ruilt nog 1 hert in voor een marsje en ik maak mijn reep op. Dan komt de hoge duin met daarachter de zee in zicht. Het tempo is er wel uit. Ik heb besloten dat dit de training wordt die niet groen is. We zijn namelijk veel langer bezig dan 3 kwartier. Heerlijk. Dan wordt de training maar geel (overschrijding nog te doen) of oranje (meer dan de dubbele tijd onderweg geweest – foei) De route – nog altijd in handen van Vincent- buigt ineens op onverklaarbare wijze af richting een bunker. En nog 1. Daar komen we zomaar langs zeg.

En dan verlaten we de waterleidingduinen. We klauteren het zand door de hoge duin op. Deze kant is nog erger van vanaf de zee! Boven maken we natuurlijk een foto en dan kan het feest beginnen.

Ik wil geen natte voeten. Geen koude zee voor mijn arme onderdanen. Denk ik echt. Anderhalve minuut. En dan loop ik achter Vincent aan en plons… Ik maak foto’s en Vincent geniet onwijs. Splash, splash! Ohja, hiervoor kwamen we!

Het is koud, maar mijn benen en voeten schrikken werkelijk nergens meer van. Het enige waar ik van baal is dat we er al bijna zijn! Omdat het allemaal niet hard hoeft en gaat en we een stuk rennen en een stuk wandelen, zou ik dit een hele dag kunnen volhouden. Ergens is het iets dieper dan we dachten en dan ben je opeens tot je knieën nat. We zijn toch al bijna bij de auto! Dat moet ook wel, anders koelen we te snel af. We gaan Zandvoort weer in langs rare beelden en door dat rare straatje en ik heb meer dan 12 kilometer gelopen. Vincent ook. Ik voel het wel, maar aan de andere kant knap ik ook heel erg snel weer op en heb ik nu minder spierpijn dan vanmorgen.

Ik zit thuis nog een uurtje lekker niks te moeten en na het douchen starten we de sinterklaasgourmet op. Ik eet lekker, maar niet te veel! De trainer reageert wel op de training, maar enige uren later. Hij vindt het blijkbaar goed als ik me niet aan de training hou en teveel doe. Ik hoop maar dat hij het wel goed in de gaten houdt, want ik kan ook makkelijk over de grens gaan. De afgelopen week heb ik bijna 60 kilometer hardgelopen en dik 12 uur gesport aan zwemmen, fietsen, hardlopen (wandelen en krachttraining telt niet mee). Daarnaast heb ik al het wasgoed weggewerkt, een kind Franse woordjes geleerd, gedieet en afgevallen en ik heb ook nog eens gewerkt.

En wat ik ook heb gedaan: ik heb met een heleboel mensen mijn plannen voor 2022 gedeeld. Het is nu 5 december elf uur ‘s avonds. Over een half jaar hoop ik een Ironman te zijn. Ik ga in Hamburg de hele triatlon doen. In Almere doe ik de halve triatlon. De overige afstanden in triatlon ga ik, net als in 2019, proberen allemaal af te ronden. Een OD (olympische afstand) en een sprint staan al in de planning. Met de zomervakantie erin en een sportend kind met eigen ambities en een leuke deeltijdbaan een aardige puzzel! Maar als ik een plan heb en de juiste support weet ik zeker dat ik zelf tot veel in staat ben. Rob, mijn baas en de trainer kunnen de support leveren. Ik kan de kracht opbrengen.

6 December – Die-on-the-bike Monday En France ??

Om een uurtje of 7 stap met een matige hoeveelheid aan zin op de Tacx. De hartslagmeter werkt ✅ de cadansmeter doet mee ☑️ en de muziek van Kensington kan ook aan ✔️ op de oortjes. Ik ga fietsen in Frankrijk. Eerst een half uur ‘intrappen’. Iedereen haalt mij in en ik blijf niet eens binnen de hartslagzones! De cadans valt ook een beetje lager uit en blijft onder de 80. So be it.

De muziek staat lekker hard! Na een half uurtje ga ik aan de intervallen beginnen. 3 minuten hard en 2 minuten rust met een hoge cadans. Gok ‘s welk blokje het moeilijkste is? Jawel, de rust en de hoge cadans. Dan stuiter ik bijna op mijn zadel en nog is het hopeloos. De hoge hartslag gaat wel goed samen met een hoge cadans op een hoog tempo. Ga ik echt stuk? Nopes. Ik zit met gemak aan de bovenkant van de hartslagzone en ik ga niet stuk. Ik kijk wel uit! Ik heb vrijwel geen water meer in de bidon.

De grootste uitdaging staat naast de fiets: Vincent heeft chocoladekransjes gehaald en ik blijf er af. Ik wil voor de Trispiration challenge de 30 kilometer vol maken. Ik heb anderhalf uur de tijd, dus dat moet lukken. Ik ga tamelijk moeiteloos alle intervallen door. De vijfde is wel iets minder makkelijk dan de eerste, maar het is allemaal te doen. Eigenlijk is dat vooruitgang, want een paar weken geleden was dat nog niet zo. Wie weet komt het ook nog wel ooit goed met de cadans. Ooit-ooit. Ik ben klaar met de intervallen en ik ben rond met de route.

Nu ga ik rechtdoor en dat is een kleine vergissing, want ik ga de berg, de Mont Ventoux, op. Ik bel met mijn vriendin. De bidon is helemaal leeg en ik heb dorst. Bellend de berg op gaat tergend langzaam en de aandacht voor de cadans en het tempo verslappen, maar ik verveel me niet meer! Ik ben blij als ik naar beneden kan gaan rijden en dan maak ik de anderhalf uur vol en ik fiets zelfs nog ietsje langer om de 40 kilometer vol te maken!

Daarna bel ik zomaar nog een uurtje door. Ik ben van eenzelfde training wel eens veel vermoeider geweest. De chocolade kerstkransjes blijven volkomen onaangeroerd liggen.

7 December Zwemmen, heppie en wandelen

Ik word wakker met een flinke hoofdpijn. Uitdrogingshoofdpijn. Veel te weinig gedronken gisteren! Sjit. Ik ga aan het thee drinken, maar na een paar uur moet ik toch echt een paracetamol. Dat helpt me niet heel veel meer. Op mijn werk krijg ik om twintig voor 12 een somber telefoontje. Ik zet niet bij de pakken neer, maar ik word niet blij. Ik raak een beetje gefrustreerd en dan moet ik gaan opschieten voor het zwemmen ook nog. Ik pak snel mijn spullen en op de bidon zit een training met 400tjes. Die wordt het dus. Ik ben net voor half 1 in het zwembad. Ik voel me opgefokt, want ik wil ook de 2000m halen voor de jaarchallenge van Trispiration. Dan moet ik een beetje doorzwemmen, want met 2:25/100m lukt me dat niet! Het is heerlijk rustig. 2 of 3 andere mannen in de baan en ik. Lekker! Geen kwebbelaars en verschillende tempo’s, want de mannen hebben flippers en achtjes. Ik ga inzwemmen: 100bc, 25school-25bc-25rug-25bc, 50 benen (!), 25 bc en dan 100 armen. Het gaat wel redelijk. Daar is het mee gezegd. Het horloge maakt er 375m van. Dan de vierhonderdjes. 100m 1 op 4 ademen, 100m 1 op3 ademen. Ergens ben ik ongelooflijk blij, want volgende week heb ik weer een zwemanalyse. Het lijkt erop dat ik over ben gestapt van trainersclub, maar ik vind het nog een beetje raadselachtig. Die zwemanalyse maakt er deel van uit en daar ben ik hartstikke blij over. Ik let nu dus nog maar eens extra op mijn techniek. Diep en breed insteken zijn een gewoonte geworden. Ik doe de 400m onder de 9 minuten. Zonder hulpmiddelen. Even een korte adempauze en dan door voor de tweede. Het tellen van de banen gaat goed met de ademhalingstechniek. Ik hou het zwemmen tegenwoordig moeiteloos vol. 5 Jaar geleden had ik dat nooit kunnen denken.

Mag ik een sticker uitzoeken?! ?

Dit 400tje gaat zelfs nog iets sneller! Ik moet toch iets kalmer en dat doe ik de laatste dan maar. Niet heel veel, het blijft net onder de 9 minuten. Deze voelt wat zwaarder. Ook nu snoept het horloge er 25m af. De hoofdpijn is dan ook weer terug. En ik kan nog wel een paar zorgen verzinnen om me af te leiden, maar dat maakt me verdrietig. Dus ik richt me maar op het halen van de 2000m. Daarvoor zal ik de laatste serie van 400m uitzwemmen met een achtje moeten doen. Ik blijf alleen over in de baan. Ik zwem flink door. Kost me minder energie voor de benen, maar ik ga er niet echt sneller mee als met benen. Ik ben de op 1 na laatste in het zwembad en dan zwem ik nog 50m schoolslag. Ik heb 2000m op het klokje staan! Trispiration Challenge afgerond. Elke maand van dit jaar heb ik 2 keer 10 kilometer hardgelopen, 2 keer 30 kilometer gefietst en 2 keer 2000m gezwommen. Consequent. Zonder opgeven. Consistent. Volhardend.

Als ik thuiskom, blijkt de trainer een zwemtraining te hebben gemaakt. Sorry, die was me ontgaan.

Verder lees ik het volslagen misplaatste idee om mij de laatste 2 weken van het jaar rust toe te schrijven. 5 Uur trainen in een week. In de laatste weken van het jaar, met jaardoelen en wat extra vrije tijd omdat het werk niet zo druk is? Klinkt me buitengewoon lastig in de oren. Daarnaast gaat hij toewerken naar “Frankfurt”. Goede land, dat wel, maar ik heb me toch echt ingeschreven voor Hamburg! Lekker betrokken. Wat me wel tevreden stemt is dat het logootje gewijzigd is. Ik denk dat ik voorlopig even nergens meer over zanik, ook al snap ik de constructie nog steeds niet.

‘s Avonds twijfel ik of ik ga hardlopen of wandelen met Rob. In het schema staat niks van hardlopen, maar dat is geen garantie. Ik ga toch maar wandelen met Rob. Moet even wat mensen te vriend houden. Gek genoeg ben ik heel blij over alles, ook al zit niet alles mee. Of dat nu de nieuwe trainersclub is of dat de jaarchallenge afgerond is of gewoon een tijdlang goed slapen en misschien is het wel het lieve puzzelboekkadootje wat ik van Rob gekregen heb, ik weet niet wat me blij maakt. Als ik denk aan het werk of Vincents cijfer of de aankomende rustperiode, zou ik ook zomaar flink verdrietig kunnen worden. Rob en ik kletsen terwijl we door onbekende delen van Almere wandelen. Het is een flinke tippel van 5,5 kilometer met op de valreep een AH ertussen voor brood. Dat is toch mooi he? Een soort van rustige dag vol met frisse lucht, een uurtje zwemmen en een middagje minder hard werken omdat ik vrij ben.

Woensdag 8 december lunch-hobbeltje met Manuel ??‍♀️??

De trainer heeft (weer) een foutje gemaakt. Gewoon in de haast weer eens een stadsnaam gewisseld. Ik blijf erbij dat het niet toont van goed coach-schap, maar dit helpt mij enorm om het schema echt enkel als een leidraad te gaan zien en lekker mijn eigen ding te doen. De afgelopen week heb ik alles naar mijn hand geschoven. Ik had een training op de baan staan op donderdag, maar door de corona-maatregelen (na 17:00 uur moet alles dicht) gaat dat niet langer door. Dus ik schuif deze week met trainingen van hot naar her om overdag te kunnen sporten. Dat scheelt ook, dat het dan nog net in het licht kan. Om 12 uur ga ik met Manuel samen een blokje hardlopen. Ik heb geen haast samen met Manuel. Ik ga gewoon een uurtje er tussenuit. Het loopt lekker. Gewoon gemakkelijk. En we kletsen erbij. Ik let niet echt op de hartslag. Die ligt lekker in zone 2.

We lopen over het fietspad richting de dijk. Bekend en toch ben ik er al een tijdje niet meer geweest. We gaan door het bos terug. Even merk ik dat het lunchtijd is, maar Manuel kletst de tijd nu mooi vol. We zien zelfs even een zonnetje! Dan is het meteen een stuk minder kleurloos. Het blijft makkelijk gaan. We lopen gewoon weer terug en ik loop 7,5 kilometer. Het is allemaal doodgewoon gegaan. Zo’n loopje waardoor je er niet meer bij stilstaat dat er ooit een tijd was dat hardlopen en bewegen helemaal niet in het systeem zaten. En dat is pas tien jaar geleden! Met een frisse neus werkt het ‘s middags weer beter door.

Donderdag 9 december – Weer een vreselijke training op de fiets ?

Hartslag laag, cadans hoog en boven de 85. Ik zag er al de hele dag tegenop. Ik heb al een keer bij een training gezet hoe niet-leuk ik deze combinatie vindt, maar de trainer snapt dat en daarmee is de kous af geloof ik. Dus ik stap met muziek aan op de fiets en alle systemen werken weer eens mee. Ik ga in Watopia rijden, gewoon een simpel rondje. Niet teveel nadenken, niet teveel hoogtemeters. Ik hoef maar een uur. Me te ergeren aan iedereen die me inhaalt. En dat zijn hele volksstammen.

Ik hoef me maar een uur te irriteren aan de lage hartslag. Die echt totaal niet te verenigen is met een cadans boven de 80 en al helemaal niet met een cadans boven de 85. Zulke lage versnellingen zitten niet op de fiets. Dan kan ik niet meer fietsen. Ik kan er niks leuks aan vinden. Het lukt niet. Ook niet als ik de muziek harder zet. Of kijk naar de omgeving.

Ik volg heel soms eventjes iemand. Maar dat blijken twee keer 60plussers te zijn, die me uiteindelijk ook inhalen. NIET LEUK. Als de hartslagmeter en de cadansmeter er dan ook nog mee kappen, horen ze me denk ik drie huizen verderop schelden. De Zwift pakt het op, maar het Garmin-horloge niet meer. Rob komt nog even kijken of er iets mis is, maar behalve dat ik geen zin heb, fiets ik node weer verder.

Wat wel een paar minuten een grote grijns bij me opwekt, is dat ik van Robs Poolse collega een Poolse opmerking krijg via Strava bij de loop van gistermiddag. Ik heb bij hem ook al Nederlands commentaar gegeven, dus ik krijg nu een koekje van eigen deeg en daar moet ik hard om lachen. Mijn hartslag laat ik helemaal los. Ik moet onder de 110 blijven, maar ik krijg ‘m al niet meer onder de 125. Ik laat het maar gaan. Knarsetandend. De cadans blijft wel hoog.

Na een uur weet ik niet hoe snel ik van de fiets af kan stappen. Ik denk niet dat ik dit gedoe met lage hartslag en hoge cadans ooit nog doe. Never ever again. De gemiddelde cadans ligt op 85. De hartslag op gemiddeld 118. Ik heb met veel gemopper 23 kilometer gefietst.

Vrijdag 10 december Lekker ouderwets gewoon hardlopen met Manuel en een tempotraining zwemmen

Manuel en ik slapen eerst uit en dan gaan we 3 kwartier een stuk lopen door het Kotterbos. Net als vroeger: bijkletsen. Als je denkt dat vrouwen kletsen kunnen, dan moet je Manuel en mij eens horen! Alleen moet die arme Manuel nu mee in mijn lage hartslagzones. Het is best koud en de eerste kilometer regent het zelfs nog een beetje. Maar bij het Schanulleke Sluisje is het al warm en de handschoenen kunnen bijna uit. Langs de Vaart waait het nog even kil. Ik zit net binnen de hartslagzone en het tempo valt me nog mee. Als we het viaduct onderdoor gaan, mag ik een hartslagzone verder en dus lopen we ietsje harder. We nemen de natuurbrug.

Het gaat gewoon, gemakkelijk, goed. Aan alle kanten heb ik ruimte over om te luisteren, te praten, te klagen en vooral om te lopen.We gaan de berg over, ik iets trager dan Manuel.

En dan terug naar het fietspad. Ik moet ook nog 3 sprintjes doen. Natuurlijk komen die net als we de Hogering moeten oversteken! Maar ja. Ik zet 20 seconden aan en dan een minuut rustig. Het begint weer te druppelen. Ik ga over de 45 minuten heen en ook over de 54 minuten die er maximaal voor de training staan. Jammer dan. Ik ben een beetje klaar met klakkeloos het schema volgen. Dus ik schuif en doe een beetje wat mij uitkomt. En vandaag lopen we een uurtje en 9,5 kilometer. Ik vind het wel best!

Ik maak het huis schoon en na de lunch ga ik naar het zwembad. Deze keer is het hartstikke druk. Er zijn wel 7 of 8 mensen in de baan! Van verschillende snelheden. Een paar (veel) sneller dan ik, een paar die (in de turbobaan) schoolslag doen. Ik zwem in in 2 banen: benen en schoolslag in de borstcrawlbaan, waar ook niemand zich aan houdt. Al met al een telfout, want ik zwem wel 600m in. En dan begint de tempo-training. Natuurlijk zonder achtje en dat vinden mijn benen maar matig leuk. Die hebben zoiets van: maar we hebben vanmorgen toch al ons best gedaan?! Ze doen echter wel mee. 6 keer 100 meter op tempo 2:08. Ik ga elke keer harder. Als ik heb uitgezocht wie welk tempo heeft, lift ik mee met een snelle zwemmer en kom ik zelfs binnen 2 minuten uit, ha! De 6 keer komen er, niet vanzelf, ik moet er voor werken, maar ze zijn er al sneller als ik had gedacht. En dan moet ik 4 keer 50 meter op 1’08”. Maar ik verlies elke keer net iets teveel bij het keren. Dat ga ik dus niet leren voor het zwembad. Ik moet buiten zwemmen. Tot slot moet ik 2 keer zo hard mogelijk 25 meter doen. De eerste keer haal ik binnen de 30 seconden. De tweede kies ik een verkeerde zwemmer, die nu opeens een soort vlinderslag doet. Het wordt rustiger in het bad, dus ik doe nog twee keer een snelle 25m. Allebei sub 30 seconden. En dan ga ik met achtje uitzwemmen. Heerlijk. 200 Meter. Daarna 100 meter schoolslag. En tot slot zelfs 50 meter rugslag. 3 Kwartier gezwommen en dan mag ik genieten van de kerstboom en de kerstmuziek in het zwembad. Had niet gehoeven van me. Gelukkig zit de rest van de dag vol met een uurtje werk, eten en visite, anders had ik nog even gefietst.

11 December – Fietsen op de nieuwe fiets ?

In Zwift moet Vincent me helpen: ik heb 3 miljoen “bucks” om een fiets te kopen en andere wielen. Misschien kan ik dan ook sneller. Ik blijf op dezelfde fiets zitten in huis, maar in Zwift lig ik op een luxe tijdritfiets.

Ik moet nog steeds zelf trappen. Ik moet nog steeds rekening houden met hartslagzones (een beetje dan). Ik moet nog steeds een hoge cadans trappen. Ik word nog steeds ingehaald. En wat ik vooral ook moet is geschiedenis overhoren. De eerste wereldoorlog komt aan bod.

Ik let dus niet zo op, laat de hartslagzones links liggen en ik hou de cadans hoog. De vulkaan op is een verzoeking. Blijkbaar zijn tijdritfietsen daar minder geschikt voor. Voor mijn gevoel schiet het tempo niet echt omhoog.

Ik ben wat later op de Tacx gaan zitten, waardoor ik merk dat ik wat sacherijnig wordt van trek omdat het lunchtijd is. Dan stuur ik Vincent even weg, zodat ik even zelf door de heuvels kan mokken. Ik drink thee op de fiets. En even ben ik de snelste op de sprint, wat te zien is aan het shirtje voor mijn naam.

Ik heb een view opstaan, die me allemaal speciale beelden laat zien. Leuk. Mijn fiets is wel echt mijn kleur. Ik hou het bijna twee uur vol, net niet. Snel van de fiets af! Mijn cadans blijft ‘steken’ op 82. Wonderlijke verbetering als je denkt dat ik een maand geleden op 70 zat. Mijn gemiddelde tempo is doorgeschoten naar 27km per uur. Ik heb 53 kilometer gefietst.

‘s Middags ga ik lekker buiten wandelen met Rob. Ik strijk ook tijdens de F1 en dat telt als krachttraining. En het hoogtepunt van de dag: ik lig zomaar een half uur op de bank niks te doen!

12 December – Gezellig en lekker lopen in de regen met SG ? ?‍♀️ ??‍♀️

Het is 9 uur ‘s morgens en ik ga samen met SG de gele route lopen op de Kemphaan en lekker samen bijpraten. De gele route is een halve marathon, maar… ik weet al dat we hier en daar wat zullen afsteken en vooral de verharde paden zullen kiezen. Ik heb mijn trailschoenen niet aangedaan. In het begin in het bos is dat even wat minder door het geglibber. We kletsen vooral over trainingsschema’s. Dan komen we lekker verhard te lopen.

Voor mij is het tempo lekker laag en mijn benen doen dat prima. Mijn hoofd is ook helemaal gerust, dus het gaat eigenlijk supergoed! We maken afspraken om in de toekomst samen vaker te gaan lopen. We maken ook plannen waar SG blij van word en ik eigenlijk ook heel erg. Als moet ik nog wat aan uitwerken. Ik heb niet het idee dat het regent op enig moment. Koud is het al helemaal niet.

We lopen om en dan slaan we een enorme modderpoel in het Museumbos over. Ik ben zo blij dat ik de Crosscup in de modder niet hoef te lopen! Ik ben niet van de modder, vind ik niet leuk. SG blijft onderaan de berg op me wachten, terwijl ik naar boven loop. Daar regent het wel even.

Dan lopen we door het Cirkelbos en over het hobbelige pad. Dat vind ik het lastigste pad. Daarna volgt het brugje, waar we allebei veilig overheen komen!

Hoewel het weertje somber is, ben ik echt hartstikke blij en tevreden. We kwebbelen hartstikke veel, wandelen soms een momentje en zeker op de gladde bruggen. Ik was totaal niet bezig met de tijd of de snelheid. Echt een bevrijding voor me!

We gingen daarna weer het bos in. Ik geloof dat er intussen 10 kilometer op zaten, maar ik lette er echt niet op. We gingen het bos weer in. Maar even zien hoe de natte voeten dat weer vinden. We kwamen zelfs schapen tegen in het Schapenbos.

Het was zo onverhard wel wat zwaarder. Ik had een reep opgemaakt en wat gedronken. Het miezerde wat. We liepen over onbekende paden; ik ken dat stukje gewoon niet zo goed, maar het is wel mooi. Ikzelf was verbaasd dat het me zo gemakkelijk af ging al die tijd. En dat ik dacht: oh, pas 13 kilometer. SG had een beetje last van een oude blessure en ze vond het ook wel mooi geweest. We kwamen op het fietspad wat weer bekend was en toen liepen we weer terug over het verharde Kerkuilenpad. Ik liep te kletsen en we permitteerden ons een kort wandelmoment. Toen liepen we de Kemphaan weer op. Ik vond het allemaal prima. Uiteindelijk dacht ik: laat ik de 16 kilometer maar volmaken. SG maakt de 15km vol en ik liep nog een klein blokje extra. Ik had echt heerlijk gemakkelijk met natte voeten gelopen. De welverdiende warme chocomelk achteraf smaakte heerlijk! En de koek ook…

Categories: Geen categorie | Leave a comment

2021-35

Ik liep een tijdje achter! Inmiddels heb ik de rest van de maand november bijna compleet hieronder klaarstaan voor je. Veel sporten, veel foto’s en veel te bloggen: Pak er een kopje thee bij zou ik zeggen ?

15 November Zwiften ?

Ik voel natuurlijk helemaal niks van die 5 kilometertjes. Gelukkig maar, want dit is een mega-mega-drukke werkdag. Het webinar wat ik heb georganiseerd is vandaag en gelukkig hoef ik het niet te presenteren, maar ik hoef alleen maar blij te zijn met de overweldigende opkomst! De werkdag is lang. Maar ‘s avonds staat er nog fietsen op het programma. Dus ik stap weer op de Tacx. Ik roddel via de whatsapp lekker met een vriendin die haar tijd op de fiets binnen ook moet uitzitten! Ondertussen trap ik op een virtuele mountainbike de berg over.

Nu weet ik waarom ik de mountainbike nooit kon handelen! Je moet een hele hoge cadans wegtrappen. En dat is niet mijn sterkste kant. Dit is een wereldoefening voor me! In geduld en rondjes maken.

Aangezien de trainer nog steeds zwijgt en weinig aandacht kan opbrengen vanaf zijn weekendje weg, moest ik daar maar gebruik van maken! Vincent gaat hardlopen en ik moet hem natuurlijk vergezellen. We gaan heel, heel langzaam. Het is koud. Note to myself: een winddoorlatend truitje hoort niet in dit jaargetijde. We tellen kerstlampjes. En ik test mijn paarse looplampje.

We lopen door de straatjes en al met al op jog-tempo wordt het een mooie route. Het gaat niet zo gemakkelijk meer na een lange en vermoeiende werkdag en een dik uur fietsen! Maar hé: het kán wel! Ik kan dit wel! Uiteraard reageert trainer niet, ook niet later, gewoon niet. Jammer zeg.

16 November Anke doet een triatlonnetje ?‍♀️ ?‍♀️ ?‍♀️

Eigenlijk was het de bedoeling dat ik alle overuren zou opmaken en vandaag niet hoefde te werken, maar er zijn dingen van gisteren blijven liggen. Dus ik werk tot een uurtje of half 12. Dan pak ik de zwemspullen en ga naar het banenzwemmen. Even geen overvolle TVA baan. Even niet jakkeren en moeten volgen. Ik heb een heerlijke training, in kalm tempo. Dat is maar goed ook, want hard gaat het niet vandaag. Hoewel de hormoonstorm is gaan liggen, voel ik nu pas een soort van vermoeidheid. Geen sportmoeheid, maar hoofd-vermoeidheid. Irritatie maakt het allemaal nog moeizamer. En het feit dat ik de lunch zo’n beetje oversla. Maar goed: het eerste sportuurtje van de dag zit er op! Op naar een lange wissel met lunch en werkmail-controle. Ik moet me inhouden om de trainer niet verrot te schelden die (nu pas) bij de Olympische Stadionloop opmerkt dat ik een mooie tijd heb neergezet en (ik citeer): “een bewijs dat de genomen (trainings) rust je goed heeft gedaan.” Die is van het potje gerukt! Kijkt ie over de 19 kilometer van vrijdag heen? Hij heeft geen idee hoe onrustig vorige week was! Het is een totaalplaatje, niet alleen een trainingsschema. Dat staat op zijn eigen website.

Dan door voor het fietsen. Je moet de volgorde er toch in houden? Ik wil wel naar buiten eigenlijk, maar het is somber en om 3 uur al donker en met de bladeren is het te glad. Dus toch maar weer naar Watopia. Ik wil de mountainbikeroute doen! Maar daarvoor fiets ik verkeerd om. Dom. Ik zit dus op de mountainbike en ik let alleen op de cadans en de hartslag. Vlak op het asfalt gaat het nog wel. De cadans is hoog en die hou ik boven de 75 en het tempo valt mee.

In de heuvels is het al lastiger, maar ik luister een muziekje en kijk om me heen. Alle tijd. Dan ga ik het mountainbikepad op. Daar moet je met je telefoon sturen. Rampzalig! Ik fiets de brug af, haal vrijwel geen enkele bocht en ik moet er onwijs hard van lachen! De cadans is volledig uit beeld.

Ik heb een uur gefietst. Vinkje nummer twee. Wisseltraining met een diner erin. En een machine was. Het belangrijkste van de dag was eigenlijk de looptraining. Die doe ik dan maar ‘s avonds als Vincent op zijn school piano speelt voor een open avond. Dat ik moe ben in mijn hoofd blijkt weer als ik het lampje vergeten blijk te zijn. Ik pruts iets met de iPhone en blijf in de wijken. Niet alleen dat, maar ook de hartslagmeter blijkt geen baat te hebben bij een nieuwe batterij. Ohnee! Ik moet ‘m aanzetten! Dat helpt ook niet. Ik druk natuurlijk weer verkeerd en sla een blokje van 5 minuten over, maar het is dan toch een zooi. Bij een hartslag van 90 (en minder) loop ik 6:30. Mocht ik willen! Ik doe het lopen dus op gevoel en ik kijk naar het tempo. Ondertussen slinger ik door onbekende wijken heen. Verwarrend voor een vermoeid brein.

Dus als ik hard moet lopen, ga ik maar gewoon rechtdoor! En ik slinger verder rond en vermijd het park. Tegen het einde voel ik me ook fysiek moe. Ik maak ruim 7 kilometer vol. De triatlon van Anke zit erop! Nu maar hopen dat de trainer de zwem- en fiets-training van later deze week lekker laat staan en niet weghaalt zoals hij zegt te doen. Ik vertrouw erop dat hij niet reageert…

17 November Zwemmen ?‍♀️

Vincent en ik gaan allebei zwemmen in Almere Poort. Vincent is snipverkouden, dus die zal het wel geen uur uithouden. Na controle van de QR code mogen we naar binnen en om 5 over half 6 lig ik in baan 5 (de op 1 na langzaamste). Bij het groepje van 4 dames heeft zich deze week een heer gevoegd! We zijn niet de snelste baan en vandaag krijgen we een training van DR. Ik zwem zelf in, maar daarna volgt het inzwemmen van haar ook nog. Geen benen gelukkig.

DR verzint altijd speciale dingen en vandaag doen we bijvoorbeeld de hondjesslag. Het begin van de borstcrawl en dan niet je arm overhalen. Lekker lastig. We deden armen en dat gaat mij goed af tegenwoordig. Daarna hield ik mijn pullboy bij me en deden we een piramide. Ik zwom niet vooraan, dus het was eigenlijk te makkelijk. Lekker rustig aan dan maar! Ik keek vaak op mijn horloge, gewoon om te weten hoe ver we waren, ook al zwom ik niet vooraan. Toen moesten we op de ‘heengaan’ een koprol doen op de helft en daarna sprinten. Goede oefening, maar ik vind de koprol zo niks, dat ik het maar de helft van de 6 keer heb gedaan! En ik hield mijn neus lekker dicht. Toen nog even uitzwemmen. Leuke les, met nieuwe dingen en ook -voor mij- rust en kalmte. Ik ben letterlijk en figuurlijk in rustiger vaarwater gekomen en de hormonen zijn weer oke. Maar hardlopen kan ik er niet bij proppen vandaag, die schuif ik naar morgen.

18 November Zin-loos hardlopen ?‍♀️

Een dag vol overleggen en onrust op het werk. Ik heb geen zin om te gaan hardlopen en ik hoef niet naar de baan. Ik heb 3 kwartier zelf staan. De oude hartslagmeter laat ik thuis en ik neem een andere die wel werkt. Ik heb wel eens vaker niet zoveel zin, maar vandaag heb ik echt niks aan zin. Niet dat ik liever iets anders wil doen; ik wil gewoon niet bewegen, me niet inspannen. Ik neem een muziekje mee, zet Vincent af bij de baan en ik ontdek dat ik het lampje thuis heb gelaten. Mijn hoofd is gewoon moe! Niet mijn benen, maar mijn gedachten zijn aan rust toe. Ik fabriceer iets met de iPhone en een lichtje. Dan leg ik me neer bij 3 kwartier lage zones doorhobbelen. Het is een kwestie van gaan en dan na 12 minuten zijn alle systemen opgestart en kun je lekker lopen. Vanavond echter loopt het anders. Ik ga een beetje suf het fietspad langs, wordt 3 keer bijna omvergefietst en na 10 minuten kijk ik op mijn horloge en denk ik: nog steeds geen zin. Het is erg lusteloos allemaal. Even fleur ik op als ik de fietsers op de (skate)baan zie fietsen: dansende lichtjes in een verwarrend samenspel. Ik loop voorbij en het is weer weg.

Ik hou me zo netjes mogelijk aan de zone. Ik ga langs het station en kom op het Spoorbaanpad in de volgende zone terecht. Ietsje harder. Ik moet me nog inspannen ook! Net zo lusteloos en zinloos als de eerste 20 minuten doe ik ook dit. Ik heb een andere route dan waar ik normaal zou komen en het boeit me allemaal niet. Niks kan me bekoren, alleen dat ik er straks ben en dat ik dan lekker niets meer hoef. Ik doe keurig de sprintjes ook nog en na ruim 7 kilometer ben ik precies 3 kwartier bezig. Ik ben er zo klaar mee als je maar kunt zijn. Helemaal. De krachttraining gaat het niet meer worden vandaag, die sla ik over.

19 November – De Amsterdamse Waterleidingduinen ? – Samen en Solo

Joyce en ik gingen los van elkaar naar de Amsterdamse Waterleidingduinen. Joyce wil geen verkoudheid of Corona riskeren en dat snap ik en respecteer ik. Naast elkaar een uur in de auto is toch anders dan buiten. Ik voel me deze dag alweer iets beter dan gisteren. De hormonen zijn nu helemaal rustig en maken me sterk. Dan kan ik wel weer hebben van de trainer dat hij vindt dat het wél goed loopt. In plaats van daar geïrriteerd van te raken, wil ik het vandaag graag begrijpen. En ik kan het met Joyce bespreken. Mijn rugzakje zit vol met eten en mijn hoofdrugzakje is wat minder vol vandaag. Het zonnetje schijnt en het is niet koud, Vincents cijfers zijn nu loon naar werken geworden en ik heb de tijd vandaag, dus dat wordt een prima loop! 27 Kilometer staat er op de route die Joyce heeft gemaakt. Om half 11 gaan we van start. We lopen over een mooi vlonder en fotograferen enthousiast het eerste hertje op de weg.

We zoeken de route weer op en lopen lekker rustig door het bos. Correctie: ik loop lekker rustig en zonder moeite door het bos, Joyce heeft haar dag niet. Bos, zand, omhoog en veel hertjes. Na het tiende hertje is het nieuws er wel af. Na een kilometer of 3 hebben we al een paar wandelmomenten gehad en Joyce baalt. Ze had het zich zo anders voorgesteld, maar het lukt haar niet. Ik vind het niet erg, hooguit een heel klein beetje jammer van het tempo, maar het kost mij geen enkele moeite zo.

Na 4 kilometer komen we in een gebied wat verboden is. We keren toch maar om en lopen over de klinkerweg. Het gaat best een beetje op en neer en Joyce moet omhoog elke keer wandelen. Ik vind het vooral heel erg vervelend voor haar. Het is mooi weer, het is ‘n prachtige omgeving en toch kan ze er niet van genieten. En als dat dan vast zit, dat het niet lukt, dan is dat moeilijk om te buigen. Ze voelt zich oud en stram. Ik baal dat ik haar er niet uit kan krijgen, dat is het enige wat ik er moeilijk aan vind.

We doen na 6 kilometer een eet-moment. Prachtig: in de zon, niet te warm, tussen de duinen op een onverhard pad, uitzicht op Zandvoort en duinen en hertjes en nog een mooie dag in het vooruitzicht. Maar voor Joyce is het grijs en ze ziet op tegen het strand en tegen de hele loop eigenlijk ook. Hoeveel prachtige beesten we ook tegenkomen, hoe apart het hek ook is, hoe leuk de slingerpaadjes door Zandvoort ook zijn, hoeveel prachtige hertjes; het blijft een dip voor haar.

Op het strand laat ze me gaan, ik doe mijn eigen tempo en zal haar op gaan halen. Het enige waar ik mee worstel is de hartslagbeperking. Die is met zone 1 wat krap. En daardoor leidt het steeds af van de route. Wandelend komt het goed, dan versnel ik weer wat en is de hartslag snel te hoog. Het irriteert een beetje.

Maar op het strand laat ik ‘t gaan en loop ik lekker een kilometer door te genieten van de zee, van het geluid van de golven en dat het eb is. Ik ga door en loop een kilometer lekker tempo voor mij. Na iets van een kleine 2 kilometer zijn we bij de strandopgang (die wel heel hoog is!) en keer ik om om Joyce op te pikken. Samen klauteren we naar boven.

Het is mooi, maar Joyce is vooral blij dat het strand er op zit. Het komt niet bij haar: het gemak, het genieten, de ‘flow’. We gaan naar beneden en de duinen weer in. Ik zit al op 10 kilometer en bij het huisje (iets met Wester….) stoppen we weer.

Joyce gaat de route inkorten en ik ga alleen verder. Ik ga niet helemaal de 27 kilometer afmaken, want daarvoor heb ik te weinig tijd meer, maar ik maak het ommetje wel. Joyce gaat terug richting de auto’s en zal op me wachten op het einde. Dan heeft ze niet meer het gevoel dat zij mij beknot. Ik vind het moeilijk en lastig, want ik ben van samen-uit, samen-thuis, maar ik zie haar worstelen en ik weet dat ieder zijn eigen kant op voor ons allebei beter zal zijn. Saaier, maar het is oke.

Ik loop het klinkerpad op naar rechts, Joyce gaat rechtdoor. Ik blijf hardlopen nu en dat gaat me goed af. Ik kan de route volgen, omhoog en omlaag lopen en kijken over de duinen. Het is mooi. Maar wel stil zo in mijn uppie. Wat ook wel weer apart en stoer is. Tot de route over een verboden pad gaat. Dat doe ik niet. Zeker niet alleen.

Dus ik blijf het klinkerpad volgen. Ironisch genoeg loop ik over een soort bouwplaats en mogen er wel zware vrachtwagens komen, maar ik niet! Ik probeer het nog een keer om de route weer op te pakken, maar daar staat een aggregaat te stomen, maar ík mag niet van de klinkerweg af. Stommigheid. Ik app Joyce. Niet dat de route slecht is, maar wie verzint dit nou!

Ik kijk op de route en zal het klinkerpad volgen. Ik eet nog wat en dan weer door. Tussen de vrachtwagens. Verhard dus. De kilometers rijgen zich aaneen. De herten trekken zich nergens niks van aan. Na 15 kilometer kom ik weer op de route en dan mag ik het onverharde pad op. Jippie!

De eerste kilometer geniet ik er enorm van en dan verdwijnt het pad. Ik voel me alleen. Ik voel me solo. Dat is spannend en fijn en een beetje eng en een beetje saai. Het is een hertenpad. Ik blijf keurig de route volgen. Dan maar niet zo snel meer! Zo nu en dan wandelen en zoeken. Ik heb wel lol in en ik vind het spannend en stoer tegelijk. Het is heel mooi zo aan de rand van het bos.

Ik kom op het veld. Ineens is het dan weer wijds en open en zonnig. Naast de herten is er in de wijde omtrek niemand te zien! Ik sta op 17 kilometer en ik weet dat ik de 21km binnen 3 uur uit en thuis ga halen en dat ik zonder de pauzes netjes rond de 2,5 uur zal zitten. Iets er overheen. Ik pauzeer en eet nog een keer. De komende vier kilometer ga ik lekker blijven hardlopen, voor zoveel als lukt. Het pad is goed begaanbaar en breed.

Ik begin na te denken over de trainer en ik denk dat ik zijn standpunt wel begrijp. Hij wil mij beter maken. Ik pieker zonder moeite een kilometer of 2 weg. Dan wordt het weer drukker, want ik kom in de buurt van de andere parkeerplaats. Vorig jaar liepen we hier ook en toen moest ik enorm aanzetten om de halve marathon binnen 3 uur te halen. Nu is dat geen moeite. Helemaal blijven hardlopen lukt me niet, soms wandel ik even. Ik kom ‘aan de andere kant’ van het water waar ik met Rob heb gewandeld en waar we vorig jaar hardliepen. Het is bos en ik geniet tot in mijn tenen.

Zachte ondergrond, beschutting van de bomen en het is geweldig mooi. Daarna volgt weer zand. 21,1 kilometer duurt uit en thuis 2 uur en 47 minuten. Daarvan heb ik een kwartiertje gepauzeerd. Dat valt me mee, ik dacht dat ik meer had stilgestaan.

De 22ste kilometer kost me wat meer moeite. Dan ben ik bij Panneland of hoe het ook heet. Joyce loopt de extra lus en gaat haar eigen halve marathon vollopen. Ik twijfel even of ik rechtstreeks zal teruglopen, maar dat is nog maar 2,5 kilometer of dat ik de lus nog zal lopen. Dan kom ik op 30 kilometer. Dat zou kunnen en zelfs binnen de tijd die voor de training staat, maar dan moet Joyce wel heel lang wachten. Ik ga met een ommetje en wil de 25 kilometer vol hebben straks. Ik drink een boel water van de waterleidingduinenkraan en dan ga ik weer verder. Tussen meer mensen door en ik pak de route nog een stuk mee.

Pas bij de koningin in de boom (!) verlaat ik de route om af te snijden. Ik word ook wat vermoeider. En ik krijg ook nog eens veel zand voor mijn kiezen. En mooie herten. En weer zand.

Ik herken het mooie uitzichtpunt waar ik aan de andere kant ooit eerder was. Verder merk ik dat het allemaal wat trager gaat, het lopen én het denken! Nog een kilometer. Ik moet de weg zoeken en ik moet appen met Joyce en ik moet het hertje fotograferen.

Ik kom weer op de route en dwaal daar ook weer vanaf. Ik loop tussen de herten door en dan ben ik er bijna. 25 Kilometer. Joyce heeft haar halve marathon ook gelopen en zelfs een kilometer extra. We zijn ongeveer tegelijk klaar.

Ik ben niet extreem moe, zeker na de chocomelk is het wel weer goed met mij. Joyce heeft toch ook wel genoten van haar eigen kunnen. Niet omdat het leuk was, maar omdat het doorzetten was. En dat is soms ook een goede les! Zeker voor ultralopers.

We kletsen nog even op het terras en bij de auto’s en dan gaan we ieder onze eigen weg naar huis weer. Het autorijden is echt saai en lastig, zo met files en drukte. Enerzijds vond ik alleen maar niks, anderzijds vond ik het heel erg stoer van mezelf. ‘s Avonds doe ik ook nog een krachttraining. Ik heb iets met een goede coretraining en combinatie met Pilates gevonden en dat is fijn.

Voor de trainer merk ik op dat de hartslagzones verruimd mogen worden, maar hij laat expres de lage zone staan om me te dwingen langzaam te lopen. Vorige week had ik dat mega-irritant gevonden en arrogant van ‘m, maar ik denk dat ik deze week begrijp dat het onderdeel is van de strategie ‘beter-maken’. Voor mij goed om te beseffen dat hij begrijpt dat het niet altijd lukt binnen die hartslagzones. Over het algemeen ben ik keurig in zone 1 gebleven! Het tempo is dan niet hoog, dat niet. Hopelijk kan ik nu weer goed slapen!

20 November – Fietsen in Neokyo ?‍♀️ en zwemmen in het zwembad ?‍♀️

Ik slaap als een roos, wordt heel goed en monter weer wakker, blijf lekker liggen en heb weinig verplichtingen in het vooruitschiet. Kortom: de rust is weer terug. In Zwift is een nieuwe stad ‘geopend’. Neokyo. Op de Makuri Islands, die Japans zijn. In Neokyo is het altijd nacht, maar er is meer dan genoeg neonlicht! Ik ga rondkijken op de fiets! Voordeel is dat de Tacx nu de hartslagmeter en de cadansmeter tegelijk aan kan.

Ik vind Neokyo leuk. Het is net als in het echte Japan zo heerlijk dubbel. Enerzijds glitter en enorm overdone, aan de andere kant lieflijke bloesems en oude tempels. Er zijn rijdende auto’s en treinen en vooral veel gekkigheid: een roze octopus in de lucht, toeristen die in de weg staan en waar je omheen moet fietsen en honden die handjeklap spelen met mensen. Het allerleukste vind ik de Arcadehal

Ik doe een vlakke route en daarna doe ik de route Railways en Rooftops, die boven langs gaat. Nog veel meer gekke en leuke dingen: een voetballende dino, een rare draaimolen, veel appende mensen en overal tonnetjes en spulletjes. Op de achtergrond Mount Fuji. Het is bijna jammer dat ik maar een uur mag fietsen, maar morgen kom ik terug!

‘s Middags ga ik zwemmen. Ik mag mee in het kinderuurtje en dat kan gemakkelijk, het is namelijk totaal niet druk. Ik heb de training van 29 oktober op de bidon gezet. Dat is een tempo-training. In het begin heb ik de baan voor mij alleen. En dan is er nog een baan vrij! Inzwemmen: ik doe zelfs netjes 50m benen weer. Dan komt DR bij mij in de baan. Zij zwemt heel goed, zou training moeten geven, maar daarvoor zijn er niet genoeg kinderen. We hebben geen last van elkaar, want met z’n tweeën in een baan, kan ze me makkelijk inhalen.

Ik doe 6 keer 100m in 2:08. De eerste keer start mijn horloge niet goed, dus ik doe het zelfs 7 keer! Elke keer net ietsje langzamer, 1 of 2 seconden. Omdat ik het horloge moet resetten. Ik voel het wel! Het gaat niet vanzelf! Daarna doe ik 4 keer 50m. DR doet 8 keer 50m. Ze is anderhalf keer sneller dan ik ben. Ik moet er 1:04 over doen en nu ben ik net ietsje sneller elke keer. Het keren verlies ik dus veel tijd mee. Tot slot moet ik nog 2 keer 25m zo hard ik kan en dat doe ik dan ook maar. Elke keer binnen 30 seconden. Ik ben dan even af. Maar het is fijn niet in een volle baan te hoeven jakkeren. Ik zwem ook nog uit, maar nu doe ik 200m armen en geen benen. Heel veel zwem ik niet en door de vele pauzes effectief ook niet heel lang, maar ik heb wel even supergoed getraind!

21 November Teamleaderheroesrun en fietsen op de Makuri Islands

Op het werk gebruiken we het CRM-programma Teamleader. Sinds vorig jaar- dat heb ik helemaal mee ingericht en alles. Het wordt gemaakt door Belgen, dus soms heb je leuke dingen qua taal. En ze organiseren een virtuele run. Met Mytrace ga je dan op pad met oortjes in en ondertussen vertellen ze vanalles. Voor ondernemers en motivatietips en zo. Er staat geen hardlopen op mijn schema vandaag. Dikke pech. Mijn benen voelen goed, mijn hoofd voelt zich nog veel beter, het is heerlijk herfstweer en ik kan een conditietest winnen! Om half 12 zie ik dat je op elk moment kunt gaan en ik doe snel korte broek en t-shirt aan en ik ga.

Het is heerlijk om Evy Gruyaert weer te horen. Tien jaar geleden heeft zij mij ‘leren’ hardlopen en kijk nou eens… Ik luister naar een boksster die motivatietips heeft voor ondernemers. Leuk en dat past goed bij mijn huidige werk: een divers team, onderling contact en ook letten op het individu op de werkvloer. Ik denk dat mijn baas dat nu kan en sinds ik gisteren in de data van de trainingen ben gedoken, vermoed ik dat ik nu ook een trainer heb die meer inzicht heeft en recht heeft op meer vertrouwen als ik hem vorige week heb gegeven. Zo gaat het: de ene week is het hopeloos en trek ik niks en is niks goed; deze week lukt alles en kan ik veel meer (aan). Irritant voor mezelf en de omgeving. Maar nu loop ik lekker en easy.

Ik loop te luisteren naar een neurologe die in het vriendelijke Vlaams vertelt dat je moet focussen. Het is leerzaam. En dan loop ik het bos in. Dat zou ik tien jaar geleden niet eens bedácht hebben. De derde kilometer wordt gevuld door een hockeyer met een serie aan leuke tips voor sporters: lees een boek voor je gaat slapen en vooral ‘koop niet wat je wil eten’ spreken me aan.

Ik geniet echt van het bos en de mooie kleuren en het geritsel van de bladeren. Qua focus is het niet helemaal goed, want ik app Joyce, maak foto’s, luister en loop tegelijk. In de vierde kilometer begint het (hard) te regenen. Ik heb er geen last van. Meer iets wat ik opmerk. Ondertussen hoor ik hoe belangrijk slapen is van de Slaapdokters. Van dit loopje leer ik dat het ook lekker kan zijn om een podcast te luisteren. Mijn benen lopen wel, mijn hoofd kan zich dan op iets anders richten.

In het bos loop ik iets langzamer, maar ik ben zo blij dat ik niet op een hartslag hoef te letten! Ik loop 5 kilometer binnen een half uur, maar ik ben nog niet helemaal thuis. Straks maak ik een Instagram-bericht en dan hoop ik dat ik geen fit-programma win voor het bedrijf ?.

Ik loop 6 kilometer vol en zet dan de app pas uit, waardoor ik daar langer gelopen heb. Beetje verwarrend. Ik plaats alles netjes op Instagram en ben 8ste van de 60 mensen ofzo. Who cares: ik vond het echt heel leuk, ontspannen, leerzaam en lekker.

Door voor het fietsen. Ik moet twee uur en dat is wat lastig in te passen, maar dan neem ik wel een pauze. Ik ga weer naar Neokyo! De all-light route van 24 kilometer. Volgens mij zie je dan de hele stad (2 keer misschien wel). Ik ga op de cadans letten. Hoog houden. En verder doe ik vanalles: appen, lezen, opzoeken, plannen… De focus is wat ruim vandaag ?

Maar als ik eenmaal op de cadans let, gaat dat ook super ook! Ik hou de hartslag in de smiezen en volgens mij werkt de Tacx mee en is de hellingshoek onderuitgeschoven. Of ik merk het minder door de hoge cadans? Ach, het zal wat. Ik fiets de route af en dan wil ik 30km halen en dan heb ik nog tijd voor 40km, maar ik heb de stad wel gezien. Ik fiets de stad uit en na 40km stap ik af.

Kan ik de start van de formule 1 kijken en wat drinken. Een kwartiertje pauze. En dan weer door! Ik rij nu in het licht over de Makuri Islands en ik hou de cadans intussen boven de 80. Dat is wel een vooruitgang. Ik maak de ronde af ook nu. En de 2 uur kunnen ook vol. Intussen volg ik de F1, app weer en maak foto’s. Ik haal 55,5 kilometer en ben weer in de stad. En passant haal ik ook de badge ‘populair’ omdat ik zoveel kudo’s krijg! Ik ben tevreden.

Dan moet ik eigenlijk nog een kwartiertje kracht doen, maar dat doe ik dus mooi achter de strijkplank. Na een volle sportweek mag je best een kwartiertje ‘valsspelen’ vind ik. En strijken moet ook gebeuren! Ik heb 50 kilometer hardgelopen in 1 week en ruim 13 uur gesport (wandelen en krachttraining tellen niet mee), dus ik vind het weer mooi geweest!

22 November. Terug naar `de Makuri Islands

En weer op de fiets…. ik had niet echt veel zin. En dan weer anderhalf uur… Maar goed: het staat op het schema, dus Anke gaat. Ik vind nog een route op de Makuri Islands die door het land en door de stad gaat. Ik heb een hartslagbeperking en daar hou ik me aan. Ondertussen let ik heel goed op de cadans en die hou ik zo hoog mogelijk. Dat is tegenwoordig rond de 80! Ik ga heus vooruit. Ik fiets mijn eigen ding. Mijn boek ligt bij de hand, want ik vrees verveling, maar ik let op de hartslag, de cadans en een beetje op de omgeving en het tempo. Dat houdt me wel bezig!

Na een half uur volgen er intervallen. Ik moet 3 minuten op een hogere hartslag en 2 minuten op een lage hartslag en dan moet ik de cadans zo hoog mogelijk houden. En dat dan 6 keer. De eerste keer ga ik al stuk! Ik voel mijn benen. De hoge cadans en de lage hartslag in de rust zijn moeilijker te combineren. Ik had dit slopende geinterval ook 3 keer goed gevonden, 6 keer is teveel voor me. Ik besluit het 5 keer te doen en de laatste keer maar achterwege te laten! Ik voel verzuring in mijn benen. Dat heb ik echt nog nooit gehad, zo ver ga ik vrijwel nooit. Maar goed: hier zal ik sterker van worden en ik tel de drie minuten elke keer af. De twee minuten rust trouwens ook.

Ondertussen jas ik op hoge snelheid (voor mijn doen dan) de route er doorheen! Natuurlijk doe ik de zesde keer ook en ik zet zelfs nog een tandje bij. De verzuring ben ik dan doorheen. Het is wonderbaarlijk dat een cadans van 80 intussen gewoon geworden is. En dat ik intervallen doe op de fiets. Dat ik bereid ben stuk te gaan op een fiets. Er gebeuren rare dingen rondom op de tacx op de maandagavond!

Dan nog een half uur uitfietsen. Ik laat de cadans iets gaan en maak het rondje velden nog een keer af. Ik haal de 30km net niet binnen een uur. Na 1 uur en 20 minuten mag ik er mee stoppen, maar ik race me nog wild voor de sprint en dan wil ik 35 kilometer vol rijden en daarna de veertig ook nog. Ik realiseer me dat ik met 45 kilometer de Garmin badge kan halen en ook nog eens de flatland route kan afmaken. Dus ik ga toch nog maar even verder… Bovenop de wonderen van deze avond komt ook nog enige ambitie kijken! Ik maak de 45 kilometer vol en moet nog een klein stukje enorm aanzetten om de snelste dame op de Flatland Route te worden!

Ik geniet even van de oranje trui die je dan mag dragen en dan stap ik snel af. Mooi geweest. Een leerzame avond al zeg ik het zelf. Van geen zin naar goed getraind. Eigenlijk wil ik het bij de training wel vermelden, maar ik heb met de trainer afgesproken dat hij alleen reageert als ik iets meld. En ik zit niet te wachten op weer een reactie over hoe goed de trainer wel niet is. Want uiteindelijk stap ik alleen maar op de fiets omdat ik zélf vind dat het ergens toe dient.

23 November. Koud loopje voor oliebollen ?????‍♀️?

Samen met Vincent die een ‘vrije’ dag heeft. We gaan om vier uur, zodat we nog net in het licht lopen. Maar voor we weg zijn is het kwart over vier. Het donker in dus. Ik moet 45 minuten en dus minimaal 36, Vincent heeft 30 minuten op het schema staat en dus maximaal 36 minuten. Dat komt goed uit! Ik heb lange mouwen en een driekwartbroek want het is 9 graden. Vergissings. De wind waait dwars door het shirt heen. Ik heb het koud. En zone 1 helpt niet. Ik zit aan de bovenkant van de zone. Ondertussen lopen Vincent en ik te kletsen. Terwijl over de Hogering een Audi I8 onder ons door racet. Vincent is verbijsterd als ik later tijdens het loopje precies weet welke auto het was! We lopen door het bos. Onverhard. Dat gaat ook wel eigenlijk, maar het koud hebben is niet zo fijn. Het licht verdwijnt langzaam, maar de bladeren zien er nog prachtig uit.

We gaan naar zone 2 door. Ik moet echt aanzetten en dat bevalt me niks! Ik moet moeite doen om in zone 2 te komen. Vincent houdt het hekje open voor mij en een andere dame die haar regenjasje heeft aangedaan. Ik had ‘m graag overgenomen. Een groepje ATBers blokkeert de route. We doen onze lampjes aan. Dan gaan we de parkeerplaats op bij de Almeer Plant. Vincent koopt de oliebollen als ik rondjes over de parkeerplaats ren. Ik val keer op keer uit zone 2, hartslag te laag. Misschien ligt het aan de kou? Als we het viaduct over lopen, komt het wel weer goed met de hartslag, maar mijn tempo gaat volgens mijn horloge niet omhoog. Gek genoeg loop ik alsmaar 5:53 en Vincents horloge geeft 5:33 aan. Hij loopt naast me! Even hard! Hij vraagt nog of ik boos ben. ‘t Is echt gek. We lopen de Bontekoestraat door en Vincent telt de kersthuizen. Het valt enorm mee hoeveel het er zijn. Ik tel de minuten in zone 2 af. Dan wandel ik 3 keer een minuut en sprint 20 seconden. Vincent loopt me er met gemak uit als hij de laatste keer ook aanzet. Ik maak precies de 45 minuten vol. Klaar. Koud. Thuis doe ik nog het kwartiertje krachttraining en daar raak ik meer bezweet van dan van het hardlopen! Een warme douche is van alle kanten zeer welkom. Uiteindelijk heb ik op een hele lage hartslag gelopen (gemiddeld maar 136) en ook nog eens redelijk doorgelopen (6:09 min/km). Voor mijn gevoel klopt dat niet.

24 November Zwemmen ?‍♀️

Eigenlijk is het best hopeloos, maar vandaag is duidelijk de dag dat de hormoonlevels de andere kant op slingeren. Ik heb het weer koud (vooral ijzige handen en voeten) en ik ben moe, terwijl ik slaap als een roosje. En ik ben onwijs snel afgeleid. Dan maak ik de lijst to-do dingen op het werk maar niet zo lang! Ik heb ook niet écht ergens zin in, nergens in. Intussen blijf ik al drie volle dagen van alle zoetigheid af.

Om half 6 ga ik samen met Vincent naar het zwembad. Ik heb geen behoefte aan gezelschap of gekwebbel. Er is geen trainer, maar wel een programma. Ik begin met mijn eigen inzwemmen en eigenlijk voel ik al meteen aan het begin dat het geen snelle dag zal worden. Na tien minuten inzwemmen gaan we iets doen met 100m rustig aan en dat vijf keer en ik zwem lekker achterop en neem lekker de ruimte die er is. We doen ook iets met wisselslag en dan nog maar een keer benen en ik merk dat ik gewoon niet zoveel zin heb.

Kalm aan, zoveel mogelijk zwemmen en als we dan 200m moeten doen, pak ik lekker mijn achtje erbij en dan gaat het weer sloompjes. We doen tussendoor de schoolslag en dan begint het bakkeleien wie de snelle 100m voorop moet zwemmen. Ze wijzen naar mij en met achtje zet ik me toch aan! Dan liggen ze zo ver achter… Als ik maar wil he. De tweede keer 100m doe ik zonder achtje en dan houd de helft me gelukkig bij. Genoeg inspanning gehad. We moeten nog alleen linkerarm en alleen rechterarm, maar het slecht gevulde potje zin is eigenlijk wel helemaal leeg. Ondanks dat zwem ik de tijd vol, zit ik boven de 2000m en vind ik het wel best zo.

25 November Baantraining ?

Volgens het schema wat ik nog keurig volg, maar summier invul, mocht ik vandaag ‘lekker meedoen’. Nu is dat met 2,5 uur hardlopen morgen wel met beleid, maar die rem ben ik zelf. Omdat ik mee ‘moet’ doen, heb ik weer niet zoveel zin. Ik weet ook welke trainer er voor de groep staat en dat is niet mijn favoriet. We gaan als 1 groep buiten de baan inlopen. Altijd leuk: wat voor de hele snelle 3:30-mannen inlopen is, is dat voor mij niet! Voortdurend harder dan 10km per uur is niet wat ik daar onder versta, maar het went al. Ik loop te kletsen met RV en maak van hem het nieuwe trainingsmaatje. Geregeld 😉 We moeten iets doen met boompjes en versnellen, maar ik krijg de boompjes niet geteld. Whatevers….

Op de baan gaan we nog 4 keer steigerun (elke keer een beetje harder) doen met 4 keer een iets sneller eindtempo. Ik doe het volledig op gevoel. We stemmen er nog over hoe laat de training voortaan kan beginnen, maar ik vind kwart voor 7 persoonlijk wel lastig.

We gaan de kern doen: 1500m net ietsje onder 3-km tempo. Dan 200m pauze en daarna 1000m op 3-km tempo en 300m pauze. Tot slot 500m net boven 3-km tempo. Allemaal leuk en aardig, maar wat zou het 3-km tempo zijn?! Ik gok iets van 4:40? Maar dat hangt af van de dag en de vorm. Ik ga 1500m op mijn eigen tempo lopen en zit inderdaad net onder de 5:00. Ik heb het niet meer koud. Alleen als het even waait. De kilometer valt me iets tegen, maar ik geloof wel dat ik het tempo red. Met tegenvallen bedoel ik dat het zwaar aanvoelt, in mijn hoofd en ook een beetje in mijn bovenbenen. Ik lap netjes elke keer mijn horloge. De 300m wandel-dribbel vind ik wel koel, letterlijk.

Dan 500m en die moet ik echt van de bodem van het potje schrapen. Ik tel het maar af, moet ongeveer tot 240 tellen, haha! Dan moeten we nog 4 keer 100m steigerun doen met 100m pauze. Ik snap het niet meer zo goed, want ik weet niet wat het eindtempo is, maar dat schijn ik zelf te mogen bepalen. Dat is dan niet meer zoveel! Ik kom bij het andere groepje uit en doe de steigerun zelfs 6 keer.

Dan nog even uitlopen op de baan en ik loop op de parkeerplaats de 10 kilometer vol. Binnen een uur. Goed gelopen Anke! (iemand mag het wel eens zeggen) Ik haal badges van Garmin en mijn VO2-max zit weer aan de top. Als ik morgen ga hardlopen, minstens tien kilometer, heb ik 400 badgepunten van Garmin.

26 November Trailrunnen met Manuel en Fietsen in Watopia

Joyce zag het weerbericht met regen en een gevoelstemperatuur van rond het vriespunt en die dacht: dat is geen hardloopweer voor mij! Dus die was verstandig en zei dat ze een loopvrijEdag van de loopvrijdag ging maken. Op mijn schema stond 2,5 uur hardlopen. Ik had gevraagd om 2,5 uur trailen OF gravel fietsen, maar de trainer had bedacht dat er EN stond. Dus naast 2,5 uur hardlopen moest ik ook nog 1 uur fietsen, liefst direct na het hardlopen en buiten. Soms kan het gewoon NIET. Onmogelijk. Bah. Daar hou ik niet van. Ik heb het erbij geschreven in het sportprogramma, maar ik krijg geen reactie. Dus ik zal het op é´´én of andere manier overal tussen moeten passen. Zucht. Gelukkig lost Manuel heel snel het loopmaatje-probleem in: hij gaat mee! Niet te ver en ‘s morgens, dus we gaan naar Kasteel Groeneveld. Ik heb een route van een halve marathon. Het is droog als we vertrekken. Behalve vele hondenuitlaters is het lekker rustig. Op mijn gekwebbel na.

Ik heb de hartslagbeperking uitgezet: die moet eigenlijk in zone 1 blijven, maar al trailend en zeker op dit tempo wordt ik dan gek van het gepiep van mijn horloge tegelijk met de route. We zijn snel bij de spoorbrug en dan steken we over en komen we op een stuk wat Manuel nog niet kent. Grappig. Hoewel ik deze route 3 jaar geleden liep, weet ik het nog allemaal best! De bladeren dwarrelen naar beneden. Het park is altijd mooi met de waterpartijen en bomenhagen.

Grappig dat Manuel niet zo goed weet waar hij is, maar wel weet dat we een heen en weertje gaan maken! Dat doen we om rond de Naald te lopen.

Als we weer naar Paleis Soestdijk lopen, is het best even frisjes door de wind, maar dat is eigenlijk het enige moment. Het blijft ook droog. Als we overgestoken zijn en het hond-vrijere gebied in lopen, neem ik na 6,66km mijn gelpauze. Ik weet dat ik het komende deel wat lastig vind: het is nog ver en het gaat wat omhoog en omlaag en nu ben ik niet zo goed in de richting. We komen bij het zand en de heide. Ik ben iets stiller, maar dat is bij Manuel ook niet zo erg.

We lopen door het zand en langs de loeiende koeien. Dat zand vreet wel energie. Als we het zand over zijn en we al op 11 kilometer zitten (ik dacht dat het er pas tien waren) volgt de gel-voor-Manuel pauze en ik neem een marsje. Ik ga nu even op de hartslag letten en niet op de route. We lopen naar Lage Vuursche en Manuel kletst en vertelt nu lekker. De hartslag valt me zo mee! Het is echt zone 1! Ik twijfel over de hartslagmeter, maar ik voel me ook wel weer kalm genoeg om het te geloven. Om klokslag 11 lopen we door Lage Vuursche. Dan een stukje verhard. We steken aan de andere kant van de Kuil van Drakesteijn over en moeten dan door het bos zonder pad. Vorige keer met PL hebben we hier ook gezocht! Manuel is het niet gewend, maar ik vind het wel lollig en ik vind het ook niet erg om even te wandelen in plaats van te rennen.

We komen op een breder pad met een boom-hindernis en dan weer verder. Op 16 kilometer nog een gel-voor-Anke-moment langs het afgesloten hondenterrein voor vergunninghouders. Dan komen we bij de stoplichten. Ergens begin ik er een beetje zat van te krijgen, maar het zonnetje helpt mee en laat zich heel eventjes zien. Tot mijn grote verbijstering zitten we opeens op 18 kilometer. Ik ben nog verbaasder als Manuel bekent dat het hem ook niet helemaal vanzelf gaat. Hij heeft wat last van zijn rug. Ik denk dat hardlopen met mij niet goed is voor een loopmaatje ?? en ik voel me nog een beetje schuldig ook! We steken het spoor over en ik ben heimelijk blij met mijn lage hartslag en het redelijke tempo wat daarbij hoort. Voor de meeste mensen zou het weinig voorstellen, maar voor mij is het behoorlijk oke.

We lopen door het park om de waterpartijen en de vele honden heen. De rodondendrons zijn helemaal weggehakt. We slingeren door het park heen achter Kasteel Groeneveld langs. Ik doe de laatste kilometer nog 3 versnellingen. Ze zullen uit mijn tenen moeten komen en ik doe dat vrijwillig ook nog. De wandelpauze van een minuut is net zo min gemakkelijk. Er is echt nog even zon!

Die 20 seconden versnellingen in de 21ste kilometer zijn wel slopend. Ik dribbel de kilometer uit en vlak voor Kasteel Groeneveld zit de halve marathon er voor Manuel en mij op. Ik heb thee mee genomen voor ons. Het is de hele tijd lekker weer gebleven eigenlijk, geen klachten! Ik heb de Garmin badge gescoord.

Thuis dub ik even over wanneer ik ga fietsen. Buiten is uitgesloten want er komen buien aan en dat was ik toch al niet van plan. Ik neem een smoothie en dan stap ik op de Tacx en ga ik Watopia in. De meerwaarde van deze training ontgaat me eigenlijk. Uitfietsen? Is dat nodig? Wat voegt dit toe? Rust zou me beter passen nu denk ik.

Ik moet de cadans hoog houden en dat doe ik dan maar. Mijn benen zijn voor deze keer iets minder gewillig. Mijn hoofd verveelt zich. Ik app, zit op Teams (voor werk), trap en ik kijk naar de cadans en de hartslag. Ik maak fotootjes onderweg in Watopia.

Die training is best goed al met al: dealen met verveling, cadans trainen en uitfietsen en combineren van een hoop taakjes. De cadans zit toch rond de 80 en ik fiets bijna het uur vol. Omdat ik dan net zoveel heb gefietst als gelopen! Het fietsen voelde langer aan dan het lopen.

Het paste maar net, want ik kan meteen door met het huiswerk en daarna de wassen draaien en daarna eindelijk snel even douchen. Er zat weer wat weinig rust in de dag en de rest van het weekend gaat daar ook niet in uitblinken. Ik heb nog een Garmin badge gehaald voor de hoogtemeters van het fietsen. En ohja, ik heb me op deze Black Friday ook nog maar weer ingeschreven voor een wedstrijdje… maar daar kom ik op terug 😀

Zaterdag 27 november Trispiration Dag en zwemmen nu het nog kan ?

Met de dames van Trispiration kwamen we dan eindelijk een hele dag samen. Kan nog net voor de Coronamaatregelen aan veel sportgebeurtenissen een einde maken. Om half tien wandel ik met een clubgenote naar de sporthal in Amsterdam. Als er nog maar 15 mensen zijn vind ik het heerlijk, maar het stroomt aardig vol en dan vind ik het al snel onoverzichtelijk. JB organiseert de dag. Na een lang kletspraatje en haar nieuwe e-luister-book gaan we eindelijk bewegen! Eerst inlopen in de zaal. Leuk vind ik dat. Lang geleden dat ik zulke oefeningen deed. Ik moet zoeken op mijn horloge en maak er cardio van. Dan gaan we een krachtcircuitje doen. Krachttraining is mijn sterkste kant niet. Ik merk dat ik altijd alles maar ‘meedoe’ met Youtube. Voor mij is het moeilijk de opdracht te onthouden! Ik zit bij een ervaren crossfitster die het elke keer voordoet. We doen het maar 30 seconden, iets van 8 verschillende dingen. Opdrukken kan ik niet, maar planken dan weer wel. Met een plank-burpee-spring intermezzo doen we alles 2 keer. Is mijn krachttrainingkwartiertje mooi vol! Ik krijg het er bloedheet van. Dan gaan we verder met een challenge met situps met een band tussen 2 personen. Leuke trainer die dat geeft. Ik sta tegenover MIJ en -helaas voor haar- ben ik niet van het volhouden van deze dingen. We zijn niet als eerste af, maar de twee minuten halen we ook niet. De winaressen blijven maar liefst 10 minuten zitten. Dan is mijn brood al op!

Daarna een lange lezing over hormonen. Hartstikke interessant, zeker als het over de overgang gaat. Ik ben blij dat ik niet de enige ben! Het gedeelte van de pil gaat aan me voorbij. En paar uur stilzitten op een klapstoeltje in een koele gymzaal is niks voor mij. Gelukkig gaan we “buitenspelen”. Ik haat die benadering. Zo denigrerend! Ik speel niet meer buiten, ik train gewoon. Dit is een ijs-ijskoude training. Hardlopen. Een spoed-spoedcursus. Even een warming-up die koud is en dan 4 rondjes om het gebouw lopen. Het idee is goed, maar de afstand is ruk en als ik er een beetje in kom, gaan we alweer naar binnen. Nog geen 2 kilometer. Dat is ook wat ik voel: het is allemaal net niks met Trispiration. Net niet de moeite waard om je kleren voor aan te doen. Net niet genoeg om echt informatie uit te halen. Tot slot is er een voordracht van JB over Trispiration en waar ze in 2022 naar toe gaat. Mij is ze een tijd geleden al kwijtgeraakt. Ik ben niet van de verkondiging van de geweldige plannen, maar van de consistente uitvoering. Die mis ik totaal. En de hele club wordt steeds iets minder passend bij mijn nivo en benadering van de sport. Ik zeg op, maar kan nog wel het online solo-programma gebruiken aan het begin van 2022, omdat ik de jaarchallenge ga winnen. Wat mij betreft: eerst de jaarchallenge afmaken (december is nog niet geweest) en dan de prijs pas! Ik wil weg. Uit de onrust van de gymzaal en ik wil zwemmen. Nu kan het nog, want volgende week is sporten na 17:00 uur niet meer toegestaan wegens Corona. Dat is balen, want waarvoor ik terug ben gegaan naar TVA is dan afgesloten: 3 zwemtrainingen en 1 baantraining. Ik reis met de trein met 2 andere Trispirationdames en bedenk eigenlijk net te laat dat ik eerder uit kan stappen om de zwemtraining van 5 uur te halen. Rob pikt me op als hij Vincent haalt en ik ben daardoor iets later. Dat maakt het erg, erg onrustig voor mijn toch al verwarde hoofd. Ik ga achteraan zwemmen en pak snel het achtje. Mijn badmuts zit niet goed, het brilletje loopt vol en tot overmaat van ramp verlies ik mijn oorbel! Daar baal ik van. Maar na een paar banen en met een schoon brilletje zie ik ‘m liggen en duikel ik hem op! We doen iets met 200m zone 1 (waar ik de helft van heb gemist) en dan 5 keer 50m zone 2. Mijn horloge is ook onrustig, net als ik. En dan doen we 8 keer 25m zone 3. Ik pak snel mijn achtje weer. Ik zwem wel, maar niet van harte. Dan wisselt de trainer ook nog en we doen 200m rustig, dus die probeer ik zonder achtje. Daarna moeten we 3 keer 150m doen met 50m sneller. Ik zwem er maar zo’n beetje achteraan. Met achtje. Het is me wel goed. De drukte valt mee, maar ik heb niet zoveel gegeten vandaag en dat voel ik ook. Beetje trek zo op de zaterdagavond. Ik kleed me om in de kleedkamer en klets nog even met DR en dan pikt Rob me op. Die heeft taxidienst naar het zwembad vandaag. Ik vind de sportdag wel weer goed geweest: allemaal net niet en onrustig. Gelukkig kijkt mijn trainer nooit in het weekend, maar ik plaats er ook weinig opmerkingen meer bij. En als ik niks op te merken heb, hoeft hij niet te reageren. Het is al met al best een lange onrustige dag.

28 November Een trailloop “Vliegen met Herman van Veen” met een groepje van 15 tot 60 ? ?

Aan alle kanten ben ik gewoon een beetje moe. Ik heb bij het (weer vroeg) opstaan een heel klein beetje last van mijn rechtervoet. En net zo’n klein beetje van mijn linkerknie. Al met al zie ik op tegen 18 kilometer op een tempo wat voor anderen misschien rustig is, maar voor mij net niet. Ik ga met Vincent mee die de 12 kilometer loopt! Ook dan loop ik 50 kilometer hard deze week. En dan gaan we lekker rustig. Dat is goed voor mij. Ik heb allebei de routes. Na de uitleg van PL maken we kleine groepjes en sluiten Vincent en ik aan bij F en A, 2 langzame en wat oudere, supervriendelijke dames. Het opstarten en rustig lopen kan ik prima!

We gaan de startbaan op. Altijd fascinerend. Iedereen loopt voor ons en ik hobbel met Vincent lekker door de zon. Het is een mooi gezicht. We maken veel foto’s vandaag.

Aan het einde van de startbaan ga ik stofzuigen en Vincent wacht. Dat zal de rest van de ochtend zo gaan!

Dan lopen we weer een stukje samen op en kwebbelt A. Ik heb het intussen lekker warm met mijn warme broek en de handschoenen kunnen uit, die neemt A graag over. Vincent krijgt het niet meer warm. We gaan langs de hangars en dan eindelijk het bos in. Dat vinden mijn schoenen een stuk prettiger! Dan loop ik weer uit samen met Vincent en keren we weer om. Ik loop wel iets meer, maar dat interesseert me niet. Als ik maar niet hard ‘moet’. We lopen een stuk samen op en ze hebben het over de eerste keer dat we elkaar ontmoet hebben bij een trailrun in Wezep. Mijn eerste trailrun…. die ik wel even binnen 2 uur ging lopen, een halve marathon…. Haha! We steken het spoor over. Ik zie nog een groepje aan de andere kant van het spoor. Even lopen we verkeerd, maar we gaan het trapje af en het bos weer in. Ik hoor mijn schoenen bijna juichen! Bij de afslag naar de single track is er een stofzuigmoment.

Dan de single track op. Omhoog, omlaag, smal, tussen de bomen door: het lijkt wel een achtbaan, zo zegt Vincent. Ik vind het intens genieten. De enige reden dat ik blijf hardlopen is, dat ik de dames kan ophalen en het stukje nog een keer mag doen. Het lijkt een beetje Ardennen, een klein beetje.

Ik klets een stuk met A en dan komen we onder hoogspanningsmasten en moeten we wat zand over. Altijd vermoeiend. Na 8 kilometer in een uur (who cares) steken we het ene spoor over. We lopen door het bos en dwalen een klein beetje. Telkens als ik denk: ik ga even op de hartslag letten, want F heeft de route ook, gaat het mis. Dan maar niet. Tussen de smalle boompjes door is geweldig. Ik ben het een beetje zat en neem even een gel. Ik weet het: too late.

Dan gaan we het andere spoor over en nu komen we alweer richting de voormalige vliegbasis. Ik weet het hier wel. Het bordje met de eland en het altijd groene mos in het bos. Maar het is toch mooi. 10 Kilometer in 1 uur 20 minuten. Mijn horloge gaat telkens op pauze als we stilstaan. We komen bij het doolhof en de kluizenaarshut. Daar moeten we natuurlijk heen!

Ik dwaal lang door het doolhof en als ik er ook ben, begint het flink te regenen. We kunnen schuilen bij de kluizenaar. Ik vind het een slap aftreksel van een echte hut. We maken veel foto’s.

Als de regen stopt, gaan we weer verder. Het doolhof uit en dan een beetje onverwacht van het huis van Herman van Veen af. De zon breekt zelfs een beetje door! Alles glinstert eventjes.

Mijn beentjes worden moe. Ze voelen een beetje stijf. Ze hebben iets meer last van het gladde steentjeswegdek. En ze willen al helemaal niet meer hard doorwerken. We lopen naar het Huis van Herman van Veen langs de witte olifant. Binnen kan ik mooi even naar de WC! We kijken kort rond.

En dan weer verder. Ver is het niet meer. De rest schijnt al voorbij te zijn. Wij lopen langs de krokodillen en tussen de rodondendrons door. Dan staan we bij de kuil.

De andere groepjes komen nu ook en ik ren het hele stuk naar boven. Daarna omlaag en dan stofzuig ik omhoog. Ik weet dat het niet meer ver is en dat vind ik fijn. Eenmaal op de parkeerplaats maak ik de 13 kilometer niet meer vol omdat ik daar geen zin in heb en omdat ik het niet nodig vind. Ik heb deze week 50 kilometer gelopen. En nog wat gefietst en gezwommen ook. Ik klets nog even met HB en dan gaan we als laatsten weer een parkeerplek vrij maken. Mijn gemiddelde hartslag op deze loop was 126! Lekker laag. Lekker genoten. Lekker lang.

Weer 50 kilometer hardgelopen in een week. En gefietst en gezwommen en krachttraining gedaan. Anke houdt nooit op!

Categories: Geen categorie | Leave a comment

2021-34

Er zijn van die weken dat het ruk-druk is. Onoverzichtelijk. Onsamenhangend. Dat alles grijs is. Dat alles in sneltreinvaart gaat. En niet te volgen is. Als ik me dan ook nog eens niet lekker voel en steeds minder lekker ga voelen, dan is de laatste week van mijn 48ste levensjaar geen lange blogpost waard. Volgens de trainer was het dan ook een rustige week, maar die kijkt alleen maar naar de sport en niet naar het totaalplaatje. Áls hij überhaupt al kijkt.

Maandag 8 november – Zwift in Innsbruck – nog maar eens proberen de berg twee keer op te klimmen.

Net als een paar weken geleden. Hoge cadans, rustig naar boven trappen en ondertussen een kind overhoren. Dat kind is met de hele klas naar huis gestuurd omdat tweederde van de klas al in quaraintaine zat vanwege Corona. Mijn kind is gevaccineerd, wij willen les voor hem en dan bedoelen we zeker niet digitaal les! Het klimmen van die berg kost dus meer energie van alle systemen dan alleen een beetje de beentjes laten ronddraaien.

In de tijd die ik heb voor de training past de hele route eigenlijk niet. Ik wik en weeg als het kind naar bed moet of ik nog een keer naar boven fiets en dan een te lange training heb. Zin had ik niet en heb ik ook niet gekregen. Maar dan kapt de Tacx ermee na 19,5 kilometer en dat vind ik een teken: ik maak ook deze keer de route niet af.

Dinsdag 9 november – Wandelen, rennen en vliegen

Tussen de middag gaan Rob en ik een frisse neus halen. Ik word niet alleen elke dag wat ouder en ik krijg niet alleen elke dag wat grijze haren, maar vooral de hormonen duiden aan dat ik een ‘oude’ vrouw ga worden. Door de hormonen die in deze slepend lange periode de boventoon voeren slaap ik slecht. En dan bedoel ik: midden in de nacht wakker en dat dan voor een paar uur. Het draagt niet bij aan herstel. Een middagwandeling en lekker bijkletsen met Rob houdt me aan het (extra) werk, omdat mijn collega nog grotere problemen heeft en er even niet kan zijn. Om half 5 ga ik lekker hardlopen. Buitenlucht kun je nooit genoeg hebben. Ik heb een loopje in hartslagzones staan en Vincent wil niet met me mee, die doet zijn eigen ding. De hartslagmeter werkt weer niet. Ik loop erg hard bij een hartslag die op de honderd blijf steken. De GPS noteert ook niet dat ik hard loop. Het werkt me op de toch al geplaagde zenuwen. Ik zet de hartslagmeter uit en ga maar op gevoel lopen. Dan lap ik ook nog het horloge en kom ik de volgende fase van de training. Ik geef het op. Niet het hardlopen, maar het braaf bezig zijn. Ik ga gewoon lekker lopen! Mijn neus achterna tussen de herfstkleuren door. De polsmeting pakt de hartslag op en de GPS gaat werken en dan blijkt dat ik nog steeds lekker doorloop op een redelijk lage hartslag.

Ik doe gewoon maar wat en app ondertussen even de trainer terug die wonderlijk genoeg vraagt hoe het gaat. Ik zou willen mopperen dat het beter is als hij reageert op de trainingen, want op dit moment ben ik niet zo tevreden met zijn werk. Of vooral het ontbreken van zijn werk. Als coach. Het is met al die triatleten hetzelfde: eerst hun eigen geweldige dingen. Dan andere geweldige coachees. Ik begin te vermoeden dat triatleten ongeschikt zijn als coaches. Helaas helpt dat mijn hartslag niet omlaag.

Ik doe wel netjes 3 sprintjes en ga dan via een omwegje weer naar huis. Ik loop 7 kilometer vol. Gemakkelijk gaat dat niet. Ik hou de training achter tot de avond. Dan doe ik nog even wat krachttraining. En bijtijds naar bed in de hoop dat ik wat kan slapen!

Woensdag 10 november. Zwemmen

Ik slaap redelijk. Maar het helpt niet zoveel. De menstruatie laat op zich wachten en daar word ik ‘ongelukkig’ van. Alles sleept en is mistig en ik ben bij het minste of geringste uit balans.

Werken gaat prima gelukkig. Ik help de klanten graag en verg niet teveel van mezelf. Ik maak extra uren en krijg het werk wel af. Maar met iedereen thuis en een vol weekend voor de boeg, is het vinden van rust maar moeilijk. De trainer/coach reageert niet. Het enige wat hij doet is twee uur fietsen terugzetten op de zaterdag. Die zit al overvol! Ik raak er wanhopig van! Verzetten heeft geen zin, niet doen kan ik niet en ik voel me een roepende in de woestijn. Ik mag en kan zelf mijn schema bepalen. Er is hier een trainer die heel snel de grip verliest! Dat helpt mij totaal niet om rust of balans te vinden. Ik ga tussen de middag wat daglicht opsnuiven in een wandeling met Manuel. ‘s Avonds zwemmen in Almere Poort.

Ik sluit lekker rustig aan in baan 2. Als je baan 1, 2 en 3 bij elkaar neemt zijn er hooguit 3 mensen die zonder hulpmiddelen zwemmen. Ik ga lekker niet vooraan zwemmen. De rest telt het maar uit en geeft het tempo maar aan! Gelukkig is dat tempo lekker kalm. Net als ik in het water. Buiten het water is er genoeg om me druk over te maken, dit uurtje doe ik aan alle kanten rustig aan. Feels good.

Donderdag 11 november – Baantraining

Tijdens mijn werkdag begint een trainer opeens een soort van te doen alsof hij meeleest, maar ik vind het wat laat als hij er op donderdag achter komt dat ik zondag zelf de touwtjes in handen heb genomen. Of ie strenger moet zijn, vraagt ie. Nou, nee. Betrokken zou beter wezen.

Op het werk vind ik ook wat zaken lastig, Vincent werkt nog steeds thuis en Corona grijpt om zich heen en ik ervaar van alle kanten veel dreiging. Alles blijft wat slepend gaan voor me. Ik voel me niet lekker, maar ik ben niet ziek of koortsig, het is gewoon niet ‘senang’, niks is ‘wow’. Natuurlijk weet ik best dat het hormoonwerking is, dat er een moment komt dat er weer rust en genieten is, maar als het zo lang duurt is dat verdomd moeilijk om je dat te blijven realiseren. Dan is alles lastig en zwaar. En toch ga ik naar de baan. De trainer heeft gemeld dat ik rustiger aan moet doen dan vorige week. Had ik zelf ook al bedacht ja. Het inlopen gaat echter al op 6 minuten de kilometer. En dan loop ik strak achteraan. Dit bevalt me helemaal niet! Straks op de baan moet het weer hard-hard-hardst. Voor mij zou inlopen 6:30 moeten zijn. Op de baan gaan we iets doen van 1600m – 1400m- 1000m – 800m en 600m. De lange afstanden op 5 kilometer tempo. Maar dat moet ik zondag bewijzen in de stadionloop, dus ik moet uitkijken! Ik ga rond de 5:10 lopen. Het is toch de baan. Dan kun je iets sneller. Ik ben de langzaamste. Niet dat ik dat erg vind, maar het vertekent de werkelijkheid zo! Voor me lopen mensen van wie ik zeker weet dat ze geen halve marathon binnen 2 uur kunnen lopen. Ik doe mijn ding. Net als van alles, kan ik hier ook niet van genieten. Ik doe de pauzes iets sneller en vanaf de kilometer ga ik volgens opdracht ‘ietsje’ harder lopen. Ja, dan zit ik op 4:50. Ik vind het allemaal best. En zwaar. En zwaarmoedig. De laatste 600m loop ik ook iets harder. Dat kost hardloopmoeite.

Voor de rest; het aanwezig zijn op de baan, andere mensen, concentratie, de afstand uittellen – dat kost me al veel moeite vandaag. Alleen het uitlopen (op 6:30) loop ik te kletsen met die lieve YZ en dat is wel lekker. Ik heb mijn horloge tijdens de uitlegmomenten gestopt. Daarom heb ik gemiddeld 5:30 gelopen. Dat is geen rust voor mij. Maar de enige keer dat de trainer een opmerking maakt deze week, bij deze training, begrijpt hij het verkeerd. Hij denkt dat ik net zo snel wil worden als de rest (als ik hem een jaar de tijd geef) en dat rustig aan doen wel eens goed is voor me. Maat! 5:30 heeft voor mij niets van doen met rustig! Triatleten-arrogantie.

12 November – 48 jaar ‘be careful what you wish for’

Mijn 48ste verjaardag: op weg naar de 50. Dat er een jaartje bij komt vind ik niet zo erg. Grijze haren kan ik prima hebben. Maar dat ik op het punt sta voor het eerst een menstruatie over te slaan, maakt dat ik me oud voel! Zo vertel ik Joyce. Is lastig uit te leggen in een mannenhuishouden, maar daar heb je vriendinnen voor. Verder doe ik vandaag wat ik graag doe: ik ga lekker trailen samen met Joyce in het bos! Van Vincent krijg ik een lief kado (hardlooplampjes van zijn laatste centjes) en van Rob een Catan-Ierlandtegel voor mezelf. Van mijn ouders een mooie kaart. En van Joyce een warme, liefdevolle deken van vriendschap (letterlijk). We rijden naar Ermelo, naar Landgoed Staverden. Als we uitstappen vliegt de helikopter over en is de zon weg. We lopen langs de Witte Pauwen en dan verder door het bos. Tempo onbelangrijk. We moeten nog makkelijk kunnen praten.

Mijn benen geven nooit op. En bij Joyce kan mijn hoofd ook leeg. Zij kletst in de auto, ik klets onder het lopen. De zon komt er weer door en het is prachtig geel met confetti van vallende bladeren. De eerste 4 kilometer gaan zo snel voorbij dat ik begin te twijfelen of we niet een halve marathon zullen lopen in plaats van 18 kilometer! Ik voel me helemaal nog niet oud.

Na 5 kilometer echter komt er een onverwacht kado opzetten in de vorm van buikkrampen. Weeen. Zeg maar. Wat lang op zich laat wachten, komt niet zonder duidelijke aankondiging en dit is het slechtst mogelijke moment! Stoppen met lopen? Uitgesloten! Ik voel elke keer de pijnen en weet dat ik hier de komende uren aan vastzit. Maar daarmee komt er ook berusting. Alsof ik iets beter kan kijken. Tussen de bomen door de zon iets beter zie. De kleuren iets feller worden. Daar heb ik wel wat kramp voor over!

Na 7 kilometer houden we een pauze om te eten en om te genieten. Daarna volgen er een paar hele smalle paden. De route is dan ook van PL, die een neus heeft voor dit soort paadjes. Later echter, zijn er meer bomen dan pad. Ik vind nog een schedeltje, maar die haalt mij nu niet meer uit mijn happy-modus en ik kijk de andere kant op naar Joyce die als in een film tussen de bomen en de zon door loopt op zoek naar het pad.

Van tijd tot tijd verkramp ik. Dan kan ik alleen nog maar doorlopen en de pijn weg ademen. Me volledig concentreren op de ademhaling. Zo tikken de kilometers weg. Laat die halve marathon maar zitten, eerst proberen 10 engelse mijlen vol te maken! Het gaat met veel stopjes en pauzes. We komen langs de Molenbeek te lopen en ik heb niet genoeg superlatieven voor de schoonheid. De gele bladeren, de dikke bomen, het zonlicht op het water, de onregelmatigheid van de vormen en de vallende blaadjes: het is zo’n feestelijk decor als ik me maar kan wensen. Jammer van de pijn.

Joyce en ik spelen met de bladeren. En dan weer verder. De krampen zijn nu sterker en het valt niet mee om de aandacht bij de omgeving met de mooie waterpartijen te houden. Ik tel kilometers af. En ook weer niet. Ik zou hier met niemand anders kunnen lopen dan met Joyce. Voor haar hoef ik niets te zeggen (ik heb de eerste vier kilometer al volgepraat), voor haar hoef ik niks uit te leggen, voor haar is het niet erg om even te wandelen.

We komen bij een prachtige oversteek met een boom waar je op kunt zitten, die smeekt om een foto. Adembenemend mooi. Een cadeautje met een strik van zonnestralen.

Na ruim 14 kilometer zijn de weeën over en komt de enorme vermoeidheid opzetten. Die je ook voelt na 35 kilometer marathon. Dat je ogen wel dicht kunnen vallen. Ik wilde toch zo graag ‘niet oud’ zijn?! Tja, dan moet ik hier maar doorheen! We komen bij het Landhuis Staverden en het is prachtig.

We hebben dan ook zó het weer mee! De zon en de temperatuur zijn top. De landschapstuin is geweldig. Met waterpartijen en overzichtelijk voor mijn vermoeide brein die denkt in rechte paden.

We lopen een rondje extra, zodat we op 17 kilometer zullen komen. Nu stoppen we nog iets vaker: voor de watermolen, de fontein, het doolhof en dan gaan we nog een keer langs de witte pauwen.

Het tempo ligt toch al niet meer hoog. We maken een extra blokje om de geplande 18 kilometer vol te maken. Ik moet nog drie versnellingen doen en iedereen met mijn mate van buikpijn en vermoeidheid zou die overslaan, maar ik niet! Anke zet door. Altijd.

Ik doe 3 keer 20 seconden echt mijn best, tegen alle vermoeidheid in. Op het laatste stukje asfalt en het laatste stukje energie. Ik maak zelfs 19 kilometer vol en als het had gemoeten waren 21 kilometer ook gelukt, maar het hoeft niet. Voor deze ene keer doen we het niet! Misschien komt dat jaartje wijzer ook nog wel ooit 😀

Voor Joyce ga ik van ‘trailen naar spelen’, want eindelijk kan ik haar laten horen wat ik met de piano kan. De rest van de dag moet ik wat werken, schilderen, organiseren en pannenkoeken eten. Oud ben je pas als je je oud voelt.

Zaterdag 13 november. Fietsen en zwemmen in mijn eigen tempo.

Op tijd opstaan om te fietsen dan maar. Die twee uur staan er. Dus het voelt voor mij als verplichting. En ik heb gisteren al een paar taken gedaan. Ik kan wat combineren met Engels overhoren en fietsen en schoonmaken straks. Ik fiets in Zwift over de Makuri Islands. Ik heb nog wat routes af te maken daar. De eerste route – Flatland – overhoor ik engels. 15 kilometer lang.

De tweede route -Farmland – kijk ik wat om me heen in de virtuele wereld en blijf lekker trappen. 10 kilometer.

De derde route – 3 Villages- let ik op de cadans en hou die boven de 80 en ik fiets wat extra. 20 Kilometer.

Dan stap ik af. Bijna twee uur gelukt! Volgende afspraak! Langs de winkel! Eten! Schoonmaken! Lego auto afmaken. Krachttraining! Alles propt in elkaar.

Om 5 uur ga ik zwemmen. Lastig moment, maar ja, het staat op het schema. En ik heb geen zin. Geen greintje. Niks. In het water gaat het wel weer bij het inzwemmen. Ik ga niet hard vandaag en ik ga me zeker niet inspannen. Het voelt te moe. De rest zwemt voor me uit. De eerste oefeningen doe ik nog mee, maar als ze iets gaan doen met sneller en snelst, haak ik af. Ik ga -zonder achtje- mijn eigen tempo wel doen. Achteraan en achterop. Zonder pauze. Geen gezanik aan mijn hoofd. Een andere keer doe ik wel weer mee, doe ik wel weer mijn best het gejakker bij te houden, maar nu even niet. Ik let goed op mijn techniek. Pas op het laatst gaat het mis, als zij 6 keer honderd moeten zwemmen in snel en rustig tempo en dan moeten ze mij gaan lappen, liefst over me heen. Zo respectloos, ik laat ze dan ook niet voorbij voor dat laatste halve baantje. Ik heb ze niet in de weg gezeten, moeten ze dat bij mij ook niet doen! Ik zwem dik 2000m bij elkaar en ben moe en ontevreden als ik het bad uit stap. Note to me: niet alleen maar naar de TVA trainingen gaan, daar word ik niet beter van.

Zondag 14 november. Een PR op de 5 kilometer

Vincent had de Olympische Stadionloop op het oog om 5 kilometer te knallen. Ik vind de 5 kilometer een niks-afstand en zou normaal meegedaan hebben aan de 10 kilometer, maar met een verjaardagsfeest te vieren in de middag is dat qua tijd niet haalbaar. Laat ik dan ook eens de 5 kilometer lopen, dat doe ik zelden. Ik denk dat dit de derde keer is dat ik dat doe. We hebben geluk dat we nu allebei dezelfde afstand doen, want publiek mag niet meer mee het Olympisch Stadion in en Rob gaat daarom niet mee.

Ik zit weer gespannen in de auto naar Amsterdam. Ik vind wedstrijden dus eigenlijk echt helemaal niet leuk. Ik twijfel of ik dit wel kan. Ik denk dat ik laatste word. Ik hoop dat ik 5 kilometer in een half uur kan lopen. Ik heb overal pijntjes: knie links, knie rechts, enkel rechts, hoofdpijn, spierpijn, buikpijn. En ik heb vooral geen zin. Totaal niks. Dit zijn maar 5 kilometer! Vincent probeert het ook steeds om me op te fleuren, maar ik ben gewoon onredelijk zenuwachtig. Het steekt me dat Vincents trainer hem wel succes wenst en ik niks van mijn trainer hoor. Die is nu echt onwijs snel terrein aan het verliezen!

We halen het startnummer en genieten even van de grootsheid van het Olympisch Stadion. Ik ga in korte broek en t-shirt, maar Vincent gaat in lange broek! Ik neem een aqua-gel en ik ga inlopen. Daar heb ik meer tijd voor nodig, dat weet ik. Er komt inderdaad een beetje zin en ik kom wat tot mezelf, maar ik heb er geen vertrouwen in.

Ik zou binnen 25 minuten moeten lopen om het tempo op de baan te verantwoorden, maar dat lukt me echt niet, zeg ik tegen Vincent. Er zijn heel veel brugklassers in roze shirtjes. Vincent dringt naar voren, maar ik niet. Ik hoeft niet te winnen, ik ga niet winnen, ik word niet de laatste en ik vind er niks aan. Kort en snel is niks voor deze dame, ik ben de lange-afstandsdiesel. Maar goed: we zijn hier en nu doen we dit het komende half uurtje dan ook! Stadion uit, linksom, brug over. Om me heen getetter van brugpiepers die te hard starten. Vincent zie ik al snel niet meer. Ik heb het absoluut niet koud! De afstanden op het fietspad, het fiets-telkastje, de tennissers: ik registreer het allemaal en loop gewoon zo hard als mijn benen willen. Die brugklassers zijn lastig, die moeten stoppen om hun veters te strikken en klagen over steek en ze wandelen en sprinten, maar dat houden ze niet zo lang vol! De eerste kilometer gaat lekker snel en begint met een vier, maar meer boeit me niet. Ik heb nog steeds geen zin. Ik probeer de vrolijke gedachten: leuk om hier te lopen, ik haal al brugpiepers in, ik kan de lange slanke meneer met wit shirt een beetje bijhouden, ik hoef niet hard, ik verwerk de gel goed, we zijn al over 20% en al op een derde; maar van dit soort korte hardlopen kan ik niet genieten, wat ik ook probeer te bedenken. Ik wil niet diep gaan op die manier. Als de Bosbaan in zicht komt, moet ik wel lachen, want hier herinner ik me een triatlon met 5 kilometer die wel genieten en uitdagend waren! De brugklassers kakken al in. Ik loop nu ook in de 5 minuten. Al bijna op de helft. We lopen even over bladeren en ik voel meteen ‘comfort-zone’, waarmee ik 3 mensen inhaal! Dan over het asfalt en het fietspad, wat makkelijker loopt dan de stoep. De grote ervaren hardlopers blijven op het fietspad, de kinderen op de stoep. We komen bij de Schoen, het oude ING gebouw. 3 Kilometer alweer? I don’t know, maar nu loop ik weer iets harder. Ik begin er een beetje in te komen! Werkelijk. Zou Vincent er al zijn, denk ik als ik het spoor weer oversteek. De verkeersregelaar moedigt me aan: “het gaat goed.” Ik erger me niet eens, want ik ken hier verder toch niemand anders die me support. Voor me lopen een groot aantal mensen, maar op het keerpunt heb ik gezien dat er veel meer achter me lopen. Ik zie het bordje van 9 kilometer, dus het is er nog maar 1. Ik bedenk even of ik binnen 25 minuten wil finishen. Eventueel wel, maar dan vooral omdat ik dan eerder klaar ben. Wil ik nog iets dieper graven om de laatste kilometer te versnellen? Zou dat kunnen? Ja, het zou kunnen, maar nee, ik WIL het niet. De gymleraar moedigt zijn eigen kinderen aan, hoe leuk, zo’n gymdocent! De brug over en ik voel mijn benen wel. Misschien heeft het niet-willen ook iets te maken met net-niet-meer-kunnen. Hé, ik liep eergisteren nog wel 18 kilometer ja! Het Stadion komt weer in zicht en het einde dus ook. Ik zet nog een beetje aan, maar niet echt veel. Als we het stadion in lopen, kijk ik wel op mijn horloge: dit gaat binnen 25 minuten lukken! Vincent is er al en filmt me en moet een foto maken. Ik geniet even van de baan en de finish in zicht en na 4,99 km op mijn horloge ben ik klaar in 24:56.

Ik loop de 5 kilometer vol, nog steeds binnen de 25 minuten. Yez. Zie je wel, roept Vincent, jij met je halluf uuuurrrr en gezeur “ik weet niet of ik het wel binnen 25 minuten kan”. Hijzelf is een beetje teleurgesteld dat hij net een paar seconden over de 20 minuten zat. Geweldig dat hij zo hard kan lopen met 4:01 per kilometer. Hoe dan?! Ik zit helemaal aan de andere kant van de 4 op 4:59 gemiddeld.

Leuke medaille! We pakken snel de spullen en we zien een teammaatje van Trispiration die 10 kilometer gaat doen. Ook een paar andere kennissen zeggen ons gedag. We maken nog foto’s van ons samen: de lange smalle benen en de brede heupen. Er komen nog veel brugklassers en andere lopers ver na mij binnen. Dan heb ik mijn chocomelk al half opgedronken en de lange broek alweer aan. Het is vooral apart hoe onwijs snel ik herstel. Alle pijntjes zijn vervlogen en ik heb echt helemaal niks of nergens last van.

Ik had vast harder gekund, maar dat wilde ik gewoon niet. Niet belangrijk genoeg. Ik heb dit gedaan, ik heb een PR gelopen, ik heb gerend voor wat ik waard ben, klaar. Nu weer naar de Ferrari en de McLaren kijken en het parkeergeld betalen. Zou ik geen moeite moeten hebben met trappen of flink doorlopen? Niks. Door naar huis voor het verjaardagsfeest met zelfgebakken koekjes en Vincents opa’s en oma’s.

Mijn trainer krijgt een knauw via het trainingsprogramma omdat ik hem wil spreken: zo kan ik niet met hem verder. Hij is een paar dagen weg, wandelt alleen in het bos en belt me later van de week wel, lees ik terug. Vooral dat hij niet vraagt naar mijn tijd of me daar mee complimenteert is op z’n zachtst gezegd niet netjes. Wat voor hem een makkie moet zijn, is voor mij een snelste tijd ooit! De coach moet mij (eigenlijk dagelijks) volgen en me sturen, maar ik heb afgelopen twee weken amper van hem gehoord. En wat ik dan terugkrijg is vet onvoldoende en toont van geen begrip of betrokkenheid. Uiteindelijk is het niet mijn zaak als hij zelf in de nesten zit: ik neem een dienst af en die heet coaching en die krijg ik niet. Het voelt niet goed.

Uiteindelijk is Vincent tiende overall geworden en 9de bij de mannen. Ik ben 8ste van alle 80 dames en 41ste overall van alle 135 deelnemers. Kijk, dan mag ik best een paar koekjes!

Categories: Geen categorie | Leave a comment

2021-33

maandag 1 november – Moppersmurf is boos ? De Samenvatting ?

Er staat een blog die moppersmurf heet en beveiligd is met een password. Omdat ik een paar dagen niet te genieten was. Hormonen die ruzie maken van binnen en van mij een enorme moppersmurf maken. Als dan ook nog eens de hartslagmeter niet meewerkt bij de fietstraining op de Tacx, zijn de rapen gaar. Dan scheld ik, dan ben ik boos op iedereen, dan heb ik nergens zin in en dan mopper ik nog meer dan moppersmurf! Dan haat ik simpelweg alles. Van mezelf tot de Tacx tot de training tot de Franse (of Duitse?) woordjes: alles is fout.

Uiteindelijk doe ik de fietstraining dan supernetjes met de tempoblokjes erin. Nu is de hele training gebaseerd op hartslag, dus een falende hartslagmeter maakt het -op z’n best gezegd- een uitdaging. Voordeel is dat je er in de administratie ook niks van terugziet! Ik fiets 37 kilometer vol zodat ik de eerste opdracht van jaarchallenge voor Trispiration er op heb zitten. De trainer vind mijn gemopper ‘hilarisch’ en je kan je voorstellen dat dat helemaal verkeerd valt!

Dinsdag 2 november – hardlopen in de regen met Vincent erbij ? ?‍♀️ ?‍♂️

Natuurlijk is het droog als ik moet werken! Dat is vrijwel elke dag zo. Natuurlijk gaat het regenen als ik vrij heb en kan hardlopen! Zo gaat het altijd. Ik ben nog steeds niet blij. Integendeel. Er is teveel huiswerk, thuiswerk en ik kan nergens tevreden over zijn, zelfs niet dat het goed verloopt op het werk. ‘s Middags heb ik therapie en dat brengt wat rust, maar de mopperhormonen zijn nog direct tot rust gebracht. Ik moet hardlopen. Vincent gaat mee.

Er is iets met hartslagzones, maar de hartslagmeter doet het weer niet. ? Dat maakt het niet beter. De regen, de saaie route bij de kassen en mijn gemok terwijl Vincent het zonnetje zelf is; het is geen recept voor succes!

Het wordt best snel donker. We lopen 7 kilometer bij elkaar.

‘s Avonds ga ik weer zwemmen bij de triatlonclub TVA. Ik ben een jaartje geen lid geweest, maar de indeling van de zwemtrainingen en de trainingstijden van Vincent combineren beter. Het is druk in de baan. In het hele zwembad. Er zijn dingen die ik niet heb gemist! Ik zwem er een beetje achteraan. Niet helemaal achterop, maar alles zonder achtje. Behalve als het moest. ALLES ZONDER ACHTJE. Voor de Trispiration jaarchallenge zwem ik 2000m bij elkaar.

3 November – (huis) werk

Ik kan er slecht tegen: ik wil gaan zwemmen, maar we hebben het te druk met het huiswerk en het werk is druk. Moppersmurf wordt helemaal overvleugeld door luilaksmurf. Ik slaap minder dan 6 uur per nacht omdat ik gewoon maar lig te draaien en te woelen. Het is goed om een dag rust te nemen, maar ik kan niet tegen verschuiven op het laatste moment. Volgens de trainer hoort het erbij, maar ik hou er niet van.

4 November – Terug naar de baantraining!

Het is tien voor 7 en ik loop om de atletiekbaan heen. Even inlopen. Om 7 uur start de training, maar ik moet iets langer de tijd hebben om warm te draaien. Ik loop 6:30. We lopen 4 rondjes op de baan in met de club. Ik ben de achterste van het stel. Met een tempo van 5:30. Ze kunnen niet inlopen blijkbaar en dit verklaart waarom ik meer tijd nodig heb. 5:30 is bij mij geen inlooptempo! Dan moeten we 4 keer 1000m lopen op tempo ‘net niet meer comfortabel’. Ik start maar achterop, maar nu moet ik de hele bups inhalen! He?!? Ze lopen langzamer nu dan ze inliepen. Ik haal ze in en kom bij A te lopen. Leuk dat zij terugkomt van een blessure. We lopen inderdaad niet comfortabel op kwebbeltempo, maar flink daarboven. Na een kilometer in 4:40 (WOW) hebben we 200m rustpauze om te kletsen. Dan gaan we een kilometer nog iets minder comfortabel. Ik loop mijn snelste kilometer ooit in 4:33. (W O W). De 200m rust zijn hard nodig.

A en ik geven niet op en we trekken elkaar lekker op over de mistige baan. Nog een kilometer onder de 5 minuten. Voor sommige mensen een eitje, maar voor mij echt niet comfortabel! Ook de laatste kilometer gaat hard. Bewondering voor A, dat ze zo weer mee kan! Ikzelf moet me afvragen hoe slim dit is omdat ik morgen weer ga hardlopen (en lang ook), maar ik wil me ook aan de opdracht houden en lekker even knallen op de baan en me niks aantrekken van de hartslagmeter (die het nu wel weer doet). Na de 4 kilometer hard moeten we 6 keer 300m nog harder! Dat lukt dan nog net. Het lukt drie keer om heel hard te gaan, maar de vierde en de vijfde kletsen we. De laatste gaan we nog een keer flink hard, wat A beter afgaat dan mij! Als we nog een keer 200m op het hardst moeten doen vind ik het wel klaar.

Ik ben behoorlijk vermoeid aan het raken. Mag wel eens een keer. Ik moet voor de Jaarchallenge van Trispiration de tien kilometer volmaken en dat lukt makkelijk. Lekker rustig uitlopen. Morgen ga ik wel zien of het verstandig was!

5 November. Lekker lange trail met Joyce op de Kemphaan.

Weer een nacht slecht slapen. En nu bedoel ik echt slecht! Het haalt de 4 uur niet. Maar verder voel ik niets van de training van gisteren gelukkig. Joyce zag er tegenop. Best gek, want wij kunnen intussen prima een extended halve marathon lopen en zeker over de Kemphaan. Het is droog, het is stil en we hoeven alleen maar gele paaltjes te volgen. We kletsen over Corona en vaccinaties. Het gaat me goed af gelukkig. Mijn benen zijn niet zo moe en mijn hoofd kan prima omgaan met bos, rust en vallende bladeren. De zon is prachtig.

Over het vierbruggenpad en dat is dan lekker even verhard. We komen vrijwel niemand tegen zo om half 10 ‘s ochtends. De kou valt ook enorm mee. Jammer dat Joyce er nog niet zo van kan genieten en zich voornamelijk af loopt te vragen hoe ze in ‘s hemelsnaam die kilometers moet volmaken. Nou, van mij moet er niks! We kunnen altijd eerder terug of stoppen bij 21 kilometer. Mijn hartslag is al snel te hoog en valt meer in zone 2 dan de opgegeven zone 1. Ik weet dat het komt door de slechte nachtrust. We staan even stil bij de stoplichten en eigenlijk valt in het Cirkelbos pas het eerste echte langere wandelmoment. Wat ik ook niet erg vind. Ik ben heel gemakkelijk vandaag. Tegenover Joyce tenminste.

We lopen door de modder richting de dijk. Veel modder. Eerst wilden we naar het Harderbos, maar ik denk dat het daar nog veel soppiger is. Voor Joyce voelde het als een cross-loop, maar ik associeer dat met heel veel andere snellere deelnemers en losgelopen modder. Dan is deze rust met zijn tweetjes en ruimte om de modder te ontwijken en geen mensen voor je die je moet inhalen mij beter op het lijf geschreven! Op de dijk namen we een uitkijk- eet- en rust-moment. Ik neem een aquagel die goed bevalt.

Ik geloof dat met de wandelmomenten, de acceptatie van het kalme tempo en de rustgevende omgeving er ook wat kalmte in Joyce voer. De voeten en schoenen zijn inmiddels nat. Dan lekker langs de Slingerbeek. Altijd een leuk stukje bos (behalve die keer dat ik hier vier rondjes crosscup liep). Als de zon op het natte gras gaat schijnen ontstaat er van die mooie geheimzinnige grondmist. Geweldig mooi.

We komen bij de berg. Omhoog. Natuurlijk. Ik ben afgeleid omdat ik daar beneden in de schaduw over de bomen loop en dat vind ik leuk, maar ik vergeet even te blijven rennen. Boven volgt rustmoment 2. Met uitzicht. En een spelfout op het kunstwerk op de koop “teo”.

Naar beneden en dan komen we in het volgende deel van het Cirkelbos. Daar is de modder bedekt met bladeren en dat is nog erger. Je ziet het niet, maar voelt het wel en het is zompig en door de voren van de tractoren vreselijk lastig hardlopen. Dan maar zachtlopen! We komen op een betere weg die Joyce direct weet te classificeren als ‘asfalt’ in vergelijking met de modder-blader-combi. Dan komen we bij het Labyrint en deze keer ga ik er in. Nog nooit eerder gedaan en altijd voorbij gelopen. Op wonderlijke wijze ga je er in en loop je helemaal rond zonder afslagen. Geweldig leuk!

Dan een stukje rotpad wat vandaag meevalt (als je het vergelijkt met modder+bladeren) en over het brugje.

Daarna lekker echt even wat verhard, maar ook over een modderpad. Wij bespreken ondertussen iedereen waar ook maar iets over te melden valt. Loopjes van anderen, acties van kennissen en natuurlijk de gezinsleden passeren de revue! De bruggen zijn akelig glad en die wandelen we over. Wel zo wijs.

Dan steken we een soort van over en gaan we het schapenbos in. Dit deel van de route hebben we eigenlijk nog niet eerder gedaan, waarom weet ik niet. De kilometers rijgen zich gewoon aaneen. De voeten worden weer nat van het gras. De route slingert en is soms maar slecht aangegeven. Ik ken dit deel van de Kemphaan niet zo goed en er is dan ook dat moment dat ik niet meer zoveel zin heb. Maar ook dat gaat voorbij en even later lopen we weer over de velden in het zonnetje.

We slingeren door het bos en er vallen veel blaadjes. Ook wel een apart jaargetijde, de herfst zo. Ik weet niet precies waar we uitkomen, maar opeens staan we toch bij de brug richting de stad en daar is weer een goed moment om bij te tanken. De kilometers gaan al tellen en natuurlijk stoppen we niet als de gele paaltjes op zijn! Dan zoeken we wel een nieuwe kleur paaltjes uit. Ik neem een halve reep. We dachten dat we over het asfalt zouden gaan, maar we slingeren het bos weer in over een graspad.

De voeten waren net weer wat opgedroogd! Dit is een nieuwe richting voor mij in dit stuk bos. Ook leuk. We rennen vaak een heel stuk en dan zegt Joyce “Ank-effe” en dan wandelen we weer. Ik vind alles prima! Ik realiseer me dat ik gisteren de snelste kilometer heb gelopen en dat ik vandaag door het bos hobbel voor meer dan 25 kilometer en dat niet iedereen dat kan, maar aan de andere kant trekken Joyce en ik ons erg aan dat degenen die dat doen vooral sneller zijn. Desalniettemin doen wij uit en thuis ook 3 uur over de halve marathon in trail, afhankelijk van het horloge waar je naar kijkt. In de pauzes zet ik mijn Garmin uit, maar de Apple Watch niet.

We gaan de blauwe boswachtersroute ook nog doen en daarna de bruine Rondje Aap route. Dan komen we op 25 kilometer uit, zoals we vanmorgen ook van plan waren. De boswachterroute loopt gelijk met het begin van de gele route. Ik loop een kilometer onafgebroken op mijn eigen tempo, maar dat is na 23 kilometer ook niet meer loeihard. Dan moet ik nog versnellingen doen. Lekker rammen door het bos. Het zijn maar 20 seconden gelukkig. Op de route letten, hard doorlopen, uitkijken en 4 uur slapen zijn voor 20 seconden een zware combinatie. We komen weer langs de auto en gaan over op het Rondje Aap. 20 Seconden versnellen op asfalt met trailschoenen aan is hopeloos: ik ga op het gras lopen! Dan ben ik ook even af. En dan mag ik een keer: “Joyce-effe”. Intussen is het gaan miezeren. Dat scheelt toch en haalt de glans er een beetje af.

Mijn Apple Watch heeft een kilometer meer opgenomen dan het horloge van Joyce! Die is op 25 kilometer en mijn Garmin volgt iets later. Voor Joyce moeten we nog naar de auto lopen en dan zit onze lange loop er weer op. Ja, mijn voeten zijn nat en goor; ja, mijn broek zit vol modder; ja, er trekken een paar bovenbeenspieren en ja, mijn hoofd is vermoeid. Maar dit heeft me niet gesloopt of kapot gemaakt, het heeft me eerder verkwikt en opgekikkerd en wat vertrouwen gegeven, want hoe mooi is het dat me dit lukt? Voor de krachttraining ‘s avonds doe ik vooral rustig aan, terwijl de trainer me op het hart drukt rustig aan te doen als ik zo slecht slaap. Zijn idee van rustig aan is vast anders dan de mijne ?. Ik ga lekker op tijd naar bed, dat lijkt me een beter plan!

6 November – Wandelen en Zwemmen en nul foto’s ?

Ik sliep meer in elk geval! En ik doe behoorlijk rustig aan: beetje achter de computer hangen, met de Lego bouwen en wat huishoudelijke klussen. Als Vincent zwemt, gaan Rob en ik wandelen in stukken van Almere waar we nog nooit geweest zijn! Kunnen we even lekker bijpraten. Daarna ga ik zwemmen. Het is niet zo druk deze keer. Man en vrouw of 5. Ik zwem het standaard programma in, maar zonder de benen. De eerste 450m zitten er al op! De training begint met 100 m hele slag geloof ik en dan… benen. Mijn benen hebben het niet vandaag. Ze doen het niet meer zo goed. Verder merk ik eigenlijk niks van de 25 kilometer van gisteren. We doen ook 100m rug. Ook yekkie. En dan… weer benen ? 50m benen, 100m armen, 150 m hele slag. Ik lig al achter na 50m. Dus de tweede keer die serie helpen mijn handen mooi mee; krijg t. Ik zet in de pauzes mijn horloge op rust. Dat is iets meer gedoe, maar mijn gemiddelde zwemtijd zal dan zeker verbeteren! Ik deed dat nooit en dus zwom iedereen altijd heel erg veel harder dan ik. We zwemmen nog 2 keer 300m met 25 meter schoolslag er tussen. Lekker rustig aan. Bij de tweede keer ga ik 1 op 3 adem halen na 100m. Dat bevalt me eigenlijk zo goed dat ik dat liever volhou! We mogen uitzwemmen en ik vind op mijn horloge dat ik de 2000m voor Trispiration Jaarchallenge weer vol heb. Ik zwem nog 150m uit met ademhaling 1 op 3. Laten we dat maar gaan doen voortaan! Ik zwem tegenwoordig alles zonder achtje.

7 November – Fietsen binnen en lopen buiten (het ene moest, het andere “mocht” niet)

Twee uur fietsen. Gelukkig zat ik net op de Tacx toen het buiten begon te stortregenen! Ik had een route uitgezocht met niet zoveel hoogteverschil, zodat ik niet hoefde op te letten. Na de bui kwam Vincent namelijk binnen met een heleboel Engelse woordjes die geleerd moeten worden. De hartslag is lijdend vandaag en deze hartslagband werkt mee. Het tempo let ik niet op en de cadans schuift onder de Engelse woordjes.

Heel Watopia is inmiddels ontdekt en bekend voor mij. Da’s wel lekker deze keer. Ik zorg dat ik de 30 kilometer heb gefietst voor de Trispiration Jaarchallenge, dan ben ik binnen een week klaar. Ik doe elke maand 2 keer 10 kilometer hardlopen, 2 keer 30 kilometer fietsen en 2 keer 2000 meter zwemmen. Dat doe ik al 10 maanden lang. De rest van de tijd zit ik natuurlijk niet stil! Integendeel…

Ik fiets de twee uur vol. Dat valt niet mee en het is 60% van de Engelse woordjes die we moeten leren. Het zijn 48 kilometer. En de gemiddelde cadans valt ook nog best mee. Echt vermoeiend was het niet, dus met het uithoudingsvermogen is niks mis. Qua tempo is er verbetering mogelijk!

We moeten verder met de woordjes en ik ga lekker rustig mee bouwen aan de Lego auto. Ik kan zeggen dat Vincent alle woordjes kende en ik dan had beloofd om met hem mee te zullen hardlopen. Of dat hij nog iets te goed heeft, want hij loopt wel vaak met mij mee als op zijn schema geen hardlopen staat. Mijn huidige trainer is strenger en er staat geen hardlopen. Maar ik wist al dat ik toch mee zou gaan! (nu maar hopen dat de trainer dan maar even niet meeleest, ? haha)

We liepen inderdaad niet hard en Vincent had geen hartslagmeter om en het horloge werd nat, dus zijn hartslag klopte niet. We hadden zon. En regen. Op de berg. En een regenboog. En hele harde wind ook nog op de koop toe.

Kortom: GENIETEN! Want ik hoeft verder niks: geen hartslagbeperking, geen versnellingen, geen opdracht. Gewoon lekker lopen. Onverhard genieten van de elementen. Niet op het horloge kijken. Lekker kletsen tegen Vincent, die de route bepaalt; al is die niet verrassend. Heerlijk 6 kilometer herinneringen maken in plaats van schemaslaaf wezen. En ohja, het lukt me ook nog eens prima na 2 uur infietsen vandaag en vrijdag nog een stuk’je’ hardlopen!

Categories: Geen categorie | Leave a comment

Protected: Moppersmurf

This content is password protected. To view it please enter your password below:

Categories: Geen categorie | Enter your password to view comments.

2021-32

Maandag 25 oktober – Weer een stukje hardlopen ?‍♀️

Ik heb een beetje spierpijn! Van gisteren. Van het zitten op het terras en weer opstarten. Op mijn werk op en neer lopen en dan is de spierpijn al snel weer weg. Na het werken heb ik eigenlijk zin om te gaan zitten en niks te doen, maar toch doe ik de hardloopspullen aan. De laatste keer dat ik in het licht kan lopen, moet ik dat maar doen! Het is al 40 minuten vandaag. Weer een beetje langer… Het wordt nog wel ‘s wat. Ik mag lekker rustig.

Het is stil zo rond etenstijd en ik heb heerlijk weer: precies de goede temperatuur en zo tegen zonsondergang, een lage hartslag en een lekker tempo. Ik dacht rond de 7 te gaan lopen, maar het zit op 6:10-6:15. En het gaat heel erg gemakkelijk.

Na een pauze van een minuut mag ik iets harder in een hogere hartslagzone. Dat komt goed uit, want ik loop onverhard. Ik moet zelfs mijn best doen om in de goede hartslagzone te komen! Volgens mij werkt de hartslagmeter niet, want dit is best raar om me zo goed te voelen na de 22 kilometer van gisteren. Intussen erger ik me eigenlijk. Aan al die mensen die moeiteloos een marathon lopen en dat breed uitmeten op alle sociale media. Aan de mensen die lopen te fiepen hoe zielig ze zijn. Ik erger me aan de onterechte voetstukjes vooral. Hoe geweldig, 2 halve triatlons in 2 maanden! (maar niet als ik er 2 in 15 dagen doe) Hoe geweldig, een marathon lopen in een PR (wat ik zelfs haal in een hele triatlon)! Wat fantastisch dat je een week vrij kunt nemen van je kinderen op de lagere school (omdat je niet voor je kinderen kunt zorgen)! Wat heerlijk dat je weer in een sportritme zit en je steeds sneller wordt (maar mij nog steeds niet kunt bijhouden, zelfs niet in deze lage zones)! Wat geweldig dat jullie samen gaan fietsen en net zo hard kunnen op de mountainbike dan op de racefiets! Ik doe dat allemaal zonder podium.

Ik krijg een paar druppels over me heen, maar ik vind het vooral leuk klinken. Het tempo ligt best hoog. Niet ten opzichte van alle geweldige anderen, maar voor mij. Na de halve marathon van gisteren. Onverhard. Ik loop zo rond de 5:45. Op het einde ga ik nog 20 seconden sprinten. Ik zoek iets uit waarvan ik denk dat het net niet haalbaar is en dan doe ik mijn best. 2 van de 3 keer lukt het toch. Ik hobbel uit tot ik thuis ben en dan ben ik best blij. Zonder podium. Ik heb eigenlijk ook geen zin om iets in Training Peaks op te schrijven. De trainer is me voor en vindt dat ik goed in de zones ben gebleven. Ja leuk ?, maar ik zet er toch bij dat ik twijfel of de hartslagzones wel goed zijn opgenomen. Waarop meneer de trainer (loopt, fietst en zwemt ook harder dan ik ooit zal kunnen) op meent te moeten merken dat het ook kan liggen aan de goede coach. Valt niet goed vandaag.

26 oktober Zwemmen ?‍♀️

Daar gaan we weer… Ik ga zwemmen op lunchtijd. Dan heb ik trek en ben ik niet zo blij. Vandaag moet ik rustig zwemmen. 3 Kwartier. Bij de kassa staat iemand te hannesen met haar kaart en de vriendinnen die nog moeten komen. Leuk, maar dat gaat van mijn uur af mensen! Ik ga eerst rustig inzwemmen, het standaard riedeltje: 100m borstcrawl, 25m school, 25m borstcrawl, 25m rug, 25m borstcrawl; 50m benen, 50m borstcrawl en 100m armen borstcrawl. Ik let op de techniek. Vandaag in de rustige baan, niemand die me opjaagt! Ik ga 6 keer 300m zwemmen in 2:25 per honderd meter. Ik tel bij de eerste 300m uit dat ik daar minstens 7 minuten over moet doen. Dus ik ga traaaaaaahaaaag. Achter een langzame mevrouw hangen voor 1 baantje, rustig keren. Netjes in ruim 7 minuten. Even pauze.

Dan tel ik verder: als ik dit zes keer moet doen in 7 minuten kom ik op 42 minuten uit. Plus het inzwemmen van minstens 8 minuten, maakt echt meer dan 45 minuten. Daar gaan we weer…. Wie kan er nu niet tellen? Nou, ik blijkbaar ook niet, want door die getallen die door mijn hoofd spoken en het tellen van het aantal slagen, zwem ik zomaar 50 meter te veel. Volgens Garmin. Ineens begint de tijd te dringen! Want over 20 minuten gaat het zwembad dicht en ik moet nog 3 keer 300m! Dat red ik dus niet.Ik heb een hekel aan overschatting van trainers, maar ik heb minstens zo de pest aan het niet af kunnen maken van de training. Ik haal 5 keer 300m en dan begin ik aan de laatste en neem ik het achtje mee. Ik blijf wel lekker rustig zwemmen en letten op de techniek de ademhaling. Ik ga als laatste het bad uit en heb 54 minuten gezwommen en ik heb de training niet afgemaakt! Ontevreden rij ik naar huis en ik ga eerst eten voor ik reageer. De trainer is me voor, hij biedt al zijn excuses aan voor de rekenfout die hij weer heeft gemaakt voor ik kan mokken. Dan heb ik als enige houvast dat ik gewoon netjes rustig en soepel gezwommen heb.

Ik heb ‘s avonds ook nog gefietst. In Zwift. Op de Tacx. In Innsbruck. Over zware hellingen.

27 oktober De piramideloop samen met Vincent ?‍♀️ ?‍♂️

De knul ging niet zwemmen, maar lopen met zijn moeder wel. Op een langzaam tempo. Ik wissel elke 5 minuten van tempo. Hij in lange broek, ik in het kort. Hij de route, ik het tempo. Het ging niet erg hard. Na een dag werken. Want zijn benen kunnen net zo goed wandelen! We gaan gewoon lekker makkelijk. Ik heb het niet echt koud, hij niet te warm. Na een paar kilometer denkt hij dat hij mij niet kan bijhouden als ik 5 minuten hard ga. Ik denk dat het wel meevalt.

De herfst is wel mooi met alle blaadjes! Het is droog. Als ik hard moet, kan Vincent me makkelijk bijhouden! Voor hem is het gewoon een beetje tempo. Hij gaat naast me lopen te fluiten ?! Nou, dan heb ik nog energie om hem een stomp te verkopen en rot-kind te sissen. Hij ligt in een deuk. En loopt hard weg om een foto te maken. ?

Dan weer terug naar huis. Zijn route is perfect en past precies in mijn training. Zes kilometer.

28 oktober Lage hartslagzones in een donker bos – ?… dat lukt me niet!

Vincent gaat naar de baan en ik ga in de lage zones alleen lopen. Ik dacht dat het tien minuutjes inlopen was, maar ik moet 50 minuten lang door zone 1 banjeren! Nu gaat het tempo dan wel iets omhoog met alle training, maar echt opschieten gaat het niet. Ik ga door het Wilgenbos. Eerst langs het sluisje. Ik vind het niet erg om in het donker te lopen, dat niet. En ik ben ook niet bang. Waarom zou ik dat wel zijn als het donker is en 2 maanden geleden in het licht niet? Dat is aangeleerd gedrag. Ik hobbel gewoon door. Dat lukt me prima in zone 1. Bij het sluisje maak ik een foto.

En dan het Wilgenbos in. Dat is wat akeliger. Gek genoeg ben ik blij dat het pas 27 oktober is en niet de 31ste, want dan zou ik niet durven! Maar ik ben toch iets meer alert. En daar houdt zone 1 op. Dan blijft het tempo gelijk, maar verhoogt de hartslag. Laat maar zitten hoor, dan maar zone 2. Heb ik een lichtje erbij van mijn horloge! Ik zie lichtjes in de verte en verder is het bos heerlijk van mij. De brug over en naar de dijk langs het Bloq van Kuffeler.

En dan weer terug. Nu heb ik ook nog wind tegen en ik heb mopperige dingen bedacht. Dat strookt al helemaal niet met zone 1, dus ik laat het voor wat het is met de laagste hartslagzone. Het fietspad is wat akeliger dan het bos, maar waarom precies kan ik niet zeggen. Voorbij de rode ophaalbrug mag ik door naar zone 2, maar daar zat ik toch al! Ik maak een klein ommetje zodat ik straks op 10 kilometer zal uitkomen. Door het tunneltje vind ik wat minder en daar schrik k dan ook van een grote hond, zul je altijd zien. Ik ga langzaam de brug over en dan weer terug. Ik kom precies uit in de tijd (65 minuten) op 10 kilometer en ben terug bij de atletiekbaan.

Vrijdag 29 oktober. Gravel fietsen met Joyce ?‍♀️ ?‍♂️

Voor Trispiration kan ik nog naar de provincie Overijssel om 30 kilometer te fietsen. En ik kan voor Garmin de badge gravel fietsen nog halen. Dat is eigenlijk onverhard fietsen. Niet snel, door het bos en ook niet erg technisch. Joyce vind het heerlijk, ik ben nog niet erg van het mountainbiken. Dus we gaan samen. Joyce heeft een route en ik heb de zenuwen. Dit heb ik nog nooit gedaan, ik ben geen vrienden met mijn mountainbike en ik weet niet of ik het leuk vind. Het is best een stuk rijden naar Zwolle met 2 fietsen in de auto! Maar dan kunnen we lekker bijpraten. We beginnen verhard. Door wat gedoe her en der (met school en de weegschaal) voel ik me niet helemaal jippiedepippie. En die fiets trapt zwaar! Dan gaan we het bos in. Kijk, dat is best oké!

Het zonnetje schijnt erbij en de herfstkleuren zijn super. Van die paden waar je niet met een racefiets komt. Maar het tempo is ook navenant. Door de afstelling van de fiets, knelt mijn maagstreek wat af en dat wil zich niet settelen. Nee, ik ben niet direct verkocht aan het gravelen!

Soms stukjes verhard en soms missen we een smal pad vol blaadjes. Het valt me op dat we niet de eerste bosfietsers zijn, terwijl je ze eigenlijk niet echt ooit ziet. Veel ruimte om te kletsen is er niet. Je fietst achter elkaar of er is veel ‘herrie’ van de bladeren. Na 15 kilometer doen we een stop in de zon om (delen van) jasjes uit te doen en wat te eten. Dan vind ik het wel leuk eigenlijk!

Misschien was het trek, want nu zit mijn maag niet meer zo in de weg en wordt het hele fietsen leuker en zie ik de zon ook en de mooie omgeving vooral. We komen in de modder. We hadden ook al zand. Maar de modder is niet te befietsen.

Grappig genoeg leg ik me dan pas bij het onverhard fietsen neer! Gewoon kalmpjes aan en daar ben ik heel goed in. We komen door Vilsteren waar de kerkklokken luiden en het uitzicht op het water is erg mooi.

We pakken het fietspad in plaats van het zand. Dat is zo’n beetje het moment dat ik dacht; het is best leuk zo! Tel de zegeningen: zon, gezelschap, fiets en mooi. Tamelijk onverwacht komen we bij een uitkijktoren. Helemaal niks, maar dan ook echt niks voor mij! Trappen met gaatjes erin. En toch wil ik het altijd proberen! Joyce neemt de GoPro mee en ik ga de eerste twee trappen tot het eerste plateau op.

Dan stokken mijn benen. Mijn hoofd stuurt het niet meer goed aan. Ik verkramp en elke stap voelt aan alsof ik een steen omhoog til. Ik kom tot het tweede plateau. Ik wil zo graag nog 1 trapje verder! 2 Treden ga ik dan omhoog. En dan weer terug. En dan moet ik zitten. Ik beloof mezelf vanalles en maal in mijn hoofd: hoe eng kan dit zijn als je in de golven kunt zwemmen, in de Rijn durft te springen en wat ook, maar de tien volgende treden vergen al mijn wilskracht op. Het is onbegrijpelijk, maar ik haal het derde plateau en dan is alle moed op. Ik moet zitten en hou me zo stevig vast dat mijn knokkels wit zijn.

“Nog een klein stukje” roept Joyce vanaf boven, maar dit is echt al voorbij het maximale. Ik ga weer naar beneden en we fietsen verder. Nu voelt het allemaal gemakkelijker voor mij. We komen weer de Overijsselse Vecht over.

Helaas zit het grootste deel van de tocht er al op. We fietsen nu alleen nog verhard, maar dat vind ik ook niet erg eigenlijk.

Als we van Zwolle wegdraaien steekt de wind op. Vrij ongenadig eerlijk gezegd. Voor mij een “feest” van herkenning, maar voor Joyce -die veel minder gefietst heeft dit jaar- wel een zware afsluiting van de tocht. We fietsen 36 kilometer bij elkaar. En daar doen we wel twee uur over!

Ik ga ook nog zwemmen. Zo’n drukke sportdag, waarbij je ook veel van hot naar her moet. Vind ik niet zo fijn, maar ja. Ik heb niet zoveel zin, maar ik ga toch. Na gedoe met het kaartje lig ik om 4 uur in het zwembad in Almere Poort. 500 meter inzwemmen. Het went al. En dan moet ik 6 keer 100m een versnelling doen. Die gaat niet vanzelf. Ik moet mijn best doen. Dat doe ik dan maar. En de andere mensen in de baan een beetje ontwijken. Het is wel eens gemakkelijker gegaan en dat is te zien aan de tijd, die nu eens precies klopt. Pas de laatste paar gaan goed. Dan 4 keer 50m. Helemaal lekker. Ik doe mijn best om technisch goed te zwemmen. Op het einde moet ik nog 2 keer 25m zo hard mogelijk en ik doe dat binnen 30 seconden. Deze keer heb ik heel veel tijd over. Dus ik doe de warming up nog een keer van achter naar voor, maar dan zonder benen en met 200m armen. Ik heb zelfs nog wat tijd over en het bad is nog niet helemaal afgesloten, dus ik maak er nog 2000m van ook. Voor geen-zin en minder-energie toch een aardige poging ? Aan de andere kant is het jammer dat we vanavond bezoek krijgen, want dan had ik ook nog 10 kilometer hardgelopen, zodat ik alles voor Trispiration op 1 dag had gedaan. De trainer vind dat bezoek niet jammer.

30 oktober. Binnen fietsen ?

Buiten is het donker en somber en het regent. Ik blijf het liefst de hele dag in bed liggen, maar mijn boek is uit om half 11. Het is perfect weer om een lego-auto te bouwen. En dan moet ik fietsen, 75 minuten. Dat doen we dan maar binnen! Ik ga naar de Makuri Islands in Zwift. Ik heb nog wat routes niet gedaan daar. Ondertussen overhoor ik Vincent zijn Duits.

Ik heb een beetje zadelpijn en ook mijn knieën zijn nog gevoelig van de gravelrit. In Zwift pak ik ook de gravelroutes, onverhard. Maar in Zwift zitten er dan ook nog hoogteverschillen in. Een tandje erbij. Ik moet in zones fietsen en die hou ik bij in Garmin. Dat gaat best goed. Weer accepteren dat ik gewoon niet zo snel ga. Tijdens het Duits hou ik me ook goed aan de hartslagzones.

De route is eerder klaar dan de opdracht en ik wil nog een route doen. Dat kan en ik stop even het horloge, volgende route en dan bemerk ik de vergissing: de route uit Zwift gaat direct naar trainingpeaks en daarom is de training te kort. Zucht… Ik heb een korte route, maar ik ben weer vergeten om te kijken dat er 100m hoogteverschil zit in de paar kilometer. Zucht… En dan is het onverhard ook nog. Zucht…

Ik maak netjes de training vol en fiets 26 kilometer ook vol. Onverhard. Met bijna 500 hoogtemeters. Binnen een jaar op Zwift heb ik 22 niveaus doorlopen – ehhh, doorgefietst….. Dat is best een aardige prestatie. Het weer nodigt niet eens uit tot nog een wandeling.

31 oktober – wandelen op Papendal ?‍♀️ ?‍♂️

Er is jeugd triatlondag op Papendal. Leuk! Maar… tegen de verwachting in is het heerlijk weer. Zonnig en herfstig. En wij zitten binnen. Te luisteren bij een lezing over de triatlonouder. Het is niks overdreven als ik zeg dat me dat ontzettend onrustig maakt. Ik wil naar buiten! Dit is een sportmekka! Het is hier mooi! Het is geweldig om olympische helden te zien, om een echte gouden medaille vast te houden, om Vincent te zien genieten, maar na het officiële gedeelte weet ik niet hoe snel ik Rob mee moet nemen naar buiten voor een wandeling. We redden het met Komoot en de route. We lopen over het sportcentrum. Het ruikt heerlijk naar herfst.

We komen door het mooie bos en dwalen tussen de gouden bladeren door. We kletsen heerlijk saampjes. Mijn benen blijven een beetje mokkig dat ze niet mogen rennen, maar dit is een betere rustdag! Zonder enige moeite dragen ze me 6 kilometer door. Beetje omhoog en omlaag, verhard en onverhard.

We lopen ook nog alle sportvlaggen langs en dan krijgen we ons kind weer mee die ook een heerlijke en vooral inspirerende dag heeft gehad! Ik sluit de maand af met een krachttraining om nog een badge in Garmin te scoren. Vandaag heb ik een halloweenbadge gehaald, een stappendoel van 300000 stappen in oktober gehaald, de wandelbadge gescoord en een krachttrainingbadge toegevoegd! De eerste maand met de nieuwe coachtrainer is goed bevallen (alleen wil ik alsmaar meer en dan vooral meer hardlopen) en intussen zijn de vlaggetjes voor 2022 ook geplaatst. Ik ben geïnspireerd, heb mooie dingen beleefd, er was lekker weer in oktober en nu ben ik klaar voor november.

Categories: Geen categorie | Leave a comment

2021-31

Maandag 18 oktober – Basistraining

Het went al bijna: een dik half uurtje lage zones en meteen vanuit het werk hardloopschoenen aan! Ik geniet er nog even van, nu het nog licht is. Ik loop het rondje deze keer met de klok mee. Lekker alleen. Ik let op de hartslagzones en loop lekker.

Ik geniet een beetje van de overbekende omgeving, nu het nog mooi weer is. En ik doe de sprintjes op het einde netjes. Precies 6 kilometertjes.

‘s Avonds doe ik nog een kwartiertje krachttraining. Die doe ik nu 3 keer per week! Goed he. Ik vind het echt vreselijk, maar ik merk dat het enorm helpt en dat ik er sterker van wordt. Ik heb laatst de allereerste herhaald en dat vond ik een makkie geworden, dus er zit ook zeker progressie in.

Dinsdag 19 oktober – zwemtraining ? ?

Echt veel zin had ik niet om te zwemmen. Beetje vermoeid van alles. 2 Dagen op kantoor gewerkt, veel informatie verwerkt en de glazen wanden gewassen. Gewoon zo’n dag dat je liever piano blijft spelen in plaats van autorijden, omkleden, nat worden, weer afdrogen en terugrijden – maar ja. Ik moet vierhonderdjes zwemmen. Eerst inzwemmen: dat riedeltje ken ik al van buiten en dat bevalt me prima (behalve 50 meter benen – dat komt nooit meer goed). Het is druk in mijn hoofd. En in het zwembad. Dan ga ik weer ‘smal’ zwemmen en wil ik niemand tot last zijn. Dat werkt niet goed. Dan mis ik in de 400m het letten op de techniek.

Ik moet 3 keer 400meter zwemmen op een tempo van 2:25 op de honderd meter. Maar ik heb geen idee hoe hard of zacht dat is. Ik heb deze avond in mijn maalhoofd genoeg moeite met het aftellen van 400m met links en rechts ademen. En andere mensen niet in de weg zitten. Ik zwem te hard. Ik doe mijn best om langzamer te zwemmen, maar niet écht en dus ga ik de tweede en derde keer ook te hard. Maar rustiger lukt niet in deze baan en in de andere baan is het ook niet goed. Ik verslik me ook nog eens vreselijk, maar ik stop er niet voor en ik verzuip ook niet. Dat overkomt me zelden! Kortom: ik had misschien beter piano kunnen blijven spelen, maar ik maak netjes 5 keer 400 meter vol. En dan wil ik helemaal snel het bad uit en hoef ik echt niemand van de TVA te zien. Daar loopt mijn hoofd van over! Achteraf heb ik ook nog eens te snel gezwommen, maar dat kwam vast omdat ik te snel klaar wilde zijn. ? Badpakje uit, slippers aan de kant en lekker naar bed. Daar ontwikkel ik wat keelpijn en verkoudheid.

Woensdag 20 oktober – Lunchloop met elke 5 minuten een ander tempo en met Manuel

Manuel vroeg of ik mee wilde gaan deze woensdagmiddag. Vind ik altijd lastig en dan wijs ik hem er wel een keer of vijf op dat hij in mijn (voor zijn doen) trage tempo mee moet. Ik doe de piramide weer en wissel elke 5 minuten van hartslagzone. 5 Minuten van de 35 minuten zijn lekker op tempo. We kunnen wel bijpraten! Over muziek gaat het. Manuel is beter in het snappen en uitpluizen van muziek, ik ben razendsnel in het verwerken van muziek. In de 5 minuten tempo hoeft ik lekker niks te zeggen, maar grappig genoeg heeft Manuel dan ook de neiging vragen te stellen! Die kan ik natuurlijk net niet beantwoorden in deze hartslagzone! Dat moet even wachten tot we langs de Vaart lopen en de zone weer laag (en nog lager) is, maar dan hebben we wind tegen. Echt herfst: het waait hard door! Dat vind ik wel lekker.

Ik zit een beetje te dubben wat ik volgend jaar op sport- werk- en leef-gebied wil doen en kan doen en ik heb nog wat keelpijn en dat maakt me vermoeid. Er ontstaat een groot probleem voor mij: ik ga de training niet groen krijgen! Ik kan het horloge eerder stoppen om binnen de tijd te bijven, maar dan haal ik geen 7 kilometer en ben ik ook nog niet thuis. Uiteindelijk loop ik dus te lang of te ver of allebei en is de training geel. Dat doet een beetje pijn en vind ik moeilijk te accepteren, maar het is de eerste keer in maanden. Jammer maar helaas. Als ik dan mag hardlopen, moet ik het misschien ook maar wat langer doen, want zoveel komt het er niet meer van 😉 (waar ik ook onrustig van word)

Als Vincent zwemt gaan Rob en ik wandelen in het Kromslootpark. Voor de zekerheid gaat de regenjas mee. Na een kilometer of 3 is die hard nodig! We lopen onverhard door de herfst en het is prachtig. Echt onwijs mooi! Jammer dat we doornat worden. En dat het rondje niet korter kan. We lopen altijd flink door, maar eigenlijk is ruim 7 kilometer iets te lang! Het is wel heel erg mooi.

Donderdag 21 oktober – Fietsen op de Tacx in Zwift – Dust in the Wind – Duits, Economie, Cadans en Badges.

Hier zie ik dan dagenlang tegenop. Min of meer bewust heb ik de werkuren aangepast op de fietstraining. Het kwam ook beter uit om dinsdag de hele dag te werken en vanmiddag eerder te stoppen, maar 2 uur op de Tacx is niet iets waar ik me op kan verheugen. Tussen het huiswerk en het werk door. Combineren is wat dit vraagt! Ik heb een route van 52 kilometer in Zwift die ik nooit leuk genoeg vond en Vincent heeft leerwerk voor Duits. Ik moet letten op de cadans en in hartslagzones blijven. Dat is allemaal net iets te veel, dus de hartslagzones vallen af.

Begrijp me niet verkeerd: ik kan uren op de Tacx zitten en fietsen, dat is niet eens echt erg, maar vandaag is ‘t de combinatie die me niet trekt. Vincent overhoort mij eerst Duits en ik ken het nog redelijk. Behalve het strand, dat noem ik ‘la plage’, omdat die Duitsers toch geen strand hebben! Bij het fietsgedeelte ‘stof in de jungle’ overhoor ik hem en dat gaat best goed. Ik hou de alfabetische volgorde van achter naar voren aan. Dat het fietsen langzaam gaat, valt niet zo op gelukkig.

Ik ga wéér in de knel komen! De route is langer dan de tijd die ik heb! Misschien gaat het straks naar beneden, denk ik nog hoopvol. Maar 52 kilometer in 2 uur ga ik niet fietsen. Ik was vergeten hoe irritant onverhard fietsen is en hoe vertragend bergop werkt. Ik eet netjes in blokjes de energiereep op. Daar ligt het niet aan. We gaan qua huiswerk over op economie.

Kletsen over geld is leuker dan Duitse maanden. De twee uur gaan voorbij en de route is nog niet klaar! Vincent zoekt het aan alle kanten op hoe de route loopt, maar het is redelijk kansloos. Nou ja, dan maar nog een gele training accepteren. Ik maak de route nu ook af ook! En dan bedenk ik me dat ik ook nog de badge van Garmin moet halen. Ik fiets de route af, maar niet binnen de tijd. Daarna fiets ik nog 3 kilometer extra om ook de Garmin badge te halen.

Als eerste opmerking bij de fietstraining zet ik met hoofdletters neer dat ik niet van fietsen hou! Anders denkt de trainer straks nog dat hij me maar vaker urenlang op de Tacx moet zetten.

22 oktober – Zwemmen Tempotraining met Vincent

Om 9 uur zijn we in het zwembad, Vincent en ik. We trainen samen vandaag omdat het er morgen niet van komt. Ik ben nog steeds een beetje verkouden en ik slaap slecht door het hoesten. In het zwembad merk ik er gelukkig niks van. Eerst inzwemmen. Vincent doet met me mee, maar dan iets sneller! 100 meter borstcrawl, schoolslag, rugslag, borstcrawl en zelfs 50 meter benen en een stukje armen. Ik let deze keer bij het inzwemmen ontzettend goed op de techniek. Het is ook niet zo druk als afgelopen dinsdag, dus het gaat beter. Dan moet ik 12 keer 50 meter zwemmen in 1 minuut en 8 seconden. Dat is niet echt hoog tempo, maar goed…

Ik tel met de bidon af en ik let vooral op de techniek. Eigenlijk ga ik elke keer 1:01, dus zo’n 7 seconden te snel. Ik laat het maar. Vincent raadt me een keerpunt aan, maar daar begin ik niet aan. Ergens bij de zesde keer gaat Vincent met zijn horloge rommelen en ik daardoor ook. Ik zet ‘m uit in plaats van op een nieuwe ronde en daarna doe ik 50 meter in de rust. Zodoende zwem ik 100 meter te veel en dat irriteert me. Vincent moet voor me zwemmen en dan zwem ik lekker onder de minuut! Net aan. Ik merk wel dat het zwaarder wordt, maar ik hou vol. Het zijn maar 50 metertjes, twee baantjes. En dan weer rust. Als ik bij de twaalf ben, is Vincent er al lang mee klaar! Ik ga nog uitzwemmen en dan doe ik 200m armen en de rest van de warming up. Ik heb nog even tijd en het bad is zowat leeg. Doe ik rustig 100m ademen 1 op 4 en daarna 100m 1 op 3 ademen. Het maakt qua tempo niet uit. Ik zit net op een groene training. Het giet buiten en ik ben best moe van de tempootjes, dus ik ben blij dat we niet gaan hardlopen.

Zondag 24 oktober – Trailrun met een groepje bij Huizen.

7 Uur ‘s morgens is best vroeg. Altijd al, maar op een zondag na een drukke zaterdag in het pretpark zeker! Die dag in het pretpark met de engste achtbaan ever, een flinke portie geduld en 2 uur in een vreselijk lawaaiig zwembad met alleen maar glijbanen en dan nog een autorit met Duitse woordjes: het moeilijk kan het zijn om een trailloop van 21 kilometer te doen als je al weken veel minder hardloopt? PL heeft de route gemaakt en het is lekker dicht bij huis in Huizen, op een half uurtje rijden van Almere.

De foto’s zijn door iedereen gemaakt die meeliep. Ze staan niet perse in de juiste volgorde!

Joyce pikt me op, dus ik weet in elk geval zeker dat er 1 iemand anders is, die prettig rustig loopt. Maar er zijn er meer: SBF en triatlon-vriendinnen SG en KH. Het langzame damesclubje wordt begeleidt door de 2 heren die vorige week 120 kilometer hardgelopen hebben: RM en JK. Wat een ongelooflijke eer! Dat dit allemaal zeer prettige hardloopgenoten zijn maakt het vroege tijdstip helemaal goed!

Ik kwebbel met KH, die altijd blijft hardlopen en zo sterk is. We wisselen nieuwtjes uit. Zij verbaast me altijd. Joyce loopt lekker met SBF achterop. RM heeft de route niet volledig in de hand, maar we kunnen de snelle groep goed volgen en het komt elke keer weer goed.

Het is prachtig weer. De zon komt door en de kou is er al snel af. De omgeving is mooi. Het tempo ligt dusdanig laag dat ik daar geen enkele moeite mee kan en mag en hoeft te hebben. Mijn benen lopen wel! En al kletsend gaat het echt vanzelf. We komen bij de skibaan. Daar mogen we omhoog.

Omlaag is echt een stuk minder prettig, zelfs met trailschoenen aan! Leuk om een keer te doen, maar van mij had het niet perse gehoeven. Door het bos slingeren bekoort mij veel meer. Ik heb geen idee waar we blijven en maak me daar ook niet druk over, maar dit gebied heet de Wolfskamer. Er zijn prachtige paden, mooie bloemen, mist boven de velden en het is heerlijk. Na 6 kilometer is een post waar het druk is. We kijken uit over Oud Naarden, of waar dat ooit geweest moet zijn. Ik neem netjes een gel. En dan weer door graag. Ik loop liever dan dat ik pauzeer. Ons kleine clubje gaat weer door.

Het gaat me natuurlijk supergemakkelijk af. We lopen boven de 7 minuten op de kilometer, dus dat mag ook wel. Ik klets ook en ik geniet van de omgeving. Bergjes op en af. En we komen over trapjes en langs water. Het licht en de kleuren van de bomen zijn erg mooi.

Ik weet niet wanneer precies, maar het zal na een kilometer of 12, 13 zijn als ik er genoeg van krijg. Niet van de omgeving of hoe het gaat of de andere mensen, maar het is meer dat ik graag even alleen zou willen zijn. Ik ga er een stukje vandoor en we komen bij een landgoed.

Dan gaan we weer verder en ik moet echt op zoek naar de ‘loopmojo’. Het ligt niet achter de soepel lopende mannen. Ook niet bij een kletspraatje met SG of KH. Het zit ‘m niet bij Joyce en ook een gel helpt niet. Ik moet even mijn hoofd legen en dat lukt niet met de anderen erbij. Dat is het ‘m een beetje. Dan blijf ik achter, maar haal ik ze te snel weer bij of ik loop voorop en dat helpt wel aardig, maar dan moet ik ook naar de route kijken. Bij een volgende punt waar een oud landhuis stond, vlak bij waar nu de A1 loopt, komen we weer in aanraking met de snelle groep en komt PL erbij lopen. Ook zo’n 120-kilometer held die misschien wel iets langzamer wil gaan 😉

Ik zeil er nu wat gemakkelijker doorheen en hobbel een beetje achteraan of in mijn uppie tussenin. Daar ligt de loopmojo gelukkig en ik pak ‘m dan ook snel weer op! Dan ben ik klaar met het aftellen van de kilometers en gniffel ik weer om de route die we zo nu en dan nog steeds moeten zoeken.

Ineens zijn we er al! Uiteraard lopen Joyce en ik de 21 kilometer vol. We bedanken de heren die niet zo goed begrijpen waarom we het eer vonden dat we met ze mee mochten. Samen lopen Joyce en ik nog een stukje verder en daar hou ik het meest van, van de rust en stilte en wij samen en even zelf iets met de route verzinnen. Daarna is er chocomelk op het terras en kan ik de mensen wat moeilijk volgen, maar ik klets nog wel gezellig met SG. Ik loop terug naar de auto de 22 kilometer vol. Het kost me geen moeite, dat niet. Het koste wel veel tijd, maar dat is ook niet erg eigenlijk. De rest van de zondag ligt nu nog voor me.

Categories: Geen categorie | Leave a comment

2021-30

Er zijn van die weken die voorbij vliegen en voller dan vol zitten. Ze vallen na de Corona periode weer ontzettend op, omdat het vorig jaar allemaal rustiger en individueler was. (Het was toen ook onzekerder en onveiliger aan de andere kant, dus dat was niet vanzelfsprekend “beter”). Dit was zo’n week van afspraken all over, van haasten, hard werken en proppen! En omdat ik voor mijn gevoel tussen alle bedrijven door ook ‘nog even’ moet bloggen, maar eens op een snelle manier! (want er ligt nog strijkgoed ? en ik wil nog even piano ? spelen en opruimen ?)

Ik heb sinds 1 oktober een andere trainer en ik schrijf bij elke training op wat ik gedaan heb en hoe ik dat ervaren heb. Deze week zal ik wat ik voor hem heb opgeschreven, hier kort toelichten. Ik doe dit dus pas 2 weken en de trainer heeft 1 hele duidelijke opdracht op dit moment: Hou Anke rustig! Daar maakt hij het mij niet gemakkelijk mee, want het liefst zou ik vragen of ik zondag mee mag doen aan de halve marathon in Amsterdam, maar gelukkig durf ik dat niet! Lees maar verder waarom het verstandig van me was om me in te houden….⬇️

Maandag 11 oktober. Basisloopje voor uithouding. In de aerobe zone en tegen je aerobe grens.

Die titel zegt mij ook niet zoveel ?, maar ik krijg een hartslagzone op voor een bepaalde tijd en daar ga ik dan maar netjes binnen lopen ? het zijn maar 35 minuten, die ik meteen ga lopen als ik thuiskom van het werk. Als het nog licht is. Vincent gaat mee.

“Moest van iets dieper komen dan vorige week na een drukke werkdag. Zelfde route, zelfde gezelschap- maar die knul rende mee met zijn mama deze keer (geen fiets). Onverhard en net te koud voor korte mouwen. ? het was goed vol te houden en de sprintjes zijn leuker dan de dribbel pauzes!”

Opmerking van mij na de training
In de training is alles inzichtelijk: van hartslag tot tempo tot inspanning – alles.

Antwoord van de trainer: “Lekkere sprintjes op max 3:40 tempo ?” Kijk, dat was mij nog niet eens opgevallen!

Dinsdag 12 oktober – Herstelritje ? en duurtraining ?‍♀️

Ik werk wat langer door en mis daardoor het middagslot om te zwemmen. Dan ga ik vanavond gewoon! Het is toch maar 3 kwartier, dan ben ik op tijd weg voor de TVA komt trainen. Maar ik ga wel fietsen. Nu het nog kan op de racefiets, overdag in het licht als het droog is. In lange fietsbroek.

Wind tegen – en best veel -; proberen de cadans hoog te houden -maar dat nergens kunnen zien, gladde wegen -dan ben ik in elke bocht onwijs voorzichtig- en de lage hartslag maakte het onprettig slepend. Ik heb maar muziek geluisterd, maar regelmatig bedacht ik dat ik dat ook (of beter) op de bank had kunnen doen. ? De route was raar, ik kon elk moment naar huis maar dat heb ik niet gedaan.

Terwijl ik aan het fietsen ben, wijzigt de trainer mijn zwemtraining. 55 Minuten staat er dan. Sjips! Dan ben ik niet op tijd weggesneakt! Ik ga direct om 8 uur. Ik heb de plannen mee op mijn bidon.

500m heel rustig op een tempo van 2:30 per honderd meter. Dat was de opdracht.

De werkelijke tijd van de 500 meters zat op 2:08 per honderd meter!

Ik vond het niet leuk dat de training van 3 kwartier naar 55 minuten ging, want dan zit ik te dicht op de tva-training als ik pas om 8 uur kan starten. Ik wil die lui niks meer uitleggen. Maar goed ?
Tja, wat zal ik zeggen over de training… het vóélde heel erg rustig. Ik was alleen met techniek bezig. Arm laag en breed insteken en kalm doorhalen. Beetje benen. Geen achtje! Ik adem 1 op 4 altijd, rechts. Maar om de 500m af te tellen deed ik elke 100m 1op3 of 1op4 ademen om en om. Ik kwam er achter dat ik uitzag naar 1op3, dus in de laatste deed ik 300 van de 500m 1op3 en heel erg kalm aan. En achter de langzame mensen hangen ? toch had ik tijd over om te proberen met achtje 1op3 te ademen. En netjes uitzwemmen.
Het viel mee om tva-mensen te zien (ik was de aardige mensen vergeten)

De trainer heeft het zelf ook druk en reageert ‘s avonds zo laat niet meer op de training. Een aardige TVA-collega die ik wel heb aangesproken (hij behoort echt tot de laatste categorie) en die me op Garmin volgt echter wel… “Dank je wel 😉 Overigens ben je niemand verplicht iets uit te leggen. Dat weet je ook wel, maar dat vind je niet aardig overkomen. Maar aardig ben je sowieso 🙂” Hoewel ik ook door iemand werd aangesproken aan wie ik het júíst niet wilde uitleggen, maar ook dat heb ik ‘aardig’ aangepakt! ?

Woensdag 13 oktober – Pyramide – Korte training op en rond de aerobe grens

Net als vorige week. Maar nu past het er amper tussen. Gelukkig gaat Vincent niet zwemmen -want die is ook erg druk met school en verkouden- en kan ik het meteen na het werk proppen.

Lekker dat wisselen elke 5 minuutjes. In hartslagzones blijven is zoiets: ik ga nu rustig, mag ik harder. Of: nu ga ik hard en word ik moe, mag ik rustiger. En zo de hele tijd. Nou ja, 35 minuutjes. Tussen werk en eten door.

Ik krijg een duimpje terug ?? van de trainer. Soms is het gewoon zo eenvoudig als dat!

Ik wil graag meer hardlopen de komende dagen. In elk geval aankomende zaterdag moet ik er weer eens met Joyce op uit! Ik ben gewoon een hardloopjunkie… Dus ik probeer het met een sneaky aapje naar de trainer:

Ik schuif er ‘stiekem’ een keer extra hardlopen in op deze manier. Had ik gehoopt….

Potverdikkie! Ik app netjes terug dat ik het toch wel moest proberen ?:

Enerzijds baal ik er van, anderzijds ben ik blij dat er iemand is die goed oplet. Al zit het woord ‘afbouwen’ me niet lekker… Het uurtje lopen op zaterdag blijft staan.

Het is maar goed dat ik aan het begin van de week niet over een halve marathon ben gaan zeuren, want ik denk dat de trainer dan wellicht nog strenger had gereageerd!

Donderdag 14 oktober. – Dat is dan opeens een soort van rustdag! Dat bevalt me HELEMAAL niet. De hormonen zitten me vandaag in de weg, het werk is druk, het weer is ruk. Ik ben stiksjachereinig. Dat lost een kwartiertje krachttraining niet op. Daar mopper ik nog even na:

Joyce krijgt het via whatsapp ook allemaal te verduren, mijn hele slechte bui. Ik stuur haar bovenstaande door met de toegevoegde tekst:

Vrijdag 15 oktober. Tempotraining ?‍♀️ en basisritje ?‍♂️

Ik slaap slecht. Menstruatiekrampen. Op deze ochtend had ik me al de hele week verheugd: blijven liggen. Dat Rob eerder opstaat om te gaan werken als ik nog even blijf liggen. Terwijl het buiten regent. Maar dat laatste gooit roet in het eten: “mama, jij bent toch thuis vandaag…” JA “het regent heel hard en ik ben al verkouden, wil je mij naar school brengen als-je-blieft” Dus ik stond NOG VROEGER op dan anders en ik pakte de zwemspullen maar snel (nu lukt het vast nog net met zwemmen) en zet de knul om half 9 op school af. Tien minuten later lig ik in het water. Ik vind het woord ‘tempo’ in combinatie met ‘training’ niet aantrekkelijk. De bidon staat zo dat ik kan aftellen. 10 Keer 100 honderd meter.

Met krampen zwemmen. Dan blijven de benen duidelijk achter! Het was meer geworstel dan gewoonlijk. Hondertjes dus wat langzamer dan vorige week met 2:08. Ook behoorlijk moe van, als het lichaam aan 2 kanten energie vraagt. Met achtje zwom het wel lekker!

Dat schreef ik bij de training

De trainer appte me al dat hij ook vroeg was opgestaan en mijn schema voor volgende week al heeft ingevuld. Fijn, dat had ik liever in mijn bed gezien dan in het zwembad ? – bedankt voor de reminder!

Hij begreep de zwemtraining niet zo goed met mijn opmerking geloof ik. “Maar wel goed bezig, trotse coach!” Ik moest er even over nadenken wat hij bedoelt, maar ik denk dat hij verwacht had dat ik met krampen zou stoppen ofzo. Dat is geen moment in me opgekomen! Ik heb een halve triatlon met krampen gedaan, dus een zwemtraining van 3 kwartier houdt mij niet tegen! Gek dat ik mij dat zelf niet realiseer.

Het is maar goed dat ik ‘s morgens ben gaan zwemmen, ‘s middags zou het moeilijker zijn geweest geloof ik. Er staat ook nog fietsen op het programma. Het kan nog steeds, op de racefiets! Ik ga even een filmpje maken voor Manuel van de modderpoelen die niet langer in het bos liggen omdat ze ‘bosbouw’ hebben toegepast en alle bomen weggehakt zijn!

Voor het eerst in tijden een ritje zonder sacherijn! Wel met krampen, maar al liggend op de fiets nemen die af (misschien moeten vrouwen eens proberen op een tijdritfiets te bevallen ?). Hartslagzones in de smiezen gehouden en aan het tempo maar niet gedacht. Genoten dat half oktober buiten fietsen op de racefiets nog kan! Het ruikt zo lekker en blaadjes ritselen zo grappig.

Reactie van de trainer.

De rest van de dag is druk, onrustig, propperig, haasten, kiezen, een piano willen kopen, huiswerkplanning maken, de wasmachine en droger laten werken en me realiseren dat er voor mij ook veel huiswerk in het verschiet ligt. Het is achteraf maar goed dat ik niet heb uitgeslapen, dat had nooit gepast!

Ik ben ook even in de data van TrainingPeaks gedoken en -oei-, dat was even schrikken! ? Daar staat eigenlijk in dat ik hard bezig was met overtraind raken, als ik de getallen mag geloven. ? Ik snap waar het afbouwen vandaan komt! ? De (zeer) negatieve getallen buigen nu voorzichtig weer naar de positieve kant. ?

16 oktober Duurloop – ?‍♀️ ?‍♀️ met Joyce

Tja, die duurloop bleef dus op een uur staan en in een uur rennen wij de route van 12 kilometer niet! Maar de trainer is zelf druk voor zijn eigen wedstrijd, dus die red het even niet om aan te passen. De afgelopen maand(en!) doe ik elke training binnen de gestelde tijd, tussen de 80 en 120% van de opgegeven tijd. Dan worden ze groen. Ik ben in een kei in rekenen hoeveel tijd ik ‘moet’ halen!!

De onrust thuis houdt nog even aan. Ik slaap slecht door de hoeveelheid tijd die huiswerk, werk, huishouden en sporten me kost. De piano komt er nu eerst, al duurt dat de hele ochtend. Maar na de lunch moet dit junkie lopen. Met Joyce. Naar het Naarderbos. Iets wat ik iemand van de week zag doen en ik heb haar route gekopieerd. Tegelijk de route en de training volgen op mijn horloge is lastig, dus ik skip de training. Lage hartslag wordt het toch.

Het tempo hoeft niet hoog te liggen voor ons. We lopen heerlijk, we kletsen heerlijk, ik geniet van de omgeving. Die is wat surrealistisch. ‘Vergane glorie’. De golfbaan is dicht en begint te overwoekeren. Het pad voor de golfkarretjes ligt er nog. Dat gaat omhoog en omlaag. En we gaan over dijken en heuvels. Verhard en onverhard. In de zon. Langs verborgen meertjes en over brugjes. Het is echt gaaf. En ook heel gaaf: als we even rusten, komen er allemaal dure sportauto’s langs. Ik film ze allemaal voor Vincent, die helemaal wild wordt van de Porsches, Ferrari’s en Lamborghini’s. Hij videobelt zelfs met ons!

Het valt me niet mee. Niet het lopen zelf, maar het niet volgen van de training. Ik kan het horloge stoppen na 1 uur en 12 minuten, want dat is de training groen. Zal ik dat doen?! Ik vind het moeilijk om het niet te doen, maar het is gewoon zo dat ik al wist dat we 1 uur en 20 minuten nodig hadden, dus ik laat het zo. De training is geel. Auw.

De trainer reageert niet. Hij doet morgen zelf de marathon – de held!

17 oktober – ? Rustig rijden, basis vermogen. Goede training om te letten op je cadance!

Maar…. beste trainer…. wel weer twee uur lang! Hoe dan? Ik heb huiswerk te doen (geschiedenis, Frans & Engels), ik blijf vandaag even liggen (eindelijk goed geslapen), ik wil piano spelen (dat is pas écht GAAF) en ik moet de was doen en opruimen (de piano past nu wel, maar daar moesten 2 kasten vol spullen voor wijken) Twee uur. Ik neem Vincent mee (na het huiswerk) en we gaan terug naar de golfbaan op het Naarderbos. Ik snap nu waarom hij het fietspad zo gaaf vond!

Samen met Vincent naar het Naarderbos golfterrein. Daar ligt een heerlijk golvend, technisch uitdagend en mooi fietsrondje. Twee keer gedaan en toen terug. Op de racefiets. Tempo laag: wind tegen en de stad door is altijd minder makkelijk als de dijk wind mee.

Dat schrijf ik bij de training. De trainer heeft zelf (tegenvallend) gelopen op de marathon, dus hij reageert niet en dat snap ik!

Vincent noemt het fietspad op het Naarderbos ‘ De Achtbaan ‘ en hier is waarom:

Ik fiets precies de twee uur vol – GROEN – en we maken daarin 45 kilometer vol. Ohja, de cadans…. Tijdens het fietsen heb ik geprobeerd er op te letten, maar ik zie dat dus nergens op de metertjes terug. Zit weer op 70, die cadans en dat is aan de lage kant. Ik moet proberen richting de 80 te komen. Wie weet, ooit….

De smilies bij elke training representeren mijn gevoel over de training (heel slecht of heel goed in 5 stappen ????☹️) en het getal daarachter vul ik ook zelf in: dat is hoe zwaar ik de training vond (tussen 1 en 10)

En zo ziet de week in TrainingPeaks er dan uit. Er staat ook wandelen in (een ommetje in de lunchpauze) en krachttrainingen. Alles bij elkaar een krappe tien uur. Dat is dus afbouwen!

Categories: Geen categorie | Leave a comment